Kwartierstaat van Johan van der Ese

Generatie 1 (proband)

1 Johan van der Ese, geboren omstreeks 1280.
Notitie bij Johan: Hij kan de bouwer zijn van de borg op de Ese, de "ïes" in het dialect, of de es, een hoger gelegen gebied dat al voor het jaar 0 bewoond is geweest. Maar waarschijnlijk is hij verwant van Rutger van de Ese die in 1227 sneuvelde in de Slag baij Ane (Holthone). Een gezamenlijke voorvader van der Eze is een betere kandidaat voor de eerste bewoner en bouwer van de Ese. De oudst bekende voorvader van Heekeren van der Eze is Conrad van der Ese, geboren omstreeks 1130.
Vermeld in oorkonde van 1 mei 1313 Ogd0242. (CRM14) (Corpus van Reenen-Mulder), een overeenkomst van Johan van de Ese met Herman Vleisch. Hij belooft dat zijn zoon Herman zal trouwen met Lise, de dochter van Herman Vleisch (van Kuinre). Zijn zwager Roelof van Peize is medezegelaar.
Johan van der Ese is getrouwd met een dochter van Engelbertus van Peize, ridder.
Johan trouwde, ongeveer 20 jaar oud, omstreeks 1300 met NN van Peize, ongeveer 20 jaar oud. NN is geboren omstreeks 1280, dochter van Eg(gel)bertus van Peize van Almelo en NN van NN. NN is overleden vóór 1375, ten hoogste 95 jaar oud.
Notitie bij NN: In oorkonde van 1313 vermeld als dochter van ridder Engelbert van Peize en gehuwd met Johan van der Ese, knape.
Kinderen van Johan en NN:
I. Boldewijn van der Ese, geboren omstreeks 1300.
II. Hendrik van der Ese, geboren omstreeks 1300.
Notitie bij Hendrik: Vermeld in de oorkonde ogd0286 de dato 18 januari 1325 waarin Otto van Norch en anderen verklaren de verpande goederen van Pelgrim van Putten binnen zekere tijd te zullen lossen.
Mogelijk ook vermeld als leenman van de bisschop van Utrecht in 1379 van grond in het kerspel Vollenhove en het kerspel van Steenwijk. Tevens van tienden in Dwingelo, die Roelof van Steenwijk van hem "voert holt".
III. Herman van der Ese, geboren omstreeks 1305. Herman is overleden omstreeks 1382, ongeveer 77 jaar oud.
Notitie bij Herman: In oorkonde van 1313 vermeld als dochterkint van ridder Engelbert van Peize.
Zijn vader doet dan een huwelijksbelofte dat zijn zoon Herman zal trouwen met de dochter van Herman Vleisch, zodra de tijd daar is.
Komt voor in een oorkonde van 1370; zie bij Johan III van Ruinen.
Wordt nog vermeld als leenman tussen 1379 en 1382. Zijn naam is in het register van die periode doorgehaald en vervangen door Sweder van der Ese, vermoedelijk zijn zoon.
Herman trouwde met Lise (Elisabeth) van Kuinre. Lise is geboren omstreeks 1305, dochter van Herman Vleisch van Kuinre en NN van NN.
Notitie bij Lise: OGD0242 dd. 1 mei 1313; Johan van der Ese verklaart met Herman Vleisch overeengekomen te zijn om zijn zoon Herman, dochterskind van Engelbert van Peize te verloven met Lise, dochter van Herman Vleisch.

