Parenteel van Rudolf van Fivelgo van Werl
1 Rudolf van Fivelgo van Werl is geboren omstreeks 1010, zoon van
Hermann II van Werl en
Godila von Rothenburg.
Notitie bij Rudolf: De van Werls hadden in die tijd vele graafschappen in leen in het noordelijk deel van het keizerrijk, langs de kust. Ze staan vermeld als graaf in de Emsgau, graaf in Frisia, graaf in Fivelgo.
Rudolf trouwde met
NN van NN.
Kind van Rudolf en NN:
1 NN Rudolfszn van Werl, Graaf van Fivelgo.
Volgt 1.1.
1.1 NN Rudolfszn van Werl, Graaf van Fivelgo, zoon van Rudolf van Fivelgo van Werl (zie
1) en NN van NN. NN trouwde met
NN van NN.
1.1.1 Rudolf van Werl van Wierum, zoon van NN Rudolfszn van Werl, Graaf van Fivelgo (zie
1.1) en NN van NN.
Notitie bij Rudolf: Rudolf van Wierum, de hier opgevoerde vader van Herbert of Hartbert van Wierum, zal een kleinzoon zijn van graaf Rudolf van Fivelgo, vermeld in de oorkonde van mei 1040 waarin keizer Hendrik Drenthe en de stad Groningen en andere goederen schenkt aan de bisschop van Utrecht.
Herman II van Werl had een zoon Rudolf uit een tweede huwelijk waarvan verder niets bekend is. Hij kwam niet in aanmerking voor opvolging als graaf. Na de dood van Herman II werd zijn zoon Bernhard III, uit zijn eerste huwelijk, graaf in de Emsgau en Frisia (tussen Lauwers en Eems). Bernhard had een borg in Emden. Het was gebruikelijk in grafelijke kringen om belangrijke bestuurlijke posities te laten innemen door vertrouwelingen en dan meestal familieleden. Daardoor was de macht beter te handhaven en mogelijk uit te breiden. Het gebied van graaf Bernhard bestond uit meerdere gouwen. Het is dan aan te nemen dat een deel van die gouwen, waaronder Fivelgo en Hunsego, als onderleen door Bernhard aan zijn halfbroer Rudolf is gegeven. De zetel van deze Rudolf zal dan op een strategische plek hebben gelegen in dit gebied. Deze plek is dan Wierum, van waaruit een goede verbinding over zee met Emden bestond. Op dit punt, waar Hunze en Aa samen komen en waar alle verkeer van en naar Groningen te controleren is, zal zeker een borg of versterkt huis hebben gestaan. Kleinzoon Rudolf, vader van Herbert, zal hier gewoond hebben en niet in Bierum zoals deze plaats is vertaald uit het latijn door de samenstellers van de bekende oorkondenboeken van het Sticht.
Zie ook de veronderstelling van Roemeling, vermeld bij Herbert. Rudolf zal dan bekend geweest zijn als Rudolf van Wierum.
Wierum, en meerdere terpen langs de Hunze, waren al bewoond voor het jaar 0.
Zeer waarschijnlijk is de borg Selwerd, net ten zuiden van Wierum, een vervanging van een versterkt huis te Wierum.
Archeologische opgravingen door de stad Groningen, http://gemeente.groningen.nl/stadsgeschiedenis/over-archeologie, toonden aan dat ter plaatse waar de borg Selwerd heeft gestaan, ook sporen zijn gevonden van een eerder ter plaatse gebouwde houten borg of bolwerk, vermoedelijk gebouwd omstreeks 1100-1150. De bouwer is dan een nazaat van Rudolf van Wierum en moet dan Leffart zijn geweest, door zijn broer Herbert, bisschop van Utrecht en bezitter van het gebied Selwerd, benoemd als prefect van Groningen. De afgezette prefect Egbert woonde op de Gruenenborg aan de Hunze. De borg Selwerd is dan het stamhuis van de prefecten van Groningen van het Westfaalse geslacht van Werl / (later van Sepperothe),waarin de naam Rudolf veelvuldig voorkomt. De Gruenenborg aan de Hunze is het stamhuis van de prefecten van het Saksische geslacht Groenenberg of Groenebeke, verwant aan de graven van Brunswijk, waarvan velen de naam Egbert dragen.
Rudolf trouwde met [misschien]
Sigardis? van NN. Sigardis is overleden na 1148 in
Coevorden ?.
Kinderen van Rudolf en Sigardis:
1 Herbert (Hartbert) van Wierum, Bisschop van Utrecht, geboren omstreeks 1100.
Volgt 1.1.1.1.
2 Ludolf van Wierum van Coevorden, geboren omstreeks 1105.
Volgt 1.1.1.2.
3 Leffart van Wierum van Groningen, geboren omstreeks 1110.
Volgt 1.1.1.3.
4 Lambert van Wierum van Peize, geboren omstreeks 1125.
Volgt 1.1.1.4.
1.1.1.1 Herbert (Hartbert) van Wierum, Bisschop van Utrecht is geboren omstreeks 1100, zoon van Rudolf van Werl van Wierum (zie
1.1.1) en Sigardis? van NN. Herbert is overleden op 12-11-1150, ongeveer 50 jaar oud.
Notitie bij Herbert: Vermeld in Quedam Narracio pag.2 als Hartbert en afkomstig van Berum in Frisia.
Bisschop van Utrecht 1139-1150. Daarvoor Domprost van Utrecht.
De aanduiding "Berum in Frisia" wordt verschillend gelezen en er is geen eenduidigheid welke plaats hiermee bedoeld wordt.
Een enkeling meent dat Bierum boven Delfzijl wordt bedoeld, maar anderen denken dat hier Wierum moet worden gelezen.
Men denkt dan aan Wierum boven Dokkum vanwege de toevoeging Frisia. Maar Frisia omstreeks 1100 was het gehele gebied langs de kust tot aan de Weser. Ook het huidige Groningen behoorde daartoe.
Mol en Noomen denken in hun artikel " DE STICHTING VAN DE AUGUSTIJNER KOORHERENABDIJ LUDINGAKERKE EN HAAR RELATIE MET ROLDUC" aan het gebied rond Sexbierum in Friesland en vinden in ieder geval Bierum in Groningen hoogst onwaarschijnlijk.
Roemeling zegt in zijn artikel in de Nederlandscha Leeuw van okt/nov 1973 dat voor Berum niet moet worden gelezen Bierum, maar Wierum, gelegen vlak bij Groningen in een bocht van de Hunze. En dat is veel logischer. De terp Wierum bestaat nog steeds en was vroeger een heel strategisch punt, waar de oude Hunze instroomt in het Reitdiep, toen een open verbinding met de Noordzee. Wie Wierum bezat had de controle over de handel van en naar de stad Groningen.
Wierum wordt al vermeld in een oorkonde van 855. Hierin schenkt een zekere Folker zijn erfgoederen aan de abdij Werden, gelegen in o.a. Humerki, met name genoemd Krassum en Wierum. (Zie oorkondenboek Lacomblet nr. 65)
Omstreeks 1145 liet Herbert, bisschop van Utrecht, een burcht bouwen in Bunne, gelegen in de driehoek Norg-Peize-Eelde. Daarbij ook een kapel en een bierbrouwerij, het geheel omringd door een brede gracht. Na Herberts dood in 1150 kwam de burcht waarschijnlijk in bezit van zijn broer Ludolf, drost van Coevorden, vanwege de latere vermelding van een Ludolf van Bunne.
Kind van Herbert uit onbekende relatie:
1 Gosewijn van Utrecht [
1.1.1.1.1], geboren vóór 1120.
Notitie bij Gosewijn: Uit Annales Rodenses
http://anduin.kgv.nl/wiki/index.php/tx:Annales_Rodenses/1136_NL
jaar 1136; In die dagen schonk Gozewijn, de zoon van Hartbert, bisschop van Utrecht, een hove land aan het klooster. Hij (Hartbert) had die zoon gekregen toen hij nog niet tot priester was gewijd.En nadat Gozewijn zijn intrede in het klooster had gedaan, werd hij bij de geestelijken geplaatst, daar hij de gelofte had afgelegd om regulier te zijn en daartoe reeds gevormd was. Deze hove ligt tussen de rivier de Lek en Utrecht, ten zuidwesten van de stad in het dorp dat Schalkwijk heet.
De naam Gosewijn doet denken aan een familierelatie met Gosewijn van Gemen, waarvan nakomelingen later de burcht Buckhorst bij Zalk hebben gebouwd, voor het jaar 1145.
1.1.1.2 Ludolf van Wierum van Coevorden is geboren omstreeks 1105, zoon van Rudolf van Werl van Wierum (zie
1.1.1) en Sigardis? van NN. Ludolf is overleden omstreeks 1155, ongeveer 50 jaar oud.
Notitie bij Ludolf: Verkreeg van zijn broer Herbert in 1141 Coevorden in leen en de jurisdictie over Drente.
Was daarvoor zeer waarschijnlijk leenman van het landgoed Ansen, allodiaal bezit van de bisschop van Utrecht. Zijn zoon Folker trok zich in 1196 terug op zijn erfgoed Ansen.
Omstreeks 1145 liet Herbert, bisschop van Utrecht, een burcht bouwen in Bunne, gelegen in de driehoek Norg-Peize-Eelde.Daarbij ook een kapel en een bierbrouwerij, het geheel omringd door een brede gracht.
Na Herberts dood in 1150 kwam de burcht waarschijnlijk in bezit van zijn broer Ludolf, drost van Coevorden. Omstreeks 1280 is deze burcht een klooster geworden van een Duitse orde. Een Ludolf van Bunne werd de 5e Land-Kommandeur der Utrechtse Balije en wel van 1286 tot 1288.
Ludolf trouwde, ongeveer 30 jaar oud, omstreeks 1135 met
Johanna van Goor, ongeveer 15 jaar oud. Johanna is geboren omstreeks 1120, dochter van
Willem II van Goor. Johanna trouwde later omstreeks 1155 met
Floris van Vorenborch (±1125-na 1195).
Kinderen van Ludolf en Johanna:
1.1.1.2.1 Rudolph I van Coevorden is geboren vóór 1145, zoon van Ludolf van Wierum van Coevorden (zie
1.1.1.2) en Johanna van Goor. Rudolph is overleden in 1196, minstens 51 jaar oud.
Notitie bij Rudolph: Heer van Coevorden, na de dood van zijn vader, tot 1188, toen de bisschop van Utrecht Coevorden in leen gaf aan de Hollandsche ridder Ghiselbert Postekin.
Rudolf of Roelof van Coevorden trok zich terug op zijn erfgoed bij de Vecht en de Reest. Zijn vader, Ludolf van Coevorden, nazaat van Werl, was voor zijn benoeming tot burggraaf van Coevorden mogelijk een leenman van de bisschop van landgoederen gelegen aan de Vecht en zijrivieren hiervan. Ansen wordt met name genoemd bij zijn zoon Folker.
Rudolph bleef kinderloos. Rudolph trouwde met
NN van NN.
1.1.1.2.2 Folker van Coevorden is geboren in 1152, zoon van Ludolf van Wierum van Coevorden (zie
1.1.1.2) en Johanna van Goor. Folker is overleden na 1215 in
Ansen, minstens 63 jaar oud.
Notitie bij Folker: Ridder, ministeriaal, geboren Coevorden 1152, overleden na 1215. Vestigt zich 1196 op zijn erfgoed te Ansen. Later komt dit als een allodiale hof voor, in bezit van zijn nakomelingen. Uit zijn kleinzoon Volkier stamt het geslacht Van Echten.
Volker wordt nog vermeld 1212 als "miles de Kovorde".
Gevangen genomen omstreeks 1190 en opgesloten in het stichtse kasteel Horst. Verleide aldaar de dochter Ida van een rijke ridder Albrecht Lewe en is aldaar met haar getrouwd. (Quedam narracio)
Wordt in oorkonden genoemd als getuige van de bisschop van Utrecht in 1206, 1208, 1209, 1210, 1211, 1212 en 1215.
Volker werd na de dood van zijn broer Rudolf niet benoemd tot slotvoogd van Coevorden en daarom vestigde hij zich op zijn landgoed bij Ansen. (Vermoedelijk is dit leengoed door Folker of Volker’s vader Rudolf of Ludolf verkregen in de tijd dat Rudolf’s broer Herbert bisschop van Utrecht was. Volker zal na zijn huwelijk hierop een borg hebben gebouwd omstreeks 1170)
Hij koos toen voor de partij der Gelkingers in Groningen, viel het kasteel te Coevorden aan en nam de gravin van Bentheim gevangen. Ook de ridders van Peize kozen toen voor de Gelkingers.(M D Teenstra in zijn breedvoerig tijdrekenkundige tafel 1859)
Folker trouwde, ongeveer 39 jaar oud, omstreeks 1191 met
Ida Lewe, ongeveer 21 jaar oud. Ida is geboren omstreeks 1170 in
Peize ??, dochter van
Albert (Albrecht) Lewe en
NN van Ruinen.
Kinderen van Folker en Ida:
2 Godfried van Coevorden [
1.1.1.2.2.2], geboren omstreeks 1195. Godfried is overleden na 1231, minstens 36 jaar oud.
Notitie bij Godfried: Zie notitie bij broer Frederik.
1.1.1.2.2.1 Rudolf II van Coevorden is geboren omstreeks 1192, zoon van Folker van Coevorden (zie
1.1.1.2.2) en Ida Lewe. Rudolf is overleden op 25-07-1231 in
Nijenstede, Hardenberg, ongeveer 39 jaar oud.
Notitie bij Rudolf: Was burggraaf van Coevorden van 1196-1228.
Komt voor als getuige van de bisschop van Utrecht in brieven van 1 januari 1218 en 10 januari 1223. In de laatste brief samen met zijn broeder Frederik.
In 1212 verpand hij met toestemming van zijn vader Volkerus, de grove en smalle tienden in Spehoorne en de tiend van 8 huizen te Echten aan de abdij van Ruinen, met vaststelling van de termijn van terugbetaling. (archief Dickninge) Later genoemd als van Ansen. Ridder van Ansen
1222 Rudolf belegert met de Gelkingen het slot van Egbert van Groningen.
1226 Rudolf, door de Sepperothes te Groningen te hulp geroepen, bemachtigd Groningen en neemt de stadsvoogd Egbert de jonge met zijn gezin gevangen en verwoest het slot. Grootvader Egbert van Groningen vlucht naar Friesland en komt terug en herovert Groningen en doodt vele Gelkingers.
Slag bij Ane op 28 juli 1227. Rudolf of Roelof verslaat het bisschoppelijke leger samen met Drenten en Friezen en met behulp van bendes uit Steinfort, Dalen, Loenen en Goor. Bisschop Otto van der Lippe sneuvelt en ook 200 ridders en ridderzonen waaronder de beroemde Duitse held Berend van Horstmar. De graaf van Gelre Gijsbert van Amstel en andere edelen werden gevangen genomen. Deze worden later onder beloften en borgtocht vrijgelaten. Keizer Hendrik ontslaat hen van de beloften en deze edelen werken mee aan de verkiezing van Wilbrand van Oldenburg tot bisschop van Utrecht.
Een nieuwe aanval van de bisschop op Coevorden volgt met wisselend succes, maar uiteindelijk komt er een wapenstilstand en doet de bisschop nieuwe voorstellen aan Rudolf/Roelof. Rudolf wordt uitgenodigd in het nieuw door de bisschop gebouwde kasteel bij Hardenberg voor overleg. Daar worden hij en Hendrik van Gravestorp gevangen genomen en vermoord. (Geradbraakt.)
In 1231 volgt opnieuw strijd en komt er een verdrag waarbij Frederik van Coevorden wordt beleend met alle rechten zoals zijn voorganger die ook bezat.
Rudolf/Roelof van Coevorden had een dochter die met Hendrik van Borculo getrouwd was. komt voor in een akte van 1261.
Rudolf trouwde met
Sophia van Ruinen. Sophia is geboren in 1205 in
Ruinen, dochter van [misschien]
Arnold II van Ruinen.
Kind van Rudolf en Sophia:
1.1.1.2.2.1.1 Eufemia van Coevorden van Werl is geboren omstreeks 1215, dochter van Rudolf II van Coevorden (zie
1.1.1.2.2.1) en Sophia van Ruinen. Eufemia is overleden na 1250, minstens 35 jaar oud.
Notitie bij Eufemia: Erfdochter. Staat na de dood van haar vader in 1230 onder voogdij van diens broer Frederik van Coevorden.
Zij hertrouwde ca. 1237 Herman I graaf van Lohn, wednr. van Sophia.
Dochter van Rudolf II van COEVORDEN (zie 2196946).
Uit dit huwelijk:
1. Henricus III (zie 549236).
In een request van 29 maart 1250 dragen Hermannus de Lon, zijn vrouw Eufemia en hun zoon Henricus de Borculo de goederen, eigendom en patronaatsrecht, over aan de ecclesia van Ruinen die Nicolaus van hen in gebruik had. En het huis Ludinghe te Lee.
Eufemia:
(1) trouwde, ongeveer 20 jaar oud, omstreeks 1235 met
Hendrik II van Borculo, ongeveer 45 jaar oud. Het kerkelijk huwelijk vond plaats in 1232. Hendrik is geboren omstreeks 1190, zoon van [waarschijnlijk]
Hendrik I van Borculo. Hendrik is overleden in 1236, ongeveer 46 jaar oud.
Notitie bij Hendrik: Was burggraaf van Coevorden van 1232-1236
http://home.online.nl/corryhavermans/html/kwartierstaat_blad_2.html
Henricus II van BORCULO, overleden 1236/1237.
MD Teenstra vermeld als sterfdatum het jaar 1263. Waarschijnlijk verschrijving.
Ministeriaal en ridder 1232-1236. Burggraaf van Coevorden en heer van Drenthe.
Had in 1232 een belangrijk aandeel in de overwinning van de Drenthenaren bij Nutzpete in Groningen op de bisschoppelijke troepen. ( Opmerking Anne Post: Nutspete moet zijn Mitspete en is een natuurlijke verdedigingslinie, gevormd door de bedding van een oude slenk die de Hondsrug doorsnijdt even ten noorden van Noordlaren. De weg Coevorden-Groningen over de Hondsrug loopt door de bedding op een lichte verhoging. Op de zuidwal stond een mottekasteel of Bolwerk)
1236 verkoopt hij de vlek Grunloe (Grol) aan graaf Otto van Gelre. Zoon van Henricus I van BORCULO
Gehuwd 1232 met Eufemia van COEVORDEN.
Erfdochter. Staat na de dood van haar vader onder voogdij van diens broer Frederik van Coevorden. Zij hertrouwde ca. 1237 Herman I graaf van Lohn, wednr. van Sophia.
Dochter van Rudolf II van COEVORDEN.
Uit dit huwelijk: Henricus III
(2) trouwde, ongeveer 22 jaar oud, omstreeks 1237 met
Hermannus I, Graaf van Lohn, ongeveer 34 jaar oud. Hermannus is geboren in 1203, zoon van
Gerhard III van Lohn en
NN van Bredevoort. Hermannus is overleden in 1252, 48 of 49 jaar oud.
Hermannus trouwde voorheen omstreeks 1225 met
Sophia.
Notitie bij Hermannus: oorkondenboek Oost Friesland:
Nr 17 Herford, 20 september 1224; Koning Hendrik VII beleent de edele vrouw Sophia, echtgenote van graaf Otto van Ravensberg, met het graafschap in Eemsgouw en met meerdere goederen en rechten zoals graaf Otto van de koning en zijn voorgangers in leen heeft gehad. Getuigen: hertog Walravenus en Hendrik zijn zoon, Gerard van Wassenberg, graaf Gerard van Theiz, graaf Adolf van Altena, graaf Godfried van Arnsberg, Herman, advocaat van Keulen en zijn zoon, rentmeester van Woltburg, Gerlagus van Bodinken, Herman van Alvetere, Herman van Lon, Godschalk van Lon, Reinold van Ressen, Sweder van Dinkethen.
http://wiki-de.genealogy.net/Loen_zu_Lohn,_von
Herman Gf. v. Loen (1203 / + 1252), Herr zu Groenlo ist mit Rudolf von Steinfurt Erbe von ½ Bredevoort (1238) 1.oo 1235 Sophia, 2.oo um 1235 Euphemia, Erbin von Coeverden (1232 / 50), Ww. Heinr. II. von Borculo und T. v. Rudolf, Bgf. v. Coeverden. Herr v. Drenthe
Schwäger des Hermann von Lohn waren 1234 Heinrich von Ringenberg, Sveder von Ringenberg, Werner (=Wessel) von Heiden, Hermann Werenco und Hermann von Münster.
Er war Eigentümer von Varseveld mit der Mühle, Fischerei usw. im Lande Gooi und schenkte mit seiner Frau Sophie dies Eigentum dem damals noch dort ansässigen Kloster Bethlehem.
Kind van Eufemia en Hendrik:
1.1.1.2.2.1.1.1 Hendrik (III) van Borculo is geboren in 1237, zoon van Hendrik II van Borculo en Eufemia van Coevorden van Werl (zie
1.1.1.2.2.1.1). Hendrik is overleden in 1288 in
Woeringen, 50 of 51 jaar oud.
Notitie bij Hendrik: Request van 27 februari 1261 of 1262. Archief Dickninge.
Henricus van Borculo verleent zijn goedkeuring op de verkoop van Rudolf van Ansen aan het klooster in Ruinen van de halve tiend uit de hof te Dickninge, mits Rudolf andere goederen van gelijke waarde ten zijnen behoeve verbind, waarvoor Mewekinus (Bartholemeus) van Ruinen en Wicher borg blijven. (Zoons van Johan I van Ruinen)
Andere bronnen:
http://home.online.nl/corryhavermans/html/kwartierstaat_blad_2.html
549236 Henricus III van BORCULO, overleden op 05-06-1288 te Woeringen,
(1248-1288) Burggraaf van Coevorden en heer van Drenthe. Sneuvelde 05-06-1288 bij de slag van Woeringen. Betrokken en/of getuige bij schenkingen of verkopen door Herman, graaf van Lohn;
1248 goederen verkocht aan klooster Bethlehem; 1250 schenking kerk te Ruinen; 1250 verkoop Brunsveld te Zelhem aan klooster Bethlehem. Verkoopt 1251 Hertinc in het kerspel Versevelde aan klooster Bethlehem.
1262 blijkt uit een oorkonde dat hij gehuwd is met Agnes en dat zij toen 5 zonen en 2 dochters hadden.
1272 getuige bij het verlenen van vrijstelling van de tol van Lobeek (Lobith) voor die van Arnhem; 1275 beleent hij als miles zijn verwant Rudolphus, zoon van Folkerus de Echten met de grove en smalle tienden in Echterveen en Zuidwolde. Zoon van Henricus II van BORCULO (zie 1098472) en Eufemia van COEVORDEN (zie 1098473).
Gehuwd met 549237 Agnes, (1259-1288) Vrouwe van Borculo en Coevorden.
Ogd0176: Agnes doet in 1288 een schenking aan het klooster Bethlehem voor jaargetijden voor haar man.
Uit dit huwelijk: 1. Arnold (zie 274618).
MD Teenstra: 1284; Hendrik van Borculo, burggraaf van Coevorden sterft en wordt opgevolgd door zijn zoon Reinold (1284-1311) Opmerking Anne Post: 1284 moet zijn 1288.
Hendrik trouwde met
Agnes van NN.
Kinderen van Hendrik en Agnes:
1 Arnold van Borculo [
1.1.1.2.2.1.1.1.1]. Arnold is overleden vóór 1275.
2 Hendrik van Borculo [
1.1.1.2.2.1.1.1.2].
1.1.1.2.2.1.1.1.3 Reinold van Coevorden van Borculo is geboren omstreeks 1260, zoon van Hendrik (III) van Borculo (zie
1.1.1.2.2.1.1.1) en Agnes van NN.
Notitie bij Reinold: Slotvoogd van Coevorden van 1288 tot 1311.
In 1288 kreeg Reinoud het kasteleinschap van Coevorden. dit kasteleinschap bleef in de familie tot 1402.
ogd0196 de dato 21 maart 1296 Johannes, bisschop van Utrecht, bevestigt de door zijn voorganger Otto aan de inwoners van Oldenzaal verleende voorrechten. Medezegelaar was Reinold van Borculo, burggraaf van Coevorden.
Reinold trouwde, ongeveer 20 jaar oud, omstreeks 1280 met
NN van NN.
Kinderen van Reinold en NN:
1 Herman van Coevorden van Borculo [
1.1.1.2.2.1.1.1.3.1]. Herman is overleden na 1377.
Notitie bij Herman: In 1377 doet Harman van Coevorden, jonkheer van Selwerd, toezeggingen aan Egbert Verhouwens, borgheer van Groningen.
3 Godefridus van Coevorden van Borculo [
1.1.1.2.2.1.1.1.3.3].
4 Henricus van Coevorden van Borculo [
1.1.1.2.2.1.1.1.3.4].
6 Steven van Borculo [
1.1.1.2.2.1.1.1.3.6], geboren omstreeks 1300. Steven is overleden na 1323, minstens 23 jaar oud.
Notitie bij Steven: Vermeld in een oorkonde van 1323 waarbij hij aanwezig was op het landgoed Eyen en betrokken was bij een vechtpartij tussen de van Norchs, getrouwen van de bisschop van Utrecht, en de Hopsingers, aanhangers van de schout Hoptas uit de stad Groningen, die werden gesteund door de drost van Coevorden.
1.1.1.2.2.1.1.1.3.2 Roelof (Rodolphus) van Coevorden van Borculo, zoon van Reinold van Coevorden van Borculo (zie
1.1.1.2.2.1.1.1.3) en NN van NN. Roelof trouwde omstreeks 1330 met
NN van NN.
1.1.1.2.2.1.1.1.3.2.1 Reynolt van Coevorden van Borculo is geboren omstreeks 1330, zoon van Roelof (Rodolphus) van Coevorden van Borculo (zie
1.1.1.2.2.1.1.1.3.2) en NN van NN. Reynolt is overleden in 1400, ongeveer 70 jaar oud.
Notitie bij Reynolt: In 1379 vermeld in de lijst van leenmannen van de bisschop van Utrecht als Reynolt van Coevoerde, ridder. Hij houdt in leen int eerste in den kerspel van Gore dat huis toe den Bleddincklere, dat huis to den Sprokelrewe, in den kerspel van Delden enz.
Zie verder: http://genealogy.richardremme.com/tng/getperson.php?personID=I60274&tree=tree01
Ridder, vermeld 1348-1395; ambtman van Lage, dat hij in 1377 van de bisschop in pandschap krijgt; borgman van Goor.
Inzake "dat huys ende hoff van Ghoer" valt nog wat op te merken. Zijn de broers Reinolt en Wouter hun vader als borgman opgevolgd?
Volgens Haga (kolom 4) is het laatste levensteken van hun vader een oorkonde van 29 juli 1390. Volgens (kolom 3) de stamreeks in het Nederlands Adelsboek 1941 zou de laatste vermelding er een zijn in 1395 met een sterfjaar van 1409 (ook bij Haga, maar dan omstreeks).
Nu dienen sterfjaren in genealogische publicaties meestal opgevat te worden als overleden voor ... het jaar in kwestie. Haga spreekt van "omstreeks" zodat hij ongetwijfeld het sterfjaar uit het Ned. Adelsboek overneemt met een nuancering omdat hij in zijn artikel geen aanwijzingen geeft voor het feitelijke jaar. Kritisch beschouwd kunnen we dus stellen dat vader Reinolt van Coevorden is overleden tussen 1395 en 1409.
Waarom worden in 1400 dan Reinolt van Coeverden heer Reinoltszoon en Wolter zijn broeder beleend met het huis Goor en niet hun vader? Als vader Reinolt van Coevorden volgens de gangbare opvatting (Haga) een zwager was van Godert van Hekeren, + 1395 (Van Spaen) dan had deze toch een betere claim op Goor dan zijn kinderen. Als het sterfjaar 1395 van Van Spaen klopt waarom worden de "neefjes" dan pas in 1400 beleend? Wie was dan de borgman tussen 1395-1400? Vader Reinolt van Coevorden? Het lijkt er wel op.
Als een leenman komt te overlijden zien we meestal dat hij opgevolgd wordt door een zoon. Soms zien we dat niet één maar meerdere zonen/erfgenamen gezamenderhand worden beleend. Op 4 september 1400 werden Reinolt en Wolter van Coevorden tezamen beleend. Ze worden zonen van heer Reinolt genoemd. Het lijkt er dus sterk op dat we mogen aannemen dat beide broers als erfgenaam van hun vader zijn beleend met het huis Goor. Op basis van deze overwegingen mogen we dan stellen dat vader Reinolt van Coevorden is overleden vóór september 1400.
Reinolt van Coevorden blijkt op 25 juni 1406 nog in leven te zijn als hij de halve tienden te Daerlo (borgleen van Goor) overgeeft aan zijn zoon Reinolt. Zie: <http://www.historischcentrumoverijssel.nl/overijssel/leenrep/repertorium/lenen/493.htm.
Wie hebben Reinolt en Wolter dan in 1400 als leenman opgevolgd? De oplossing is eenvoudig. Moeder Kunegonda is op 29 juli 1390 volgens de Bisschoppelijke uispraak nog in leven (Haga, NL, kolom 4). We komen haar nadien ook nergens meer tegen. Hierboven is de veronderstelling geuit dat vader Reinolt van Coevorden krachtens zijn huwelijk met Kunegonda de borgman van Goor is geworden.
Dit moet kennelijk genuanceeerd worden. Na het overlijden van de vorige borgman zal Reinolt van Coevorden, zijnde gehuwd met een erfdochter de leenman voor het huis te Goor zijn geworden. Uit het huwelijk van Reinolt en Kunegonda zijn zonen voortgekomen. Na het overlijden van hun moeder zullen deze (mits meerderjarig natuurlijk) dus de rechtmatige erfgenamen van het leengoed zijn geworden. Op 4 september 1400 worden Reinolt en Wolter beleend. Moeder Kunegonda zal dus zijn overleden vóór september 1400.
Reynolt trouwde met
Kunegonda van Goor.
Kinderen van Reynolt en Kunegonda:
1 Reynold van Goor van Coevorden [
1.1.1.2.2.1.1.1.3.2.1.1].
2 Wolter van Goor van Coevorden [
1.1.1.2.2.1.1.1.3.2.1.2].
1.1.1.2.2.1.1.1.3.5 Reinold II van Coevorden van Borculo is geboren omstreeks 1290, zoon van Reinold van Coevorden van Borculo (zie
1.1.1.2.2.1.1.1.3) en NN van NN. Reinold is overleden in 1344, ongeveer 54 jaar oud.
Notitie bij Reinold: Slotvoogd van Coevorden van 1311 tot 1344
ogd0244 de dato 7 augustus 1313. Henricus en Albertus, broers en zonen van Gerardus, horigen van de kerk van Utrecht, verklaren de hof in Emmen in erfpacht te hebben genomen. Mede zegelaar is Reinold van Coevorden en het land van Drenthe.
ogd0247 de dato 20 juni 1314. Bolo en Leffardus, broers, verklaren van de bisschop van Utrecht de hof te Anlo met toebehoren in erfpacht te hebben genomen. Gezegeld door Reynoldus van Coevorden en het land van Drenthe.
Oorkonde 4 mei 1315 Abdij Assen:
RENOLDUS DE COVORDIA en zijne kinderen verklaren, dat hun geschil met de abdij te Asscen over het drassig land tusschen de huizen Venehusen en Pathus-door de scheidsrechters HINRICUS DE NORCH, ridder, GHODFRIDUS DE BORCLO R. ’s broeder, FREDERICUS rector der kerk van Rodlo en WICHERUS (van Norch, ook van Steenwijck, broer van Henricus van Norch) (pastoor) van Vres en deken van Threnthia-is beëindigd in dezer voege:
dat de abdij jaarlijks uit het huis Pathhus 1 vat boter, uit de weide Burchmat 3 hoenders en uit het huis Venehus 3 hoenders zal opbrengen in het kasteel te Covorde; dat de abdij haar vee van ’t huis Venehuse in de weide der marke van Covordia mag blijven weiden, mits het geen schade toebrengt aan het gezaaide en daarvoor ten behoeve der burgers van Covorde voor hunne koeien moet gereed houden 2 stieren;
dat RENOLDUS voor de van de abdij ontvangen 125 Osnabruck’sche marken zal tevreden stellen GHERARDUS KLINKING, diens broeders en de verdere markegenooten van Couordia en bepaaldelijk CESARIUS DE COVORDIA;-de Frisones, die hij geplaatst heeft in het drassig land, zonder schade en hinder der abdij zal doen vertrekken; en ook nimmermeer verlof zal geven om te bouwen of te wonen in ’t drassig land, dat voortaan ten gebruike zal zijn van de beide genoemde huizen; terwijl der abdij het recht wordt toegekend meerdere huizen daarin te bouwen, mits het huis Venehuse niet dichter worde gebracht aan de villa Couorde. Met medebezegeling door RENOLDUS’ "nepos" HINRICUS DE BORCLO en de universitas terre Threnthie.
Datum anno Domini M°CCC° quinto decimo die dominica post Inventionem sancte Crucis.
Oorspr. (Inv. No. 71). Met geschonden zegel van ’t landschap Drente in groene was; de 2 andere zegels zijn verloren.
ogd0253 de dato 24 december 1316.
Moet zijn 16 september 1316:Zie huisarchief Almelo;
Reynoldus, Rodolphus en Henricus genaamd de Covorde, broers, verklaren te hebben opgedragen aan Johannes genaamd Stengere, burger van Aldensale, het erve (domus) Velthus gelegen in Lindelo, en het erve Bernerinc, gelegen in Arneth, c.a.
Getuigen: Arnoldus de Ockenbroke, Hugo de Boclo (van Boekelo), Hermannus Heket en Hermannus de Binchorst, alsmede Henricus Snoync en Gerardus Snoync, schepenen van Aldensale..
Reinold trouwde met [waarschijnlijk]
NN van Echten.
Kinderen van Reinold en NN:
1.1.1.2.2.1.1.1.3.5.1 Reinold III van Coevorden is geboren omstreeks 1320, zoon van Reinold II van Coevorden van Borculo (zie
1.1.1.2.2.1.1.1.3.5) en NN van Echten. Reinold is overleden na 1394, minstens 74 jaar oud.
Notitie bij Reinold: Was in 1347 burggraaf van Coevorden en geeft de bisschop van Utrecht een belangrijke som geld als voorschot, waarvoor hij en zijn nakomelingen zich Heren van Coevorden mogen noemen en krijgen tevens het schultambt van Drenthe.
In 1394 probeert Frederik van Blankenheim, bisschop, het voorschot terug te geven met terugeising van het leenheerschap over Coevorden. Maar Reinold weigerde.
In een oorkonde van 2 december 1399, ogd1049, "joncvrouwe Liebet van Ghoer heeft mombaer ghemaect Reyneken heren Reynoltssoen van Coevorden"
In 1350 gaat hij een overeenkomst aan met de stad Groningen.
1351 schuldbekentenis van Reynold aan Volker van Echten.
1352 Reynold beleent Volker van Echten met diverse tienden.
1354 Reynold bevestigd het bestaan van een overeenkomst van 1324, gezegeld door zijn vader Reynold en zijn oom Rudolf.
In 1357 belooft hij de stad Groningen geen vestigingen meer op te werpen tussen de stad en het gesloopte slot Selwerd. (zie Corpus van Reenen-Mulder op website Meertens instituut)
Reinold trouwde met
NN van NN.
Kinderen van Reinold en NN:
1.1.1.2.2.1.1.1.3.5.1.1 Johan drost van Coevorden, zoon van Reinold III van Coevorden (zie
1.1.1.2.2.1.1.1.3.5.1) en NN van NN. Johan trouwde met
NN van NN.
Kind van Johan en NN:
1 Reynold van Coevorden [
1.1.1.2.2.1.1.1.3.5.1.1.1], geboren omstreeks 1360.
Notitie bij Reynold: Komt voor in een oorkonde van 1386, vermeld als knape en drost van Coevorden.
1.1.1.2.2.1.1.1.3.5.1.2 Herman van Coevorden, zoon van Reinold III van Coevorden (zie
1.1.1.2.2.1.1.1.3.5.1) en NN van NN. Herman is overleden vóór 1391.
Notitie bij Herman: Uit: http://home.kpn.nl/aswa154/kwartierstaatgenXXI-XL.htm#p1100
Bezat samen met zijn vrouw twee derde deel van de heerlijkheid Groningen en Selwerd met Gho en Wolde.
Op 14 februari 1360 werden de huwelijkse voorwaarden vastgesteld tussen Herman van Coecorden en Ida van Selwerd. Hieruit kunnen enkele conclusies wordenvastgesteld namelijk dat Ida geboren zal zijn ca. 1340 en haar vader Hendrik van Selwerd ca. 1315. Een passage uit dat huwelijks contract is van belang: Herman van Coevorden zal Ida tot zijn vrouw nemen: “mit den huse unde mit den heereschafft van Selwert unde met den gericht van Groningen also als Ludolff unde Hinrick van Selwerf darin storven unde eere was. We concluderen daaruit tot een opgaande stamreeks van Ida van Selwerd via Hendrik van Selwerd (die dus voor 1360 stierf) tot Ludolff van Gronebeke. Hieruit kan geconcludeerd worden dat Ludolff ca. 1290 geboren moet zijn.
Hij trouwde in 1360 met de ongeveer 20-jarige Ida van Selwerd. Het kerkelijk huwelijk tussen Ida en Herman vond plaats na 14 februari 1360.
Oorkonde 1377: Herman van Coevorden, jonkheer van Selwerd maakt bekend dat hij Egbert Verhouwens, burger van de stad Groningen, in het bezit heeft gesteld van de tienden te Helpman, zoals mijn voorvaderen die bezeten hebben en hij nu bezit.
Herman trouwde in 1360 met
Ida van Selwerd, ongeveer 20 jaar oud. Het kerkelijk huwelijk vond plaats op 14-02-1360. Zie
1.1.1.3.1.1.3.1.1.1 voor persoonsgegevens van Ida.
Kind van Herman en Ida:
1 Hendrik van Selwerd [
1.1.1.2.2.1.1.1.3.5.1.2.1], geboren omstreeks 1360. Hendrik is overleden na 1395, minstens 35 jaar oud.
1.1.1.2.2.1.1.1.3.5.2 Hendrik van Coevorden van Borculo is geboren omstreeks 1320, zoon van Reinold II van Coevorden van Borculo (zie
1.1.1.2.2.1.1.1.3.5) en NN van Echten.
Notitie bij Hendrik: Komt voor in een oorkonde van 1350, samen met zijn broer Reynold.
Verkoopt in 1354 vele goederen aan Volker van Echten.
Hendrik trouwde met
Sophia van NN.
1.1.1.2.2.3 Frederik van Coevorden is geboren omstreeks 1194 in
Ansen ?, zoon van Folker van Coevorden (zie
1.1.1.2.2) en Ida Lewe. Frederik is overleden na 1236 in
Coevorden ?, minstens 42 jaar oud.
Notitie bij Frederik: Is samen met zijn broer Godfried aanvoerder van de troepen van hun broer Rudolf, slotvoogd van Coevorden, die in 1227 samen met de schultes van Peize opnieuw prefect Egbert van Groningen aanvallen. Bisschop Otto II van Utrecht ontzet Egbert en verovert het slot van ridder Sweder van Peize, waarbij vele aanzienlijke Drenthen worden omgebracht.
Wordt in 1231 vermeld als de opvolger van zijn broer Rudolf als slotvoogd van Coevorden op grond van een gesloten overeenkomst tussen de bisschop van Utrecht en de Drenthen te Mitzpete (Noordlaren).
Komt voor in een oorkonde van 16 oktober 1236, waarin hij samen met Johannes, kanunnik te Osnabrück, uitspraak doet in een geschil tussen het klooster te Ruinen en de ridders Johannes en Laurentius over het veen Buddingwold.
Frederik trouwde met
NN van Ruinen?.
Kinderen van Frederik en NN:
2 Hildeburgis van Coevorden [
1.1.1.2.2.3.2], geboren omstreeks 1220 in
Ansen. Hildeburgis is overleden omstreeks 1275, ongeveer 55 jaar oud.
Notitie bij Hildeburgis: Ook genoemd Hildeburgis van Echten
ogd0145 datum 30 april 1275. Hendrik van Borculo, burggraaf van Coevorden, verleent de grove en smalle tienden in Echterveen en Zuidwolde aan Rudolf van Echten, zoon van Volker van Echten, voorheen in leen bij Sophia en Hildeburgis van Echten. (zusters van Volker van Echten)
Notitie bij publiceren van Hildeburgis: Later genoemd van Echten
3 Sophia van Coevorden [
1.1.1.2.2.3.3], geboren omstreeks 1225 in
Ansen. Sophia is overleden omstreeks 1275, ongeveer 50 jaar oud.
Notitie bij Sophia: ogd0145 datum 30 april 1275. Hendrik van Borculo, burggraaf van Coevorden, verleent de grove en smalle tienden in Echterveen en Zuidwolde aan Rudolf van Echten, zoon van Volker van Echten, voorheen in leen bij Sophia en Hildeburgis van Echten. (zusters van Volker van Echten)
1.1.1.2.2.3.1 Rudolf van Ansen is geboren omstreeks 1215 in
Coevorden, zoon van Frederik van Coevorden (zie
1.1.1.2.2.3) en NN van Ruinen?. Rudolf is overleden vóór 1273 in
Ansen, ten hoogste 58 jaar oud.
Notitie bij Rudolf: Request van 27 februari 1261. Archief Dickninge. Henricus van Borculo verleent zijn goedkeuring op de verkoop van Rudolf van Ansen aan het klooster in Ruinen van de halve tiend uit de hof te Dickninge, mits Rudolf andere goederen van gelijke waarde ten zijnen behoeve verbind, waarvoor Mewekinus (Bartholemeus) van Ruinen en Wicher borg blijven. (Zoons van Johan I van Ruinen)
ogd0130: 1262 Henricus Papinc verklaart met vrouw en onder toestemming van zijn leenheer Otto van Bentheim aan het klooster te Ruinen een hof te Eemster verkocht te hebben. Getuigen: de priesters Wilhelm van Deventer, Thithart van Dwingelo, Johannes van Beilen. Verder de ridders Bartholomeus van Ruinen, Rudolf van Ansen, Folkert van Echten en Helprich van Vollenhove.
ogd0143 datum 29 juni 1273. Sophia, weduwe van Rudolf van Ansen en haar zonen Bertold, Cesar en Heino, verklaren een jaarrente te hebben verkocht aan Bernardus, abt van Ruinen.
Rudolf trouwde met
Sophia van NN. Sophia is geboren in
Ruinen. Sophia is overleden na 1273.
Notitie bij Sophia: Request van 29 juni 1273. Archief Dickninghe.
Sophia, weduwe van deer Rodolphus, ridder, van Ansen, en haar zonen Bertoldus, Cesarius en Heino, verkopen aan de abt in Ruinen een pacht van twee Deventer Schellingen. Met medebezegeling door heer Bartholomeus.
Kinderen van Rudolf en Sophia:
2 Cyse van Ansen van Coevorden [
1.1.1.2.2.3.1.2], geboren in
Ansen.
Notitie bij publiceren van Cyse: Later genoemd van Ansen
1.1.1.2.2.3.1.1 Heino van Ansen van Coevorden is geboren in
Ansen, zoon van Rudolf van Ansen (zie
1.1.1.2.2.3.1) en Sophia van NN. Heino is overleden na 1313.
Notitie bij Heino: Ook genaamd Heino / Henricus van ANSEN, geboren ca 1235, eigenaar van de hof te Scheerhorn te Emlicheim. Zoon van Rudolf van ANSEN en Sophia
ogd0243 de dato 16 juni 1313 Johan graaf van Bentheim en zijn broers, Egbert, Christiaan en Boudewijn verklaren aan Eylardus de Turri verschillende goederen in borgleen te hebben gegeven. Vermeld wordt Hendrik van Ansen.
Heino trouwde met
NN van NN.
1.1.1.2.2.3.1.1.1 Cyse (de oude) van Ansen van Coevorden, zoon van Heino van Ansen van Coevorden (zie
1.1.1.2.2.3.1.1) en NN van NN.
Notitie bij Cyse: Genoemd op 2 maart 1369 (oude archieven Hasselt; regest nr. 19) waar hij drie waren land in Mastenbroek overdraagt aan de Heilige Sacramentskapel in Hasselt. Samen met zijn zoons Cyse en Johan, Cyses vrouw Beatrix en hun kinderen Johan en Femmeke.
Cyse trouwde met
NN van NN.
Kinderen van Cyse en NN:
2 Johan van Ansen [
1.1.1.2.2.3.1.1.1.2].
1.1.1.2.2.3.1.1.1.1 Cyse (Cizo) van Ansen, zoon van Cyse (de oude) van Ansen van Coevorden (zie
1.1.1.2.2.3.1.1.1) en NN van NN. Cyse is overleden na 1335.
Notitie bij Cyse: Archief Dickninghe. 22 juli 1335.
Cizo van Ansen verkoopt aan de abdij van Dickninghe zijn bezittingen in Ansen, zonder de nieuwe kamp; onder belofte van vergoeding der schade, van zijnentwege gedurende de oorlog tussen die van Coevorden en Johannes Klecke aan bedoelde goederen te lijden.Met borgstelling voor de nakoming dezer voorwaarden door genoemde Cizo, Arnold Wilde, Adam Luttike Wicherszoon en Gerard Mensing, onder belofte van Leisting en met medebezegeling der borgen.
Cyse trouwde met
Beatrix van NN.
Kinderen van Cyse en Beatrix:
1 Johan van Ansen [
1.1.1.2.2.3.1.1.1.1.1].
3 Albert van Ansen [
1.1.1.2.2.3.1.1.1.1.3]. Albert is overleden na 1402.
Notitie bij Albert: Genoemd in 1402 in een oorkonde waarin zijn zwager Arent van Steenwijck als getuige optreedt.
Request van25 juni 1402 archief Dickninge. Albert van Ansen Cysenzoon draagt over aan de abdij van Dickninge zijn aandeel in de smalle tienden over het goed der abdij te Spehoerne.
Albert was in 1411 keurnoot in Hasselt en had dus daar een woning en burgerrechten.
1.1.1.2.2.3.1.1.1.1.2 Femme van Ansen, dochter van Cyse (Cizo) van Ansen (zie
1.1.1.2.2.3.1.1.1.1) en Beatrix van NN. Femme trouwde in 1406 met
Arent van Steenwijck, ongeveer 42 jaar oud. Zie
1.1.1.3.1.4.1.3.1.1.1.2.3 voor persoonsgegevens van Arent.
Kinderen van Femme en Arent:
1.1.1.2.2.3.1.1.1.1.2.1 Johan (de oude) van Steenwijck is geboren omstreeks 1407, zoon van Arent van Steenwijck (zie
1.1.1.3.1.4.1.3.1.1.1.2.3) en Femme van Ansen (zie
1.1.1.2.2.3.1.1.1.1.2). Johan is overleden vóór 23-10-1460, ten hoogste 53 jaar oud.
Notitie bij Johan: Verkoopt in 1441 aan het convent van Assen de halve tiende grof en smal in de marke van Grollo in de buurtschap Schoonlo, een Borkels (Borculo) leengoed.
Verkoopt in 1443 een voet waardeel in de Dalermarke aan Egbert Buser.
Wordt op 22 oktober 1456 herbeleend met de lenen die in 1387 zijn voorvader Arend van Steenwijck hield, de twee olde hoven te Norch enz., terwijl na zijn dood 23 oktober 1460 zijn zoon Egbert werd beleend.
Johan trouwde, ongeveer 29 jaar oud, omstreeks 1436 met
Hadewich Mulert.
Kinderen van Johan en Hadewich:
1 Egbert van Steenwijck [
1.1.1.2.2.3.1.1.1.1.2.1.1]. Egbert is overleden vóór 12-08-1485.
Egbert bleef kinderloos.
2 Arend van Steenwijck [
1.1.1.2.2.3.1.1.1.1.2.1.2]. Arend is overleden vóór 1527.
Notitie bij Arend: Krijgt op 12 augustus 1485 de goederen in leen van zijn overleden broer Egbert.
Gaat uit die lenen ten behoeve van Herman van Voerst.
In 1527 wordt er een proces gevoerd voor de etstoel over zijn erfenis tussen Jacob van Uterwijck g/m Helst van Echten, dochter van Bate van Steenwijck, zuster van Arendt en de erven van Johan van Steenwijck.
Arend bleef ongehuwd. Arend bleef kinderloos.
1.1.1.2.2.3.1.1.1.1.2.1.3 Bate van Steenwijck is geboren omstreeks 1445, dochter van Johan (de oude) van Steenwijck (zie
1.1.1.2.2.3.1.1.1.1.2.1) en Hadewich Mulert. Bate is overleden omstreeks 1470, ongeveer 25 jaar oud.
Notitie bij Bate: Ook vermeld als Beatrix.
Was op huwelijkse voorwaarden gehuwd, opgemaakt op donderdag na st. margriet 1464. Ter bijstand aanwezig haar moeder en haar broer Egbert.
Uit: https://www.genealogieonline.nl/west-europese-adel/I31533.php
Egbert van den Rutenberge, Arent Sloet en Tijman Morriaen als huwelijkslieden van Roleff van Echten en Albert van Steenwijck, Geryt van Yselmuden en Johan van den Cloester als huwelijkslieden van Bate Johansdochter van Steenwijck verklaren huwelijksvoorwaarden te hebben opgesteld tussen Roleff en Bate. Aan Roleff zal betaald worden door Wolter Stellinck 300 herenponden, door Gheert Mulert de olde 200 herenponden, en 700 herenponden door Hadewych Mulert, weduwe Johan van Steenwijck. Bate zal enige kleding krijgen. Bezegeld door de huwelijkslieden en door Ceyne Mulert. Origineel, met zes van de zeven zegels. 1464 juli 19, sdonredges nae sant Margarieten daghe der hilliger jonckfrouwen.
Bate trouwde, ongeveer 19 jaar oud, omstreeks 1464 met
Roelof van Echten, ongeveer 59 jaar oud. Zie
1.1.1.2.2.3.4.2.1.2.1.1.1 voor persoonsgegevens van Roelof.
Kinderen van Bate en Roelof:
2 Johan van Echten [
1.1.1.2.2.3.1.1.1.1.2.1.3.2], geboren omstreeks 1465. Johan is overleden omstreeks 1495, ongeveer 30 jaar oud.
Notitie bij Johan: Op 14 maart 1484 wordt Johan van Echten beleend met de tienden te Echten, Zuidwolde enz. waarmee, zo hebben wij hiervoor gezien, zijn vader Roelof van Echten in 1461 werd beleend. Twee jaar later, in 1486, draagt Johan van Echten als opvolger van de overleden pastoor van Zuidwolde Henricus Aehuys voor aan de proost en aartsdiaken van de kerk van St. Marie te Utrecht, Rodolphus Stenberch.
1.1.1.2.2.3.1.1.1.1.2.2.1 Bartold Knasse is geboren omstreeks 1425 in
Westervelde, zoon van Roelof Knasse (zie
1.1.1.3.1.5.2.1.1.2.1.1.1.1) en NN (1) van Steenwijk (zie
1.1.1.2.2.3.1.1.1.1.2.2). Bartold is overleden in 1492, ongeveer 67 jaar oud.
Notitie bij Bartold: 1480. Vermeld in een oorkonde van de abdij te Assen als schulte van Norch.
15 mei 1484: De gebroeders Geert en Reinold van den Clooster verklaren ontvangen te hebben van Gese, vrouw van Henrick Berniers, en haar zoons (waaronder Paul) de aflossing van een jaarlijkse rente van acht Arnhemse guldens (min een oort) uit Disinge-erve in de marke van Westervelde en ze daarvoor te kwijten. Als getuigen waren daarbij aanwezig Bartolt Knasse, schulte van Norg, Johan Knasse, Geert Lukens en anderen. Bezegeld door Reinold van den Clooster, mede namens zijn broer Geert.
Was schulte van Norg 1487-1491.
3 mei 1487: De gebroeders Johan, Henric en Arnt van Steenwijk, en Wolter van Lennep, namens zijn vrouw Mechtelt en haar zuster Femme, verklaren tezamen verkocht te hebben aan Bartolt Knasse het Hoeynghe-erve te Een, bestaande uit huis, hof, landerijen en een waardeel, dat nu in pacht is bij Roelof Jonge Johans. Het erf is gelegen in het kerspel van Norg en Veenhuizen in de marke Een. De verkopers verklaren hiervoor de stok aan Bartolt Knasse gelegd te hebben voor buren van Een, te weten Roelof Baijens, Johan Barldeszoen, Henric Mettens, Barelt Jonge Johans, de broer van Roelof en andere getuigen. Bezegeld door Johan van Steenwijk, namens zijn broers, door Wolter van Lennep, namens de zusters Mechtelt en Femme van Steenwijk, en door Arnt van Hueswerden, rentmeester van Coevorden.
november 1491: Johan van Stee(nwijk) verklaart verkocht te hebben aan Bartolt Knasse het erf geheten Campinge, gelegen in het kerspel Norg en Veenhuizen in de marken Een en Donderen, bestaande uit landerijen, veen en een waardeel. Hij verklaart dat op dit erf is blijven rusten een rente van zes mud rogge per jaar, te betalen aan Focke Renghers en zijn vrouw (de afkoopsom van die rente bedraagt per mud twintig gouden Arnhemse guldens). Hij verklaart hiervoor de stok aan hem gelegd te hebben voor buren van N(org), te weten (J)ohan Hidding, Henrick Haijnge en anderen. Bezegeld door Johan van Steenwijk.
In 1700 wordt de leenplicht afgekocht door Warmolt Lunsingh van Gerhard Sloet tot Canneveld en Singraven, met de Oldenhof, Oosterhavinge en Westerhavinge.
Bartold bleef kinderloos. Bartold trouwde met
Gese Egberts.
1.1.1.2.2.3.1.1.1.1.2.2.2 Johan (de oude) Knasse is geboren omstreeks 1427, zoon van Roelof Knasse (zie
1.1.1.3.1.5.2.1.1.2.1.1.1.1) en NN (1) van Steenwijk (zie
1.1.1.2.2.3.1.1.1.1.2.2). Johan is overleden omstreeks 1502, ongeveer 75 jaar oud.
Notitie bij Johan: In 1450 vermeld; woonde op het erf Zybertinghe te Een. Vermeld in het belastingregister van de bisschop van Utrecht als Jan Bagiens of Baijens.
12 maart 1481; Johan Knasse en zijn vrouw zijn erfgenamen van Henrick Brinckinge en verkrijgen grond op de es van Vries van Ludekin Levinge van Zeyen. Johan Knasse bezit daar ook al grond.
9 juni 1484: David van Bourgondië, bisschop van Utrecht, beleent Johan Knasse op diens verzoek (na de dood van Timan Avinge) met Wrentinge-goed te IJde, ten behoeve van de Onze Lieve Vrouwe- en St. Bonifacius-vicariën in de kerk van Vries. Van deze belening worden uitgesloten de penningenpacht en het reeds verkochte erf, dat vroeger tot het goed behoorde. Als leenmannen waren hierbij aanwezig Johan Stelling, Albert van Steenwijk en anderen. Bezegeld door de bisschop.
Oorkonde 15 mei 1484:
De gebroeders Geert en Reinold van den Clooster verklaren ontvangen te hebben van Gese, vrouw van Henrick Berniers, en haar zoons (waaronder Paul) de aflossing van een jaarlijkse rente van acht Arnhemse guldens (min een oort) uit Disinge-erve in de marke van Westervelde en ze daarvoor te kwijten. Als getuigen waren daarbij aanwezig Bartolt Knasse, schulte van Norg, Johan Knasse, Geert Lukens en anderen. Bezegeld door Reinold van den Clooster, mede namens zijn broer Geert.
Verkrijgt na de dood van zijn broer Bartold in 1492 het leengoed in Een.
6 december 1492: Johan van Steenwijk verklaart Johan Knasse op diens verzoek (na de dood van zijn broer Bartolt Knasse) beleend te hebben met Haynghe-goed te Een, met de Oldenhof, Westerhovinge en Oosterhovinge in het kerspel Norg en Veenhuizen in de marke Een, als een leen van het Sticht Utrecht. Als leenmannen waren daarbij aanwezig Johan Stelling, drost van Coevorden, Willem van Hulsen en anderen. Bezegeld door Johan van Steenwijk.
Oorkonde van 29 april 1498;
Johan Knasse verklaart verkocht te hebben aan zijn vrouw Henrick een half waardeel in de marke Lieveren, behorend tot het erf te Langelo dat hij reeds aan haar verkocht had. Maar aangezien er bij de stoklegging voor het erf te Langeloo geen buren uit Lieveren aanwezig waren, verklaart hij nu de stok wel aan haar gelegd te hebben voor buren van Lieveren, te weten Albert Sinninge, oude Johan Sinninge en anderen. Bezegeld door Johan Knasse en Luyken Campinge.
Johan trouwde, ongeveer 33 jaar oud, omstreeks 1460 met
Hendrikje Tymens Aving, ongeveer 30 jaar oud. Hendrikje is geboren omstreeks 1430, dochter van
Tideman (Tymen) Avinge. Hendrikje is overleden na 1505, minstens 75 jaar oud.
Notitie bij Hendrikje: Oorkonde 25 april 1502:
Wigbold Lewe verklaart overgegeven te hebben aan Henrick Knasse (is weduwe van Johan Knasse) twee akkers op de es van Zeijen, waartegenover Henrick aan Wigbold afstaat Vordinghe-kamp. Wigbold verklaart voor zichzelf en voor zijn pachters zich het recht van overweg te hebben voorbehouden. Hij verklaart haar de stok hiervoor gelegd te hebben voor buren van Zeijen, te weten Henrick Levinge en Johan Levinge. Bezegeld door Johan ter Borch.
Oorkonde van 14 maart 1505:
Johan Schaffer, burgemeester van Groningen, oorkondt dat Haijke to Raswert en zijn vrouw Eetke verklaard hebben voldaan te zijn door Rene, weduwe van Vreest, voor de helft van een rente van tien mud rogge,die wijlen Johan Knasse ten behoove van Vreest en zijn vrouw Reneke gevestigd had op al zijn goederen te Donderen in het kerspel Vries. De andere helft van die rente mag Rene innen, totdat Johan Knasse of zijn erfgenamen hem aflossen. Haijke to Raswert en zijn vrouw Eetke verklaren Rene daarop te kwijten en tevens dat de weduwe van Johan Knasse, Hendrick Knasse, aan hen de andere helft van die rente heeft afgelost met 20 Bourgondische golden Rijns guldens en 20 Overlansche guldens en met de volle pacht (deze halve rente was Eetke aangeërfd door de dood van haar oom Vreest). Zij verklaren Henrick Knasse hiervoor te kwijten en haar de stok daarvoor gelegd te hebben voor buren van Donderen, te weten Johan Lunsche en Roelof Leerdinghe. Bezegeld door Johan Schaffer, burgemeester van Groningen.
Kinderen van Johan en Hendrikje:
2 Willem Knasse [
1.1.1.2.2.3.1.1.1.1.2.2.2.2], geboren omstreeks 1460. Willem is overleden na 1529, minstens 69 jaar oud.
Notitie bij Willem: Vermeld 1520-1529
1.1.1.2.2.3.1.1.1.1.2.2.2.1 Arend Knasse, zoon van Johan (de oude) Knasse (zie
1.1.1.2.2.3.1.1.1.1.2.2.2) en Hendrikje Tymens Aving. Arend is overleden na 1548.
Arend trouwde met
N Hiddingh.
Kind van Arend en N:
1 Hendrikje Knasse [
1.1.1.2.2.3.1.1.1.1.2.2.2.1.1].
1.1.1.2.2.3.1.1.1.1.2.2.2.3 Johan (de jonge) Knasse is geboren omstreeks 1460, zoon van Johan (de oude) Knasse (zie
1.1.1.2.2.3.1.1.1.1.2.2.2) en Hendrikje Tymens Aving. Johan is overleden na 1531, minstens 71 jaar oud.
Notitie bij Johan: 31 mei 1511: Johan van Steenwijk verklaart Johan Knasse de jonge (na de dood van zijn vader Johan Knasse) beleend te hebben met Haynghe-goed te Een, met de Oldenhof, Westerhovinge en Oosterhovinge in het kerspel Norg en Veenhuizen in de marke Een, als een leen van het Sticht Utrecht. Als leenmannen waren hierbij aanwezig Boldewijn van Voorst, Geerloch Putzeler en anderen. Bezegeld door Johan van Steenwijk.
In 1524 verkoopt hij land in Roden samen met zijn vrouw Grete.
Is in 1531 lid van de etstoel van Drenthe namens Noordenveld en voert in dat jaar een proces met de buren van Norg.
Johan trouwde, ongeveer 30 jaar oud, omstreeks 1490 met
Grete van NN.
Kinderen van Johan en Grete:
1.1.1.2.2.3.1.1.1.1.2.2.2.3.1 Johanna Knasse is geboren omstreeks 1495, dochter van Johan (de jonge) Knasse (zie
1.1.1.2.2.3.1.1.1.1.2.2.2.3) en Grete van NN. Johanna is overleden na 1573, minstens 78 jaar oud.
Johanna trouwde met
Aloff van Limborch.
1.1.1.2.2.3.1.1.1.1.2.2.2.3.2 Bertha Knasse is geboren omstreeks 1500, dochter van Johan (de jonge) Knasse (zie
1.1.1.2.2.3.1.1.1.1.2.2.2.3) en Grete van NN. Bertha is overleden vóór 29-06-1573, ten hoogste 73 jaar oud.
Notitie bij Bertha: Vermeld 29 juni 1573; Verdeling nalatenschap van haar overleden kind Joost Valcke dor haar zusters. Bertha en haar man zijn dan al overleden.
Bertha trouwde met
B Valcke. B is overleden vóór 1573.
Kind van Bertha en B:
1 Joest Valcke [
1.1.1.2.2.3.1.1.1.1.2.2.2.3.2.1]. Joest is overleden in 1573.
1.1.1.2.2.3.1.1.1.1.2.2.2.3.3 Hendrikje Knasse is geboren omstreeks 1505, dochter van Johan (de jonge) Knasse (zie
1.1.1.2.2.3.1.1.1.1.2.2.2.3) en Grete van NN. Hendrikje is overleden omstreeks 1580, ongeveer 75 jaar oud.
Notitie bij Hendrikje: Oorkonde van 1 juli 1569:
Henrick Knasse, weduwe van Joachim Lunsche, enerzijds en de kerspellieden van Norg anderzijds, zijn overeengekomen aangaande de collatie van de vicarie te Norg als volgt: (1) Henrick Knasse en haar erfgenamen zullen eeuwig de "voorstemme" hebben, (2) de buren zullen de voorgedragene aannemen, wanneer hij een eerbaar en bekwaam persoon is, (3) de buren zullen niemand mogen nomineren, die niet door Henrick Knasse of haar erfgenamen is voorgedragen, (4) de buren zullen, wanneer zij een zoon of vriend benoemd wensen te zien, de "voorstemme" van Henrick Knasse vragen, (5) niemand mag zijn stem uitbrengen, voordat men in vergadering op het kerkhof bijeengekomen is, op straffe van verlies van die stem. Met ondertekening door de voogd van Henrick Knasse, Johan Hidding en de volmachten van de buren, te weten Hindrick Hiddinck, Jacob Willems, Egbert Pelinck, Jan Barels, Johan Fellens, Florijs Hanghe en Geert Wiltens.
Oorkonde van 29 juni 1573:
Henrick Lunsche, weduwe van Joachim Lunsche, met haar voogd Johan Hiddinge, enerzijds en Alof van Limborg en zijn vrouw Johanna, zuster van Henrick anderzijds, verklaren te zijn overeengekomen de nalatenschap van het overleden kind Joost van wijlen hun zuster Bertha Valcken samen te verdelen. Bezegeld door Dirck Huigen en ondertekend door de partijen.
Oorkonde van 2 oktober 1575:
Henrick Lunsche stelt samen met de gemeente van Norg aan Johan Knijff, bisschop van Groningen. voor om ten behoeve van de St. Maarten- en St. Nicolaas-vicarie in de kerk van Norg (waarvan Everardus Luffog afstand had gedaan) als vicaris te benoemen Roelof Eisinge. Gezegeld en ondertekend door Haco Hinricks, schulte van Norg en Veenhuizen.
Notitie bij publiceren van Hendrikje: 1573 reqest 28. Overeenkomst met haar zuster Johanna omtrent de nalatenschap van het kind van wijlen hun zuster Bertha. (was gehuwd met B Valcke)
Hendrikje trouwde, ongeveer 40 jaar oud, in 1545 met
Joachim Lunsche, ongeveer 45 jaar oud.
Notitie bij het huwelijk van Hendrikje en Joachim:
Datum huwelijk bij benadering.
Joachim is geboren omstreeks 1500, zoon van [waarschijnlijk]
Hindrick Lunsche.
Notitie bij de geboorte van Joachim: Datum geboorte bij benadering.
Joachim is overleden omstreeks 1567, ongeveer 67 jaar oud.
Notitie bij Joachim: De familienaam Lunsche is waarschijnlijk afgeleid van Lünscher.
Dat betekent afkomstig uit Lüdenscheid = Lünscher in het Neder Saksisch.
Lüdenscheid ligt in Westfalen. In de middeleeuwen hebben meerdere adellijke families en kloosters uit Westfalen leengoederen verkregen in Noord Nederland en Noord Duitsland. (Zie ook bij Johannes Lunsche 1419)
29 juni 1559: Joachim Lunsche en zijn vrouw Henrick enerzijds en Johan Hanghe Florijs met zijn vrouw Lamme en Florijs Hanghe en zijn vrouw Marie anderzijds verklaren met elkaar overeengekomen te zijn dat Joachim Lunsche zal verkrijgen de hoogte en de laagte in Pokeshoef en van het begraven stuk veen die helft, die Hanghe en Florijs van de kinderen van wijlen hun broer gekocht hebben en waarvan Joachim de andere helft al bezit, die hij op zijn beurt weer heeft gekocht van Roelof Dykers en zijn vrouw Lutgert. Hier tegenover verklaren Hanck en Florijs van Joachim verkregen te hebben de helft van het huis met tuin c.a¿ waarvan zij de andere helft van de kinderen van wijlen hun broer gekocht hadden. Vervolgens verklaren zij overeengekomen te zijn, dat wanneer Joachim Lunsche een huis op het veen of de Pokeshoef zal bouwen, hij dan het recht van overpad over de gronden van Hanck en Florijs zal hebben. Ook is overeengekomen dat de kerkenpacht of herenschatting op het huis blijft rusten, zodat de Pokeshoef en het veen daarmee niet belast zijn en dat Johan Kornelis, meijer van Joachim Lunsche, de weg van het erf zal mogen blijven gebruiken. De partljen hebben elkaar voor deze overeenkomst van ruiling de stok gelegd voor erfburen, te weten Jacob Willems, Freek Bolens en anderen. Bezegeld door Haco Hinricks, schulte van Norg.
Kinderen van Hendrikje en Joachim:
1.1.1.2.2.3.1.1.1.1.2.2.2.3.3.1 Herman Lunsche is geboren omstreeks 1550, zoon van Joachim Lunsche en Hendrikje Knasse (zie
1.1.1.2.2.3.1.1.1.1.2.2.2.3.3).
Notitie bij de geboorte van Herman: Datum geboorte bij benadering.
Herman is overleden omstreeks 1632, ongeveer 82 jaar oud.
Notitie bij Herman: 1604 overeenkomst met Gille Ulgers, weduwe van zijn broer Johan, waarbij Gille Ulgers afstand doet van de nalatenschap tegen 31 goudguldens per jaar.
10 april 1616 wordt hij beleend met de Stichtse goederen door Engelbert van Ensse ter Grote Schere, wegens zijn huisvrouw Anna van Steenwijk.
Opmaak akte van scheiding van de nalatenschap van Herman Lunsche in 1635.
Na het overlijden van Herman wordt Arent Barelds uit Oosterwolde aangesteld als voogd over de kinderen.
Bezit in 1630 een erf/leengoed waar hij zelf op woont, twee erven in Norg die verhuurt zijn, drie in Westervelde, waarvan twee verhuurt en drie in Een die ook verhuurt zijn.
Herman trouwde, ongeveer 40 jaar oud, in 1590 met
Frekyen Brunniger, ongeveer 25 jaar oud.
Notitie bij het huwelijk van Herman en Frekyen:
Datum huwelijk bij benadering
Frekyen is geboren omstreeks 1565, dochter van
Warmolt Brunniger.
Notitie bij de geboorte van Frekyen: Datum geboorte bij benadering.
Frekyen is overleden omstreeks 1630, ongeveer 65 jaar oud.
Notitie bij Frekyen: Afkomstig van Gasselte, het erf Hoeftinge (Hovinge)
Kinderen van Herman en Frekyen:
2 Warmolt Lunsche [
1.1.1.2.2.3.1.1.1.1.2.2.2.3.3.1.2]. Warmolt is overleden in 1649.
4 Hendrik Lunsche [
1.1.1.2.2.3.1.1.1.1.2.2.2.3.3.1.4]. Hendrik is overleden in 1651.
Notitie bij overlijden van Hendrik: Datum overlijden bij benadering.
Hendrik bleef ongehuwd.
6 Jantien Lunsche [
1.1.1.2.2.3.1.1.1.1.2.2.2.3.3.1.6]. Jantien is overleden in 1650.
1.1.1.2.2.3.1.1.1.1.2.2.2.3.3.1.1 Joachim Lunsche is geboren omstreeks 1612, zoon van Herman Lunsche (zie
1.1.1.2.2.3.1.1.1.1.2.2.2.3.3.1) en Frekyen Brunniger. Joachim is overleden omstreeks 1674, ongeveer 62 jaar oud.
Notitie bij Joachim: Wordt in 1632 beleend met de Stichtse goederen.
Rochtbrief van 1652 met de eis van Rolof Alting namens zijn vrouw Hinderkien Lunsche en haar zuster Grietien Lunsche om over te gaan tot de scheiding van de nalatenschap van Hindrik Lunsche.
In 1659 wordt overeenstemming verkregen.
In mei 1657 sloeg hij een zekere Rien Lamberts uit Norg dood.
Op 23 februari 1658 werd hij door de Landdag gerehabiliteerd, als hebbende gehandeld in noodweer. In 1662 werd hem weer zitting verleend in de Landdag.
Zijn kinderen noemden zich sinds die tijd Lunsingh.
Joachim trouwde, ongeveer 23 jaar oud, in 1635 met
Elisabeth Woltheri (Wolters), ongeveer 20 jaar oud. Elisabeth is geboren omstreeks 1615, dochter van
Wouter (Wolter} Anthonissen (Teunis) en
Geertje Suinge. Elisabeth is overleden omstreeks 1673, ongeveer 58 jaar oud.
Kinderen van Joachim en Elisabeth:
2 Wolter (Woltherus) Lunsingh [
1.1.1.2.2.3.1.1.1.1.2.2.2.3.3.1.1.2], geboren op 03-06-1642. Wolter is overleden in 04-1680, 37 jaar oud.
Wolter bleef ongehuwd.
3 Joachimus Lunsingh [
1.1.1.2.2.3.1.1.1.1.2.2.2.3.3.1.1.3]. Joachimus is overleden na 1707.
4 Frederika Lunsingh [
1.1.1.2.2.3.1.1.1.1.2.2.2.3.3.1.1.4], geboren op 09-03-1636. Frederika is overleden omstreeks 1675, ongeveer 39 jaar oud.
7 Hermannus Lunsche [
1.1.1.2.2.3.1.1.1.1.2.2.2.3.3.1.1.7], geboren op 20-09-1639. Hermannus is overleden in 10-1639, 10 dagen oud.