Generatie 2 (ouders)

2 [waarschijnlijk] Frederick genaamd van de Eze van Heeckeren, geboren omstreeks 1230. Frederick is overleden na 1285, minstens 55 jaar oud.
Hij trouwde, ongeveer 40 jaar oud, omstreeks 1270 met de ongeveer 30-jarige
3 NN van der Eze, geboren omstreeks 1240.
Notitie bij NN: De voorouderlijke lijn is waarschijnlijk onvolledig.
Haar zoon johan staat vermeld als de mogelijke bouwer van het landgoed de Ese bij Steenwijk. Maar het is waarschijnlijker dat omstreeks 1170 een van der Ese, misschien een broer van haar grootvader Everhardus, een leengoed heeft gekregen van de bisschop van Utrecht, om nabij de motte (de Basse) op de grens met Friesland, een versterkt huis te bouwen, om de grenzen van het Oversticht beter te kunnen bewaken. In die tijd zijn daar meer burchten gebouwd, zoals ook in Vollenhove. Een Rutger van der Ese kan een nazaat zijn van deze bouwer. Rutger is overleden bij de slag bij Ane in 1227, waarna de burcht de Ese, vernoemd naar hun voorvaderlijk bezit de Eze in Gelderland, door vererving in handen is gekomen van haar vader Steven.
Kinderen uit dit huwelijk:
I. Frederik van Heeckeren genaamd van der Eze, geboren omstreeks 1270 in Gorssel. Frederik is overleden in 1320, ongeveer 50 jaar oud.
Notitie bij Frederik: Frederik van Heeckeren van der Eze (ook Fredericus de Heeckeren en Vrederic van der Ese), hij is de eerste erkende stamvader van het geslacht van Heeckeren (van Rechteren), knape 1295, ridder 1305, bezitter van het huis de Ese te Almen, overl. 1320, huwt Mechteld van Rinwich, vermeld 1309-1320.
Frederik trouwde met Mechteld van Randwijck. Mechteld is geboren omstreeks 1279. Mechteld is overleden na 1320, minstens 41 jaar oud.
II. [vader:waarschijnlijk] Zweder van Rechteren van Heeckeren, geboren omstreeks 1275.
Notitie bij Zweder: Vermeld als oom van Johan van Buckhorst en verwant aan Laurens van der Eese.
III. [vader:waarschijnlijk] Johan van der Ese, geboren omstreeks 1280 (zie 1).
IV. Stephanus van der Eze, geboren omstreeks 1285.
Notitie bij Stephanus: Vermeld in 1310

Generatie 3 (grootouders)

4 Evert van Heeckeren, geboren omstreeks 1195. Evert is overleden in 1250, ongeveer 55 jaar oud.
Notitie bij Evert: Ridder, vermeld 1253-1263, ministeriaal van de graaf van Gelre 1263,
Hij trouwde met
5 Beatrix van Almelo.
Kind uit dit huwelijk:
I. Frederick genaamd van de Eze van Heeckeren, geboren omstreeks 1230 (zie 2).
6 [waarschijnlijk] Steven van der Eze, geboren omstreeks 1200.
Notitie bij Steven: Ridder.
Zie: W. de Haas, in Herald. Bibliotheek (1882), 12.
In 1236 gaf het kapittel te Xanten goederen te Gaanderen, tot dusverre door Everardus de Hese en zijn zoon Stephanus bezeten, aan het klooster Bethlehem in eigendom (Sloet, Oorkondenboek, no. 585). Deze Stephanus zou dezelfde kunnen zijn, in 1233 als ridder de Embrica voorkomende (Sloet, no. 563). Stephanus is in 1245 met Everardus de Hekeren en anderen getuige bij de begiftiging van het klooster Bethlehem door Herman graaf van Loon (Sloet, no. 650). Volgens een verklaring in 1310 door heer Willem, priester, afgelegd en onder de archieven van Berg berustend, had Stephanus miles de Hese (= heer van Hese) het gericht van Etten verkocht aan Adam heer van den Berg; er wordt geen jaartal genoemd, maar de overdracht moet tusschen 1243 en 1260 hebben plaats gehad, gedurende welke jaren Adam heer van den Berg was. Gelijke getuigenis gaven toen mede: Stephanus de Hese en Stephanus de Hese, diens neef, maar het blijkt niet hoe de familiebetrekking was met Stephanus heer van Hese. Ridder Stephanus komt nog in 1273 voor als getuige bij een opdracht aan Bethlehem (Sloet, no. 948). Hij had vermoedelijk een zoon: Fredericus de Hesa, of de Hijkere dictus de Heza, zie kol. 501 Frederik (1).
Kind van Steven uit onbekende relatie:
I. [waarschijnlijk] NN van der Eze, geboren omstreeks 1240 (zie 3).