1.1.1.2.2.3.1.1.1.1.2.2.2.3.3.1.1.1 Herman Lunsingh is geboren omstreeks 1647, zoon van Joachim Lunsche (zie
1.1.1.2.2.3.1.1.1.1.2.2.2.3.3.1.1) en Elisabeth Woltheri (Wolters). Herman is overleden vóór 13-06-1724, ten hoogste 77 jaar oud.
Herman trouwde, ten hoogste 38 jaar oud, vóór 1685 met
Lammechien Datema, ten hoogste 25 jaar oud. Lammechien is geboren omstreeks 1660, dochter van
Himme Datema en
Annegien Schuiringe. Zij is gedoopt in
Roderwolde. Lammechien is overleden in 1726, ongeveer 66 jaar oud.
Kinderen van Herman en Lammechien:
1 Joachimus Lunsingh [
1.1.1.2.2.3.1.1.1.1.2.2.2.3.3.1.1.1.1], geboren omstreeks 1686. Joachimus is overleden vóór 23-03-1723, ten hoogste 37 jaar oud.
Notitie bij Joachimus: Uit Ons Waardeel 82/3:
Joachimus Lunsingh, overleden voor 23 maart 1723. Vermoedelijk niet gehuwd. Legt op 20 maart 1714 de eed af als landdagscomparant. Moet dan tenminste 25 jaar oud zijn. Werd op die dag benoemd tot luitenant in de compagnie van majoor Kettel. Werd geen kapitein en ook geen ritmeester. Op voorstel van zijn vader werd hij luitenant-kapitein in de compagnie van de kolonel van Echten.
2 Elisabeth Lunsingh [
1.1.1.2.2.3.1.1.1.1.2.2.2.3.3.1.1.1.2], geboren omstreeks 1690. Elisabeth is overleden in 04-1760, ongeveer 70 jaar oud.
Notitie bij Elisabeth: Uit Ons Waardeel 82/3:
Elisabeth Lunsingh bleef ongehuwd.
Elisabeth bleef ongehuwd.
4 Margrieta Lunsingh [
1.1.1.2.2.3.1.1.1.1.2.2.2.3.3.1.1.1.4], geboren omstreeks 1695. Margrieta is overleden omstreeks 1745, ongeveer 50 jaar oud.
Notitie bij Margrieta: Overleden tussen 1739 en 1749.
Margrieta bleef ongehuwd.
5 Frederika (Frerikjen) Lunsingh [
1.1.1.2.2.3.1.1.1.1.2.2.2.3.3.1.1.1.5], geboren omstreeks 1695. Frerikjen is overleden op 01-04-1758, ongeveer 63 jaar oud.
Notitie bij Frerikjen: Op 8 april 1758 betalen haar zusters voor het zwarte laken. Zij zal dan even daarvoor zijn overleden.
Frerikjen bleef ongehuwd.
6 Henrica (Hinderica) (Hendrikje) Lunsingh [
1.1.1.2.2.3.1.1.1.1.2.2.2.3.3.1.1.1.6], geboren omstreeks 1700. Hendrikje is overleden in 01-1780, ongeveer 80 jaar oud.
Notitie bij Hendrikje: Uit Ons Waardeel 82/3:
Zij maakt op 7 augustus 1755 een wederkerig testament met haar zusters Elisabeth, Cornelia en Frederica.
Met haar zuster Cornelia alleen, nogmaals een wederkerig testament op 7 oktober 1771.
Henrica geeft op eind december 1771 het overlijden aan van haar zuster (Cornelia) en haar knecht.
Het opmaken van een wederkerig testament door de 4 ongetrouwde zusters Lunsingh in 1755 had kennelijk tot doel om het familiebezit uit handen te houden van Gasparus Wylant, die getrouwd was met hun zuster Annechien Lunsingh. en hun kinderen. Dit is echter slechts deels gelukt.
De reden daartoe is niet te achterhalen.
Henrica was kennelijk de sterkste en had het heft in handen bij het doen van zaken. Zij is van de 4 ongetrouwde zusters ook het laatst overleden.
7 Cornelia Lunsingh [
1.1.1.2.2.3.1.1.1.1.2.2.2.3.3.1.1.1.7], geboren in 1711. Cornelia is overleden op 24-09-1771, 59 of 60 jaar oud.
Notitie bij Cornelia: Uit Ons Waardeel 82/3:
Uit het overlijdensbericht van haar, opgemaakt door haar zuster Henrica, blijk dat zij in een kwijnende staat heeft geleefd, maar boven verwachting ruim 60 jaar oud is geworden.
Cornelia bleef ongehuwd.
1.1.1.2.2.3.1.1.1.1.2.2.2.3.3.1.1.1.3 Annegijn (Annegien) Lunsingh is geboren omstreeks 1690, dochter van Herman Lunsingh (zie
1.1.1.2.2.3.1.1.1.1.2.2.2.3.3.1.1.1) en Lammechien Datema. Annegien trouwde, ongeveer 23 jaar oud, op 29-07-1713 met
Gasparus (Casparus) Wijlant (Wieland), ongeveer 28 jaar oud. Het kerkelijk huwelijk vond plaats [
bron: DTB deel 175 Groningen]. Gasparus is geboren omstreeks 1685 in
Antwerpen, zoon van
Johan Adriaan Wijlant (Wieland) en
Maria Clara Gaspars Genoels.
Kinderen van Annegien en Gasparus:
2 Hermannus Lunsingh Kaspers Wilant (Wieland) [
1.1.1.2.2.3.1.1.1.1.2.2.2.3.3.1.1.1.3.2]. Hij is gedoopt op 23-01-1718 in
Assen [
bron: DTOB, inv.nr. 7 doopboek 1710-1768 folio 16]. Hermannus is overleden na 1742, minstens 24 jaar oud.
5 Joachimus Gaspars Wieland [
1.1.1.2.2.3.1.1.1.1.2.2.2.3.3.1.1.1.3.5]. Hij is gedoopt op 20-10-1726 in
Assen. Joachimus is overleden vóór 1768, ten hoogste 42 jaar oud.
Joachimus bleef ongehuwd.
1.1.1.2.2.3.1.1.1.1.2.2.2.3.3.1.1.1.3.1 Lammechien Wieland is geboren omstreeks 1715, dochter van Gasparus (Casparus) Wijlant (Wieland) en Annegijn (Annegien) Lunsingh (zie
1.1.1.2.2.3.1.1.1.1.2.2.2.3.3.1.1.1.3). Lammechien is overleden op 28-06-1802 in
Norg, ongeveer 87 jaar oud.
Notitie bij Lammechien: Vestigt zich na de dood van haar man in Norg op 13-04-1781. Daar drijft zij een kleine boerderij. In 1792 verkoopt zij een huis met hof te Norg aan Luitien Hof.
Lammechien bleef kinderloos. Lammechien trouwde, ongeveer 62 jaar oud, op 31-03-1777 in
Diever met
Hendrik Borstius, 46 jaar oud. Hendrik is geboren op 25-06-1730 in
Diever. Hendrik is overleden vóór 13-04-1781, ten hoogste 50 jaar oud.
1.1.1.2.2.3.1.1.1.1.2.2.2.3.3.1.1.1.3.3 Joannes Adrianus Gaspars Wijlant (Wieland), zoon van Gasparus (Casparus) Wijlant (Wieland) en Annegijn (Annegien) Lunsingh (zie
1.1.1.2.2.3.1.1.1.1.2.2.2.3.3.1.1.1.3). Hij is gedoopt op 16-02-1721 in
Assen. Joannes is overleden in 1793, 71 of 72 jaar oud.
Notitie bij Joannes: Ook vermeld als Jan en Jannes Wieland in doopaktes kinderen.
Woonde voor zijn huwelijk in Loon op het ouderlijke erf.
Na de dood van zijn tante Henrica in 1780 erft hij goederen en hij verkoopt zijn aandeel in zijn landschapsplaats in Loon en gaat een boerderij in Westervelde bewonen, afkomstig uit het Lunsingh bezit. In 1784 is hij in Westervelde al vol boer geworden.
Joannes trouwde, 35 jaar oud, op 29-02-1756 in
Assen met
Aaltje Jans, 20 of 21 jaar oud. Aaltje is geboren in 1735 in
Assen, Steendijk. Zij is gedoopt op 18-12-1735 in
Assen. Aaltje is overleden op 05-02-1810 in
Assen, 74 of 75 jaar oud.
Kinderen van Joannes en Aaltje:
5 Hermannus Lunsingh Wijlant (Wieland) [
1.1.1.2.2.3.1.1.1.1.2.2.2.3.3.1.1.1.3.3.5], geboren op 31-07-1768 in
Steendijk. Hij is gedoopt in
Rolde. Hermannus is overleden vóór 1774, ten hoogste 6 jaar oud.
1.1.1.2.2.3.1.1.1.1.2.2.2.3.3.1.1.1.3.3.1 Annigje Lunsing Wieland is geboren op 05-02-1757 in
Assen, Steendijk, dochter van Joannes Adrianus Gaspars Wijlant (Wieland) (zie
1.1.1.2.2.3.1.1.1.1.2.2.2.3.3.1.1.1.3.3) en Aaltje Jans. Zij is gedoopt op 12-02-1757 in
Assen. Annigje is overleden op 18-05-1825 in
Westervelde, 68 jaar oud.
Notitie bij Annigje: Bij haar overlijden woonde zij in huis nr. 6 te Norg. Dat huis is in 1808 aangekocht van de broers en zusters van Annigje. Twee vijfde deel van broer Jan en drie vijfde deel van de anderen.
Annigje bleef kinderloos. Annigje trouwde met
Roelf Brink. Roelf is geboren op 15-12-1755 in
Norg, zoon van
Roelf Brink en
Roelfje Luigies. Roelf is overleden op 31-08-1816 in
Norg, 60 jaar oud.
1.1.1.2.2.3.1.1.1.1.2.2.2.3.3.1.1.1.3.3.2 Lammigje Wieland, dochter van Joannes Adrianus Gaspars Wijlant (Wieland) (zie
1.1.1.2.2.3.1.1.1.1.2.2.2.3.3.1.1.1.3.3) en Aaltje Jans. Zij is gedoopt op 30-12-1759 in
Assen. Lammigje is overleden vóór 1820, ten hoogste 61 jaar oud.
Notitie bij Lammigje: Voor haar trouwe diensten verleend aan haar tante de weduwe Borstius kreeg Lammigje van haar een huis met hof cadeau.
Lammigje trouwde, 44 jaar oud, op 24-06-1804 in
Norg met
Gerrit Klaasses Slenema, 30 jaar oud. Gerrit is geboren in
Zwartendijksterschans, zoon van
Klaas Gerrits Slenema en
Angenieta Albers. Hij is gedoopt op 06-02-1774 in
Norg. Gerrit is overleden op 26-11-1847, 73 jaar oud.
Gerrit is weduwnaar van Johanna Wieland (1765-1800), met wie hij trouwde op 02-11-1800 in
Norg, zie
1.1.1.2.2.3.1.1.1.1.2.2.2.3.3.1.1.1.3.3.4. Gerrit trouwde later op 21-11-1829 in
Norg met Annegjen Jans Wieland (1802-1870), zie
1.1.1.2.2.3.1.1.1.1.2.2.2.3.3.1.1.1.3.3.6.3.
1.1.1.2.2.3.1.1.1.1.2.2.2.3.3.1.1.1.3.3.3 Elisabeth Lunsingh Wieland is geboren op 28-07-1762 in
Steendijk, dochter van Joannes Adrianus Gaspars Wijlant (Wieland) (zie
1.1.1.2.2.3.1.1.1.1.2.2.2.3.3.1.1.1.3.3) en Aaltje Jans. Zij is gedoopt op 01-08-1762 in
Rolde. Elisabeth is overleden op 11-07-1824 in
Westervelde, 61 jaar oud.
Elisabeth trouwde met
Roelf Jans van der Velds. Roelf is geboren op 01-02-1761, zoon van
Jan Everts van der Velds en
Grietje Roelfs. Roelf is overleden op 26-02-1839 in
Westervelde, 78 jaar oud.
Kinderen van Elisabeth en Roelf:
2 Joachimus van der Velds [
1.1.1.2.2.3.1.1.1.1.2.2.2.3.3.1.1.1.3.3.3.2]. Hij is gedoopt op 05-06-1791 in
Norg.
3 Aaltjen van der Velds [
1.1.1.2.2.3.1.1.1.1.2.2.2.3.3.1.1.1.3.3.3.3]. Zij is gedoopt op 02-01-1803 in
Norg.
1.1.1.2.2.3.1.1.1.1.2.2.2.3.3.1.1.1.3.3.3.1 Aaltien van der Velds is geboren in 1781 in
Norg, dochter van Roelf Jans van der Velds en Elisabeth Lunsingh Wieland (zie
1.1.1.2.2.3.1.1.1.1.2.2.2.3.3.1.1.1.3.3.3). Zij is gedoopt op 02-01-1803 in
Norg. Aaltien trouwde, 43 of 44 jaar oud, op 19-11-1825 in
Norg [
bron: Aktenr 17] met
Arent Ottenhof de Wit, 34 jaar oud. Arent is een zoon van
Albert de Wit en
Trijntje Ottenhof.
Hij is gedoopt op 08-12-1790 in
Groningen.
1.1.1.2.2.3.1.1.1.1.2.2.2.3.3.1.1.1.3.3.4 Johanna Wieland is geboren in
Steendijk, dochter van Joannes Adrianus Gaspars Wijlant (Wieland) (zie
1.1.1.2.2.3.1.1.1.1.2.2.2.3.3.1.1.1.3.3) en Aaltje Jans. Zij is gedoopt op 17-03-1765 in
Rolde. Johanna is overleden op 07-11-1800 in
Norg, 35 jaar oud.
Johanna trouwde, 35 jaar oud, op 02-11-1800 in
Norg met
Gerrit Klaasses Slenema, 26 jaar oud. Gerrit is geboren in
Zwartendijksterschans, zoon van Klaas Gerrits Slenema en Angenieta Albers. Hij is gedoopt op 06-02-1774 in
Norg. Gerrit is overleden op 26-11-1847, 73 jaar oud.
Gerrit trouwde later op 24-06-1804 in
Norg met Lammigje Wieland (1759-vóór 1820), zie
1.1.1.2.2.3.1.1.1.1.2.2.2.3.3.1.1.1.3.3.2.
Gerrit trouwde later op 21-11-1829 in
Norg met Annegjen Jans Wieland (1802-1870), zie
1.1.1.2.2.3.1.1.1.1.2.2.2.3.3.1.1.1.3.3.6.3.
Kind van Johanna en Gerrit:
1 Johannes Adrianus Klaasses [
1.1.1.2.2.3.1.1.1.1.2.2.2.3.3.1.1.1.3.3.4.1]. Hij is gedoopt op 09-11-1800 in
Norg.
1.1.1.2.2.3.1.1.1.1.2.2.2.3.3.1.1.1.3.3.6 Jan Johannes Wieland is geboren op 19-07-1771 in
Assen, Steendijk, zoon van Joannes Adrianus Gaspars Wijlant (Wieland) (zie
1.1.1.2.2.3.1.1.1.1.2.2.2.3.3.1.1.1.3.3) en Aaltje Jans. Jan is overleden op 06-02-1830 in
Westervelde, 58 jaar oud.
Notitie bij Jan: Woonde op de Grote Tempel, Westervelde nr. 122.
Na het overlijden van zijn ouders, neemt hij in 1810 de ouderlijke plaats over van zijn broer Hermannus.
Van de huisplaats krijgt zijn zwager Jan Roelfs een deel om er een huis naast te kunnen bouwen.
Jan trouwde, 25 jaar oud, op 24-07-1796 in
Norg met
Luichje Jans Pieters, 18 jaar oud. Luichje is geboren op 08-02-1778 in
Yde. Luichje is overleden op 24-03-1840 in
Westervelde, 62 jaar oud.
Kinderen van Jan en Luichje:
1 Annechje Wieland [
1.1.1.2.2.3.1.1.1.1.2.2.2.3.3.1.1.1.3.3.6.1]. Zij is gedoopt op 03-12-1797 in
Norg. Annechje is overleden vóór 10-10-1802 in
Norg, ten hoogste 4 jaar oud.
2 Johannes Wieland [
1.1.1.2.2.3.1.1.1.1.2.2.2.3.3.1.1.1.3.3.6.2]. Hij is gedoopt op 14-04-1800 in
Norg.
6 Petrus Johannes Wieland [
1.1.1.2.2.3.1.1.1.1.2.2.2.3.3.1.1.1.3.3.6.6], geboren op 06-05-1812. Petrus is overleden op 15-02-1826 in
Westervelde, 13 jaar oud.
1.1.1.2.2.3.1.1.1.1.2.2.2.3.3.1.1.1.3.3.6.3 Annegjen Jans Wieland is geboren op 06-10-1802 in
Westervelde, dochter van Jan Johannes Wieland (zie
1.1.1.2.2.3.1.1.1.1.2.2.2.3.3.1.1.1.3.3.6) en Luichje Jans Pieters. Zij is gedoopt op 10-10-1802 in
Norg. Annegjen is overleden op 06-08-1870 in
Norg, 67 jaar oud.
Annegjen trouwde, 27 jaar oud, op 21-11-1829 in
Norg met
Gerrit Klaasses Slenema, 55 jaar oud. Gerrit is geboren in
Zwartendijksterschans, zoon van Klaas Gerrits Slenema en Angenieta Albers. Hij is gedoopt op 06-02-1774 in
Norg. Gerrit is overleden op 26-11-1847, 73 jaar oud.
Gerrit is weduwnaar van Johanna Wieland (1765-1800), met wie hij trouwde op 02-11-1800 in
Norg, zie
1.1.1.2.2.3.1.1.1.1.2.2.2.3.3.1.1.1.3.3.4. Gerrit is weduwnaar van Lammigje Wieland (1759-vóór 1820), met wie hij trouwde op 24-06-1804 in
Norg, zie
1.1.1.2.2.3.1.1.1.1.2.2.2.3.3.1.1.1.3.3.2.
1.1.1.2.2.3.1.1.1.1.2.2.2.3.3.1.1.1.3.3.6.4 Jan Pieter Wieland is geboren op 05-09-1805 in
Westervelde, zoon van Jan Johannes Wieland (zie
1.1.1.2.2.3.1.1.1.1.2.2.2.3.3.1.1.1.3.3.6) en Luichje Jans Pieters. Hij is gedoopt op 15-09-1805 in
Norg. Jan is overleden op 21-03-1883 in
Norg, 77 jaar oud.
Jan trouwde met
Trijntien Klijn. Trijntien is geboren op 05-01-1801 in
Winschoten. Trijntien is overleden op 04-03-1858 in
Westervelde, 57 jaar oud.
Kinderen van Jan en Trijntien:
2 Luichie Wieland [
1.1.1.2.2.3.1.1.1.1.2.2.2.3.3.1.1.1.3.3.6.4.2], geboren op 06-06-1837 in
Gasteren.
3 Eltje Wieland [
1.1.1.2.2.3.1.1.1.1.2.2.2.3.3.1.1.1.3.3.6.4.3], geboren op 15-05-1840 in
Norg.
1.1.1.2.2.3.1.1.1.1.2.2.2.3.3.1.1.1.3.3.6.4.1 Jan Wieland is geboren op 22-06-1830 in
Eelde, zoon van Jan Pieter Wieland (zie
1.1.1.2.2.3.1.1.1.1.2.2.2.3.3.1.1.1.3.3.6.4) en Trijntien Klijn. Jan trouwde, 29 jaar oud, op 10-12-1859 met
Margje Hilberts.
Kinderen van Jan en Margje:
1 Jan Wieland [
1.1.1.2.2.3.1.1.1.1.2.2.2.3.3.1.1.1.3.3.6.4.1.1], geboren op 16-04-1860 in
Kloosterveen.
3 Trientje Wieland [
1.1.1.2.2.3.1.1.1.1.2.2.2.3.3.1.1.1.3.3.6.4.1.3], geboren op 19-11-1866 in
Vries.
4 Jantien Wieland [
1.1.1.2.2.3.1.1.1.1.2.2.2.3.3.1.1.1.3.3.6.4.1.4], geboren op 31-01-1870 in
Vries.
5 Janna Wieland [
1.1.1.2.2.3.1.1.1.1.2.2.2.3.3.1.1.1.3.3.6.4.1.5], geboren op 14-03-1974 in
Vries. Janna is overleden.
1.1.1.2.2.3.1.1.1.1.2.2.2.3.3.1.1.1.3.3.6.4.1.2 Aaltien Wieland is geboren op 01-02-1864 in
Vries, dochter van Jan Wieland (zie
1.1.1.2.2.3.1.1.1.1.2.2.2.3.3.1.1.1.3.3.6.4.1) en Margje Hilberts. Aaltien trouwde, 22 jaar oud, op 08-05-1886 in
Vries met
Martinus Koopman.
1.1.1.2.2.3.1.1.1.1.2.2.2.3.3.1.1.1.3.3.6.4.4 Hendrik Wieland is geboren op 01-11-1843 in
Norg, zoon van Jan Pieter Wieland (zie
1.1.1.2.2.3.1.1.1.1.2.2.2.3.3.1.1.1.3.3.6.4) en Trijntien Klijn. Hendrik trouwde, 20 jaar oud, op 14-05-1864 met
Johanna Juliana Beins, 37 jaar oud. Johanna is geboren op 04-01-1827 in
Emmen.
Kinderen van Hendrik en Johanna:
1.1.1.2.2.3.1.1.1.1.2.2.2.3.3.1.1.1.3.3.6.4.4.1 Jan Wieland is geboren op 16-03-1865 in
Westervelde, zoon van Hendrik Wieland (zie
1.1.1.2.2.3.1.1.1.1.2.2.2.3.3.1.1.1.3.3.6.4.4) en Johanna Juliana Beins. Jan trouwde met
Janna Nessing. Janna is geboren op 28-03-1869 in
Vries.
1.1.1.2.2.3.1.1.1.1.2.2.2.3.3.1.1.1.3.3.6.4.4.2 Mans Wieland is geboren op 22-08-1866 in
Westervelde, zoon van Hendrik Wieland (zie
1.1.1.2.2.3.1.1.1.1.2.2.2.3.3.1.1.1.3.3.6.4.4) en Johanna Juliana Beins. Mans trouwde met
L Veenstra.
1.1.1.2.2.3.1.1.1.1.2.2.2.3.3.1.1.1.3.3.6.4.4.3 Hendrik Wieland is geboren op 01-10-1869 in
Westervelde, zoon van Hendrik Wieland (zie
1.1.1.2.2.3.1.1.1.1.2.2.2.3.3.1.1.1.3.3.6.4.4) en Johanna Juliana Beins. Hendrik trouwde, 32 jaar oud, op 12-07-1902 in
Norg met
Jantien Bruggink, 30 jaar oud. Jantien is geboren op 07-07-1872 in
Norg.
1.1.1.2.2.3.1.1.1.1.2.2.2.3.3.1.1.1.3.3.6.5 Hermanus Wieland, zoon van Jan Johannes Wieland (zie
1.1.1.2.2.3.1.1.1.1.2.2.2.3.3.1.1.1.3.3.6) en Luichje Jans Pieters. Hij is gedoopt op 26-03-1809 in
Norg. Hermanus is overleden op 02-03-1875 in
Westervelde, 65 jaar oud.
Hermanus trouwde met
Grietje Geers. Zij is gedoopt op 23-12-1804 in
Norg. Grietje is overleden op 13-05-1880 in
Westervelde, 75 jaar oud.
1.1.1.2.2.3.1.1.1.1.2.2.2.3.3.1.1.1.3.3.7 Hermannus Lunsingh Wieland (Wijlant) is geboren op 07-09-1774 in
Steendijk, zoon van Joannes Adrianus Gaspars Wijlant (Wieland) (zie
1.1.1.2.2.3.1.1.1.1.2.2.2.3.3.1.1.1.3.3) en Aaltje Jans. Hij is gedoopt op 11-09-1774 in
Rolde. Hermannus is overleden op 28-04-1850 in
Westervelde, 75 jaar oud.
Notitie bij Hermannus: Woont op het ouderlijke huis nr 105 te Westervelde.
Hermannus trouwde, 27 jaar oud, op 05-05-1802 in
Norg met
Annechien Gerrits Mulder, 30 of 31 jaar oud. Annechien is geboren in 1771, dochter van
Gerrit Stevens Mulder en
Wemeltjen Barels. Annechien is overleden in 1827, 55 of 56 jaar oud.
Kinderen van Hermannus en Annechien:
4 Wemeltjen Wieland [
1.1.1.2.2.3.1.1.1.1.2.2.2.3.3.1.1.1.3.3.7.4]. Zij is gedoopt op 23-09-1810 in
Norg. Wemeltjen is overleden op 17-02-1878 in
Norg, 67 jaar oud.
Wemeltjen bleef ongehuwd.
1.1.1.2.2.3.1.1.1.1.2.2.2.3.3.1.1.1.3.3.7.1 Johannes Adrianus Wieland is geboren op 23-04-1803 in
Westervelde, zoon van Hermannus Lunsingh Wieland (Wijlant) (zie
1.1.1.2.2.3.1.1.1.1.2.2.2.3.3.1.1.1.3.3.7) en Annechien Gerrits Mulder. Hij is gedoopt op 01-05-1803 in
Norg. Johannes is overleden op 26-01-1852 in
Veenhuizen, 48 jaar oud.
Johannes trouwde, 28 of 29 jaar oud, in 1832 met
Elisabeth Everdina Hubert, 19 of 20 jaar oud. Elisabeth is geboren op 10-12-1812 in
Peize. Elisabeth is overleden na 1868 in
Westervelde, minstens 56 jaar oud.
Elisabeth trouwde later op 20-08-1859 in
Norg met
Jan Jans Oosting (geb. 1802).
Kinderen van Johannes en Elisabeth:
2 Betje Wieland [
1.1.1.2.2.3.1.1.1.1.2.2.2.3.3.1.1.1.3.3.7.1.2], geboren op 03-08-1835 in
Norg.
4 Aaltje Wieland [
1.1.1.2.2.3.1.1.1.1.2.2.2.3.3.1.1.1.3.3.7.1.4], geboren op 27-01-1838 in
Norg. Aaltje is overleden op 11-07-1842 in
Norg, 4 jaar oud.
1.1.1.2.2.3.1.1.1.1.2.2.2.3.3.1.1.1.3.3.7.1.1 Hermannus Lunsingh Wieland is geboren op 08-10-1833 in
Langelo, zoon van Johannes Adrianus Wieland (zie
1.1.1.2.2.3.1.1.1.1.2.2.2.3.3.1.1.1.3.3.7.1) en Elisabeth Everdina Hubert. Hermannus is overleden op 30-12-1912 in
Westervelde, 79 jaar oud.
Hermannus trouwde, 37 jaar oud, op 05-05-1871 in
Norg met
Geertruida Kobus.
Kinderen van Hermannus en Geertruida:
1 Everdina Wieland [
1.1.1.2.2.3.1.1.1.1.2.2.2.3.3.1.1.1.3.3.7.1.1.1].
2 Aaltje Wieland [
1.1.1.2.2.3.1.1.1.1.2.2.2.3.3.1.1.1.3.3.7.1.1.2].
1.1.1.2.2.3.1.1.1.1.2.2.2.3.3.1.1.1.3.3.7.1.3 Annigje Wieland is geboren in 1837 in
Norg, dochter van Johannes Adrianus Wieland (zie
1.1.1.2.2.3.1.1.1.1.2.2.2.3.3.1.1.1.3.3.7.1) en Elisabeth Everdina Hubert. Annigje:
(1) trouwde, 24 of 25 jaar oud, op 05-05-1862 in
Anloo met
Jan Dijkema.
(2) trouwde, 47 of 48 jaar oud, op 05-12-1885 in
Anloo met
Lukas Schoemakers, 48 of 49 jaar oud. Lukas is geboren in 1836. Lukas trouwde voorheen met
Jantien van Boven.
1.1.1.2.2.3.1.1.1.1.2.2.2.3.3.1.1.1.3.3.7.1.5 Henderika Wieland is geboren op 17-02-1842 in
Westervelde, dochter van Johannes Adrianus Wieland (zie
1.1.1.2.2.3.1.1.1.1.2.2.2.3.3.1.1.1.3.3.7.1) en Elisabeth Everdina Hubert. Henderika is overleden op 07-05-1919 om 17:30 in
Kiel-Windeweer, 77 jaar oud.
Notitie bij overlijden van Henderika: Overleden ten huize van de fam. ten Cate-Kremer.
Henderika trouwde, 26 jaar oud, op 09-05-1868 in
Zuidlaren met
Hendrik Kremer.
1.1.1.2.2.3.1.1.1.1.2.2.2.3.3.1.1.1.3.3.7.1.6 Hendrik Wieland is geboren op 05-05-1845 in
Norg, zoon van Johannes Adrianus Wieland (zie
1.1.1.2.2.3.1.1.1.1.2.2.2.3.3.1.1.1.3.3.7.1) en Elisabeth Everdina Hubert. Hendrik trouwde met
Berendje Laan. Berendje is geboren op 20-07-1844 in
Roden.
1.1.1.2.2.3.1.1.1.1.2.2.2.3.3.1.1.1.3.3.7.1.7 Jan Wieland is geboren op 03-09-1849 in
Norg, zoon van Johannes Adrianus Wieland (zie
1.1.1.2.2.3.1.1.1.1.2.2.2.3.3.1.1.1.3.3.7.1) en Elisabeth Everdina Hubert. Jan is overleden op 16-12-1894 in
Foxwolde, 45 jaar oud.
Beroep:
| |
schoenmaker |
| [bron: huwelijksakte] |
Jan trouwde met
Harmtien Geersing. Harmtien is geboren op 30-04-1856 in
Leutingewolde.
Kind van Jan en Harmtien:
1 Elizabeth Everdina Wieland [
1.1.1.2.2.3.1.1.1.1.2.2.2.3.3.1.1.1.3.3.7.1.7.1], geboren op 14-10-1880.
1.1.1.2.2.3.1.1.1.1.2.2.2.3.3.1.1.1.3.3.7.2 Gerrit Wieland, zoon van Hermannus Lunsingh Wieland (Wijlant) (zie
1.1.1.2.2.3.1.1.1.1.2.2.2.3.3.1.1.1.3.3.7) en Annechien Gerrits Mulder. Hij is gedoopt op 23-02-1806 in
Norg. Gerrit is overleden op 23-02-1875 in
Westervelde, 69 jaar oud.
Gerrit trouwde, 29 jaar oud, op 07-01-1836 in
Norg met
Marrig Pieters Huls, 26 jaar oud. Marrig is geboren in
Peest. Zij is gedoopt op 26-12-1809 in
Norg. Marrig is overleden op 07-10-1888 in
Westervelde, 78 jaar oud.
Kinderen van Gerrit en Marrig:
1.1.1.2.2.3.1.1.1.1.2.2.2.3.3.1.1.1.3.3.7.2.1 Pieter Wieland is geboren op 09-05-1836 in
Langelo, zoon van Gerrit Wieland (zie
1.1.1.2.2.3.1.1.1.1.2.2.2.3.3.1.1.1.3.3.7.2) en Marrig Pieters Huls. Pieter trouwde, 30 jaar oud, op 10-08-1866 met
Geertje Ferwerda, 23 of 24 jaar oud. Geertje is geboren in 1842 in
Haren.
Kinderen van Pieter en Geertje:
1 Gerrit Wieland [
1.1.1.2.2.3.1.1.1.1.2.2.2.3.3.1.1.1.3.3.7.2.1.1], geboren op 08-01-1868 in
Norg.
2 Hendrikje Wieland [
1.1.1.2.2.3.1.1.1.1.2.2.2.3.3.1.1.1.3.3.7.2.1.2], geboren op 05-11-1870 in
Norg. Hendrikje is overleden op 01-09-1873, 2 jaar oud.
1.1.1.2.2.3.1.1.1.1.2.2.2.3.3.1.1.1.3.3.7.2.1.3 Hendrikje Wieland is geboren op 02-04-1874 in
Norg, dochter van Pieter Wieland (zie
1.1.1.2.2.3.1.1.1.1.2.2.2.3.3.1.1.1.3.3.7.2.1) en Geertje Ferwerda. Hendrikje trouwde, 21 jaar oud, op 21-12-1895 in
Norg met
Pieter Reinder Hommes, 25 jaar oud. Pieter is geboren op 30-08-1870 in
Assen.
1.1.1.2.2.3.1.1.1.1.2.2.2.3.3.1.1.1.3.3.7.2.2 Herman Wieland is geboren op 16-02-1839 in
Westervelde, zoon van Gerrit Wieland (zie
1.1.1.2.2.3.1.1.1.1.2.2.2.3.3.1.1.1.3.3.7.2) en Marrig Pieters Huls. Herman is overleden op 01-11-1893 in
Westerbork, 54 jaar oud.
Herman trouwde, 41 jaar oud, op 29-10-1880 in
Norg met
Jeltje Biemolt, 29 jaar oud. Jeltje is geboren op 20-08-1851 in
Norg.
Kinderen van Herman en Jeltje:
1 Marchien Wieland [
1.1.1.2.2.3.1.1.1.1.2.2.2.3.3.1.1.1.3.3.7.2.2.1], geboren op 27-02-1881. Marchien is overleden op 22-11-1892, 11 jaar oud.
2 Jan Wieland [
1.1.1.2.2.3.1.1.1.1.2.2.2.3.3.1.1.1.3.3.7.2.2.2], geboren op 14-04-1882. Jan is overleden op 28-02-1883, 10 maanden oud.
3 Jan Wieland [
1.1.1.2.2.3.1.1.1.1.2.2.2.3.3.1.1.1.3.3.7.2.2.3], geboren op 29-07-1885 in
Norg.
Notitie bij Jan: Opgevoed bij tante Geesje Wieland vanwege overlijden beide ouders.
4 Gerrit Wieland [
1.1.1.2.2.3.1.1.1.1.2.2.2.3.3.1.1.1.3.3.7.2.2.4], geboren op 04-03-1889 in
Norg.
Notitie bij Gerrit: Opgevoed bij tante Geesje Wieland vanwege overlijden beide ouders.
5 Hendrik Wieland [
1.1.1.2.2.3.1.1.1.1.2.2.2.3.3.1.1.1.3.3.7.2.2.5], geboren op 13-02-1892 in
Norg.
Notitie bij Hendrik: Opgevoed bij tante Geesje Wieland vanwege overlijden beide ouders.
1.1.1.2.2.3.1.1.1.1.2.2.2.3.3.1.1.1.3.3.7.2.3 Geesje Wieland is geboren op 30-01-1843 in
Norg, dochter van Gerrit Wieland (zie
1.1.1.2.2.3.1.1.1.1.2.2.2.3.3.1.1.1.3.3.7.2) en Marrig Pieters Huls. Geesje trouwde, 43 jaar oud, op 18-03-1886 in
Norg met
Willem Arends, 57 jaar oud. Willem is geboren op 02-04-1828 in
Roden, zoon van
Jan Jans Arends en
Jantien Jannes Barkhuis.
1.1.1.2.2.3.1.1.1.1.2.2.2.3.3.1.1.1.3.3.7.3 Jan Wieland, zoon van Hermannus Lunsingh Wieland (Wijlant) (zie
1.1.1.2.2.3.1.1.1.1.2.2.2.3.3.1.1.1.3.3.7) en Annechien Gerrits Mulder. Hij is gedoopt op 28-05-1809 in
Norg. Jan trouwde, 32 jaar oud, op 07-05-1842 in
Norg met
Grietien Barels, 12 jaar oud. Zij is gedoopt op 05-01-1830.
Kinderen van Jan en Grietien:
2 Annechien Wieland [
1.1.1.2.2.3.1.1.1.1.2.2.2.3.3.1.1.1.3.3.7.3.2], geboren op 06-02-1844 in
Langelo. Annechien bleef ongehuwd.
3 Mans Wieland [
1.1.1.2.2.3.1.1.1.1.2.2.2.3.3.1.1.1.3.3.7.3.3], geboren op 23-12-1848 in
Langelo. Mans is overleden op 06-03-1901 in
Langelo, 52 jaar oud.
5 Roelof Wieland [
1.1.1.2.2.3.1.1.1.1.2.2.2.3.3.1.1.1.3.3.7.3.5], geboren op 12-11-1859 in
Langelo.
1.1.1.2.2.3.1.1.1.1.2.2.2.3.3.1.1.1.3.3.7.3.1 Geert Wieland is geboren op 11-02-1843 in
Langelo, zoon van Jan Wieland (zie
1.1.1.2.2.3.1.1.1.1.2.2.2.3.3.1.1.1.3.3.7.3) en Grietien Barels. Geert bleef kinderloos. Geert trouwde, 47 jaar oud, op 17-05-1890 in
Norg met
Margien Eilema.
1.1.1.2.2.3.1.1.1.1.2.2.2.3.3.1.1.1.3.3.7.3.4 Geesje Wieland is geboren op 16-12-1852 in
Langelo, dochter van Jan Wieland (zie
1.1.1.2.2.3.1.1.1.1.2.2.2.3.3.1.1.1.3.3.7.3) en Grietien Barels. Geesje trouwde, 33 jaar oud, op 21-05-1886 in
Norg met
Pieter Smeenge, 30 jaar oud. Pieter is geboren op 16-02-1856 in
Langelo.
1.1.1.2.2.3.1.1.1.1.2.2.2.3.3.1.1.1.3.3.7.5 Aaltje Lunsingh Wieland is geboren op 10-10-1814 in
Westervelde, dochter van Hermannus Lunsingh Wieland (Wijlant) (zie
1.1.1.2.2.3.1.1.1.1.2.2.2.3.3.1.1.1.3.3.7) en Annechien Gerrits Mulder. Aaltje is overleden op 12-08-1858 in
Veenhuizen, 43 jaar oud.
Aaltje trouwde met
Sikke Jans Sikkend. Sikke is geboren op 07-05-1814 in
Foxwolde. Sikke is overleden op 20-11-1869 in
Foxwolde, 55 jaar oud.
1.1.1.2.2.3.1.1.1.1.2.2.2.3.3.1.1.1.3.3.8 Aaltje Wieland is geboren in
Loon, dochter van Joannes Adrianus Gaspars Wijlant (Wieland) (zie
1.1.1.2.2.3.1.1.1.1.2.2.2.3.3.1.1.1.3.3) en Aaltje Jans. Zij is gedoopt op 17-05-1778 in
Rolde. Aaltje is overleden op 26-02-1830 in
Westervelde, 51 jaar oud.
Aaltje trouwde, 28 jaar oud, op 10-05-1807 in
Norg met
Jan Roelfs Roelfsema.
Kinderen van Aaltje en Jan:
1 NN Jan Roelfs [
1.1.1.2.2.3.1.1.1.1.2.2.2.3.3.1.1.1.3.3.8.1], levenloos geboren kind, geboren op 22-03-1808 in
Westervelde. Hij of zij is begraven in
Norg.
2 Roelf Jan Roelfs [
1.1.1.2.2.3.1.1.1.1.2.2.2.3.3.1.1.1.3.3.8.2]. Hij is gedoopt op 23-04-1810 in
Norg.
1.1.1.2.2.3.1.1.1.1.2.2.2.3.3.1.1.1.3.4 Maria Clara Gaspars Wijlant (Wieland), dochter van Gasparus (Casparus) Wijlant (Wieland) en Annegijn (Annegien) Lunsingh (zie
1.1.1.2.2.3.1.1.1.1.2.2.2.3.3.1.1.1.3). Zij is gedoopt op 19-12-1723 in
Assen. Maria is overleden in 1787, 63 of 64 jaar oud.
Maria trouwde met
Jan Jacobs. Jan is overleden vóór 1811.
Notitie bij Jan: Noemt zich in 1784 Jan Jacobs Wieland en staat als halve boer in Loon te boek.
Maria en Jan bleven kinderloos.
1.1.1.2.2.3.1.1.1.1.2.2.2.3.3.1.1.5 Cristoffertien (Christophora) Lunsingh is geboren op 30-04-1637, dochter van Joachim Lunsche (zie
1.1.1.2.2.3.1.1.1.1.2.2.2.3.3.1.1) en Elisabeth Woltheri (Wolters). Cristoffertien is overleden na 1693, minstens 56 jaar oud.
Cristoffertien trouwde, ongeveer 26 jaar oud, omstreeks 1663 met
Marcus Barelds, ongeveer 36 jaar oud.
Notitie bij het huwelijk van Cristoffertien en Marcus:
Huwelijkscontract 15-10-1663
Marcus is geboren in 1627. Marcus is overleden op 25-09-1714, 86 of 87 jaar oud.
Notitie bij overlijden van Marcus: Bijgezet in de grafkelder van de fam. Gasinjet in de kerk van Norg.
Kinderen van Cristoffertien en Marcus:
1 Magdalena Barelds [
1.1.1.2.2.3.1.1.1.1.2.2.2.3.3.1.1.5.1].
2 Elizabeth Barelds [
1.1.1.2.2.3.1.1.1.1.2.2.2.3.3.1.1.5.2].
3 Jochem Lunsingh Barelds [
1.1.1.2.2.3.1.1.1.1.2.2.2.3.3.1.1.5.3]. Jochem is overleden op 23-06-1675.
1.1.1.2.2.3.1.1.1.1.2.2.2.3.3.1.1.6 Warmolt Lunsingh is geboren op 16-02-1651, zoon van Joachim Lunsche (zie
1.1.1.2.2.3.1.1.1.1.2.2.2.3.3.1.1) en Elisabeth Woltheri (Wolters). Warmolt is overleden op 12-11-1708, 57 jaar oud.
Notitie bij Warmolt: Koopt in 1700 de leenplichtigheid af van de Stichtse goederen van Gerard Sloet tot Canneveld en Singraven voor 75 car guldens.
Warmolt trouwde, 24 jaar oud, op 05-08-1675 in
Gronigen, A-kerk met
Henrica (Fockens) van Hoysum, 18 of 19 jaar oud.
Notitie bij het huwelijk van Warmolt en Fockens:
Huwelijkscontract opgemaakt 16 juli 1675 te Groningen. Aktenr. 1534.
Fockens is geboren in 1656, dochter van
Focco van Hoysum en
Frederika Alting. Fockens is overleden in 1724, 67 of 68 jaar oud.
Kinderen van Warmolt en Fockens:
1.1.1.2.2.3.1.1.1.1.2.2.2.3.3.1.1.6.1 Elisabeth Lunsingh, dochter van Warmolt Lunsingh (zie
1.1.1.2.2.3.1.1.1.1.2.2.2.3.3.1.1.6) en Henrica (Fockens) van Hoysum. Elisabeth trouwde in 1709 met
Johannes Tonckens, 33 of 34 jaar oud. Johannes is geboren in 1675, zoon van
Wijncko Tonckens en
Anna Blanckstein. Johannes is overleden in 1741, 65 of 66 jaar oud.
Adres:
| |
Oosterstraat, Groningen (straat vermeld bij de geboorte van Adelgunda en Gerardus.) |
| |
Kinderen van Elisabeth en Johannes:
3 Gerardus Tonckens [
1.1.1.2.2.3.1.1.1.1.2.2.2.3.3.1.1.6.1.3], geboren in
Groningen, Oosterstraat. Hij is gedoopt op 07-07-1716 in
Groningen [
bron: DTB deel 129].
1.1.1.2.2.3.1.1.1.1.2.2.2.3.3.1.1.6.1.1 Warmolt Tonckens is geboren in 1710, zoon van Johannes Tonckens en Elisabeth Lunsingh (zie
1.1.1.2.2.3.1.1.1.1.2.2.2.3.3.1.1.6.1). Warmolt is overleden in 1782, 71 of 72 jaar oud.
Warmolt trouwde, ongeveer 38 jaar oud, omstreeks 1748 met
Trijntje Winters, ongeveer 38 jaar oud. Trijntje is geboren in 1710. Trijntje is overleden in 1790, 79 of 80 jaar oud.
Kinderen van Warmolt en Trijntje:
2 Johannes Tonckens [
1.1.1.2.2.3.1.1.1.1.2.2.2.3.3.1.1.6.1.1.2], geboren in 1750. Johannes is overleden in 1790, 39 of 40 jaar oud.
1.1.1.2.2.3.1.1.1.1.2.2.2.3.3.1.1.6.1.1.1 Wijncko Tonckens is geboren in 1749, zoon van Warmolt Tonckens (zie
1.1.1.2.2.3.1.1.1.1.2.2.2.3.3.1.1.6.1.1) en Trijntje Winters. Wijncko is overleden in 1804, 54 of 55 jaar oud.
Wijncko:
(1) trouwde met
Claasje Elevelt. Claasje is geboren in 1761. Claasje is overleden in 1789, 27 of 28 jaar oud.
(2) trouwde, 41 of 42 jaar oud, in 1791 met
Maria Vos, 21 of 22 jaar oud. Maria is geboren in 1769. Maria is overleden in 1805, 35 of 36 jaar oud.
Kinderen van Wijncko en Maria:
1.1.1.2.2.3.1.1.1.1.2.2.2.3.3.1.1.6.1.1.1.1 Hendrik Tonckens is geboren in 1793, zoon van Wijncko Tonckens (zie
1.1.1.2.2.3.1.1.1.1.2.2.2.3.3.1.1.6.1.1.1) en Maria Vos. Hendrik is overleden in 1877, 83 of 84 jaar oud.
Hendrik trouwde, 32 of 33 jaar oud, in 1826 met
Catharina van Glockman, 29 of 30 jaar oud. Catharina is geboren in 1796. Catharina is overleden in 1836, 39 of 40 jaar oud.
1.1.1.2.2.3.1.1.1.1.2.2.2.3.3.1.1.6.1.1.1.2 Wijncko Johannes Tonckens is geboren in 1804, zoon van Wijncko Tonckens (zie
1.1.1.2.2.3.1.1.1.1.2.2.2.3.3.1.1.6.1.1.1) en Maria Vos. Wijncko is overleden in 1875, 70 of 71 jaar oud.
Wijncko trouwde met
Gezina Hendrika van Baak. Gezina is geboren in 1807, dochter van
Anthony van Baak en
Harmina Aarsen. Gezina is overleden in 1868, 60 of 61 jaar oud.
Kinderen van Wijncko en Gezina:
2 Anthony Tonckens [
1.1.1.2.2.3.1.1.1.1.2.2.2.3.3.1.1.6.1.1.1.2.2].
1.1.1.2.2.3.1.1.1.1.2.2.2.3.3.1.1.6.1.1.1.2.1 Maria Wilhelmina Tonckens, dochter van Wijncko Johannes Tonckens (zie
1.1.1.2.2.3.1.1.1.1.2.2.2.3.3.1.1.6.1.1.1.2) en Gezina Hendrika van Baak. Maria trouwde in 1872 met
Benjamin Endtz, 30 of 31 jaar oud. Benjamin is geboren in 1841. Benjamin is overleden in 1920, 78 of 79 jaar oud.
1.1.1.2.2.3.1.1.1.1.2.2.2.3.3.1.1.6.1.1.1.2.3 Wijncko Tonckens is geboren in 1837, zoon van Wijncko Johannes Tonckens (zie
1.1.1.2.2.3.1.1.1.1.2.2.2.3.3.1.1.6.1.1.1.2) en Gezina Hendrika van Baak. Wijncko is overleden in 1871, 33 of 34 jaar oud.
Wijncko trouwde, 27 of 28 jaar oud, in 1865 met
Alida Blom, 23 of 24 jaar oud. Alida is geboren in 1841. Alida is overleden in 1929, 87 of 88 jaar oud.
Kinderen van Wijncko en Alida:
1 Wijncko Johannes Tonckens [
1.1.1.2.2.3.1.1.1.1.2.2.2.3.3.1.1.6.1.1.1.2.3.1], geboren in 1866. Wijncko is overleden in 1872, 5 of 6 jaar oud.
1.1.1.2.2.3.1.1.1.1.2.2.2.3.3.1.1.6.1.1.1.2.3.2 Nicolaas August Tonckens is geboren in 1867, zoon van Wijncko Tonckens (zie
1.1.1.2.2.3.1.1.1.1.2.2.2.3.3.1.1.6.1.1.1.2.3) en Alida Blom. Nicolaas is overleden in 1931, 63 of 64 jaar oud.
Nicolaas trouwde met
Elisabeth Eindhoven. Elisabeth is geboren in 1872. Elisabeth is overleden in 1962, 89 of 90 jaar oud.
Kind van Nicolaas en Elisabeth:
1 Wijncko Albertus Johannes Tonckens [
1.1.1.2.2.3.1.1.1.1.2.2.2.3.3.1.1.6.1.1.1.2.3.2.1], geboren in 1899.
1.1.1.2.2.3.1.1.1.1.2.2.2.3.3.1.1.6.1.1.1.2.3.3 Gezina Hendrika Tonckens is geboren in 1869, dochter van Wijncko Tonckens (zie
1.1.1.2.2.3.1.1.1.1.2.2.2.3.3.1.1.6.1.1.1.2.3) en Alida Blom. Gezina is overleden in 1941, 71 of 72 jaar oud.
Gezina trouwde, 23 of 24 jaar oud, in 1893 met
Frnciscus van Nieuwkuyk, 29 of 30 jaar oud. Frnciscus is geboren in 1863. Frnciscus is overleden in 1948, 84 of 85 jaar oud.
1.1.1.2.2.3.1.1.1.1.2.2.2.3.3.1.1.6.1.1.3 Joachimus Lunsingh Tonckens is geboren in 1753, zoon van Warmolt Tonckens (zie
1.1.1.2.2.3.1.1.1.1.2.2.2.3.3.1.1.6.1.1) en Trijntje Winters. Joachimus is overleden in 1821, 67 of 68 jaar oud.
Joachimus trouwde, 27 of 28 jaar oud, in 1781 met
Maria Hellinga, 23 of 24 jaar oud. Maria is geboren in 1757. Maria is overleden in 1794, 36 of 37 jaar oud.
Kinderen van Joachimus en Maria:
1.1.1.2.2.3.1.1.1.1.2.2.2.3.3.1.1.6.1.1.3.1 Warmolt Tonckens is geboren in 1782, zoon van Joachimus Lunsingh Tonckens (zie
1.1.1.2.2.3.1.1.1.1.2.2.2.3.3.1.1.6.1.1.3) en Maria Hellinga. Warmolt is overleden in 1865, 82 of 83 jaar oud.
Warmolt trouwde, 23 of 24 jaar oud, in 1806 met
Froukje Heemstra.
Kinderen van Warmolt en Froukje:
1 Maria Tonckens [
1.1.1.2.2.3.1.1.1.1.2.2.2.3.3.1.1.6.1.1.3.1.1], geboren in 1813. Maria is overleden in 1887, 73 of 74 jaar oud.
2 Jan Hendrik Willinge Tonckens [
1.1.1.2.2.3.1.1.1.1.2.2.2.3.3.1.1.6.1.1.3.1.2], geboren in 1817. Jan is overleden in 1871, 53 of 54 jaar oud.
3 Warmolt Tonckens [
1.1.1.2.2.3.1.1.1.1.2.2.2.3.3.1.1.6.1.1.3.1.3], geboren in 1820. Warmolt is overleden in 1901, 80 of 81 jaar oud.
4 Adriaan johannes Tonckens [
1.1.1.2.2.3.1.1.1.1.2.2.2.3.3.1.1.6.1.1.3.1.4], geboren in 1827. Adriaan is overleden in 1903, 75 of 76 jaar oud.
1.1.1.2.2.3.1.1.1.1.2.2.2.3.3.1.1.6.1.1.3.2 Johannes Tonckens is geboren in 1784, zoon van Joachimus Lunsingh Tonckens (zie
1.1.1.2.2.3.1.1.1.1.2.2.2.3.3.1.1.6.1.1.3) en Maria Hellinga. Johannes is overleden in 1857, 72 of 73 jaar oud.
Johannes trouwde, 36 of 37 jaar oud, in 1821 met
Gezina Kymmell, 25 of 26 jaar oud. Gezina is geboren in 1795, dochter van
Lucas Oldenhuis Kymmell en
Margaretha Willinge. Gezina is overleden in 1884, 88 of 89 jaar oud.
Kinderen van Johannes en Gezina:
3 Jan Albert Tonckens [
1.1.1.2.2.3.1.1.1.1.2.2.2.3.3.1.1.6.1.1.3.2.3], geboren in 1828. Jan is overleden in 1859, 30 of 31 jaar oud.
4 Margaretha Tonckens [
1.1.1.2.2.3.1.1.1.1.2.2.2.3.3.1.1.6.1.1.3.2.4], geboren in 1830. Margaretha is overleden in 1912, 81 of 82 jaar oud.
1.1.1.2.2.3.1.1.1.1.2.2.2.3.3.1.1.6.1.1.3.2.1 Joachimus Lunsingh Tonckens is geboren in 1822, zoon van Johannes Tonckens (zie
1.1.1.2.2.3.1.1.1.1.2.2.2.3.3.1.1.6.1.1.3.2) en Gezina Kymmell. Joachimus is overleden in 1892, 69 of 70 jaar oud.
Joachimus trouwde, 33 of 34 jaar oud, in 1856 met
Johanna van Sonsbeek, 30 of 31 jaar oud. Johanna is geboren in 1825. Johanna is overleden in 1903, 77 of 78 jaar oud.
Kind van Joachimus en Johanna:
1 Marius Tonckens [
1.1.1.2.2.3.1.1.1.1.2.2.2.3.3.1.1.6.1.1.3.2.1.1], geboren in 1865. Marius is overleden in 1957, 91 of 92 jaar oud.
1.1.1.2.2.3.1.1.1.1.2.2.2.3.3.1.1.6.1.1.3.2.2 Lucas Oldenhuis Tonckens is geboren in 1823, zoon van Johannes Tonckens (zie
1.1.1.2.2.3.1.1.1.1.2.2.2.3.3.1.1.6.1.1.3.2) en Gezina Kymmell. Lucas is overleden in 1888, 64 of 65 jaar oud.
Lucas trouwde, 40 of 41 jaar oud, in 1864 met
Elisabeth Bosman Tresling, 28 of 29 jaar oud. Elisabeth is geboren in 1835. Elisabeth is overleden in 1925, 89 of 90 jaar oud.
1.1.1.2.2.3.1.1.1.1.2.2.2.3.3.1.1.6.1.1.3.2.5 Johannes Tonckens is geboren in 1834, zoon van Johannes Tonckens (zie
1.1.1.2.2.3.1.1.1.1.2.2.2.3.3.1.1.6.1.1.3.2) en Gezina Kymmell. Johannes is overleden in 1908, 73 of 74 jaar oud.
Johannes trouwde, 27 of 28 jaar oud, in 1862 met
Hendrika Borgesius, 28 of 29 jaar oud. Hendrika is geboren in 1833. Hendrika is overleden in 1898, 64 of 65 jaar oud.
Kinderen van Johannes en Hendrika:
1.1.1.2.2.3.1.1.1.1.2.2.2.3.3.1.1.6.1.1.3.2.5.1 Egbertus Roelinus Tonckens is geboren in 1869, zoon van Johannes Tonckens (zie
1.1.1.2.2.3.1.1.1.1.2.2.2.3.3.1.1.6.1.1.3.2.5) en Hendrika Borgesius. Egbertus is overleden in 1943, 73 of 74 jaar oud.
Egbertus trouwde, 31 of 32 jaar oud, in 1901 met
Roelina Deodatus, 22 of 23 jaar oud. Roelina is geboren in 1878. Roelina is overleden in 1960, 81 of 82 jaar oud.
1.1.1.2.2.3.1.1.1.1.2.2.2.3.3.1.1.6.1.1.3.2.5.2 Jan Albert Tonckens is geboren in 1872, zoon van Johannes Tonckens (zie
1.1.1.2.2.3.1.1.1.1.2.2.2.3.3.1.1.6.1.1.3.2.5) en Hendrika Borgesius. Jan is overleden in 1952, 79 of 80 jaar oud.
Jan trouwde met
Harmtine Deodatus. Harmtine is geboren in 1876. Harmtine is overleden in 1954, 77 of 78 jaar oud.
1.1.1.2.2.3.1.1.1.1.2.2.2.3.3.1.1.6.1.1.3.3 Elzo Tonckens is geboren in 1792, zoon van Joachimus Lunsingh Tonckens (zie
1.1.1.2.2.3.1.1.1.1.2.2.2.3.3.1.1.6.1.1.3) en Maria Hellinga. Elzo is overleden in 1870, 77 of 78 jaar oud.
Elzo trouwde, 23 of 24 jaar oud, in 1816 met
Elisabeth Nijensikkinge, 25 of 26 jaar oud. Elisabeth is geboren in 1790. Elisabeth is overleden in 1861, 70 of 71 jaar oud.
1.1.1.2.2.3.1.1.1.1.2.2.2.3.3.1.1.6.1.2 Adelgunda Lunsingh Tonckens, dochter van Johannes Tonckens en Elisabeth Lunsingh (zie
1.1.1.2.2.3.1.1.1.1.2.2.2.3.3.1.1.6.1). Zij is gedoopt op 05-04-1714 in
Groningen. Adelgunda trouwde met
Gerhardus van Langen.
Kind van Adelgunda en Gerhardus:
1 Johannes van Langen [
1.1.1.2.2.3.1.1.1.1.2.2.2.3.3.1.1.6.1.2.1], geboren in
Groningen bij de Akerk. Hij is gedoopt op 16-12-1733 in
Groningen.
1.1.1.2.2.3.1.1.1.1.2.2.2.3.3.1.1.6.2 Focco Lunsingh is geboren in 1677, zoon van Warmolt Lunsingh (zie
1.1.1.2.2.3.1.1.1.1.2.2.2.3.3.1.1.6) en Henrica (Fockens) van Hoysum. Focco is overleden in 1755, 77 of 78 jaar oud.
Focco trouwde, 32 of 33 jaar oud, in 1710 met
Engelina Elisabeth Sichterman, 22 of 23 jaar oud. Engelina is geboren in 1687. Engelina is overleden in 1712, 24 of 25 jaar oud.
Kind van Focco en Engelina:
1 Warmolt Lunsingh [
1.1.1.2.2.3.1.1.1.1.2.2.2.3.3.1.1.6.2.1], geboren in 1712. Warmolt is overleden in 1789, 76 of 77 jaar oud.
Warmolt bleef ongehuwd.
1.1.1.2.2.3.1.1.1.1.2.2.2.3.3.1.3 Grietje Lunsche, dochter van Herman Lunsche (zie
1.1.1.2.2.3.1.1.1.1.2.2.2.3.3.1) en Frekyen Brunniger. Grietje is overleden in 1655.
Grietje:
(1) trouwde in 1634 met
Richard Luilofs. Richard is overleden vóór 1638.
(2) trouwde in 1638 met
Roelof Schuiringe.
1.1.1.2.2.3.1.1.1.1.2.2.2.3.3.1.5 Hinderkien Lunsche, dochter van Herman Lunsche (zie
1.1.1.2.2.3.1.1.1.1.2.2.2.3.3.1) en Frekyen Brunniger. Hinderkien trouwde in 1635 met
Roelof Alting. Roelof is overleden na 1668.
1.1.1.2.2.3.1.1.1.1.2.2.2.3.3.2 Johan Lunsche (Lunsinge) is geboren omstreeks 1530, zoon van Joachim Lunsche en Hendrikje Knasse (zie
1.1.1.2.2.3.1.1.1.1.2.2.2.3.3). Johan is overleden omstreeks 1603, ongeveer 73 jaar oud.
Notitie bij overlijden van Johan: Datum overlijden bij benadering.
Notitie bij Johan: 28 april 1553: Hendrick Hiddinge, mede namens zijn drie zusters, verklaart door tussenkomst van jonker Johan van Ewsum te hebben verkocht aan jonker Reinold van Burmania, drost van Coevorden en Drenthe, hun aandeel in hun erf te Veenhuizen, onder dezelfde voorwaarden als hun stiefmoeder Arnt Hiddinge haar aandeel aan de Drost had verkocht; met als speciale voorwaarde dat zij, als ze zich zouden vestigen in hun ouderlijk huis te Norg, het recht zouden verkrijgen om enige dagen turf te graven. De voogden over de kinderen van wijlen Roelof Hiddinge, te weten Johan Tollens en Johan Lunsinge, verklaren met deze verkoop in te stemmen. Ondertekend door de partijen.
Johan trouwde met
Gille Ulgers. Gille is een dochter van
Ulger Ulgers en
Evert(je) Grevinge.
1.1.1.2.2.3.1.1.1.1.2.2.2.3.3.3 NN Lunsinge is geboren omstreeks 1520, dochter van Joachim Lunsche en Hendrikje Knasse (zie
1.1.1.2.2.3.1.1.1.1.2.2.2.3.3). NN trouwde met
Harmen Hendriks Hiddingh. Zie
1.1.1.3.1.4.2.1.1.5.2.4.1.1.2.1.1.1.1 voor persoonsgegevens van Harmen.
Kinderen van NN en Harmen:
1 Hendrick Hiddinge [
1.1.1.2.2.3.1.1.1.1.2.2.2.3.3.3.1], geboren omstreeks 1535.
Notitie bij Hendrick: Oorkonde van 28 april 1553:
Hendrick Hiddinge, mede namens zijn drie zusters, verklaart door tussenkomst van jonker Johan van Ewsum te hebben verkocht aan jonker Reinold van Burmania, drost van Coevorden en Drenthe, hun aandeel in hun erf te Veenhuizen, onder dezelfde voorwaarden als hun stiefmoeder Arnt Hiddinge haar aandeel aan de Drost had verkocht; met als speciale voorwaarde dat zij, als ze zich zouden vestigen in hun ouderlijk huis te Norg, het recht zouden verkrijgen om enige dagen turf te graven. De voogden over de kinderen van wijlen Roelof Hiddinge, te weten Johan Tollens en Johan Lunsinge, verklaren met deze verkoop in te stemmen. Ondertekend door de partijen.
Hendrik en zijn zusters waren in 1553 nog jong, woonden in Veenhuizen, maar hun ouderlijk huis stond in Norg en was ook nog hun bezit.
2 NN Hiddingh [
1.1.1.2.2.3.1.1.1.1.2.2.2.3.3.3.2], geboren omstreeks 1537.
3 NN Hiddingh [
1.1.1.2.2.3.1.1.1.1.2.2.2.3.3.3.3], geboren omstreeks 1540.
4 NN Hiddingh [
1.1.1.2.2.3.1.1.1.1.2.2.2.3.3.3.4], geboren omstreeks 1542.
1.1.1.2.2.3.1.1.1.1.2.2.2.3.3.4 NN Lunsche, dochter van Joachim Lunsche en [waarschijnlijk] Hendrikje Knasse (zie
1.1.1.2.2.3.1.1.1.1.2.2.2.3.3). NN trouwde met
Arent Barelds. Arent is overleden na 1630.
Notitie bij Arent: Door E Pelinck vermeld als Arend Barelds
In 1630 eigenaar van meerdere erven in Een.
1.1.1.2.2.3.1.1.1.1.2.2.3 NN Knasse is geboren omstreeks 1430, dochter van Roelof Knasse (zie
1.1.1.3.1.5.2.1.1.2.1.1.1.1) en NN (1) van Steenwijk (zie
1.1.1.2.2.3.1.1.1.1.2.2). NN trouwde met
Johan Barelds. Johan is geboren omstreeks 1420.
Kinderen van NN en Johan:
2 Roelof Barelds [
1.1.1.2.2.3.1.1.1.1.2.2.3.2], geboren omstreeks 1455.
1.1.1.2.2.3.1.1.1.1.2.2.3.1 Jonge Johan Barelds is geboren omstreeks 1450, zoon van Johan Barelds en NN Knasse (zie
1.1.1.2.2.3.1.1.1.1.2.2.3).
Kinderen van Jonge uit onbekende relatie:
1 Roelof Jonge Johans Barelds [
1.1.1.2.2.3.1.1.1.1.2.2.3.1.1].
2 Bareld jonge Johans Barelds [
1.1.1.2.2.3.1.1.1.1.2.2.3.1.2].
1.1.1.2.2.3.1.1.1.1.2.3 Albert van Steenwijck is geboren omstreeks 1415, zoon van Arent van Steenwijck (zie
1.1.1.3.1.4.1.3.1.1.1.2.3) en Femme van Ansen (zie
1.1.1.2.2.3.1.1.1.1.2). Albert is overleden vóór 12-08-1485, ten hoogste 70 jaar oud.
Notitie bij Albert: Ook genoemd van den Goer of Ghoer of Gore en ook tot de Scheer.
Extra informatie. Zie nieuwe drentse volksalmanak 1893 blz 229.
Uit www.zwiebelfam.nl/gendata/roland/i299283.htm
22 okt. 1456 komt hii voor als hulder van zijn vrouw bij de belening met het goed Geerding 92).
Als gerichtsman van Eininghen wordt hij vermeld van 1459-1473 93).
In 1460 zien wij Egbert van Steenwijck beleend, na dood van zijn vader en onder momberschap van zijn oom Albert 94).
Als huweliiksvriend van zijn nicht Bate, die trouwt met Roelof van Echten, treedt hij op in 1464 91).
In 1470 is hij borg bij de huwelijksovereenkomst tussen Hendrik van der Ese van Gramsbergen (voor diens dochter Sophia) en Roelof van Coevorden 95).
Met zijn vrouw verkoopt hij in 1473 een opbrengst uit hun goed Aveking te Beerte 96).
Op 6 maart 1482 beleent de bissehop hem uit zonderlinge gunst met het kerkerecht van Emmen, Odoorn en Schonebeke, een vijfmarksleen 97).
In 1484 treffen we hem nog aan bij de Klaringen te Deventer en Kampen 98).
Hij moet overleden zijn in 1485, daar dan zijn zoon Johan met de kerkerechten wordt beleend 99).
Uit een akte van 1487 leert men zijn kinderen kennen.Het zijn Johan, Hendrik, Arend, Mechtelt gehuwd met Wolter van Lennep en Femme.
Op 3 mei 1487 verkopen zij Hoeijngheerve in de marke van Een aan Bartold Knasse.
De gebroeders Johan, Henric en Arnt van Steenwijk, en Wolter van Lennep, namens zijn vrouw Mechtelt en haar zuster Femme, verklaren tezamen verkocht te hebben aan Bartolt Knasse het Hoeynghe-erve te Een, bestaande uit huis, hof, landerijen en een waardeel, dat nu in pacht is bij Roelof Jonge Johans (van Steenwijk). Het erf is gelegen in het kerspel van Norg en Veenhuizen in de marke Een. De verkopers verklaren hiervoor de stok aan Bartolt Knasse gelegd te hebben voor buren van Een, te weten Roelof Baijens (=Roelof Knasse, de vader van Bartold), Johan Barldeszoen, Henric Mettens, Barelt Jonge Johans (van Steenwijk), de broer van Roelof en andere getuigen. Bezegeld door Johan van Steenwijk, namens zijn broers, door Wolter van Lennep, namens de zusters Mechtelt en Femme van Steenwijk, en door Arnt van Hueswerden, rentmeester van Coevorden.
In 1514 hertrouwt zijn weduwe met Johan Santinck 101) ; zij moet vóór 30 jan. 1525 overleden zijn, daar dan haar zoon Henric met haar goederen beleend wordt 102). 93)Arch. Sibculo p. 95, 97. 94) T.R.O.-D, p. 128. 95) Arch. Rechteren. 96) Arch. Sibeulo. 97) N.D.V.A. 1892 p. 229. 98) Nagge p. 294. 99) N.D.V.A. 1892 p. 229 100) Idem 101) T.R.O.- E p. 522. 102) T.R.O.-E p. 357.
Albert trouwde met
Johanna van Selwerd. Johanna is geboren omstreeks 1440 in
Hardenberg. Johanna is overleden in 1524, ongeveer 84 jaar oud.
Johanna trouwde later in 1514 met
Johan Santinck.
Kinderen van Albert en Johanna:
2 Hindrik van Steenwijck [
1.1.1.2.2.3.1.1.1.1.2.3.2], geboren omstreeks 1460.
Notitie bij Hindrik: Ook genoemd als van den Goer of Ghoer of Gore
3 Arent van Steenwijck [
1.1.1.2.2.3.1.1.1.1.2.3.3], geboren omstreeks 1462.
Notitie bij Arent: Ook genoemd als van den Goer of Ghoer of Gore
5 Femme van Steenwijck [
1.1.1.2.2.3.1.1.1.1.2.3.5], geboren omstreeks 1468.
Notitie bij Femme: Ook genoemd als van den Goer of Ghoer of Gore
1.1.1.2.2.3.1.1.1.1.2.3.1 Johan van Steenwijck is geboren omstreeks 1457, zoon van Albert van Steenwijck (zie
1.1.1.2.2.3.1.1.1.1.2.3) en Johanna van Selwerd. Johan is overleden in 1519, ongeveer 62 jaar oud.
Notitie bij Johan: Ook genoemd als van den Goer of Ghoer of Gore
Wordt beleend met de kerkerechten op 12 augustus 1485, na sde dood van zijn vader.
Krijgt op 20 maart 1501 de leengoederen in Norch.
9 november 1487 tuchtigt hij zijn echtgenote in Oldenhuis in Zeese.
Tussen zijn erven en Jacob van Uterwijck is in 1527 een proces gevoerd voor de etstoel over de goederen van zalige Heer Arendt van Steenwijck.
Jacob van Uterwijck was getrouwd met Helst van Echten, dochter van Bate van Steenwijck en Roelof van Echten.
3 mei 1487: De gebroeders Johan, Henric en Arnt van Steenwijk, en Wolter van Lennep, namens zijn vrouw Mechtelt en haar zuster Femme, verklaren tezamen verkocht te hebben aan Bartolt Knasse het Hoeynghe-erve te Een, bestaande uit huis, hof, landerijen en een waardeel, dat nu in pacht is bij Roelof Jonge Johans. Het erf is gelegen in het kerspel van Norg en Veenhuizen in de marke Een. De verkopers verklaren hiervoor de stok aan Bartolt Knasse gelegd te hebben voor buren van Een, te weten Roelof Baijens, Johan Barldeszoen, Henric Mettens, Barelt Jonge Johans, de broer van Roelof en andere getuigen. Bezegeld door Johan van Steenwijk, namens zijn broers, door Wolter van Lennep, namens de zusters Mechtelt en Femme van Steenwijk, en door Arnt van Hueswerden, rentmeester van Coevorden.
november 1491: Johan van Stee(nwijk) verklaart verkocht te hebben aan Bartolt Knasse het erf geheten Campinge, gelegen in het kerspel Norg en Veenhuizen in de marken Een en Donderen, bestaande uit landerijen, veen en een waardeel. Hij verklaart dat op dit erf is blijven rusten een rente van zes mud rogge per jaar, te betalen aan Focke Renghers en zip vrouw (de afkoopsom van die rente bedraagt per mud twintig gouden Arnhemse guldens). Hij verklaart hiervoor de stok aan hem gelegd te hebben voor buren van N(org), te weten (J)ohan Hidding, Henrick Haijnge en anderen. Bezegeld door Johan van Steenwijk.
6 december 1492: Johan van Steenwijk verklaart Johan Knasse op diens verzoek (na de dood van zijn broer Bartolt Knasse) beleend te hebben met Haynghe-goed te Een, met de Oldenhof, Westerhovinge en Oosterhovinge in het kerspel Norg en Veenhuizen in de marke Een, als een leen van het Sticht Utrecht. Als leenmannen waren daarbij aanwezig Johan Stelling, drost van Coevorden, Willem van Hulsen en anderen. Bezegeld door Johan van Steenwijk.
Johan trouwde met
Lutgerd van den Clooster. Zie
1.1.1.3.1.4.1.3.1.1.2.1.1.2.1.2.3 voor persoonsgegevens van Lutgerd.
Kind van Johan en Lutgerd:
1 Dirk van Steenwijck [
1.1.1.2.2.3.1.1.1.1.2.3.1.1].
1.1.1.2.2.3.1.1.1.1.2.3.4 Mechteld van Steenwijck is geboren omstreeks 1464, dochter van Albert van Steenwijck (zie
1.1.1.2.2.3.1.1.1.1.2.3) en Johanna van Selwerd.