Generatie 4 (overgrootouders)

8 Stephanus Gerlagus van Heeckeren, geboren in 1160. Stephanus is overleden in 1231, 70 of 71 jaar oud.
Notitie bij Stephanus: https://www.genealogieonline.nl/genealogie-spaan/I525907.php
Vermeld als van Heeckeren van der Ese.
Kinderen van Stephanus uit onbekende relatie:
I. Evert van Heeckeren, geboren omstreeks 1195 (zie 4).
II. [misschien] Stephanus van Heeckeren, geboren omstreeks 1200. Stephanus is overleden na 1248, minstens 48 jaar oud.
Notitie bij Stephanus: Ridder, vermeld 1231-1240.
Vermeld in een oorkonde van 25 augustus 1248 waarin Ommen stadsrechten krijgt van bisschop Otto III. Getuige Stephanus, kasteelbewaarder van Coevorden. Andere getuigen: Ingelbert van Voorst, Pelgrim van Putten, Sieger, schout van Vollenhove en Wolter Radinc (Vollenhove), ridders.
12 [waarschijnlijk] Everardus van der Eze, geboren omstreeks 1150.
Notitie bij Everardus: ESE (Evert van der), Everardus de Heze, wordt genoemd als een der stichters van het klooster Bethlehem bij Doetinchem, tusschen de jaren 1178 en 1182; bij die gelegenheid schonk hij een geheele hoeve in Gernere (thans Gaanderen, dorp in de gemeente Ambt-Doetinchem) (zie: Sloet, Oorkondenboek v. Gld., no. 395). Hij pachtte van zijn broeder Symon, proost van Emmerik, anderhalve mansus in Gaanderen, doch Symon’s opvolger gaf die landerijen in 1218 aan het klooster Bethlehem in pacht, omdat Everardus zijn geldelijke verplichtingen dienaangaande zelden of nooit nakwam. Bij deze laatste verpachting stond een andere Everardus de Heze als getuige, maar de familieverhouding tusschen deze twee gelijknamige personen is niet bekend (zie als voren no. 449). Ridder zijnde, sluit hij in 1231 een vergelijk met het kapittel te Emmerik over een tiend te Hüthum (Dederich, bl. 602). Niet geheel onwaarschijnlijk is het dat hij identiek is met den in 1233 voorkomenden Everardus de Embrica, die met Conradus, Rudolphus en Stephanus, ridders, 31 Mei 1233 als getuigen voorkomen bij het verleenen van stadsrechten aan Emmerik, door Otto graaf van Gelre (Sloet, no. 563).
Zie: W. de Haas in Herald. Bibliotheek (1882), 12, 13.
Kinderen van Everardus uit onbekende relatie:
I. [waarschijnlijk] Rutger van der Eze, geboren omstreeks 1190.
Notitie bij Rutger: Ridder, gesneuveld in de slag bij Ane 1227.
II. [waarschijnlijk] Steven van der Eze, geboren omstreeks 1200 (zie 6).

Generatie 5 (betovergrootouders)

16 Conradus van der Ese, geboren omstreeks 1130.
Notitie bij Conradus: De naam Conradus of Koenraad komt voor in de genalogie van Urk, Kuinre en van Steenwijk. Mogelijk is er verwantschap.
Kind van Conradus uit onbekende relatie:
I. Stephanus Gerlagus van Heeckeren, geboren in 1160 (zie 8).
Gegenereerd met Aldfaer-versie 11.1 op 01-01-2025 15:30:34 door A. Post