Notitie bij Mechteld: Ook genoemd als van den Goer of Ghoer of Gore
Mechteld trouwde met
Wolter van Lennep.
1.1.1.2.2.3.1.1.1.1.2.5 Johan (de jonge) van Steenwijck is geboren omstreeks 1420, zoon van Arent van Steenwijck (zie
1.1.1.3.1.4.1.3.1.1.1.2.3) en Femme van Ansen (zie
1.1.1.2.2.3.1.1.1.1.2). Johan is overleden na 1462, minstens 42 jaar oud.
Notitie bij Johan: Woonde in 1440 vermoedelijk op het erf Weretinghe te Een, een deel van het leengoed Eyen. Vermeld als Johan Wicking in de oorkonde als buur.
Vermoedelijk woonde zijn zoon Bareld bij hem in en werd de grond bewerkt door zoon Roelof die meier was van Hageninghe.
27 maart 1447 verwerft hij kwijtschelding wegens doodslag van Egbert Esking (Eising) van de vrienden van het klooster te Assen.
Wordt in 1462 vermeld samen met Steven ter Borch.
Kinderen van Johan uit onbekende relatie:
1 Bareld van Steenwijck [
1.1.1.2.2.3.1.1.1.1.2.5.1]. Bareld is overleden na 1487.
Notitie bij Bareld: Vermeld in een oorkonde van 1440 als buur.
2 Roelof van Steenwijck [
1.1.1.2.2.3.1.1.1.1.2.5.2], geboren omstreeks 1435. Roelof is overleden na 1487, minstens 52 jaar oud.
Notitie bij Roelof: Mogelijk vermeld in het belastingregister van de bisschop van Utrecht van omstreeks 1450 als Roelof Wicking. (Roelof op Weretinghe)
In 1450 vermeld als belastingplichtige van Hageninghe als Roelof Mages.
Was in 1487 meier van Hageninghe.
Vermeld in een oorkonde van 1487, waarin Bartold Knasse van de gebrouders Johan, Hendrik en Arent van Steenwijck en hun zusters het Hoeyngheerf (Hageninghe) te Een verkrijgt, dat nu in pacht is bij Roelof jonge Johans. Bij de stoklegging waren aanwezig de buren van Een, Roelof Baijens, Johan Bareldszoon, Hendrik Martens of Mettens, Barelt jonge Johans, de broer van Roelof en andere getuigen.
1.1.1.2.2.3.1.3 Bertold van Ansen van Coevorden is geboren na 1232 in
Ruinen, Ansen, zoon van Rudolf van Ansen (zie
1.1.1.2.2.3.1) en Sophia van NN. Bertold trouwde met
NN van NN.
1.1.1.2.2.3.1.3.1 Rudolf van Ansen van Coevorden is geboren omstreeks 1265, zoon van Bertold van Ansen van Coevorden (zie
1.1.1.2.2.3.1.3) en NN van NN. Rudolf is overleden vóór 1316, ten hoogste 51 jaar oud.
Notitie bij Rudolf: Elders gepubliceerd:
Rudolf van ANSEN, geboren ca 1265, overleden voor 1316, zoon van Bertolt van ANSEN.
Gehuwd met Berta van NORCH
ndva 1893; 8 september 1316. Berta, weduwe van Rudolf van Ansen, verkoopt met haar zonen Bertold en Eiso het huis in Drucht in Zuidwolde aan Roelof van Echten.
Rudolf trouwde, ongeveer 30 jaar oud, omstreeks 1295 met
Berta van Norch, ongeveer 22 jaar oud. Zie
1.1.1.3.1.4.2.1.1.6 voor persoonsgegevens van Berta.
Kinderen van Rudolf en Berta:
2 Cyse van Ansen [
1.1.1.2.2.3.1.3.1.2], geboren omstreeks 1305. Cyse is overleden na 1369, minstens 64 jaar oud.
Notitie bij Cyse: Was in 1316 nog minderjarig, evenals zijn broer Berthold; zie bij hun moeder Berta.
22 juli 1335.
Cizo van Ansen verkoopt aan de abdij van Dikninge zijn bezittingen te Ansen, zonder de nieuwe kamp; onder belofte van vergoeding der schade, van zijnentwege gedurende den oorlog tussen die van Koevorden en Johannes Klencke aan bedoelde goederen te lijden. Met borgstelling voor de nakoming door genoemde Cyzo, Arnold Wilde, Adam Luttike Wicherssone en Gerhard Menzinghe, onder belofte in "leisting" te zullen gaan in een eerzame herberg waar zij veilig zijn, en met medezegeling door de borgen.
Mogelijk genoemd in akte van 17 november 1367.
Cyse van Ansen de oude verklaart zijn tienden bij de Reest en ander bezit verkocht te hebben aan Jan de Vos van Steenwijk.
Het origineel van deze acte is verloren; we kennen slechts een regest uit de 17e eeuw in het huisarchief Hackfort, inv. no. 188 onder no. 320 (R.A. Gelderland) in deze vorm:
Een brief mit een uijthangend segel in dato 1367 des woensdaegs nae Martini in den winter, waerbij Cijse van Ansen d’olde bekent vercoft te hebben Jan de Vos van Steenwijck sijn tienden op die Reesten, groff ende small, mit die goedekens penningen ende sijn deel van der maten, soo het gelegen aver d’achl bij Hakeswolde op Coldervene onder conditien, dat hij het van den vercoper ofte van den heerschap, daer hij het van plecht te holden, holden cal.
14 november 1368.
Cyse van Ansen de oude verklaart Johan de Vos van Steenwijk beleend te hebben met de tienden bij de Reest en ander bezit.
Naar het origineel in het archief van graaf van Merveldt op het slot Lembeck (archief Westerwinkel), Urk.
no. 63. Regest uit de 17e eeuw in het huisarchief Hackfort, inv. no. 188 onder no. 322 (R.A. Gelderland).
Ic Cyse van Ansen de oelde doe kundych allen luden, de desen brief zulen sien oft horen lesen ende bykenne openbaer, dat Johan Vos van Steenwijc ende sine erfghenamen den tienden by der Reesten ende yenich gue t , dat he mit rechte van my holden sal ende van minen erfghenamen holden sal to Suetvenschen lene to enen punde; vort meer so bykenne ic Cyse vorscr. in dese opene brieve, wannier heer Alef, min broder, aflivich wurt, so sal Johan verscr. ofte sine erfghenamen, de in der tijd were van miner heelfte, de my hoerde van den tienden to Lede tovoren utburen half so vele als ic vercoft hebbe van
heren Alefs mudden, mins broders, sunder wedersegghen mins ofte miner erfghenamen, utghesproken alle aerghelijst, de in deser vorghescreven vorworde Johan vorscr. ofte sinen erfghenamen hinderen moghen. In oerkunde der waerheyt so hebbe ic Cyse vorscr. vor my ende vorscr. minen erfghenamen myn zeghel an desen brief ghehangehen; ghegheven int iaer unses Heren dusent driehundert achtentsestych des dynxdaghes na sente Martine in den winter.
Het zegel is afgevallen
akte uit 1369.
Cyse van Ansen de oude en Cyse van Ansen de jonge verklaren Jan de Vos van Steenwijk verkocht te hebben een goed te Scheerhorn in het kerspel Emlichheim.
Het origineel is verloren. We kennen slechts een regest uit de 17e eeuw in het huisarchief Hackfort, inv. no. 188 onder no. 323 (R.A. Gelderland) in deze vorm:
Een brief daervan die segels meerendeel gebraecken sijnde, sunsten twe geweest in dato 1369, waerbij Chijse van Ansen d’olde ende jonge vercoft hebben an Jan de Vos van Steenwijck haer goet toe Scheerhorde gelegen in den kerspel van Emmeninckhem.
3 [waarschijnlijk]
Roelof van Ansen [
1.1.1.2.2.3.1.3.1.3], geboren in
Vollenhove. Roelof is overleden na 1340.
Notitie bij Roelof: Waarschijnlijk dezelfde als Roelf Bollar van Ansen, genoemd in een oorkonde van 10 oktober 1340, samen met Bertold van Ansen, Bertold Knas van Eelde, Coenraad van den Ghore, Otto Haertinge van Haren, Otto Dusewold van Dilligte en Alf Mensinge.
(Coenraad van den Ghore was een neef van Berthold van Ansen, zoon van Johanna van Norch, een zuster van zijn moeder Bertha. Bertold was zijn broer. De anderen zijn waarschijnlijk ook alle aan Berthold verwant)
Is waarschijnlijk geen broer van Berthold en Cyse, omdat hij niet wordt genoemd in de oorkonde van 1316; zie bij Berta. Maar kan wel een stiefbroer zijn, of een bastaardzoon van Rudolf van Ansen.
1.1.1.2.2.3.1.3.1.1 Berthold van Ansen is geboren omstreeks 1300 in
Ansen, zoon van Rudolf van Ansen van Coevorden (zie
1.1.1.2.2.3.1.3.1) en Berta van Norch (zie
1.1.1.3.1.4.2.1.1.6). Berthold is overleden na 1340, minstens 40 jaar oud.
Notitie bij Berthold: ogd0305 28 februari 1327; Pertoldus de Ansen vermeld.
Was in 1316 nog minderjarig.
Vermeld in een oorkonde van 10 oktober 1340.
Berthold trouwde met
Elsabe van NN. Elsabe is geboren omstreeks 1300 in
Vollenhove.
Kinderen van Berthold en Elsabe:
1 Griete van Ansen [
1.1.1.2.2.3.1.3.1.1.1].
1.1.1.2.2.3.1.3.1.1.2 Hadewich van Ansen is geboren in 1338 in
Ansen, dochter van Berthold van Ansen (zie
1.1.1.2.2.3.1.3.1.1) en Elsabe van NN. Hadewich is overleden in 1406, 67 of 68 jaar oud.
Notitie bij publiceren van Hadewich: 6410 Hadewich van ANSEN, geboren ca 1330, overleden 00-00-1406, dochter van Bertolt van ANSEN (zie 6423) en Elsabe (zie 154375).
Gehuwd 00-00-1354 met Johannes VOS van den GOER (Vos van Steenwijck) (zie 6409).
Uit dit huwelijk:
1. Coenraad (zie 6412).
2. Reinold de VOS van STEENWIJK (zie 6405).
3. Bertolt (zie 6413).
Hadewich trouwde, 15 of 16 jaar oud, op 02-04-1354 met
Johan de Vos van de Ghore van Steenwijck, ongeveer 21 jaar oud. Het kerkelijk huwelijk vond plaats omstreeks 1354. Zie
1.1.1.3.1.4.1.3.1.1.1.3 voor persoonsgegevens van Johan.
Kinderen van Hadewich en Johan:
1.1.1.2.2.3.1.3.1.1.2.1 Coenraad de Vos van Steenwijck is geboren omstreeks 1355 in
Dwingelo, zoon van Johan de Vos van de Ghore van Steenwijck (zie
1.1.1.3.1.4.1.3.1.1.1.3) en Hadewich van Ansen (zie
1.1.1.2.2.3.1.3.1.1.2).
Notitie bij Coenraad: Ook genoemd als van den Goer of Ghoer of Gore
In 1406 beleent met de hof te Dwingelo
Coenraad trouwde met
Agnes van Buckhorst. Agnes is geboren omstreeks 1380, dochter van
Johan II van Buckhorst en
Ermgard van Hackfort.
Kind van Coenraad en Agnes:
1.1.1.2.2.3.1.3.1.1.2.1.1 Hendrick de Vos van Steenwijck tot Batinge, zoon van Coenraad de Vos van Steenwijck (zie
1.1.1.2.2.3.1.3.1.1.2.1) en Agnes van Buckhorst. Hendrick is overleden in 1457.
Hendrick:
(2) trouwde met
Mechteld (Mette) van Gheesteren.
Kinderen van Hendrick en Lyse:
1 Johanna de Vos van Steenwijck [
1.1.1.2.2.3.1.3.1.1.2.1.1.1].
2 Johan de Vos van de Ghore van Steenwijck tot Batinge [
1.1.1.2.2.3.1.3.1.1.2.1.1.2]. Johan is overleden in 1480.
3 Roelof de Vos van Steenwijck tot Entinge [
1.1.1.2.2.3.1.3.1.1.2.1.1.3], geboren vóór 1418.
1.1.1.2.2.3.1.3.1.1.2.2 Bertold de Vos van Steenwijck is geboren omstreeks 1360, zoon van Johan de Vos van de Ghore van Steenwijck (zie
1.1.1.3.1.4.1.3.1.1.1.3) en Hadewich van Ansen (zie
1.1.1.2.2.3.1.3.1.1.2). Bertold is overleden vóór 1404, ten hoogste 44 jaar oud.
Notitie bij Bertold: Ook genoemd als van den Goer of Ghoer of Gore
Bertold trouwde met
NN van Ruinen. Zie
1.1.1.3.1.4.1.3.1.1.2.1.3 voor persoonsgegevens van NN.
Kinderen van Bertold en NN:
1.1.1.2.2.3.1.3.1.1.2.2.1 Arent de Vos van Steenwijck tot Ansen, zoon van Bertold de Vos van Steenwijck (zie
1.1.1.2.2.3.1.3.1.1.2.2) en NN van Ruinen (zie
1.1.1.3.1.4.1.3.1.1.2.1.3). Arent is overleden na 1432.
Notitie bij Arent: Request van 21 oktober 1420 archief Dickninghe. Arent de Vos van Steenwic draagt over aan de abdij te Dickninghen de helft van de halve grove en smalle tienden over tybertus huus c.a. over het huis c.a. ten Velde ten westen daarvan en over Henric Bolikens huus c.a. genaamd de Ghere in het karspel van Blijdenstein in de marke van de Broekhuizen nu bewoond door Grote Lubbert, Henric Neygemygers en Henric Bolikens voornoemd. Zie ook request van 7 november 1421, 4 juni 1423,
Request van 14 april of 11 augustus 1432 archief Dickninghe.
Arend de Vos van Steenwijck en zijn echtgenote Beerte Mulaers dragen over aan de abdij te Dickninge een rente van 4 Groninger mudden rogge uit de grove tienden en "mudden van garven" gelegen in de marke van Ansen, die zij heffen uit "onsen lijfdynge erf en goed" geheten Nye Astebrynge, waarop nu Roelof Arendszoon des meyers woont. en een akker land geheten de Drieling in dezelfde marke aan de Gronenweg (Groningerweg?); welke 4 mudden de eerste pacht zullen zijn, naast 4 stede mudden rogge voor de abdij.
10 november 1432. Arent de Vos van Steenwijck en Beerte, echtelieden dragen in de marke van Ansen over aan de abdij van Dickninge een rente van 4 stede Groninger mudden rogge uit grove tienden, "garfdeel"en stede mudden die zij heffen uit önsen lijfdynge ende pachtgoede ende erf"geheten Nye Astebrynge in de marke te Ansen (waarvan de beterscap behoort aan Roelf Arent des meyers zone) als eerste pacht naast 8 stede mudden rogge, door Arent en Beerte reeds vroeger aan de abdij verkocht.
Arent trouwde met
Beerte Mulert.
Kinderen van Arent en Beerte:
1.1.1.2.2.3.1.3.1.1.2.2.1.1 Bertold de Vos van Steenwijck, zoon van Arent de Vos van Steenwijck tot Ansen (zie
1.1.1.2.2.3.1.3.1.1.2.2.1) en Beerte Mulert. Bertold trouwde met
NN van NN.
Kind van Bertold en NN:
1 Coenraad de Vos van Steenwijck [
1.1.1.2.2.3.1.3.1.1.2.2.1.1.1]. Coenraad is overleden vóór 1494.
1.1.1.2.2.3.1.3.1.1.2.2.1.2 Johan de Vos van Steenwijck, zoon van Arent de Vos van Steenwijck tot Ansen (zie
1.1.1.2.2.3.1.3.1.1.2.2.1) en Beerte Mulert. Johan trouwde met
NN van NN.
Kinderen van Johan en NN:
1 Arent de Vos van Steenwijck [
1.1.1.2.2.3.1.3.1.1.2.2.1.2.1].
2 Reynolt de Vos van Steenwijck [
1.1.1.2.2.3.1.3.1.1.2.2.1.2.2].
1.1.1.2.2.3.1.3.1.1.2.2.2 Mechteld de Vos van Steenwijck, dochter van Bertold de Vos van Steenwijck (zie
1.1.1.2.2.3.1.3.1.1.2.2) en NN van Ruinen (zie
1.1.1.3.1.4.1.3.1.1.2.1.3). Mechteld trouwde met
Bertold Hagen. Bertold is overleden in 1437.
1.1.1.2.2.3.1.3.1.1.2.2.3 Elisabeth de Vos (Lyse) van Steenwijck is geboren omstreeks 1387, dochter van Bertold de Vos van Steenwijck (zie
1.1.1.2.2.3.1.3.1.1.2.2) en NN van Ruinen (zie
1.1.1.3.1.4.1.3.1.1.2.1.3). Lyse is overleden in 1418, ongeveer 31 jaar oud.
Lyse trouwde met
Hendrick de Vos van Steenwijck tot Batinge. Zie
1.1.1.2.2.3.1.3.1.1.2.1.1 voor persoonsgegevens van Hendrick.
1.1.1.2.2.3.1.3.1.1.2.3 Reinold (de Vos van de Ghoere) van Steenwijck is geboren omstreeks 1365 in
Dwingelo, zoon van Johan de Vos van de Ghore van Steenwijck (zie
1.1.1.3.1.4.1.3.1.1.1.3) en Hadewich van Ansen (zie
1.1.1.2.2.3.1.3.1.1.2). Reinold is overleden in 1448, ongeveer 83 jaar oud.
Notitie bij Reinold: Ook Vos van Steenwijkck van de Ghoere.
Reinold de VOS van STEENWIJK, raadsman van Groningen, geboren ca 1360, overleden 00-00-1448. In 1393 aanvaardt hij met vele andere Drenten,(als opvolger van Floris van WEVELICHOVEN) Frederik van BLANKENHEIM,bisschop van Utrecht, als landsheer. Frederik maakte een einde aan de heerschappij van de Heren van Coeverden.
Hij behoort tot de raadslieden van Groningen die de bisschop beloven de stad te bewaken tegen de vijanden van het Sticht en hem erkennen als de heer van Coevorden en Drenthe.
In 1428 keert hij zich tegen de bisschop van Utrecht ten gunste van hertog Amoud van EGMONT. Hij werd opgenomen in de ridderschap van Veluwe en in 1436 zegelt hij met zijn zoon Hendrik verbond tussen de ridderschap en de steden Arnhem, Harderwijk, Wageningen, Hattem en Elburg. Zoon van Johannes VOS van den GOER (Vos van Steenwijck) en Hadewich van ANSEN.
Gehuwd voor de kerk ca 1390 met Alyt van PUTTEN.
Uit dit huwelijk: 3 kinderen.
Reinold trouwde, ongeveer 34 jaar oud, omstreeks 1399 met
Alyt van Putten, ongeveer 34 jaar oud. Alyt is geboren omstreeks 1365, dochter van
Pelgrim van Putten en
Katharina van Zinderen. Alyt is overleden omstreeks 1449, ongeveer 84 jaar oud.
Notitie bij Alyt: Was de oudste dochter van Pelgrim van Putten
Kinderen van Reinold en Alyt:
1 Herbrande van Steenwijck [
1.1.1.2.2.3.1.3.1.1.2.3.1], geboren omstreeks 1390. Herbrande is overleden vóór 1442, ten hoogste 52 jaar oud.
Notitie bij Herbrande: Ook genaamd de Vos van Steenwijck.
Trad in 1416 in als non in het klooster van de abdij te Assen.Op 6 januari 1416 schonk haar vader aan het klooster een rente uit bezit in Rolde, als prebende voor haar. Zij had toen de gelofte nog niet afgelegd en was dus nog jong.
Notitie bij publiceren van Herbrande: Trad in 1416 op jonge leeftijd in in de Abdij te Assen.
2 Mechteld van Steenwijck [
1.1.1.2.2.3.1.3.1.1.2.3.2], geboren omstreeks 1390.
Notitie bij Mechteld: Ook genaamd de Vos van Steenwijck
Trad in 1430 als non in het klooster te Assen. Op 4 april 1430 schonk haar vader als medegave een roggerente van goed onder Rolde aan het klooster.
Notitie bij publiceren van Mechteld: Trad in 1430 in als non in de Abdij te Assen.
1.1.1.2.2.3.1.3.1.1.2.3.3 Hadewich van Steenwijck is geboren omstreeks 1400, dochter van Reinold (de Vos van de Ghoere) van Steenwijck (zie
1.1.1.2.2.3.1.3.1.1.2.3) en Alyt van Putten. Hadewich is overleden na 1442, minstens 42 jaar oud.
Notitie bij Hadewich: Ook genaamd de Vos van Steenwijck
Op 24 juli 1442 wordt zij vermeld als Johans des basters weduwe van Beieren.
Hadewich:
(1) trouwde met
Johan bastaard van Beieren.
(2) trouwde met
Henrick Bentinck.
1.1.1.2.2.3.1.3.1.1.2.3.4 Hendrick (de Vos) van Steenwijk is geboren vóór 1435 in
Putten, zoon van Reinold (de Vos van de Ghoere) van Steenwijck (zie
1.1.1.2.2.3.1.3.1.1.2.3) en Alyt van Putten. Hendrick is overleden in 1477, minstens 42 jaar oud.
Notitie bij Hendrick: Ook genaamd de Vos van Steenwijck.
Komt vanaf 1435 in oorkonden voor.
Landdrost van de Veluwe.
Uit www.windgenealogie.org :
6402 Henrick Reinolds de VOS van STEENWIJK, richter, ritmeester, landdrost en burgemeester van Elburg, geboren ca 1395, overleden 00-00-1478. Henrick houdt in 1438 enige burgers in Hattem in arrest.In 1446 cedeert zijn zuster Hadewich al haar rechten op Putten en Drempt en in 1447 wordt hij ritmeester van Harderwijk.In 1450 is hij erfgenaam van zijn moeder.
Van 1468-1474 heeft hij een geschil met Elburg over de gruit en het gruitgeld, hij is daar burgemeester 1464 en 1477. Zoon van Reinold de VOS van STEENWIJK (zie 6405) en Alyt van PUTTEN (zie 6406).
Gehuwd voor de kerk 00-00-1438 te Kampen met Margaretha Hermans van UTERWIJCK (Margariete) (zie 6403).
Uit dit huwelijk: 7 kinderen.
Notitie bij publiceren van Hendrick: Landdrost op de Veluwe
Hendrick trouwde, minstens 3 jaar oud, in 1438 met
Margaretha van Uiterwijck, 42 of 43 jaar oud. Het kerkelijk huwelijk vond plaats omstreeks 1438 in
Kampen. Margaretha is geboren in
Kampen, dochter van
Herman van Uiterwijck en
Berta van Rees. Zij is gedoopt in 1481.
Notitie bij Margaretha: Ook vermeld als van Uterwijck van Putten.
Kinderen van Hendrick en Margaretha:
1 Aleid van Steenwijk [
1.1.1.2.2.3.1.3.1.1.2.3.4.1], geboren in 1439.
Notitie bij Aleid: Trad in 1460 in het klooster St. Agnesconvent te Kampen.
2 Herman van Steenwijck [
1.1.1.2.2.3.1.3.1.1.2.3.4.2], geboren in
Putten. Herman is overleden na 1499.
Notitie bij Herman: Ook genaamd de Vos van Steenwijck.
Werd in 1478 beleend met de vaderlijke goederen beleend.
4 Pelgrim van Steenwijck [
1.1.1.2.2.3.1.3.1.1.2.3.4.4], geboren omstreeks 1444 in
Putten. Pelgrim is overleden na 1499, minstens 55 jaar oud.
Notitie bij Pelgrim: Ook genaamd de Vos van Steenwijck
5 Dirk van Steenwijk [
1.1.1.2.2.3.1.3.1.1.2.3.4.5], geboren omstreeks 1446. Dirk is overleden na 1497, minstens 51 jaar oud.
Notitie bij Dirk: Wordt in 1488,1489,1490,1491 en 1497 genoemd in oorkonden.
1.1.1.2.2.3.1.3.1.1.2.3.4.3 Johan (de Vos van de Ghore) van Steenwijck is geboren omstreeks 1420 in
Putten, zoon van Hendrick (de Vos) van Steenwijk (zie
1.1.1.2.2.3.1.3.1.1.2.3.4) en Margaretha van Uiterwijck. Johan is overleden na 1482, minstens 62 jaar oud.
Notitie bij Johan: Ook genaamd de Vos van Steenwijck
Wordt in 1482 genoemd in een oorkonde
Johan trouwde met
Beerte van Echten. Zie
1.1.1.2.2.3.4.2.1.2.1.3.1 voor persoonsgegevens van Beerte.
Kinderen van Johan en Beerte:
1 Reynold van Steenwijck [
1.1.1.2.2.3.1.3.1.1.2.3.4.3.1].
2 Agnes van Steenwijck [
1.1.1.2.2.3.1.3.1.1.2.3.4.3.2], geboren omstreeks 1450.
1.1.1.2.2.3.1.3.1.1.2.3.4.3.3 Elisabeth (Lijsje) van Steenwijck is geboren na 1450, dochter van Johan (de Vos van de Ghore) van Steenwijck (zie
1.1.1.2.2.3.1.3.1.1.2.3.4.3) en Beerte van Echten (zie
1.1.1.2.2.3.4.2.1.2.1.3.1).
Notitie bij Lijsje: Ook genaamd de Vos van Steenwijck
Lijsje trouwde, ten hoogste 20 jaar oud, in 1470 met
Herman van den Clooster, ongeveer 30 jaar oud. Zie
1.1.1.3.1.4.1.3.1.1.2.1.1.2.1.3 voor persoonsgegevens van Herman.
Kind van Lijsje en Herman:
1.1.1.2.2.3.1.3.1.1.2.3.4.3.3.1 Reinoud van den Clooster is geboren in 1485, zoon van Herman van den Clooster (zie
1.1.1.3.1.4.1.3.1.1.2.1.1.2.1.3) en Elisabeth (Lijsje) van Steenwijck (zie
1.1.1.2.2.3.1.3.1.1.2.3.4.3.3). Reinoud is overleden in 1550, 64 of 65 jaar oud.
Notitie bij Reinoud: Heer van de Havixhorst
Reinoud trouwde met
Anna van Steenwijck. Zie
1.1.1.3.1.4.1.3.1.1.1.1.1.2.2.1 voor persoonsgegevens van Anna.
Kinderen van Reinoud en Anna:
1 Herman van den Clooster [
1.1.1.2.2.3.1.3.1.1.2.3.4.3.3.1.1].
1.1.1.2.2.3.1.3.1.1.2.3.4.3.3.1.2 Agnes van den Clooster is geboren in 1520, dochter van Reinoud van den Clooster (zie
1.1.1.2.2.3.1.3.1.1.2.3.4.3.3.1) en Anna van Steenwijck (zie
1.1.1.3.1.4.1.3.1.1.1.1.1.2.2.1). Agnes is overleden in 1560, 39 of 40 jaar oud.
Agnes trouwde met
Johan Bredenhorst en Almelo. Johan is geboren in 1505. Johan is overleden in 1580, 74 of 75 jaar oud.
Notitie bij Johan: Heer van Rechteren
Kinderen van Agnes en Johan:
1 Adolf Bredenhorst en Almelo [
1.1.1.2.2.3.1.3.1.1.2.3.4.3.3.1.2.1], geboren in 1545. Adolf is overleden in 1598, 52 of 53 jaar oud.
Notitie bij Adolf: Heer van Rechteren
2 Seger Bredenhorst en Almelo [
1.1.1.2.2.3.1.3.1.1.2.3.4.3.3.1.2.2], geboren in 1554. Seger is overleden in 1603, 48 of 49 jaar oud.
3 Otto van Rechteren [
1.1.1.2.2.3.1.3.1.1.2.3.4.3.3.1.2.3], geboren in 1558.
4 Hendrik van Rechteren [
1.1.1.2.2.3.1.3.1.1.2.3.4.3.3.1.2.4], geboren in 1560. Hendrik is overleden in 1595, 34 of 35 jaar oud.
Notitie bij Hendrik: Heer van de Hoonhorst
1.1.1.2.2.3.1.3.1.1.2.3.4.3.4 Hendrick (de Vos) van Steenwijck is geboren omstreeks 1460, zoon van Johan (de Vos van de Ghore) van Steenwijck (zie
1.1.1.2.2.3.1.3.1.1.2.3.4.3) en Beerte van Echten (zie
1.1.1.2.2.3.4.2.1.2.1.3.1).
Notitie bij Hendrick: Ook genaamd de Vos van Steenwijck
Hendrick trouwde met
Everharda Kruse. Everharda is geboren omstreeks 1460 in
Echten Dr.. Everharda is overleden omstreeks 1490, ongeveer 30 jaar oud.
Notitie bij Everharda: Familienaam ook geschreven als Guers
Kinderen van Hendrick en Everharda:
1 Coenraad van Steenwijck [
1.1.1.2.2.3.1.3.1.1.2.3.4.3.4.1], geboren omstreeks 1492. Coenraad is overleden omstreeks 1549, ongeveer 57 jaar oud.
Notitie bij Coenraad: Ook genaamd de Vos van Steenwijck
1.1.1.2.2.3.1.3.1.1.2.3.4.3.4.2 Johan van Steenwijck is geboren omstreeks 1495, zoon van Hendrick (de Vos) van Steenwijck (zie
1.1.1.2.2.3.1.3.1.1.2.3.4.3.4) en Everharda Kruse. Johan is overleden omstreeks 1530, ongeveer 35 jaar oud.
Notitie bij Johan: Ook genaamd de Vos van Steenwijck
Johan trouwde met
NN van NN.
Kinderen van Johan en NN:
1 Jacob Johansz van Steenwijck [
1.1.1.2.2.3.1.3.1.1.2.3.4.3.4.2.1].
2 Mette Johansz van Steenwijck [
1.1.1.2.2.3.1.3.1.1.2.3.4.3.4.2.2].
3 Catharina Johansz van Steenwijck [
1.1.1.2.2.3.1.3.1.1.2.3.4.3.4.2.3].
4 Hendrik Johansz van Steenwijck [
1.1.1.2.2.3.1.3.1.1.2.3.4.3.4.2.4], geboren omstreeks 1515.
Notitie bij Hendrik: Ook genaamd de Vos (van Steenwijck)
5 Roelof Johansz van Steenwijck [
1.1.1.2.2.3.1.3.1.1.2.3.4.3.4.2.5], geboren omstreeks 1520.
Notitie bij Roelof: Ook genaamd de Vos (van Steenwijck)
6 Herman Johansz van Steenwijck [
1.1.1.2.2.3.1.3.1.1.2.3.4.3.4.2.6], geboren omstreeks 1540. Herman is overleden omstreeks 1614, ongeveer 74 jaar oud.
Notitie bij Herman: Ook genaamd de Vos (van Steenwijck)
Herman Johansz de Vos gezeit Hummelinck geboren in 1540 kan een zoon zijn van Johan de Vos geboren in 1495 in Vollenhove, maar zeker is dit niet.
1.1.1.2.2.3.1.3.1.1.2.3.4.3.5 Roelof van Steenwijck is geboren omstreeks 1460, zoon van Johan (de Vos van de Ghore) van Steenwijck (zie
1.1.1.2.2.3.1.3.1.1.2.3.4.3) en Beerte van Echten (zie
1.1.1.2.2.3.4.2.1.2.1.3.1). Roelof is overleden omstreeks 1500, ongeveer 40 jaar oud.
Notitie bij Roelof: Ook genaamd de Vos van Steenwijck
Notitie bij publiceren van Roelof: Vrouwe van Entinge
Roelof trouwde, ongeveer 20 jaar oud, in 1480 met
Jutta Mulert, ongeveer 15 jaar oud. Jutta is geboren omstreeks 1465, dochter van
Hessel Mulert en
Agnes van Ruijtenberg. Jutta is overleden omstreeks 1515, ongeveer 50 jaar oud.
Kind van Roelof en Jutta:
1.1.1.2.2.3.1.3.1.1.2.3.4.3.5.1 Rudolpha van Steenwijck is geboren omstreeks 1485, dochter van Roelof van Steenwijck (zie
1.1.1.2.2.3.1.3.1.1.2.3.4.3.5) en Jutta Mulert. Rudolpha is overleden omstreeks 1555, ongeveer 70 jaar oud.
Notitie bij Rudolpha: Ook genaamd de Vos van Steenwijck
Rudolpha trouwde, ongeveer 28 jaar oud, in 1513 met
Bouchard van Westerholt, ongeveer 23 jaar oud. Bouchard is geboren omstreeks 1490, zoon van
Herman van Westerholt en
Maria van Keppel. Bouchard is overleden omstreeks 1540, ongeveer 50 jaar oud.
Notitie bij Bouchard: Heer van Dinkelborg, Brockhuis en Koppel, Stadhouder van Oostfriesland.
Kinderen van Rudolpha en Bouchard:
2 Hendrik van Westerholt [
1.1.1.2.2.3.1.3.1.1.2.3.4.3.5.1.2], geboren omstreeks 1520. Hendrik is overleden omstreeks 1570, ongeveer 50 jaar oud.
Notitie bij Hendrik: Heer van Entinge
1.1.1.2.2.3.1.3.1.1.2.3.4.3.5.1.1 Bouchard van Westerholt is geboren omstreeks 1515, zoon van Bouchard van Westerholt en Rudolpha van Steenwijck (zie
1.1.1.2.2.3.1.3.1.1.2.3.4.3.5.1). Bouchard is overleden omstreeks 1600, ongeveer 85 jaar oud.
Notitie bij Bouchard: Heer van Alst
Kind van Bouchard uit onbekende relatie:
1.1.1.2.2.3.1.3.1.1.2.3.4.3.5.1.1.1 Engelbert van Westerholt is geboren omstreeks 1570, zoon van Bouchard van Westerholt (zie
1.1.1.2.2.3.1.3.1.1.2.3.4.3.5.1.1). Engelbert is overleden omstreeks 1605, ongeveer 35 jaar oud.
Notitie bij Engelbert: Heer van Alst en Lake
Kind van Engelbert uit onbekende relatie:
1 Sophia Anna van Westerholt [
1.1.1.2.2.3.1.3.1.1.2.3.4.3.5.1.1.1.1], geboren omstreeks 1600.
Notitie bij Sophia: Vrouwe van Alst en Haselüne
1.1.1.2.2.3.1.3.1.1.2.3.4.6 Frans van Steenwijk is geboren omstreeks 1448, zoon van Hendrick (de Vos) van Steenwijk (zie
1.1.1.2.2.3.1.3.1.1.2.3.4) en Margaretha van Uiterwijck. Frans is overleden in 1523, ongeveer 75 jaar oud.
Notitie bij Frans: Wordt in 1497 vermeld in oorkonde.
Was richter in Arnhem in 1505 en 1508.
Werd op 8 februari 1507 als erfgenaam van zijn broer Herman door de bisschop van Utrecht beleend met de tienden te Telgt onder Ermelo.
Kinderen van Frans uit onbekende relatie:
1 Katharina van Steenwijk [
1.1.1.2.2.3.1.3.1.1.2.3.4.6.1].
2 Margaretha van Steenwijk [
1.1.1.2.2.3.1.3.1.1.2.3.4.6.2].
1.1.1.2.2.3.1.3.1.1.2.3.4.7 Berta van Steenwijk, dochter van Hendrick (de Vos) van Steenwijk (zie
1.1.1.2.2.3.1.3.1.1.2.3.4) en Margaretha van Uiterwijck. Berta trouwde met
Gijsbert van Broeckhuysen.
1.1.1.2.2.3.4 volker van Echten is geboren omstreeks 1225 in
Ansen, zoon van Frederik van Coevorden (zie
1.1.1.2.2.3) en NN van Ruinen?. volker is overleden na 1290, minstens 65 jaar oud.
Notitie bij volker: ogd0130: 1262 Henricus Papinc verklaart met vrouw en onder toestemming van zijn leenheer Otto van Bentheim aan het klooster te Ruinen een hof te Eemster verkocht te hebben. Getuigen: de priesters Wilhelm van Deventer, Thithart van Dwingelo, Johannes van Beilen. Verder de ridders Bartholomeus van Ruinen, Rudolf van Ansen, Folkert van Echten en Helprich van Vollenhove.
ogd0133 19 juli 1263 Gerardus Clencke en zijn broer Rudolf en Hako van Hardenberg verklaren met Henricus, bisschop van Utrecht, een overeenkomst te hebben aangegaan over de bewaring van het kasteel Coevorden.
Getuigen: Heer Herman van Voorst, Gijsbert van Buchorst, Heer Hendrik van Almelo, Heer Albert van Gerner, ridder, Frederik Radinc, bijzonder dienaar van Drenthe, Heer Egbert van Groningen, Heer Mewekinus van Ruinen, Heer Rudolf van Ansen, Heer Volker van Echten, ridder, Rudolf van de Ese.
ogd0134 11 september 1263. Getuihen: Hendrik van Almelo, Herman van Voorst, Hendrik van Overberg, Hendrik van de Ese, Egbert van Groningen, Mewekinus van Ruinen, Hendrik van Kuinre, Volker van Echten, Hendrik schulte van Eelde, ridders en Elya van Rininge, onze rentmeester.
Ook in 1277 treedt Volkeer van Echten op als getuige en wel voor Sophia, weduwe van Roelof van Ansen, en haar drie zoons.
In 1290 tenslotte vinden wij hem vermeld als "Volkerus, miles de Echten", in welk jaar hij aan de bewoners van zijn land te Koekange een boterpacht en een geldpacht verkoopt.
Notitie bij publiceren van volker: Later genoemd van Echten
volker trouwde met
NN van NN.
Kinderen van volker en NN:
1 NN van Echten van Coevorden [
1.1.1.2.2.3.4.1].
1.1.1.2.2.3.4.2 Rudolf van Echten is geboren omstreeks 1255, zoon van volker van Echten (zie
1.1.1.2.2.3.4) en NN van NN. Rudolf is overleden na 1316, minstens 61 jaar oud.
Notitie bij Rudolf: ogd0145 datum 30 april 1275. Hendrik van Borculo, burggraaf van Coevorden, verleent de grove en smalle tienden in Echterveen en Zuidwolde aan Rudolf van Echten, zoon van Volker van Echten, voorheen in leen bij Sophia en Hildeburgis van Echten. (zusters van Volker van Echten)
In 1316 koopt Rudolf van Echten van Berta, weduwe van Rudolf van Ansen, en haar twee minderjarige zoons een hoeve in Drogt onder Zuidwolde.
Rudolf:
(1) trouwde met
Amele van NN.
Notitie bij Amele: Mogelijk ook vermeld als Helsedis 17 november 1325.
(Volkert, zoon van Helsedis met Johannes zoon van Volkert)
(2) trouwde met
Jutta van Dedem.
Kinderen van Rudolf en Amele:
2 Roelof van Echten [
1.1.1.2.2.3.4.2.2], geboren omstreeks 1292. Roelof is overleden na 1347, minstens 55 jaar oud.
Notitie bij Roelof: Op 12 november 1347 doet Roelof van Echten afstand van zijn vaderlijk erfdeel ten behoeve van zijn broer Volker.
Zie ook corpus van Reenen-Mulder oorkonde G574r34701. jaar 1347.
Roelf, Volker en Godevard, broers van Echten.
"Allen denghenen , de dessen bref zolen zeen of horen lezen , do ic Roelf van Echten , Volkers ende Godevardes broder van Echten cundigh ende bythoge dat oppenbare in dessen breve , dat ic ende mine rechte ervande de vif + en + twintich marc ende de dertigh scillinghe , de ic des jares dar + of antvengh , ende al min vaderlic eerve Volkere van Echten minen broeder ende al sinen rechten aneervanden sunder allerhande arghelist hebbe quijt + ghescolden ende sceelt quiit in dessen breeve . Updat dit al stede ende vast bliven , soe ? ic Roelf van Echten vorghescreven beeden heer Reynalde , den heeren van Kovorde , ende Godevarde van Groninghe dessen breef mit mi to bizeghele . Ende wi Reynalt , heere tot Kovorde , ende ic Godevart van Groninghe umme beedde willen Roelves vorghescreven hebbet unse seghele mit den sinen ghehanghen in dessen breef in vastenisse aller dinghe . Gheven in daet jaer unses Heren ducent dre + hundert seven + an + vertich op suntte Lebuines dag in den wintter"
Roelof bleef ongehuwd. Roelof bleef kinderloos.
1.1.1.2.2.3.4.2.1 -Volkert van Echten is geboren omstreeks 1290, zoon van Rudolf van Echten (zie
1.1.1.2.2.3.4.2) en Amele van NN. -Volkert is overleden omstreeks 1362, ongeveer 72 jaar oud.
Notitie bij -Volkert: Volker van Echten en zijn broer Godeken hebben in 1331 een geschil met Henric heer van Borculo en zijn broer Johan. In 1342 ruilt Volker van Echten enige vaste jaarlijkse inkomsten tegen onroerend goed te Echten met de ambtman van de proost van St. Pieter te Utrecht. Op 12 november 1347 doet Roelof van Echten afstand van zijn vaderlijk erfdeel ten behoeve van zijn broer Volker. De laatste schenkt in 1350 een roggepacht aan de abdij te Dikninge en leent een jaar later een som geld aan Reijnold heer van Koevorden, terwijl hij in 1352 door laatstgenoemde wordt beleend met de tienden te Echten, Zuidwolde etc., waarmee zijn vader Rudolf van Echten (II) in 1275 werd beleend.
Tenslotte zien wij Volker van Echten vermeld in 1353, in welk jaar hij op 1 mei van Henric van Koevorden en diens vrouw "de hofstede", enige goederen te Echten en een "kerckstoel" te Ruinen koopt.
Oorkonde van 1363 waarin Johan van den Clooster, ridder, en Johan van den Ese, knape, de scheiding regelen van de goederen van Volker van Echten, tussen de kinderen Roelof, Hendrik, Johan en Amele.
Roelof is de oudste broer.Tekst zie Corpus van Reenen-Mulder G574r36301.
Op 12 november 1347 doet Roelof van Echten afstand van zijn vaderlijk erfdeel ten behoeve van zijn broer Volker.
Zie ook corpus van Reenen-Mulder oorkonde G574r34701. jaar 1347.
Roelf, Volker en Godevard, broers van Echten.
"@ Allen denghenen , de dessen bref zolen zeen of horen lezen , do ic Roelf van Echten , Volkers ende Godevardes broder van Echten cundigh ende bythoge dat oppenbare in dessen breve , dat ic ende mine rechte ervande de vif + en + twintich marc ende de dertigh scillinghe , de ic des jares dar + of antvengh , ende al min vaderlic eerve Volkere van Echten minen broeder ende al sinen rechten aneervanden sunder allerhande arghelist hebbe quijt + ghescolden ende sceelt quiit in dessen breeve . Updat dit al stede ende vast bliven , soe ? ic Roelf van Echten vorghescreven beeden heer Reynalde , den heeren van Kovorde , ende Godevarde van Groninghe dessen breef mit mi to bizeghele . Ende wi Reynalt , heere tot Kovorde , ende ic Godevart van Groninghe umme beedde willen Roelves vorghescreven hebbet unse seghele mit den sinen ghehanghen in dessen breef in vastenisse aller dinghe . Gheven in daet jaer unses Heren ducent dre + hundert seven + an + vertich op suntte Lebuines dag in den wintter"
-Volkert trouwde met
NN van NN.
Kinderen van -Volkert en NN:
3 Amele van Echten [
1.1.1.2.2.3.4.2.1.3], geboren omstreeks 1320.
1.1.1.2.2.3.4.2.1.1 Rudolf (Roelof) van Echten is geboren omstreeks 1308, zoon van -Volkert van Echten (zie
1.1.1.2.2.3.4.2.1) en NN van NN. Rudolf is overleden op 27-09-1389, ongeveer 81 jaar oud.
Notitie bij Rudolf: Uit archief Drenthe.
Toen Volker van Echten in 1350 de roggepacht schonk aan de abdij te Dikninge, geschiedde dat met goedvinden van zijn zoon Roelof. In 1363 wordt overgegaan tot de scheiding van de door Volker van Echten nagelaten goederen en krijgt Roelof van Echten zo goed als alle goederen in de marke Echten en in het kerspel Zuidwolde. Een jaar later gaat hij een ruiling aan met Jonge Johan Sloet en diens vrouw en als de laatsten in 1365 een rente aan de abdij te Dikninge verkopen, treedt Roelof als medezegelaar op.
Op 21 juni 1367 lost Roelof van Echten een gedeelte van de schuld af die hij heeft bij Hessel Mulert. Wanneer zijn broer Hendric van Echten in 1370 tienden verkoopt aan Godeken ten Sconenvelde, is Roelof daarbij aanwezig. In 1381 vinden wij Roelof van Echten voor het laatst vermeld en wel als koper van een stuk land in de marke van Pesse.(Moet zijn Peize)
Komt voor in een oorkonde van 1381 waarin hij grond koopt, geheten de Blicmaat, hetwelk aan de westzijde grenst aan Roden, en gelegen is in de marke van Peize.
Rudolf trouwde, ongeveer 16 jaar oud, in 1324 met
NN van Norch, ongeveer 14 jaar oud. Zie
1.1.1.3.1.4.2.1.1.8.3 voor persoonsgegevens van NN.
1.1.1.2.2.3.4.2.1.1.1 Otto van Echten is geboren omstreeks 1325, zoon van Rudolf (Roelof) van Echten (zie
1.1.1.2.2.3.4.2.1.1) en NN van Norch (zie
1.1.1.3.1.4.2.1.1.8.3). Otto is overleden vóór 1368, ten hoogste 43 jaar oud.
Otto trouwde met
NN van NN.
1.1.1.2.2.3.4.2.1.1.1.1 Ghysele van Echten, dochter van Otto van Echten (zie
1.1.1.2.2.3.4.2.1.1.1) en NN van NN. Ghysele is overleden in 1368.
Notitie bij Ghysele: Vermeld in een oorkonde van 17 december 1374 waarin verklaard wordt dat Ghyssele in een testament een roggepacht heeft vermaakt aan het klooster Dickninge.(regestenlijst nr 95)
Ghysele trouwde met
Boldewijn van den Clooster. Boldewijn is geboren omstreeks 1330, zoon van
Johan van den Clooster en
Agnes van den Rutenbergh.
1.1.1.2.2.3.4.2.1.2 Johan van Echten is geboren omstreeks 1315, zoon van -Volkert van Echten (zie
1.1.1.2.2.3.4.2.1) en NN van NN.
Kind van Johan uit onbekende relatie:
1.1.1.2.2.3.4.2.1.2.1 Roelof van Echten is geboren omstreeks 1350, zoon van Johan van Echten (zie
1.1.1.2.2.3.4.2.1.2). Roelof trouwde met
Beerte van der Ese. Beerte is geboren omstreeks 1355. Beerte is overleden vóór 1428, ten hoogste 73 jaar oud.
Notitie bij Beerte: Vermeld in de inventaris van het Archief Dickninge onder nr. 24 als "oldemoeder" van Ludeken johanszoon c.s. en zusters Lutgart ter Hasselt en Aleit van Ghenne.
Kinderen van Roelof en Beerte:
2 Hendrick van Echten [
1.1.1.2.2.3.4.2.1.2.1.2].
1.1.1.2.2.3.4.2.1.2.1.1 Johan van Echten is geboren omstreeks 1375, zoon van Roelof van Echten (zie
1.1.1.2.2.3.4.2.1.2.1) en Beerte van der Ese. Johan is overleden omstreeks 1460, ongeveer 85 jaar oud.
Notitie bij Johan: Wordt in 1414 namens zijn echtgenote beleend met Scherpenborg en Avereng onder Borculo.
Uit: http://www.nazatendevries.nl/Genealogie/NazatenDeVriesWeb/huninga-033988-gframeset.htm?huninga-033988-g.htm
Na het overlijden van (zijn vader) Roelof van Echten (IVa), dat vóór 27 september 1389 moet hebben plaatsgevonden, ontstaat een geschil tussen zijn weduwe Beerte en de vrouw van Roelf Guesinge. Beerte wijst als haar vertegenwoordiger in het gerecht aan haar zoon Johan van Echten (34). In 1390 wordt Johan beleend met de groffe en smalle tienden te Echten, Zuidwolde etc, die na het overlijden van zijn vader op hem zijn vererfd; een jaar later vindt opnieuw een belening plaats (35). Deze laatste belening geschiedt door Fredeerck, heer van Bro(n)chorst en Borcloe, welke enige jaren later (1403) ook Nese, de vrouw van Johan van Echten, met het vruchtgebruik van de tienden te Lhee beleent (36). In 1396 dragen Johan van Echten, zijn moeder Beerte en zijn broers Hendrik en Reynolt een rente over aan de abdij te Dikninge (37). In 1403 gaat Johan van Echten een financiële transactie aan met Bernd van Haren c.s, waarbij ook zijn beide broers en zijn zuster Mette zijn betrokken (38), terwijl hij in datzelfde jaar .krachtens medebezegeling, toestemt in de verkoop door zijn broers Hendrik en Reynolt aan de abdij te Dikninge van enig op stam staand hout in het kerspel Zuidwolde (39). Een jaar later draagt Johan van Echten tienden over aan diezelfde abdij (40).
Wanneer de pastoor van Koekange, Johannes Bastert, overlijdt wijst Johan van Echten als zijn opvolger aan Johannes Wolteri, welke keuze in 1404 door de proost en arehidiaken van de kerk van Sint Maria te Utrecht wordt bevestigd (41). Twee jaar later koopt Johan van Echten tienden in de marke van Pesse (42). Wanneer de kerspellieden van Zuidwolde in 1417 een overeenkomst sluiten met Henryck Bruynsteyn, pastoor aldaar, wordt deze overeenkomst door Johan van Echten bezegeld (42a). In 1420 gaan hij en zijn broers Hendrik en Reynolt over tot de scheiding van de door hun vader Roelof van Echten nagelaten goederen (43). Het is in datzelfde jaar dat Johan van Echten in conflict raakt met Rodolphus Ovinge, canonicus van de kerk van Sint Clemens te Steenwijk en officiaal te Utrecht (44) en met Johan Valken (45).
In 1439 legt Henric Ahuus, pastoor te Zuidwolde, een verklaring van gehoorzaamheid af ten overstaan van Johan van Echten (46).
Wanneer in 1447 de huwelijksvoorwaarden worden opgesteld tussen zijn dochter Grete van Echten en Steven ter Borch is hij daarbij aanwezig (47). Johan van Echten verklaart bij akte van 25 maart 1450 een som geld schuldig te zijn aan zijn zoon Frederik en zijn dochter Ludeke (48). Zeven jaar na het huwelijk van zijn dochter Grete ontstaat een geschil tussen Johan van Echten en zijn schoonzoon Steven ter Borch over de bruidsschat. Op 4 januari 1454 wordt daarover tussen de scheidslieden die namens Johan van Echten optreden en Steven ter Borch overeenstemming bereikt (49). Wij vinden Johan van Echten voor het laatst vermeld in 1459 in welk jaar een overeenkomst van afkoop plaatsvindt tussen hem en zijn neven Henric en Volkier, kinderen van Reynold van Echten en Aelbert (50).
Johan trouwde, ongeveer 25 jaar oud, omstreeks 1400 met
Else of Helst Radinc, ongeveer 20 jaar oud. Else is geboren omstreeks 1380, dochter van
Johan Radinc en
Swane Coerle.
Kinderen van Johan en Else:
3 Johanna van Echten [
1.1.1.2.2.3.4.2.1.2.1.1.3], geboren omstreeks 1435.
1.1.1.2.2.3.4.2.1.2.1.1.1 Roelof van Echten is geboren omstreeks 1405, zoon van Johan van Echten (zie
1.1.1.2.2.3.4.2.1.2.1.1) en Else of Helst Radinc. Roelof is overleden omstreeks 1485, ongeveer 80 jaar oud.
Notitie bij Roelof: Roelof van Echten is hulder bij de belening van zijn moeder Helst Redinck, als weduwe, met Scherpenborch en Avereng in Borculo in 1444, waarmee haar man Johan, namens haar, door de Hertog van Gelre in 1414 was beleend.
In 1456 bevindt Roelof zich in Deventer om deze stad te helpen verdedigen tegen Hertog Philips van Bourgondië.
Bij het opstellen van de huwelijksvoorwaarden van zijn zuster Johanna van Echten en Frederik van Maerhulse in 1461 wordt Roelof van Echten als een der huwelijkslieden vermeld; in datzelfde jaar wordt hij beleend met de tienden te Echten, Zuidwolde enz.
In 1462, hij is dan nog niet gehuwd, betaalt hij zijn zwager Steven ter Borch een geleende som geld terug.
Dan, in 1464, trouwt Roelof van Echten met Bate van Steenwijck, dochter van Johan van Steenwijck en Hedwig Mulert; op 19 juli van dat jaar worden de huwelijksvoorwaarden opgesteld.
Op 24 juni 1466 koopt Roelof van Echten van zijn tante Albert, weduwe van Reynolt van Echten, en zijn neven Henric en Volkeer een stuk land te Echten; twee jaar later koopt hij van Albert van Steenwijck "het vierendeel van Lubbynghe", waarvan het andere deel al in zijn bezit is.
In 1470 en in de jaren die daarop volgen zien we Roelof van Echten vermeld als koper van renten uit een in Drogt onder Zuidwolde gelegen erf, de "Steenwijckshoeve" genaamd, en van enig onroerend goed, o.a. in de marke van Echten gelegen.
Het huwelijk van Roelof van Echten met Catharina Stellinx moet voor 19 mei 1477 zijn gesloten. Van die datum dateert namelijk een verklaring van Rodolf van Laer, heer te Ruinen, waaruit blijk dat Roelof aan zijn vrouw Catharina vermaakt al hun goederen en renten in de Betuwe "in het land van Ghelre". Wij vinden Roelof voor het laatst vermeld in 1483, wanneer Bertolt Dunnyngen Evertsz. en diens moeder Fije een stuk bouwland en twee stukken hooiland in de marke Echten aan hem verpachten.
Roelof:
(1) trouwde, ongeveer 59 jaar oud, omstreeks 1464 met
Bate van Steenwijck, ongeveer 19 jaar oud. Zie
1.1.1.2.2.3.1.1.1.1.2.1.3 voor persoonsgegevens van Bate.
(2) trouwde, ten hoogste 72 jaar oud, vóór 19-05-1477 met
Catharina Stellinx. Catharina trouwde voorheen omstreeks 1460 met
Brienen.
1.1.1.2.2.3.4.2.1.2.1.1.2 Grete van Echten is geboren omstreeks 1430, dochter van Johan van Echten (zie
1.1.1.2.2.3.4.2.1.2.1.1) en Else of Helst Radinc. Grete is overleden omstreeks 1462, ongeveer 32 jaar oud.
Grete bleef kinderloos. Grete trouwde, ongeveer 17 jaar oud, in 1447 met
Steven ter Borch.
1.1.1.2.2.3.4.2.1.2.1.3 Reinoud van Echten is geboren omstreeks 1378, zoon van Roelof van Echten (zie
1.1.1.2.2.3.4.2.1.2.1) en Beerte van der Ese. Reinoud is overleden in 1459, ongeveer 81 jaar oud.
Notitie bij Reinoud: Reynolt van Echten draagt in 1396, samen met zijn moeder Beerte en zijn broers Hendrik en Johan van Echten, een rente over aan de abdij te Dikninge. Hij is in 1403 betrokken bij de financiële transactie met Bernd van Haren c.s. waarvan bij zijn broer Johan (Va) reeds melding is gemaakt en in datzelfde jaar verkopen hij en zijn broer Hendrik van Echten enig op stam staand hout in het kerspel Zuidwolde aan de abdij te Dikninge. In 1411 en 1414 draagt hij renten over aan diezelfde abdij. Reynolt van Echten koopt op 1 juli 1416 een losrente van Coenraat die Vos.
Zoals wij bij zijn broer Johan van Echten hebben gezien, is ook Reynolt in 1420 betrokken bij de scheiding van de door zijn vader Roelof van Echten nagelaten goederen. De laatste vermelding van Reynolt treffen wij aan in de akte waarbij zijn broer verklaart een som geld schuldig te zijn aan zijn zoon Frederik en zijn dochter Ludeke. Bij het opmaken van die verklaring treedt Reynolt op als erfbuur te Echten. Reynolt van Echten moet voor of in 1459 zijn overleden; in het laatste jaar wordt zijn vrouw nl. "Aelbert Reinolds weduwe" genoemd. Zeven jaar later verkoopt zij, met Roeloff Polman die als haar voogd optreedt, en haar beide zoons een stuk land te Echten.
Reinoud trouwde met
Alberta Polman. Alberta is geboren omstreeks 1390. Alberta is overleden na 1466, minstens 76 jaar oud.
Notitie bij Alberta: Op 24 juni 1466 koopt Roelof van Echten van zijn tante Albert, weduwe van Reynolt van Echten, en zijn neven Henric en Volkeer een stuk land te Echten.
Kinderen van Reinoud en Alberta:
2 Henric van Echten [
1.1.1.2.2.3.4.2.1.2.1.3.2].
3 Folker van Echten [
1.1.1.2.2.3.4.2.1.2.1.3.3], geboren omstreeks 1420.
Notitie bij Folker: Stamvader van de tak op Oldengaerde.
4 Simon van Raesfeld van Echten [
1.1.1.2.2.3.4.2.1.2.1.3.4].
1.1.1.2.2.3.4.2.1.2.1.3.1 Beerte van Echten is geboren omstreeks 1413, dochter van Reinoud van Echten (zie
1.1.1.2.2.3.4.2.1.2.1.3) en Alberta Polman. Beerte is overleden omstreeks 1460, ongeveer 47 jaar oud.
Beerte trouwde met
Johan (de Vos van de Ghore) van Steenwijck. Zie
1.1.1.2.2.3.1.3.1.1.2.3.4.3 voor persoonsgegevens van Johan.
1.1.1.2.2.3.4.2.1.2.1.4 Mechteld van Echten is geboren omstreeks 1385, dochter van Roelof van Echten (zie
1.1.1.2.2.3.4.2.1.2.1) en Beerte van der Ese. Mechteld trouwde, ongeveer 18 jaar oud, in 1403 met
Johan Langhals.
1.1.1.2.2.3.4.2.1.4 Hendrik de Mepsche van Echten is geboren omstreeks 1325, zoon van -Volkert van Echten (zie
1.1.1.2.2.3.4.2.1) en NN van NN. Hendrik is overleden op 22-06-1394, ongeveer 69 jaar oud.
Notitie bij Hendrik: Hendrik de Mepsche bezat een half achtendeel van den tienden to Dalen.
Verkrijgt in 1379 van de Bisschop van Utrecht in leen "Dat Houwingegoet, in de buerschap to Banlo, ghelegen in den kerspel van Rolde", als "borchleen to Vollenhove". Henric was dus verplicht om de Bisschop bij te staan, als dat nodig was, bij de verdediging van de burcht Vollenhove, eigendom van de Bisschop.
Het goed staat nu bekend als de "boerderij Kamps".
Henric de Mepsche zal een ridder zijn geweest, verwant aan of nazaat van de oudst bekende adellijke families in Drenthe.
Vermoedelijk is Henric de Mepsche dezelfde persoon als Hendrik van Echten, zoon van Volkert van Echten. Zijn oudst vermelde bezit en zijn familienaam duiden op een leefomgeving bij Meppen. De leenmannen van Echten hadden rond 1300 grote invloed gekregen op het gebied tussen Coevorden en Echten.
Een duidelijke aanwijzing dat Hendrik de Mepsche dezelfde persoon moet zijn als Hendrik van Echten is hetgeen vermeld staat bij Rudolf van Echten.
(Hendric van Echten verkoopt in 1370 tienden aan Godeken ten Sconenvelde, Roelof (Rudolf) is daarbij aanwezig. Rudolf komt ook voor in een oorkonde van 1381 waarin hij grond koopt in de marke van Peize, geheten de Blicmaat, hetwelk aan de westzijde grenst aan Roden. De van Echtens breiden hun bezit uit naar het noorden)
Na 1330 ging het bergafwaarts met de macht van de bisschop van Utrecht in Drenthe en hij deed alle moeite om mensen aan zich te binden door het in leen geven van goederen.
Zie ook: http://www.redmeralma.nl/garmerwolde.htm#1223
Hendrik trouwde met
Agnesa.
Kinderen van Hendrik en Agnesa:
2 Roelof de Mepsche [
1.1.1.2.2.3.4.2.1.4.2], geboren omstreeks 1355. Roelof is overleden na 1395, minstens 40 jaar oud.
Notitie bij Roelof: Vermeld in een oorkonde van 1395 van de Bisschop van Utrecht, waarin vermeld wordt welke ridders/leenmannen in Drenthe hem steunden.
Deze Roelof moet dan een zoon zijn van Henric, die in 1379 het goed Houwelinge, nu boerderij Kamps, in leen kreeg.
1.1.1.2.2.3.4.2.1.4.1 Johan de olde de Mepsche is geboren omstreeks 1350, zoon van Hendrik de Mepsche van Echten (zie
1.1.1.2.2.3.4.2.1.4) en Agnesa. Johan is overleden na 1395, minstens 45 jaar oud.
Notitie bij Johan: Heeft in 1395 bezittingen in Dalen.
Johan trouwde, ongeveer 25 jaar oud, omstreeks 1375 met
NN.
1.1.1.2.2.3.4.2.1.4.1.1 Johan de jonge de Mepsche is geboren in 1375, zoon van Johan de olde de Mepsche (zie
1.1.1.2.2.3.4.2.1.4.1) en NN. Johan is overleden vóór 18-06-1411, ten hoogste 36 jaar oud.
Notitie bij Johan: Vermoedelijk vermeld als Jan de Mepsche in een oorkonde van 1395, waar hij staat vermeld als een vijand van de bisschop van Utrecht. Zijn oom Roelof staat hierin vermeld als vriend van de bisschop.
Johan trouwde, ongeveer 20 jaar oud, omstreeks 1395 met
NN.
Kinderen van Johan en NN:
1 Henric de Mepsche [
1.1.1.2.2.3.4.2.1.4.1.1.1], geboren omstreeks 1395. Henric is overleden vóór 02-08-1433, ten hoogste 38 jaar oud.
Notitie bij Henric: Zie: http://www.genealogy.henny-savenije.pe.kr/tng/getperson.php?personID=I323603&tree=savenije
2 Yeye de Mepsche [
1.1.1.2.2.3.4.2.1.4.1.1.2], geboren omstreeks 1400. Yeye is overleden vóór 1478, ten hoogste 78 jaar oud.
Notitie bij Yeye: Ook Yeye Lunschen.
3 Johan de Mepsche [
1.1.1.2.2.3.4.2.1.4.1.1.3], geboren omstreeks 1405. Johan is overleden in 1442, ongeveer 37 jaar oud.
1.1.1.2.2.3.4.2.1.4.1.1.4 Roelof de Mepsche is geboren omstreeks 1410, zoon van Johan de jonge de Mepsche (zie
1.1.1.2.2.3.4.2.1.4.1.1) en NN. Roelof is overleden in 1453, ongeveer 43 jaar oud.
Roelof trouwde met
NN.
1.1.1.2.2.3.4.2.1.4.1.1.4.1 Roelof de Mepsche is geboren omstreeks 1435, zoon van Roelof de Mepsche (zie
1.1.1.2.2.3.4.2.1.4.1.1.4) en NN. Roelof is overleden in 1493 in
Groningen, ongeveer 58 jaar oud.
Notitie bij Roelof: Uit: http://www.nazatendevries.nl/ Het Geslacht de Mepsche Groningen, met literatuurverwijzingen. (Geldt ook voor de beschrijviningen bij alle nazaten van Roelof de Mepsche)
Roelof was burgemeester te Groningen.
Het geslacht de Mepsche is van oorsprong een Drents geslacht, waarschijnlijk afkomstig uit Dalen (Mogelijk Meppen, vandaar ‘de Mepsche’). In Drente heeft dit geslacht o.a. bezittingen te Borger (Westrup). In de late Middeleeuwen vestigt een deel van deze familie zich in de provincie Groningen. In de navolgende eeuwen zullen de nakomelingen een stempel drukken op de Groningse geschiedenis, soms op een angstaanjagende manier.
Roelof trouwde met
Wemele Lewe. Wemele is geboren omstreeks 1440. Wemele is overleden na 1512, minstens 72 jaar oud.
Notitie bij Wemele: 07-09-1512: Vrouwe Wemele Mepsche draagt over aan Hille, dochter van wijlen haar zoon Johan Mepsche, een halve heerd in Werffumer kerspel, geheten Wicbolthsheert, met heerlijhkheden, huis land enz..
Kind van Roelof en Wemele:
1.1.1.2.2.3.4.2.1.4.1.1.4.1.1 Johan de Mepsche is geboren in 1474 in
Ulrum, zoon van Roelof de Mepsche (zie
1.1.1.2.2.3.4.2.1.4.1.1.4.1) en Wemele Lewe. Johan is overleden op 15-06-1501 in
Appingedam, 26 of 27 jaar oud.
Notitie bij overlijden van Johan: Gesneuveld in de strijd.
Johan trouwde, ongeveer 16 jaar oud, omstreeks 1490 met
Deetje Huinga.
Notitie bij Deetje: Ook vermeld als Dietje Huizinga.
Kinderen van Johan en Deetje:
1.1.1.2.2.3.4.2.1.4.1.1.4.1.1.1 Johan de Mepsche, zoon van Johan de Mepsche (zie
1.1.1.2.2.3.4.2.1.4.1.1.4.1.1) en Deetje Huinga. Johan trouwde op 25-02-1527 in
Groningen met
Anna Omteda. Anna is een dochter van
Fecko Omteda en
Lucke Kater.
1.1.1.2.2.3.4.2.1.4.1.1.4.1.1.1.1 Johan de Mepsche, zoon van Johan de Mepsche (zie
1.1.1.2.2.3.4.2.1.4.1.1.4.1.1.1) en Anna Omteda. Johan is overleden in 1588 in
Gdansk.
Notitie bij Johan: Johan de Mepsche woont op de borg Piloersma te Den Ham. Hij is hoofdeling te Groningen, evenals zijn gelijknamige neef Johan. In tegenstelling tot zijn neef is hij echter staatsgezind. Door de Spaanse overheersing in de stad Groningen is hij genoodzaakt om te vluchten, hij overlijdt in ballinschap. Zijn schoonfamilie Jensema leeft al enige eeuwen op de Jensemaborg te Oldehove. Zijn schoonvader Rembt Jensema overlijdt eveneens in ballingschap, na 1580.
Piloersema bij Den Ham heeft de vorm van een steenhuis, het begin van vele borgen. Het huidige Piloersema is echter geen steenhuis.
Johan de Mepsche, lid van de Ommelander adel, erfde in 1576 Piloersema en heeft er gewoond. Zijn kleinzoon Johan de Mepsche is de bouwheer van het huidige huis in 1633. De gevelsteen in de stalmuur vermeldt dat de schuren in 1702 zijn gebouwd. De laatste eigenaren, J.T. Wierenga en zijn echtgenote hebben de borg in 1991 nagelaten aan de Wierenga van Hamsterborg Stichting. De borg is in 1998 gerestaureerd en in gebruik als vergadercentrum. Ook kan men er logeren in karakteristieke gastenverblijven. De Vrienden van de Hamsterborg verzorgen de levende have die nog in de boerderij aanwezig is.
Johan trouwde met
Dorothea Jensema. Dorothea is geboren in
Oldehove, dochter van
Rempt Jensema en
Frederica Gaykema.
Kinderen van Johan en Dorothea:
1 Johan de Mepsche [
1.1.1.2.2.3.4.2.1.4.1.1.4.1.1.1.1.1]. Johan is overleden in 1598.
1.1.1.2.2.3.4.2.1.4.1.1.4.1.1.1.1.2 Frederik de Mepsche, zoon van Johan de Mepsche (zie
1.1.1.2.2.3.4.2.1.4.1.1.4.1.1.1.1) en Dorothea Jensema. Frederik is overleden vóór 1601.
Frederik trouwde in 1590 met
Oede Entens. Zij is een dochter van
Peter Oede Entens en
Bauwe Omteda.
Kinderen van Frederik en Oede Entens:
1.1.1.2.2.3.4.2.1.4.1.1.4.1.1.1.1.2.1 Dorothea de Mepsche, dochter van Frederik de Mepsche (zie
1.1.1.2.2.3.4.2.1.4.1.1.4.1.1.1.1.2) en Oede Entens. Dorothea trouwde op 31-03-1638 in
Groningen met
Harmen Ovingh.
1.1.1.2.2.3.4.2.1.4.1.1.4.1.1.1.1.2.2 Johan de Mepsche is geboren omstreeks 1590 in
Groningen, zoon van Frederik de Mepsche (zie
1.1.1.2.2.3.4.2.1.4.1.1.4.1.1.1.1.2) en Oede Entens. Johan is overleden omstreeks 1653, ongeveer 63 jaar oud.
Johan trouwde, ongeveer 21 jaar oud, op 08-09-1611 in
Groningen met
Aijlcke tho Nansum.
Notitie bij het huwelijk van Johan en Aijlcke:
Die edle ehrnfeste jonker Johan de Mepsche zalige Frederick de Mepsch unde Ude Entens ehelike soene daer voer die edele ehrentfeste Koppen Jarghes als voget compareerde und die edle ehrntrijke Aelke to Nanzum Wilke tho Nansums ehelijke dochter daer voer die edele ehrentfeste amptman Sijghers compareerde is die proclamatie geconstateert veneris 2 augusti 1611.
in margine: Martinikerk; per dominum Bern. 8 september 1611.
Aijlcke is geboren in
Oldenzijl, dochter van
Wilke tho Nansum.
Kind van Johan en Aijlcke:
1.1.1.2.2.3.4.2.1.4.1.1.4.1.1.1.1.2.2.1 Oede de Mepsche is geboren op 15-09-1612, dochter van Johan de Mepsche (zie
1.1.1.2.2.3.4.2.1.4.1.1.4.1.1.1.1.2.2) en Aijlcke tho Nansum. Oede is overleden op 03-05-1648, 35 jaar oud.
Oede trouwde, 20 jaar oud, op 14-06-1633 met
Albert Hooftman.
Notitie bij het huwelijk van Oede en Albert:
Huwelijkscontract tussen Albert Hooftman, zoon van Gilles H. en Fouwel Roltemans, en Oede de Mepsche, dochter van Johan de M. op den Ham en Aijlcke toe Nansum.
Getuigen zijn: Hildebrandt Entens, Wilhelm Conders van Helpen, Johan de Mepsche op den Ham, Gooszen Schaffer, Coppen Jarges en de rentmeester Johan de Mepsche, 1633. 14 juni .
Albert is een zoon van
Gilles Hooftman en
Fouwel Roltemans.
Albert trouwde later op 17-09-1651 in
Groningen met
Johanna Margaretha van Ewsum.
Notitie bij Albert: Was burgemeester van Groningen.
1.1.1.2.2.3.4.2.1.4.1.1.4.1.1.1.1.3 Rempt de Mepsche, zoon van Johan de Mepsche (zie
1.1.1.2.2.3.4.2.1.4.1.1.4.1.1.1.1) en Dorothea Jensema. Rempt is overleden in 1615 in
Groningen.
Hij is begraven in
Martinikerk Groningen. Rempt trouwde in 1581 met
Suzanne van Steenwijk.
Kinderen van Rempt en Suzanne:
1.1.1.2.2.3.4.2.1.4.1.1.4.1.1.1.1.3.1 Johan de Mepsche is geboren op 26-04-1592 in
Leer, zoon van Rempt de Mepsche (zie
1.1.1.2.2.3.4.2.1.4.1.1.4.1.1.1.1.3) en Suzanne van Steenwijk. Johan is overleden op 07-09-1652 in
Groningen, 60 jaar oud.
Hij is begraven op 13-09-1652 in
Groningen.
Notitie bij Johan: Johan de Mepsche is stadsrentmeester van Groningen (1627-1646). Op 26 mei 1631 verkoopt hij een huis aan de Leliestraat te Groningen. In 1632 koopt hij een huis aan de Brede Markt aan de Korenrijp, genaamd als ‘Huis met de Schone Gevel’.
Door zijn huwelijk met Helena Wicheringe verwierf Johan de borg Meininga te Niezijl. Zijn zonen Rempt en Gerard gebruiken de toevoeging ‘op Meininga’.
Johan trouwde, 31 jaar oud, op 28-09-1623 in
Groningen met
Helena Wicheringe, 29 jaar oud. Helena is geboren op 04-04-1594 in
Harlingen, dochter van
Gerhardus Wicheringe en
Elizabeth Mattis Ruitenborgh.
Kinderen van Johan en Helena:
1.1.1.2.2.3.4.2.1.4.1.1.4.1.1.1.1.3.1.1 Gerard de Mepsche, zoon van Johan de Mepsche (zie
1.1.1.2.2.3.4.2.1.4.1.1.4.1.1.1.1.3.1) en Helena Wicheringe. Gerard is overleden vóór 1682.
Notitie bij Gerard: Jonker, hoofdman van stad Groningen, Rentmeester.
Gerard wordt evenals zijn vader genoemd als ‘op Meijninga’, verwijzend naar de borg Meijninga. Hij woont echter te Groningen, waar hij diverse functie’s bekleedt.
Hij wordt genoemd als Raadsheer en Hoofdman van de stad Groningen, en als Rentmeester tussen 1657 en 1672. In 1656 koopt hij een huis in de Boteringestraat van Rudolph d’Mepsche op Tackenborch.
Sappemeer - fol.26v - 24 april 1681 - 25 januari 1694 - Titia van Walta, weduwe van de Mepsche, als mede leg. tut. over haar minderjarige dochter, juffer Margarieta d’ Mepsche, jr. Sibrand de Mepsche, luitenant over een compagnie cavalerie, en Jan de Mepsche, kapitein van een compagnie infanterie, verkopen aan Geert Hilldebrants en Anna Everts (ehel.), en Jan Harmens Calck en Wijpke Jansen (ehel.) de overdracht van een halve wijk veen, in het oosten van Sappemeer. Prijs: 700 car.gld
Johan Bloemert als volmacht van Thitia van Walta, weduwe van de raadsheer Gerhard de Mepsche, haar zoon kapitein Johan de Mepsche en haar dochter Margareta de Mepsche, weduwe Krieckx, draagt het goed op aan de ambtman. Datering 1690 sep 2.
Gerard trouwde op 24-09-1655 in
Groningen met
Tieth van Walta.
Kinderen van Gerard en Tieth:
1 Jan de Mepsche [
1.1.1.2.2.3.4.2.1.4.1.1.4.1.1.1.1.3.1.1.1]. Hij is gedoopt op 30-08-1657 in
Groningen.
2 Arent de Mepsche [
1.1.1.2.2.3.4.2.1.4.1.1.4.1.1.1.1.3.1.1.2]. Hij is gedoopt op 12-02-1660 in
Groningen.
3 Geert de Mepsche [
1.1.1.2.2.3.4.2.1.4.1.1.4.1.1.1.1.3.1.1.3]. Hij is gedoopt op 04-10-1661 in
Groningen. Geert is overleden vóór 09-06-1664 in
Groningen, ten hoogste 2 jaar oud.
4 Geert de Mepsche [
1.1.1.2.2.3.4.2.1.4.1.1.4.1.1.1.1.3.1.1.4]. Hij is gedoopt op 09-06-1664.
5 Rempt de Mepsche [
1.1.1.2.2.3.4.2.1.4.1.1.4.1.1.1.1.3.1.1.5]. Hij is gedoopt op 28-11-1665 in
Groningen.
7 Gerhard de Mepsche [
1.1.1.2.2.3.4.2.1.4.1.1.4.1.1.1.1.3.1.1.7]. Hij is gedoopt op 25-11-1671 in
Groningen.
1.1.1.2.2.3.4.2.1.4.1.1.4.1.1.1.1.3.1.1.6 Margaretha de Mepsche, dochter van Gerard de Mepsche (zie
1.1.1.2.2.3.4.2.1.4.1.1.4.1.1.1.1.3.1.1) en Tieth van Walta. Zij is gedoopt op 20-11-1668 in
Groningen. Margaretha is overleden in 1738, 69 of 70 jaar oud.
Margaretha trouwde, 15 jaar oud, op 20-09-1684 in
Groningen met
Gijsbert Mattheus Kriecks, 28 jaar oud. Gijsbert is geboren op 15-11-1655 in
Utrecht, zoon van
Justus Gijsbrechtsen Kriecks en
Agnes de Milan.
1.1.1.2.2.3.4.2.1.4.1.1.4.1.1.1.1.3.1.2 Johan de Mepsche, zoon van Johan de Mepsche (zie
1.1.1.2.2.3.4.2.1.4.1.1.4.1.1.1.1.3.1) en Helena Wicheringe. Johan is overleden vóór 1672.
Notitie bij overlijden van Johan: Verzegeling, waarbij Gerhardt de Mepsche en Titia van Walta, ehelieden, alsmede vrouwe Agnes Gruijs, weduwe van wijlen Johan de Mepsche, van Micheel Amija 6000 car. guldens op rente nemen, 1672-11-29.
Johan trouwde op 04-05-1662 in
Aduard met
Agnes Gruis.
Notitie bij Agnes: 29-11-1672: Verzegeling, waarbij Gerhardt de Mepsche en Titia van Walta, ehelieden, alsmede vrouwe Agnes Gruijs, weduwe van wijlen Johan de Mepsche, van Micheel Amija 6000 car. guldens op rente nemen.
Akte van verkoop door Agnes Gruys weduwe de Mepsche en de erven Johan de Mepsche aan Alderick van Ewsum en zijn vrouw J.E. Mackdowell en aan Everhard Ringels en zijn vrouw van een heerd land te Hoogkerk c.a. en de toerbeurt van de schepperij, 1692.
Kind van Johan en Agnes:
1 Helena de Mepsche [
1.1.1.2.2.3.4.2.1.4.1.1.4.1.1.1.1.3.1.2.1]. Zij is gedoopt op 28-08-1665 in
Aduard.
1.1.1.2.2.3.4.2.1.4.1.1.4.1.1.1.1.3.2 Hidde de Mepsche is geboren op 09-05-1594 in
Leer, zoon van Rempt de Mepsche (zie
1.1.1.2.2.3.4.2.1.4.1.1.4.1.1.1.1.3) en Suzanne van Steenwijk. Hidde is overleden op 03-08-1662, 68 jaar oud.
Notitie bij Hidde: In 1634 wordt Hidde genoemd als schepper van Aduarderzijlvest.
Hidde trouwde, 28 jaar oud, op 16-02-1623 in
Groningen met
Catharina (Titia) Wicheringe, 32 jaar oud.
Notitie bij het huwelijk van Hidde en Titia:
Saturni den 18 januari 1623
Den edelen eeruntfesten Hidde d’Mepsche und die edele eher- unt doegentrijcke juffer Teetke Wicheringe beide absent de edele ehrentfeste joncker Jan d’Mepsche daervoer compareerrende; is de proclomatie geconsenteert.
in margine: Martinikerk; Wesselus den 16 februarij 1623.
Titia is geboren op 18-10-1590 in
Harlingen, dochter van Gerhardus Wicheringe en Elizabeth Mattis Ruitenborgh.
Kinderen van Hidde en Titia:
1.1.1.2.2.3.4.2.1.4.1.1.4.1.1.1.1.3.2.1 Gerard de Mepsche, zoon van [waarschijnlijk] Hidde de Mepsche (zie
1.1.1.2.2.3.4.2.1.4.1.1.4.1.1.1.1.3.2) en [waarschijnlijk] Catharina (Titia) Wicheringe.
Notitie bij Gerard: Nalatenschap van Titus van Ewsum en zijn vrouw Geertruid van Ewsum tussen Gerhard de Mepsche als voogd voor zijn dochter Geertruit de Mepsche, Ida de Mepsche, Ernest van Ewsum, Heero van Ewsum, Onno van Ewsum, Elisabeth van Ewsum, 1675 jul 16.
Gerard trouwde op 04-09-1652 in
Groningen met
Anna van Ewsum.
Kinderen van Gerard en Anna:
1.1.1.2.2.3.4.2.1.4.1.1.4.1.1.1.1.3.2.1.1 Geertruida de Mepsche, dochter van Gerard de Mepsche (zie
1.1.1.2.2.3.4.2.1.4.1.1.4.1.1.1.1.3.2.1) en Anna van Ewsum. Geertruida trouwde met
Titus Ewsum. Titus is overleden in 1675.
Notitie bij Titus: Nalatenschap van Titus van Ewsum en zijn vrouw Geertruid van Ewsum tussen Gerhard de Mepsche als voogd voor zijn dochter Geertruit de Mepsche, Ida de Mepsche, Ernest van Ewsum, Heero van Ewsum, Onno van Ewsum, Elisabeth van Ewsum, 1675 jul 16.
1.1.1.2.2.3.4.2.1.4.1.1.4.1.1.1.1.3.2.1.2 Ida de Mepsche, dochter van Gerard de Mepsche (zie
1.1.1.2.2.3.4.2.1.4.1.1.4.1.1.1.1.3.2.1) en Anna van Ewsum. Ida is overleden in 1721.
Notitie bij Ida: 1681: Akte van verkoop door Elisabet van Ewsum en Geertruida de Mepsche, Ernst van Ewsum, Everarda Johanna van Berum en Onno van Ewsum aan Gerhardt Rudolph van Sissinck en diens vrouw Ida de Mepsche van hun aandeel in een mandelige plaats met de daartoe behorende goederen te Roderwolde, alsmede van een vierendeel waardeel in de marke van Peize.
1713; Akte van verpachting voor de tijd van 9 jaren met het recht redemptie door Ida de Mepsche, bijgestaan door haar man Lucas Adriaan van Lissebon, aan Maurits Clant van Hanckema van enige heemsteden en een tuin te Zuidhorn.
Ida:
(1) trouwde op 15-05-1675 in
Groningen met
Gerhard Rudolph van Sissinck.
(2) trouwde op 28-08-1693 in
Groningen met
Lucas Adriaan van Lissabon. Lucas is overleden vóór 1721.
Kind van Ida en Gerhard:
1 Evert van Sissinck [
1.1.1.2.2.3.4.2.1.4.1.1.4.1.1.1.1.3.2.1.2.1].
1.1.1.2.2.3.4.2.1.4.1.1.4.1.1.1.1.3.2.2 Rempt de Mepsche, zoon van Hidde de Mepsche (zie
1.1.1.2.2.3.4.2.1.4.1.1.4.1.1.1.1.3.2) en Catharina (Titia) Wicheringe. Rempt is overleden vóór 05-1682.
Rempt trouwde met
Willemina Wicheringe. Willemina is een dochter van
Bartholdus Wicheringe en
Oede Sophia Clant.
Kinderen van Rempt en Willemina:
1 Teteke de Mepsche [
1.1.1.2.2.3.4.2.1.4.1.1.4.1.1.1.1.3.2.2.1]. Zij is gedoopt op 26-05-1659 in
Groningen. Teteke is overleden vóór 27-12-1661, ten hoogste 2 jaar oud.
2 Ode Sophia de Mepsche [
1.1.1.2.2.3.4.2.1.4.1.1.4.1.1.1.1.3.2.2.2]. Zij is gedoopt op 03-08-1660 in
Gronigen. Ode is overleden vóór 07-?-1667 v.Chr., minstens 3326 jaar oud.
3 Teteke de Mepsche [
1.1.1.2.2.3.4.2.1.4.1.1.4.1.1.1.1.3.2.2.3]. Zij is gedoopt op 27-12-1661 in
Gronigen.
4 Hidde de Mepsche [
1.1.1.2.2.3.4.2.1.4.1.1.4.1.1.1.1.3.2.2.4]. Hij is gedoopt in 07-1664 in
Gronigen.
5 Bartoldt de Mepsche [
1.1.1.2.2.3.4.2.1.4.1.1.4.1.1.1.1.3.2.2.5]. Hij is gedoopt op 31-10-1665 in
Gronigen.
6 Oede Sophia de Mepsche [
1.1.1.2.2.3.4.2.1.4.1.1.4.1.1.1.1.3.2.2.6]. Zij is gedoopt op 27-07-1667.
1.1.1.2.2.3.4.2.1.4.1.1.4.1.1.1.1.3.2.2.7 Rempt de Mepsche, zoon van Rempt de Mepsche (zie
1.1.1.2.2.3.4.2.1.4.1.1.4.1.1.1.1.3.2.2) en Willemina Wicheringe. Hij is gedoopt op 23-07-1669 in
Groningen. Rempt is overleden na 1732, minstens 63 jaar oud.
Notitie bij Rempt: Hij was artilleriemeester te Groningen.
Hij bouwde omstreeks 1655 de borg Croonhoven te Sappemeer.
Rempt:
(1) trouwde, 30 jaar oud, op 16-08-1699 in
Groningen met
Wija Hinrica van Julsingha. Wija is een dochter van
Johan van Julsingha en
Wija Hinrica Clinge.
(2) trouwde, 54 of 55 jaar oud, in 1724 in
Groningen met
Johanna de Mepsche, 36 of 37 jaar oud.
Notitie bij het huwelijk van Rempt en Johanna:
Akte van huwelijkse voorwaarden tussen Rempt d’ Mepsche, zoon van Rempt d’ Mepsche en Willemina Wicheringe, en Johanna d’ Mepsche, weduwe van Jan Clant en dochter van Jan d’ Mepsche en Juliana Verruci, 1724 (1724.06.01)
Vrouwe Johanna de Mepsche, weduwe van de raadsheer Rembt de Mepsche en Hendrik Knijpinga verklaren een ruiling van goederen te hebben aangegaan, waarbij wed. de Mepsche aan Knijpinga overdraagt:
1. het huis, gedurende de laatste tijd door haar persoonlijk bewoond in de Oude Kijk in ’t Jatstraat met een hofje, plaats en stal erachter met een vrije uitgang naar de Turftorenstraat en een vrije uitgang via de stal naar het mandelige gangetje;
2. de naast sub. 1. gelegen behuizing met een vrije uitgang door het mandelig gangetje met het recht op de mandelig put daarin, 16 juni 1755. Authenthiek afschrift
Zie
1.1.1.2.2.3.4.2.1.4.1.1.4.1.1.2.2.5.1.2.3.4 voor persoonsgegevens van Johanna.
Kinderen van Rempt en Wija:
1 Willemijna de Mepsche [
1.1.1.2.2.3.4.2.1.4.1.1.4.1.1.1.1.3.2.2.7.1]. Zij is gedoopt op 21-01-1703 in
Groningen.
2 Wija de Mepsche [
1.1.1.2.2.3.4.2.1.4.1.1.4.1.1.1.1.3.2.2.7.2]. Zij is gedoopt op 20-01-1704 in
Groningen.
1.1.1.2.2.3.4.2.1.4.1.1.4.1.1.2 Evert de Mepsche, zoon van Johan de Mepsche (zie
1.1.1.2.2.3.4.2.1.4.1.1.4.1.1) en Deetje Huinga.
Notitie bij Evert: Burgemeester te Groningen, getrouwd op 6 augustus 1520 te Groningen met Anna Jarges, overleden in 1541, dochter van Coppen Jarges. Evert is net als zijn grootvader Burgemeester te Groningen. Zijn schoonvader Coppen Jarges wordt genoemd in 1490 te Groningen.
In 1527 is er een akte van verkoop door Evert Mepsche aan Hermannus Mepsche (broer ??) van een jaarlijkse rente uit een huis gelegen aan de Grote Markt, hoek Ebbingestraat.
In 1529 is er een akte waarin Evert de Mepsche zijn ‘Evertsheerd’ bij Usquert ruilt tegen ‘het voorwerk’ te Winsum van Johannieter commanderij te Warffum. Hiermee verwerft hij bezittingen in het klooster te Warfum.
Evert trouwde op 06-08-1520 in
Groningen met
Anna Jarges. Anna is overleden in 1541.
Kinderen van Evert en Anna:
1.1.1.2.2.3.4.2.1.4.1.1.4.1.1.2.1 Coppen de Mepsche, zoon van Evert de Mepsche (zie
1.1.1.2.2.3.4.2.1.4.1.1.4.1.1.2) en Anna Jarges. Coppen is overleden in 1594.
Hij is begraven in
Thesinge, kerk.
Notitie bij Coppen: Woonde op de Takkenborg te Garmerwolde.
Coppen trouwde met
Bywe van Berum.
Kinderen van Coppen en Bywe:
1.1.1.2.2.3.4.2.1.4.1.1.4.1.1.2.1.1 Everhard (Evert) de Mepsche, zoon van Coppen de Mepsche (zie
1.1.1.2.2.3.4.2.1.4.1.1.4.1.1.2.1) en Bywe van Berum. Everhard is overleden op 05-02-1646.
Notitie bij overlijden van Everhard: Anno 1646, den 5 feb, starft den weled. eerentfesten hoechachtbaeren enz. Joncker Everhardt D. Mepsche, op Tackenborch tot Garmerwolde, Teesinge ende Ten Bour enz. Hoevelinck.
Notitie bij Everhard: Woonde op de Takkenborg in Garmerwolde.
Everhard trouwde op 06-11-1596 in
Groningen met
Ida Broersma.
1.1.1.2.2.3.4.2.1.4.1.1.4.1.1.2.1.2 Averarda (Ave) de Mepsche, dochter van Coppen de Mepsche (zie
1.1.1.2.2.3.4.2.1.4.1.1.4.1.1.2.1) en Bywe van Berum. Ave trouwde met
Frans Coenders. Frans is geboren omstreeks 1575 in
Groningen, zoon van
Tammo Coenders en
Roelofje Sickinge.
1.1.1.2.2.3.4.2.1.4.1.1.4.1.1.2.1.3 Rudolf de Mepsche, zoon van Coppen de Mepsche (zie
1.1.1.2.2.3.4.2.1.4.1.1.4.1.1.2.1) en Bywe van Berum. Rudolf is overleden vóór 04-1629.
Rudolf ging in ondertrouw op 02-04-1603 in
Groningen met
Aeltien Schatter.
Kind van Rudolf en Aeltien:
1.1.1.2.2.3.4.2.1.4.1.1.4.1.1.2.1.3.1 Coppen de Mepsche, zoon van Rudolf de Mepsche (zie
1.1.1.2.2.3.4.2.1.4.1.1.4.1.1.2.1.3) en Aeltien Schatter. Coppen is overleden vóór 1647.
Coppen trouwde met
Anna Hillebrandus. Anna is overleden in 1633 in
Groningen.
Kinderen van Coppen en Anna:
1 Rudolph de Mepsche [
1.1.1.2.2.3.4.2.1.4.1.1.4.1.1.2.1.3.1.1]. Rudolph is overleden op 31-12-1657 in
Garmerwolde.
Notitie bij overlijden van Rudolph: Op zijn graf staat de volgende tekst:
den weledelgeboren Rudolf de Mepsche, op de Tackenborch tot Garmerwolde, ’t Sandt en Crewert met haer annexen Juncker en Hovelinck, is gestorven op den 31 december 1657.
kwartieren:
de Mepsche Hillebrandes van Harssens
van Berum Yminga
Schatter Fritema
Jarges Siaerda
1.1.1.2.2.3.4.2.1.4.1.1.4.1.1.2.1.3.1.2 Alegunda de Mepsche, dochter van Coppen de Mepsche (zie
1.1.1.2.2.3.4.2.1.4.1.1.4.1.1.2.1.3.1) en Anna Hillebrandus. Alegunda trouwde met
Hillebrandt Entens op Luilema.
1.1.1.2.2.3.4.2.1.4.1.1.4.1.1.2.1.3.1.3 Anna Catharina de Mepsche, dochter van Coppen de Mepsche (zie
1.1.1.2.2.3.4.2.1.4.1.1.4.1.1.2.1.3.1) en Anna Hillebrandus. Anna is overleden na 1693.
Anna trouwde met
Ludolf Tjarda van Starkenborgh. Ludolf is een zoon van
Lambert van Starkenborgh.
Ludolf is overleden omstreeks 1686.
Notitie bij Ludolf: Heer van Wehe en Zuurdijk
1.1.1.2.2.3.4.2.1.4.1.1.4.1.1.2.1.4 Remmert de Mepsche, zoon van Coppen de Mepsche (zie
1.1.1.2.2.3.4.2.1.4.1.1.4.1.1.2.1) en Bywe van Berum. Remmert is overleden vóór 1649.
Remmert trouwde op 28-08-1596 in
Groningen met
Tetke Entens.
Kind van Remmert en Tetke:
1.1.1.2.2.3.4.2.1.4.1.1.4.1.1.2.1.4.1 Gelmer de Mepsche, dochter van Remmert de Mepsche (zie
1.1.1.2.2.3.4.2.1.4.1.1.4.1.1.2.1.4) en Tetke Entens. Gelmer trouwde met
Theodorus Christoffer Grawijck.
1.1.1.2.2.3.4.2.1.4.1.1.4.1.1.2.2 Johan de Mepsche is geboren omstreeks 1520, zoon van Evert de Mepsche (zie
1.1.1.2.2.3.4.2.1.4.1.1.4.1.1.2) en Anna Jarges. Johan is overleden op 07-04-1585, ongeveer 65 jaar oud.
Hij is begraven in
Loppersum.
Notitie bij Johan: Uit: Het geslacht de Mepsche;
Luitenant van de Stad Groningen.
Als Johan geboren wordt is Groningen nog een zelfstandige stad. In 1536 moet ook Groningen Karel V als landsheer erkennen. De Mepsche weet binnen de nieuwe staat carrière te maken als een trouw dienaar. Zijn financiële positie verbetert aanzienlijk door een verstandig huwelijk waardoor hij de borg Duirsum bij Loppersum verwerft.
In 1557 wordt hij door Arenberg benoemd tot luitenant-stadhouder in Groningen. In die rol onderscheidt hij zich als een fel katholiek die niet bereid is toe te geven aan de wensen van de protestanten. Als het stadsbestuur de Broerkerk ter beschikking van de protestanten wil stellen verzet hij zich daartegen.
Na de dood van Arenberg, die sneuvelt in de Slag bij Heiligerlee, hoopt de Mepsche zelf tot stadhouder bevorderd te worden, maar hij wordt gepasseerd. Zijn carrière lijkt voorbij als Groningen toetreedt tot de Pacificatie van Gent, maar na het verraad van Rennenberg keert hij terug in Groningen. Als uitvoerder van de Spaanse/katholieke plakkaten wordt hij zeer gevreesd. Hij sterft in 1585 aan de pest.
Uit 1561 is er een huwelijkscontract tussen Johan de Mepsche en Agnes Entens. Niet zeker dat dit het huwelijk tussen hem en Agnes van Munster betreft, maar het is wel zeer goed mogelijk. Het is niet geheel duidelijk wie de moeder is van de kinderen Evert Johan en Catharina.
Johan:
(1) trouwde met
Catharina van Siegen. Catharina is een dochter van
Arnold van Siegen en
Catharina Wolff.
Catharina is overleden vóór 1560.
(2) trouwde, ongeveer 41 jaar oud, omstreeks 1561 met
Agnes van Munster. Agnes is een dochter van
Roelof van Munster en
Maria van Selbach.
Kinderen van Johan en Catharina:
1 Evert Johan de Mepsche [
1.1.1.2.2.3.4.2.1.4.1.1.4.1.1.2.2.1]. Evert is overleden op 11-11-1642.
Hij is begraven in
Loppersum.
Notitie bij Evert: Begraven in de kerk van Loppersum:
Anno 1642, den 11 november, is in den Heeren gerustet de E.E. Manhaften Jr. Evert Johan De Mepsche, in tyt sines levendes gewesene Luitenant Ritmester end Cornet. Des Seele Godt genade.
Kinderen van Johan en Agnes:
1.1.1.2.2.3.4.2.1.4.1.1.4.1.1.2.2.2 Catharina de Mepsche, dochter van Johan de Mepsche (zie
1.1.1.2.2.3.4.2.1.4.1.1.4.1.1.2.2) en Catharina van Siegen. Catharina is overleden in 1624 in
Brussel.
Catharina trouwde met
Antoine de Lockquenghien.
1.1.1.2.2.3.4.2.1.4.1.1.4.1.1.2.2.3 Johanna de Mepsche, dochter van Johan de Mepsche (zie
1.1.1.2.2.3.4.2.1.4.1.1.4.1.1.2.2) en Agnes van Munster. Johanna trouwde in 1593 met
Assuerus Clant.
1.1.1.2.2.3.4.2.1.4.1.1.4.1.1.2.2.4 (Agnes) de Mepsche, dochter van Johan de Mepsche (zie
1.1.1.2.2.3.4.2.1.4.1.1.4.1.1.2.2) en Agnes van Munster. (Agnes) trouwde met
Aepko (Onno) van Ewsum. Aepko is een zoon van
Johan van Ewsum en
Anna van Burmania.
1.1.1.2.2.3.4.2.1.4.1.1.4.1.1.2.2.5 Rudolph de Mepsche is geboren omstreeks 1550 in
Den Ham, zoon van Johan de Mepsche (zie
1.1.1.2.2.3.4.2.1.4.1.1.4.1.1.2.2) en Agnes van Munster. Rudolph is overleden in 1628, ongeveer 78 jaar oud.
Rudolph trouwde met
Joachime Böselager.
Kinderen van Rudolph en Joachime:
2 Anna de Mepsche [
1.1.1.2.2.3.4.2.1.4.1.1.4.1.1.2.2.5.2].
1.1.1.2.2.3.4.2.1.4.1.1.4.1.1.2.2.5.1 Johan de Mepsche, zoon van Rudolph de Mepsche (zie
1.1.1.2.2.3.4.2.1.4.1.1.4.1.1.2.2.5) en Joachime Böselager. Johan is overleden vóór 1631.
Johan trouwde met
Lewe ten Holte. Lewe trouwde later in 1631 met
Pieter Folckers.
Kinderen van Johan en Lewe:
1.1.1.2.2.3.4.2.1.4.1.1.4.1.1.2.2.5.1.1 Elteke de Mepsche, dochter van Johan de Mepsche (zie
1.1.1.2.2.3.4.2.1.4.1.1.4.1.1.2.2.5.1) en Lewe ten Holte. Elteke trouwde met
Peter Folkerts. Peter is een zoon van Pieter Folckers en
Dewertien Simons.
Peter is overleden vóór 12-1644.
Notitie bij Peter: Uit: Het geslacht de Mepsche;
Raadsheer van Groningen, luitenant. Overleden voor december 1644.
In 1633 koopt Peter Folkerts de borg Duirsum te Den Ham van Evert, Johan en Rudolf de Mepsche.
1.1.1.2.2.3.4.2.1.4.1.1.4.1.1.2.2.5.1.2 Rudolf de Mepsche is geboren omstreeks 1620, zoon van Johan de Mepsche (zie
1.1.1.2.2.3.4.2.1.4.1.1.4.1.1.2.2.5.1) en Lewe ten Holte. Rudolf is overleden na 1650, minstens 30 jaar oud.
Notitie bij Rudolf: Uit: http://www.nazatendevries.nl/Genealogie/Rudolf%20de%20Mepche%20van%20Faan/Het%20geslacht%20de%20Mepsche.html
Verzegeling ener scheiding van in gemeenschap bezeten goederen tussen Assella Folkers en Rudolph Folkers, 1646 jan. 18.
Akte van ruil, waarbij Joost Lewe, jonker en hoveling ter Hansouw en Kantens c.a., aan zijn neef Rudolph de Mepsche, jonker en hoveling te Loppersum enz., en Assella Folckers e.l. overdraagt een heerd land onder Loppersum en Hellum, groot c. 46 grazen, en daarvoor in eigendom terug ontvangt een heerd land te Luddeweer onder Woltersum, groot 106 grazen, en 6 grazen land en ossenweide buiten de Boteringe-poort te Groningen benevens 1600 car. gulden, 1650
Rudolf trouwde met
Assele Folkers. Assele is een dochter van Pieter Folckers en Dewertien Simons.
Kinderen van Rudolf en Assele:
1 Dewer Maryde de Mepsche [
1.1.1.2.2.3.4.2.1.4.1.1.4.1.1.2.2.5.1.2.1].
1.1.1.2.2.3.4.2.1.4.1.1.4.1.1.2.2.5.1.2.2 Peter de Mepsche, zoon van Rudolf de Mepsche (zie
1.1.1.2.2.3.4.2.1.4.1.1.4.1.1.2.2.5.1.2) en Assele Folkers. Hij is gedoopt op 08-09-1650 in
Loppersum. Peter is overleden op 09-01-1710 in
Groningen, 59 jaar oud.
Notitie bij Peter: Uit: Genealogie de Mepsche, Groninger tak.
Peter de Mepsche was Raadsheer te Groningen, hij bezat o.a. de Euckema en Ailckema borg. Zijn zoon Rudolph verkocht het ‘Aylkuma’-goed in 1727 met schuur, hovinge, geboomte, grachten, etc..
Akte van schenking door Aswerus Aldringa aan Geertruida Aldringa, weduwe van Peter de Mepsche, van de borg Byma te Faan en alle daaraan verbonden rechten en 77 grazen land, die op haar beurt hetzelfde schenkt aan haar zoon Rudolf de Mepsche, 1712 (1712.02.18)
Peter trouwde met
Geertruida Aldringa. Geertruida is een dochter van
Gerhard Aldringa en
Catharina Croons.
Zij is gedoopt op 21-07-1661 in
Niekerk.
Kind van Peter en Geertruida:
1.1.1.2.2.3.4.2.1.4.1.1.4.1.1.2.2.5.1.2.2.1 Rudolf de Mepsche, zoon van Peter de Mepsche (zie
1.1.1.2.2.3.4.2.1.4.1.1.4.1.1.2.2.5.1.2.2) en Geertruida Aldringa. Hij is gedoopt op 15-03-1695. Rudolf is overleden in 12-1754 in
Wedde, 59 jaar oud.
Hij is begraven in
Groningen, Martinikerk.
Notitie bij Rudolf: Hij was Heer van Faan in het Westerkwartier en later ook Drost van Westerwolde, benoemd door Stadhouder Willem IV in 1748.
Hij verkreeg via vererving de borgen Bijma en Bloemersma in het Westerkwartier. Hij was aanhanger van de Oranjepartij.
Rudolf trouwde, 23 jaar oud, op 08-04-1718 in
Zandeweer met
Susanna Elijsabeth Alberda, 18 jaar oud.
Notitie bij het huwelijk van Rudolf en Susanna:
Tekst huwelijksinschrijving:
De H.E.G.Hr. MijnHeer Rudolph De Mepsche, Hr.v.Bijma tot Faan
cop De H.E.G. Juff Mejuffer Susanna Elijsabeth Alberda, Juffr.v.SN
Susanna is een dochter van
Onno Tamminga van Alberda en
Josina Petronella Clant.
Zij is gedoopt op 06-02-1700 in
Groningen.
Kinderen van Rudolf en Susanna:
1 Peter Jebo de Mepsche [
1.1.1.2.2.3.4.2.1.4.1.1.4.1.1.2.2.5.1.2.2.1.1], geboren in
Aan de Grote Markt Groningen. Hij is gedoopt op 06-01-1719 in
Groningen.
2 Onno Egbert de Mepsche [
1.1.1.2.2.3.4.2.1.4.1.1.4.1.1.2.2.5.1.2.2.1.2], geboren in
Aan de Grote Markt Groningen. Hij is gedoopt op 17-03-1723 in
Groningen.
1.1.1.2.2.3.4.2.1.4.1.1.4.1.1.2.2.5.1.2.3 Jan de Mepsche, zoon van Rudolf de Mepsche (zie
1.1.1.2.2.3.4.2.1.4.1.1.4.1.1.2.2.5.1.2) en Assele Folkers. Hij is gedoopt op 30-08-1657 in
Groningen.
Notitie bij Jan: Hij was kapitein.
Jan trouwde, 25 jaar oud, op 21-10-1682 in
Groningen met
Juliana Verruci. Juliana is een dochter van
Petrus Verruci en
Cornelia de Bergagne.
Kinderen van Jan en Juliana:
1 Gerard de Mepsche [
1.1.1.2.2.3.4.2.1.4.1.1.4.1.1.2.2.5.1.2.3.1]. Hij is gedoopt op 27-03-1683 in
Groningen.
2 Cornelia de Mepsche [
1.1.1.2.2.3.4.2.1.4.1.1.4.1.1.2.2.5.1.2.3.2]. Zij is gedoopt op 23-11-1684 in
Gronigen.
3 Amelia Hendriette de Mepsche [
1.1.1.2.2.3.4.2.1.4.1.1.4.1.1.2.2.5.1.2.3.3]. Zij is gedoopt op 17-03-1686 in
Gronigen.
5 Helena de Mepsche [
1.1.1.2.2.3.4.2.1.4.1.1.4.1.1.2.2.5.1.2.3.5]. Zij is gedoopt op 15-07-1688 in
Sappemeer.
6 Juliana de Mepsche [
1.1.1.2.2.3.4.2.1.4.1.1.4.1.1.2.2.5.1.2.3.6]. Zij is gedoopt op 07-01-1690 in
Groningen.
8 Peter Rempt de Mepsche [
1.1.1.2.2.3.4.2.1.4.1.1.4.1.1.2.2.5.1.2.3.8]. Hij is gedoopt op 17-04-1696 in
Gronigen.
1.1.1.2.2.3.4.2.1.4.1.1.4.1.1.2.2.5.1.2.3.4 Johanna de Mepsche, dochter van Jan de Mepsche (zie
1.1.1.2.2.3.4.2.1.4.1.1.4.1.1.2.2.5.1.2.3) en Juliana Verruci. Zij is gedoopt op 10-04-1687 in
Groningen. Johanna:
(1) trouwde met
Jan Clant.
(2) trouwde, 36 of 37 jaar oud, in 1724 in
Groningen met
Rempt de Mepsche, 54 of 55 jaar oud.
Notitie bij het huwelijk van Johanna en Rempt:
Akte van huwelijkse voorwaarden tussen Rempt d’ Mepsche, zoon van Rempt d’ Mepsche en Willemina Wicheringe, en Johanna d’ Mepsche, weduwe van Jan Clant en dochter van Jan d’ Mepsche en Juliana Verruci, 1724 (1724.06.01)
Vrouwe Johanna de Mepsche, weduwe van de raadsheer Rembt de Mepsche en Hendrik Knijpinga verklaren een ruiling van goederen te hebben aangegaan, waarbij wed. de Mepsche aan Knijpinga overdraagt:
1. het huis, gedurende de laatste tijd door haar persoonlijk bewoond in de Oude Kijk in ’t Jatstraat met een hofje, plaats en stal erachter met een vrije uitgang naar de Turftorenstraat en een vrije uitgang via de stal naar het mandelige gangetje;
2. de naast sub. 1. gelegen behuizing met een vrije uitgang door het mandelig gangetje met het recht op de mandelig put daarin, 16 juni 1755. Authenthiek afschrift
Zie
1.1.1.2.2.3.4.2.1.4.1.1.4.1.1.1.1.3.2.2.7 voor persoonsgegevens van Rempt.
1.1.1.2.2.3.4.2.1.4.1.1.4.1.1.2.2.5.1.2.3.7 Sibrandina de Mepsche, dochter van Jan de Mepsche (zie
1.1.1.2.2.3.4.2.1.4.1.1.4.1.1.2.2.5.1.2.3) en Juliana Verruci. Zij is gedoopt op 10-08-1693 in
Gronigen. Sibrandina:
(1) trouwde, 28 jaar oud, op 10-08-1721 in
Gronigen met
Abel Jans Coenders, 27 of 28 jaar oud. Abel is geboren in 1693 in
Gronigen, zoon van
Joost Lewe Coenders van Vervou en
Odilia Rengers. Abel is overleden in 09-1736, 42 of 43 jaar oud.
(2) trouwde, 61 jaar oud, op 28-12-1754 in
Gronigen met
Tjerk van Ommen.
1.1.1.2.2.3.4.2.1.4.1.1.4.1.1.3 Rudolf de Mepsche is geboren omstreeks 1490, zoon van Johan de Mepsche (zie
1.1.1.2.2.3.4.2.1.4.1.1.4.1.1) en Deetje Huinga. Rudolf is overleden vóór 1568, ten hoogste 78 jaar oud.
Notitie bij Rudolf: Rudolf de Mepsche is ridder. Hij wordt al in 1521 genoemd als pastoor te Bedum, later als Doctor en Pastoor.
Op 24 juni 1535 is er een verzegeling, waarbij hertog Karel van Gelre aan dr. Roloff Mepsche pastor te Bedum verpacht voor zijn leven "alle alsulcken volle waren, weydelant, heydelant, hoylant, bouwlant, vischerije", welke hij bezit in de marckten van Midlaren en Zuidlaren.
Op 22 september 1568 verklaart Frater Joannes Roest, procurator te Bentlage van de orde van het Heilige kruis, dat jonker Haye Addinge te Westerwolde, hoveling te Sandtweerd, namens zijn vrouw als erfgename van haar vader, heer Rodolff de Mepsche, ridder, de verschenen jaarlijkse rente an 5 goudgulden heeft betaald, welke heer Rodolff de Mepsche, doctor en pastoor te Bedum, zijn convent heeft toegezegd.
Rudolf trouwde met
Ode Tamminga. Ode is een dochter van
Allert Tamminga en
NN Thedema.
Kinderen van Rudolf en Ode:
1.1.1.2.2.3.4.2.1.4.1.1.4.1.1.3.1 Johan de Mepsche is geboren omstreeks 1525, zoon van Rudolf de Mepsche (zie
1.1.1.2.2.3.4.2.1.4.1.1.4.1.1.3) en Ode Tamminga. Johan trouwde, ongeveer 66 jaar oud, in 1591 met
Anna Nanninga. Anna is een dochter van
Doede Nanninga en
Sophia Ripperda van Farmsum.
Anna is weduwe van
Egbert Clant (ovl. 1590).
1.1.1.2.2.3.4.2.1.4.1.1.4.1.1.3.2 Johanna de Mepsche is geboren omstreeks 1530, dochter van Rudolf de Mepsche (zie
1.1.1.2.2.3.4.2.1.4.1.1.4.1.1.3) en Ode Tamminga. Johanna:
(1) trouwde met
Haye Addinga. Haye is een zoon van
Jurgen Addinga en
Anna Thedema.
(2) trouwde met
Adriaan Hickaart. Adriaan is een zoon van
Anthony Hickaart en
Adriana van Balveren.
(3) trouwde met
Smulling NN.
(4) trouwde met
Diederik Sonoy. Diederik is geboren in 1529 in
Kalkar. Diederik is overleden op 02-06-1597 in
Pieterburen, 67 of 68 jaar oud.
Notitie bij Diederik: Burgemeester van Enkhuizen (vanaf 1572), Gouverneur van het Noorderkwartier (Noord Holland).
Diederik Sonoy was de aanvoerder van de watergeuzen en gouverneur in Noord Holland. Hij kiest al op jonge leeftijd voor het protestantisme, en weigert in 1567 de eed van trouw af te leggen aan de koning van Spanje. In Januari 1568 onderteken Sonoy met Hendrik van Brederode en zeven andere opstandige edelen een compromis om de Spanjaarden met geweld uit de Lage Landen te verdrijven.
Op 1 juli 1568 ontvangt hij de eerste kaperbrieven van Lodewijk van Nassau. Dit gebeurt tijdens het beleg van Groningen, vlak na de slag bij Heiligerlee. Sonoy vecht negen dagen later als leider van 700 watergeuzen in zo’n zestien schepen tegen Boschuyzen bij Delfzijl. Willem van Oranje benoemt Sonoy in 1572 tot gouverneur van Noord Holland.
Meer info, zie de website: http://members.home.nl/tettero/ZuidHolland/Sonoy.htm
1.1.1.2.2.3.4.2.1.4.1.1.4.1.1.4 Hille de Mepsche is geboren omstreeks 1500, dochter van Johan de Mepsche (zie
1.1.1.2.2.3.4.2.1.4.1.1.4.1.1) en Deetje Huinga.
Notitie bij Hille: 07-09-1512:
Vrouwe Wemele Mepsche draagt over aan Hille, dochter van wijlen haar zoon Johan Mepsche, een halve heerd in Werffumer kerspel, geheten Wicbolthsheert, met heerlijkheden, huis land enz..
Hille trouwde, ten hoogste 20 jaar oud, vóór 1520 met
Geert Lewe. Geert is een zoon van
Herman Lewe en
Bauwe Tamminga.
1.1.1.2.2.3.4.2.3 Godeken van Echten is geboren omstreeks 1294, zoon van Rudolf van Echten (zie
1.1.1.2.2.3.4.2) en Amele van NN.
Notitie bij Godeken: Godeken van Echten wordt in 1331 samen met zijn broer Volker (IIIa) genoemd in hun geschil met Henric heer van Borculo, en diens broer Johan.
In 1348 schenkt hij een boterpacht aan de abdij te Dikninge tot het houden van zielmissen voor wijlen zijn vrouw Margrete. Godeken van Echten verklaart in 1350 krachtens medezegeling in te stemmen met door de door zijn broer Volker (IIIa) aan de abdij te Dikninge gedane schenking. In 1355 treedt hij in eenzelfde kwaliteit op.
Blijkens akte van 5 februari 1357 schenkt Godeken van Echten een jaarlijkse opbrengst uit het onder IJhorst gelegen goed ter Hofstede aan de abdij te Dikninge, terwijl hij een jaar daarna 1358 opnieuw als medezegelaar optreedt.
In oorkonde corpus van Reenen-Mulder nr G574r34701 ook vermeld als Godevard van Groningen.
Godeken:
(1) trouwde met
Margrete van NN. Margrete is overleden in 1348.
(2) trouwde met
Kunne van NN.
Kinderen van Godeken en Margrete:
2 Amele van Echten [
1.1.1.2.2.3.4.2.3.2].
1.1.1.2.2.3.4.2.3.1 Jutta (Judith) van Echten, dochter van Godeken van Echten (zie
1.1.1.2.2.3.4.2.3) en Margrete van NN. Jutta trouwde met
Wolter Utenweerde.
1.1.1.2.2.3.4.3 Godekin van Echten is geboren omstreeks 1265, zoon van volker van Echten (zie
1.1.1.2.2.3.4) en NN van NN. Godekin is overleden in 1331, ongeveer 66 jaar oud.
Notitie bij Godekin: Volgt zijn schoonvader op als prefect van Groningen in 1301. Godekin was rechter in Groningen en Otto Buninc de scholte.
Zie MD Teenstra; Breedvoerig tijdrekenkundige tafel van Friesland, Groningen en Drenthe.
Godekin trouwde met
Agnes van Sepperothe van Groningen. Zie
1.1.1.3.1.1.2.2 voor persoonsgegevens van Agnes.
Kinderen van Godekin en Agnes:
1.1.1.2.2.3.4.3.1 Egbert van Echten, zoon van Godekin van Echten (zie
1.1.1.2.2.3.4.3) en Agnes van Sepperothe van Groningen (zie
1.1.1.3.1.1.2.2). Egbert is overleden vóór 1332.
Kind van Egbert uit onbekende relatie:
1.1.1.2.2.3.4.3.1.1 NN van Echten, zoon van Egbert van Echten (zie
1.1.1.2.2.3.4.3.1).
Kind van NN uit onbekende relatie:
1 Egbert van Echten [
1.1.1.2.2.3.4.3.1.1.1].
1.1.1.2.2.3.4.3.2 Folker van Echten is geboren omstreeks 1262, zoon van Godekin van Echten (zie
1.1.1.2.2.3.4.3) en Agnes van Sepperothe van Groningen (zie
1.1.1.3.1.1.2.2). Folker is overleden na 1290, minstens 28 jaar oud.
Notitie bij Folker: Wordt vermeld in een oorkonde van 4 juli 1283 waarin Bernerus, abt van Ruinen, verklaart met de ingezetenen van Westerbork over het collatierecht der kerk aldaar, een overeenkomst te hebben gesloten. Ook vermeld wordt Rudolf Wege.
Vermeld in een oorkonde van 24 augustus 1290 als Volker, ridder van Echten, die aan de bewoners van zijn land in Koekange een boterpacht en geldpacht verkoopt, te heffen uit de tienden binnen en buiten huis.
Zie voor nakomelingen o.a. de website van Harm Hillenga: http://www.nazatendevries.nl/Genealogie/NazatenDeVriesWeb/huninga-033988-pframeset.htm?huninga-033988-p.htm
Kind van Folker uit onbekende relatie:
1.1.1.2.2.3.4.3.2.1 Rudolf van Echten is geboren omstreeks 1275, zoon van Folker van Echten (zie
1.1.1.2.2.3.4.3.2). Rudolf is overleden omstreeks 1337, ongeveer 62 jaar oud.
Rudolf trouwde met
Amele.
1.1.1.3 Leffart van Wierum van Groningen is geboren omstreeks 1110, zoon van Rudolf van Werl van Wierum (zie
1.1.1) en Sigardis? van NN. Leffart is overleden na 1178, minstens 68 jaar oud.
Notitie bij Leffart: Prefect van Groningen. (Naam Leffert oorspronkelijk Lyfrid)
Hij werd benoemd in 1144 door zijn broer Herbert nadat deze de prefectuur aan Egbert van Groenenberg had ontnomen. Deze Egbert was prefect van 1141 tot 1144 en was ook benoemd door bisschop Herbert, maar Egbert lag regelmatig met de Gelkingers in de stad Groningen overhoop.
Volgens MD Teenstra zouden de Groenbergers, na het verwerven van de wereldlijke macht door de bisschop van Utrecht in 1047 zijn aangesteld als leenmannen, maar hun beleid van bevoordeling van familieleden leidde tot groot ongenoegen onder de bevolking, wat in 1105 escaleerde in het ontstaan van de groepering van de Gelkingers, die de bisschop van Utrecht niet meer erkenden als wereldlijk machthebber van Groningen.
Komt voor in een oorkonde van 1177 en 1178 samen met zijn jongere broer Lambert van Peize, Schulte Johannes, Walter Radinc (van Vollenhove) en Arnold Wilde.
Na zijn overlijden worden 3 kleinzoons elk voor een derde beleend met de prefectuur. Deze, Rudolf, Menzo en Hecbert (Egbert), zijn van een dochter getrouwd met Godschalk van Sepperothe (beiden overleden voor hun vader resp.schoonvader).
Volgens M D Teenstra in zijn breedvoerig tijdrekenkundige tafel is Leffart overleden in 1160 (1180?). Zijn kleinzonen waren Lefferd, Rudolf, Menso en Herbert.
Anne Post: Heeft vermoedelijk de (houten) borg Selwerd laten bouwen op de grond die hij als leenman in bezit had. Deze borg stond 3,5 kilometer ten zuidoosten van zijn geboortehuis op de wierde Wierum, toen behorend tot Frisia, waar de Hunze instroomt in het Reitdiep vroeger Koningsdiep.
Leffart trouwde met [waarschijnlijk]
NN van Ruinen. NN is geboren omstreeks 1117, dochter van [waarschijnlijk]
Otto van Ruinen.
Notitie bij NN: Vermoedelijk een nazaat Groenenberg, vanwege de voornamen Egbert en Menzo van haar kleinkinderen.
1.1.1.3.1 NN van Groningen van Wierum, dochter van Leffart van Wierum van Groningen (zie
1.1.1.3) en NN van Ruinen. NN is overleden vóór 1178.
Notitie bij NN: Volgens het Nieuw Nederlands Biografisch Woordenboek zou zij omstreeks 1170 gehuwd zijn.
(http://resources.huygens.knaw.nl/retroboeken/nnbw/#page=0&accessor=accessor_index&source=1&view=homePane) Bron: Narracio.
Zij is overleden voor haar vader Leffart.
NN trouwde omstreeks 1170 met
Godschalk van Sepperothe.
Notitie bij Godschalk: Volgens het Nieuw Nederlands Biografisch Woordenboek zou hij omstreeks 1170 gehuwd zijn.
Quedam narracio: Godschalk verwekte drie zonen, Rodolphum, Mensonum en Hecbertum, door Hans van Rij vertaald (1989) als Roelof, Menso en Egbert.
Hij stamt af van de ridders van Sepperothe. De plaats heet nu Seppenrade en ligt vlak bij Lüdinghausen, ten zuiden van Münster.
Kinderen van NN en Godschalk:
1 Egbert III (ook Egbertus) van Sepperothe van Groningen, geboren omstreeks 1170.
Volgt 1.1.1.3.1.1.
1.1.1.3.1.1 Egbert III (ook Egbertus) van Sepperothe van Groningen is geboren omstreeks 1170, zoon van Godschalk van Sepperothe en NN van Groningen van Wierum (zie
1.1.1.3.1). Egbert is overleden in 1240, ongeveer 70 jaar oud.
Notitie bij Egbert: MD Teenstra: 1195. Herbert, broer van Rudolf van Sepperothe, is voogd over Rudolfs zoon Albert, na diens overlijden tijdens een kruistocht. De door Teenstra vermelde Herbert is dezelfde als Egbert of Ecbert of Ekbert die in de Quedam narracio wordt vermeld.
Bisschop Boudewijn zendt een zekere Berthold naar Groningen om gedurende de minderjarigheid van Albert, als burggraaf in Groningen op te treden.Hij wordt echter hetzelfde jaar nog door Egbert van Sepperothe doodgeslagen.
Quedam narracio: Hecbert of Egbert leefde nog in 1232. Was prefect van Groningen voor 1/3e deel.
Deze Hecbert is waarschijnlijk dezelfde die in latere stukken als Egbert staat vermeld. (Egbert III)
Zie oorkondenboek Groningen-Drenthe.
(1206) Vermelde namen o.a. Johan van Vollenhove, Herman van Steenwijck, Wolter van Coevorden, de broers Rudolf en Menso van Peize, Arnold van Ruinen, Otto van de Pol, Hugo Sturm, Gerard Lewe, Hugo Donker, de broers Egbert en Menso van Groningen, Wicher Lapinch, Hendrik van Norg, Walter Radinc, Schulte Bartold, Gelmer van Ide, Werenzone van Bonne, Egbert ten Hove, Otto van Ruinen en Jacob ter A.
Opmerking Anne Post: Schulte Bartold woonde in Eelde, waarschijnlijk op Oosterbroek, een borg nabij het oorspronkelijke landgoed Lemferding en aan de Drentse A gelegen.Gelmer van Ide woonde op een oorspronkelijk mottekasteel, ten noorden van de wegsplitsing Groningen, Norg, Rolde (Assen) tussen de huidige Lugtenburgerweg en de Moespot. Dit was een zogenaamde ringwalburcht bestaande uit twee cirkelvormige grachten die samen een 8 vormen. Op de kleinste stond een uitkijktoren. Later worden bewakers van Ide vermeld. Bedoeld wordt dan waarschijnlijk dat deze het verkeer bij Yde van en naar Groningen moesten controleren. Werenzone van Bonne woonde op de burcht te Bunne die in 1145 is gebouwd in opdracht van bisschop Herbert van Wierum. Egbert ten Hove zal op een hofgoed hebben gewoond, waarschijnlijk op de Gruenenborg aan de Hunze bij Groningen. Egbert en Menso van Groningen zullen op de borg Selwerd hebben gewoond. Jacob en de later vermelde broer Gerard woonden op een borg gelegen aan de A.
(1208) Vermelde namen o.a. Volker van Coevorden, Walter Rading, Arnold Wilde, Bernard Benze (van de Ese), Menso van Peize, Egbert van Groningen, Otto Proeys ?, Volradus van IJsselmuiden, Jacob en Gerard ter A.
(1212) Volker van Coevorden, ridder, Egbert van Groningen, Rudolf van Peize, Johan van Ruinen, Schulte Bertold, Engelbert van Steenwijck.
(1217) Namen: Egbert van Groningen, Rudolf van Peize, Rudolf van Coevorden, Arnold van Ruinen, Arnold van Alva en Menzo van Gravestorp.(van Peize)
(1 januari 1219) Namen: Rudolf van Coevorden, Egbert van Groningen, Rudolf van Norch, Frederik Redinc; voogden van Ida, vrouwe van de Ese: Gijsbert, Hugo Donker, Herman Clencke, Rudolf Rocke.
(10 januari 1224) Namen: de broers Rudolf en Frederik van Coevorden, Johan van Ruinen, Bernard van de Ese, de broers Rudolf en Menso van Peize, Egbert van Groningen, Bertold van Steenwijck, Schulte Bertold van Drenthe, Frederik Rading met zijn broer Walter, Coenraad, schulte van Vollenhove, ridders.
(omstreeks 1225, lijst van opbrengsten aan het kapittel van de dom te Utrecht) Namen in Drenthe: Egbert van Groningen, Rudolfs zoon Albert, Leffarts zoon Menso, Thezo’s zoon Johannes, Johan van Ruinen, Johan van Haarlo, Steven van Tuten, Lubbert van Dalen, Philip uit Ide, Otto van Zeegse, Menso van Roden, Rudolf van Langelo, Albert van Uffelte, Rudolf van Norch, Herman van Voorst, Theodorus van Buckhorst, Rudolf van Peize, Zijn broer Menso van Peize, Rudolf Rogge, Rudolf van Coevorden, Schulte Bartold (van Eelde), Bernard te Rothe ?, Resindis, dochter van Hendrik Papinck, Ludolf van Kuinre, Lubbert van Bonnen.
(19 oktober 1225) Egbert van Groningen zal als scheidsman optreden.
(21 juli 1233) Wilbrand, bisschop van Utrecht neemt het klooster Marienberg in bescherming (gesticht voor de zielen van zijn voorganger Otto en de met hem gevallenen in de slag bij Ane) Aanwezigen: Egbert, prefect van Groningen, Rudolf van Norch, de broers Herman en Gerard van Roden. Pelgrim en Wolter Radinc van Vollenhove, Hendrik van Schoonebeek, Burchard en Gerard van Middelwijk, Sweder van Voorst, Gijsbert van Buchorst, Alfred van IJsselmuiden, Eilard van Bentheim, Winnemar van Hardenberg, Egbert van Haren, Engelbert en Hendrik van Gerner, Remfrid van Junne, Sweder van Genne en Herman van Vilsteren.
(19 mei 1235) Egbert van Groningen vermeld.
Egbert trouwde met
NN van NN.
Kinderen van Egbert en NN:
1.1.1.3.1.1.1 Rudolf van Sepperothe van Groningen is geboren omstreeks 1190, zoon van Egbert III (ook Egbertus) van Sepperothe van Groningen (zie
1.1.1.3.1.1) en NN van NN. Rudolf is overleden in 1241, ongeveer 51 jaar oud.
Notitie bij Rudolf: Gedood door ridder Thizo of Thezo van Eelde en Rudolf, zoon van Christina, samen met de Gelkingers.
Volgens M D Teenstra in zijn boek "Breedvoerig tijdrekenkundige tafel" uitgegeven 1859 Uithuizen, in de vermelding bij het jaar 1240, kregen de Gelkingers hulp van de ridders van Eelde, van Norch en van Peize. Zij staken de stad Groningen in brand in 1241 nadat de prefect Rudolf van Groningen door Thezo van Eelde werd doodgestoken.In 1242 werd Eelde door de partij van de bisschoppelijken verbrand en het slot van de Gelkingen Denerdewinkel genaamd. Daarna verwoesten de Gelkingers het aloude slot Groenenberg aan de Hunze en de burgten van Thezo, ridder te Eelde, van Rudolf te Norg (Peize??) en van zijn broer Adolf te Peize.
In 1245 wordt Groningen herbouwd en met muren omgeven.
In 1242 zoeken Roelof en Egbert van Groenenberg (Groningen) hun toevlucht bij hun neven Rudolf van Norch en diens broer Menso ter A.
(Menso aan de stroom) (mr. A.N. de Vos van Steenwijk, ’Genealogie van Kuinre’, NL 1967).
Rudolf trouwde met
NN van NN.
Kind van Rudolf en NN:
1 Koenraad van Groningen [
1.1.1.3.1.1.1.1].
1.1.1.3.1.1.2 Egbert IV (de jonge) van Sepperothe van Groningen is geboren vóór 1226, zoon van Egbert III (ook Egbertus) van Sepperothe van Groningen (zie
1.1.1.3.1.1) en NN van NN. Egbert is overleden in 1301, minstens 75 jaar oud.
Notitie bij Egbert: Omstreeks 1240 benoemd tot prefect van Groningen tot 1285.
Opmerking Anne Post: De tekst van Teenstra is niet altijd in overeenstemming met vermeldingen door anderen.
MD Teenstra: 1226; Rudolf, slotvoogd van Coevorden, door de Sepperothen ingeroepen, benachtigt Groningen en neemt het huisgezin van stedevoogd Egbert den Jongen te Glimmen gevangen, welk slot zij tot op de grond verwoesten. Egbert, de grootvader, vlucht naar Friesland tussen Lauwers en Vlie.
600 meter noordelijker van deze plaats is vele decennia later een nieuwe en fraaie borg gebouwd.
Op de Gruenenborgh aan de Hunze bij Euvelgunne woonde zijn vader, welke borg in 1242 werd vernield, evenals de stad Groningen.
In 1242 zoeken Roelof en Egbert van Groenenberg (Groningen) hun toevlucht bij hun neven Rudolf van Norch en diens broer Menso ter A.
(Menso aan de stroom) (mr. A.N. de Vos van Steenwijk, ’Genealogie van Kuinre’, NL 1967).
Genoemd in een oorkonde van 18 oktober 1249, waarin twee Egberts, als prefecten van Groningen (vader en zoon) een verklaring afgeven omtrent een geschil over enkele grenzen tussen de abdis van het concent Jesse en ingezetenen van Kropswolde. Vermelde aanwezigen: Egbert, decaan in Groningen, Sicco, priester in Laren, priester Frederik, Adolf en Rudolf, geestelijken, Adolf, Rudolf en Folker, ridders van Peize.
ogd0140 datum 8 juni 1266. Otto, graaf van Bentheim, verkoopt aan Egbertus van Groningen zijn land in Hamme.
22 maart 1282; E. deken van Drenthe en Egbert, Prefect van Groningen, verklaren dat de kapel te Wolfsbargen losgemaakt wordt van de kerk van Noordlaren.
ogd0168 de dato 8 april 1285. Egbert, prefect van Groningen, Adolf, zijn zoon, Otto, ridder van Groningen en Snelger van Scharmer (lekenbroeder) doen uitspraak in een geschil.
MD Teenstra: 1301; Egbert van Groenenberg, prefect van Groningen, sterft. Hij wordt opgevolgd door de rechter Godekinus van Echten. Egbert was prefect sedert 1276.
Egbert trouwde met
NN uit Friesland.
Kinderen van Egbert en NN:
1.1.1.3.1.1.2.1 Adolf van Sepperothe van Groningen is geboren omstreeks 1250, zoon van Egbert IV (de jonge) van Sepperothe van Groningen (zie
1.1.1.3.1.1.2) en NN uit Friesland. Adolf is overleden in 1315, ongeveer 65 jaar oud.
Notitie bij Adolf: In 1285 benoemd tot Heer van Groningen als opvolger van zijn vader Egbert.
ogd0197 de dato 4 juni 1297. Egbert, Heer van Almelo, maakt een beschikking over de verdeling van zijn goederen onder zijn voorkinderen en zijn vrouw. Getuigen: ridder Frederik Radinc, Johan van Sulen, Johan van Ruinen, Gosewijn de Gemene, Adolf van Groningen en Hendrik van Kuinre.
Adolf trouwde met
NN van NN.
Kinderen van Adolf en NN:
1 Ludolf van Sepperothe van Groningen [
1.1.1.3.1.1.2.1.1]. Ludolf is overleden in 1321.
Notitie bij Ludolf: ogd0229 de dato 19 februari 1309. Ghye, bisschop van Utrecht doet uitspraak tussen Ludolf, prefect van Groningen, met zijn aanhangers, en de Westerpartij, over de onlusten aldaar.
In 1315 vermeld als ridder en Heer van Groenenberg (Groningen)
MD Teenstra: 1309; Ridder Ludolf, heer van Gronebeke, wordt prefect van Groningen 1309-1321.
Ludolf bleef kinderloos.
2 Egbert V van Sepperothe van Groningen [
1.1.1.3.1.1.2.1.2]. Egbert is overleden omstreeks 1330.
Notitie bij Egbert: ogd0273 en 0277.
Stadsvoogd van Groningen in 1321 als opvolger van zijn broer Ludolf.
Volgens JW Schaap was dit Egbert V.
Egbert werd opgevolgd door Berthold van Selwerd g/m Ava van Groenenberg in 1328 na zijn dood.
Egbert bleef kinderloos.
3 Johannes van Sepperothe van Groningen [
1.1.1.3.1.1.2.1.3], geboren omstreeks 1260.
1.1.1.3.1.1.2.1.4 Ava van Sepperothe van Groningen is geboren omstreeks 1270, dochter van Adolf van Sepperothe van Groningen (zie
1.1.1.3.1.1.2.1) en NN van NN. Ava trouwde met
Egbert van Selwerd. Egbert is geboren omstreeks 1270, zoon van [waarschijnlijk]
NN van Groenenberg.
1.1.1.3.1.1.2.1.4.1 Berthold van Selwerd is geboren omstreeks 1300, zoon van Egbert van Selwerd en Ava van Sepperothe van Groningen (zie
1.1.1.3.1.1.2.1.4).
Notitie bij Berthold: Stadsvoogd van Groningen na de dood van zijn kinderloos overleden oom Egbert in 1328.
MD Teenstra: Berthold van Gronebeke wordt in 1328 benoemd tot prefect en rechter in Groningen. Twee jaar later wordt ene Folkert als rechter toegevoegd.
Komt tussen 1328 en 1332 voor als Berthold van Gronebeke samen met Agneza, Rechterse van Groningen.
Opmerking Anne Post: Berthold is de tweede prefect van Groningen van het oorspronkelijke geslacht Gronebeke of Groenenberg of Grueningen, na het afzetten van Egbert in 1143 door bisschop Herbert van Wierum, van het geslacht van Werl. In de tussentijd waren leden uit het geslacht Sepperothe (Seppenrade) prefect, via het huwelijk van de enige dochter van Leffart van Wierum (van Werl) met Godfried van Sepperothe.
In 1178 verving bisschop Baldewijn de Sepperothes door Berthold, zoon van Egbert van Groenenberg, maar deze werd door de Spperothes in 1195 doodgeslagen. Daarna werden weer Sepperothes benoemd.
Berthold trouwde met
NN van NN.
Kinderen van Berthold en NN:
2 Rudolf van Selwerd [
1.1.1.3.1.1.2.1.4.1.2].
1.1.1.3.1.1.2.1.4.1.1 Adolf van Selwerd, zoon van Berthold van Selwerd (zie
1.1.1.3.1.1.2.1.4.1) en NN van NN. Adolf trouwde met
Aleid van NN.
1.1.1.3.1.1.2.2 Agnes van Sepperothe van Groningen is geboren omstreeks 1265, dochter van Egbert IV (de jonge) van Sepperothe van Groningen (zie
1.1.1.3.1.1.2) en NN uit Friesland.
Notitie bij Agnes: Tussen 1328 en 1332 wordt een Agneza, Rechterse van Groningen vermeld, samen met Berthold van Gronebeke.
Agnes trouwde met
Godekin van Echten. Zie
1.1.1.2.2.3.4.3 voor persoonsgegevens van Godekin.
1.1.1.3.1.1.3 Godschalk van Sepperothe van Groningen, zoon van Egbert III (ook Egbertus) van Sepperothe van Groningen (zie
1.1.1.3.1.1) en NN van NN. Godschalk trouwde met
NN Rengers.
Kinderen van Godschalk en NN:
2 Hendrik van Sepperothe van Groningen [
1.1.1.3.1.1.3.2].
1.1.1.3.1.1.3.1 Ludolf van Sepperothe van Groningen is geboren vóór 1309, zoon van Godschalk van Sepperothe van Groningen (zie
1.1.1.3.1.1.3) en NN Rengers. Ludolf is overleden in 1347, minstens 38 jaar oud.
Notitie bij Ludolf: Vermeld 1309-1319. http://resources.huygens.knaw.nl/retroboeken/nnbw/#page=328&accessor=searchText&source=6&accessor_href=searchText%2Findex_html%3Fsearch_term%253Austring%253Autf-8%3DSepperothe%26source_id%3D
Was Heer van Selwerd. In 1322 vermeld als voogd van Egbert, zoon van Adolf. In 1338 wordt zijn borg in de oorlog met de Friezen verwoest.
ogd0228 de dato 19 januari 1309. Ludolf van Gronebeke, prefect van Groningen, verklaart enz.
ogd0229 van 19 februari 1309.Ghye, bisschop van Utrecht, doet uitspraak in de twist tussen heer Ludolf en zijn partij aan de ene kant en die van de Westerpartij van Groningen aan de andere kant, enz.
ogd0264 de dato 8 september 1319.Robertus, abt van Selwerd, Ludolphus van Gronebeke, prefect van Groningen, en anderen doen uitspraak in een geschil tussen de commandeur van Steinfurt en enige kloosters van de Johannieterorde in Groningen en Oost Friesland.
1347 Ludolf sterft en wordt als prefect opgevolgd doorAdolf van Selwerd, welke nu het nieuw opgebouwde en sterke slot Groenenburg betrekt. Zijn broer Hendrik wordt eigenaar van Selwerd en Cortinghuis.
Kinderen van Ludolf uit onbekende relatie:
1.1.1.3.1.1.3.1.1 Hendrik van Selwerd is geboren omstreeks 1320, zoon van Ludolf van Sepperothe van Groningen (zie
1.1.1.3.1.1.3.1). Hendrik is overleden na 1352, minstens 32 jaar oud.
Notitie bij Hendrik: Vermeld in een oorkonde van 1352 waarin hij éénderde van de heerlijkheid Groningen en Selwerd behoudt.
Hendrik trouwde, ongeveer 19 jaar oud, omstreeks 1339 met
NN van Norch, ongeveer 18 jaar oud. Zie
1.1.1.3.1.4.2.1.1.8.6 voor persoonsgegevens van NN.
Kinderen van Hendrik en NN:
1.1.1.3.1.1.3.1.1.1 Ida van Selwerd is geboren omstreeks 1340, dochter van Hendrik van Selwerd (zie
1.1.1.3.1.1.3.1.1) en NN van Norch (zie
1.1.1.3.1.4.2.1.1.8.6). Ida is overleden omstreeks 1397, ongeveer 57 jaar oud.
Notitie bij Ida: Oorkonde 1391: Hendrik Polleman , zijn broer Herman en de zonen van Herman, genaamd Otto, Symon en Hendrik, Bertold Klenke, Roelof Hiddens, Bertold en Reyner Hiddens, gebroeders Berend Hertinghe, Hille Pollemans, Otto, Johan en Hendrik, gebroeders en zoons van Hille, maken bekend dat zij hebben verkocht alle pachten die zij hadden in Kropswolde. Volgen de namen van de pachters. Gezegeld door jonkvrouw Ida van Selwerd, Hendrik van Selwerds zoon Godeken van den Hove, en Heyne van den Brugghen, Rechters en schulten.
Uit: http://home.kpn.nl/aswa154/kwartierstaatgenXXI-XL.htm#p1100
Op 28 augustus 1395 wordt zij samen met haar zoon nog vermeld in een proces: “Jonfer Yde van Zeelweerde ende Henric van Zeelweerde horen soen”.
Heine van der Bruggen had zoveel geld geleend en voorgeschoten aan Herman van Coevorden en Ida, dat zij land in onderpand moesten geven.
Ida trouwde, ongeveer 20 jaar oud, in 1360 met
Herman van Coevorden. Het kerkelijk huwelijk vond plaats op 14-02-1360. Zie
1.1.1.2.2.1.1.1.3.5.1.2 voor persoonsgegevens van Herman.
1.1.1.3.1.1.3.1.1.2 Godeken van Haren van Selwerd is geboren omstreeks 1345, zoon van Hendrik van Selwerd (zie
1.1.1.3.1.1.3.1.1) en NN van Norch (zie
1.1.1.3.1.4.2.1.1.8.6). Godeken is overleden in 1391, ongeveer 46 jaar oud.
Notitie bij Godeken: 1371; Vermeld in het Jaarboek van Groningen, deel 3, blz. 221/222 als Godevaart van den Oldenhave, anders van Haren, samen met Herman van Koevorden g/m zijn zuster Ida van Selwerd en Johan van Koevorden, als pachters of huurders van het Domkapittel Utrecht, het wereldlijk gericht en heerlijkheid, hoog en laag, te Groningen en te Selwerd met Wolde en Goe.
Vermeld in een oorkonde van 1391. Zie bij zus Ida.
Godeken trouwde met
Swanhilde.
Kinderen van Godeken en Swanhilde:
1 Johan ten Hove [
1.1.1.3.1.1.3.1.1.2.1].
2 Godevaert ten Hove [
1.1.1.3.1.1.3.1.1.2.2].
1.1.1.3.1.1.3.1.2 Adolf van Selwerd, zoon van Ludolf van Sepperothe van Groningen (zie
1.1.1.3.1.1.3.1). Adolf is overleden na 1365.
Notitie bij Adolf: In 1347 opvolger van zijn vader als heer van Selwerd.
Oorkonde 1365: Alf van Selwerd en zijn vrouw Aleid verkopen het goed en erf in Noord Sleen dat Eltinghegoed heet aan Hendrik Riddering. Getuigen, heer Marcellis van Zuidlaren, heer Evert van Noordlaren, Arnold Hus van Gasselte, Rolf Anghel, Willem Zubbertinge.
Adolf trouwde met
Aleid van NN.
1.1.1.3.1.2 Rudolf van Sepperothe van Groningen is geboren omstreeks 1175, zoon van Godschalk van Sepperothe en NN van Groningen van Wierum (zie
1.1.1.3.1). Rudolf is overleden in 1195, ongeveer 20 jaar oud.
Notitie bij Rudolf: Vermeld 1181, 1184.
Overleden tijdens een kruistocht in 1195.
Was prefect van Groningen voor 1/3e deel na het overlijden van zijn grootvader van moeders zijde.
Rudolf trouwde met
NN van NN.
1.1.1.3.1.2.1 Albert van Groningen van Sepperothe is geboren vóór 1190, zoon van Rudolf van Sepperothe van Groningen (zie
1.1.1.3.1.2) en NN van NN.
Notitie bij Albert: Uit de Quedan narracio ...:
Albert was in 1195 nog minderjarig, en Egbert, de broer van Alberts vader Rudolf, wierp zich op als voogd.De Utrechtse bisschop Boudewijn was hier faliekant op tegen en benoemt ene ridder Berthold uit Groningen, een dienaar van hem, tot burggraaf in Groningen. Deze wordt echter in datzelfde jaar 1195 nog door Egbert, (de Sepperothes) doodgeslagen.
Albert trouwde met
Christina? van NN.
Kind van Albert en Christina?:
1 Rudolf van Groningen van Sepperothe [
1.1.1.3.1.2.1.1], geboren vóór 1225. Rudolf is overleden na 1241, minstens 16 jaar oud.
Notitie bij Rudolf: Genoemd in oorkonde van 1225; ogd0083.
Kronieken abdij Bloemhof; 1241; Thizo en Rudolf, zoon van Christina, doden Roelof of Rudolf, oudste zoon van prefect Egbert van Groningen tijdens de onlusten in de stad tussen Gelkingers en de prefect en aanhangers.
Vermeld in een lijst van personen, die plegen pacht op te brengen aan het kapittel der Utrechtse kerk, van de tienden, hoeven en andere goederen van gezegd kapittel in het graafschap Drenthe gelegen. Geen datum, maar verondersteld wordt dat het stuk begin 13e eeuw moet zijn opgemaakt.
Vermeld staat: Rudolf, de zoon van Albert, 47 onsen. (evenveel als de prefect Egbert van Groningen)
1.1.1.3.1.3 Menzo van Sepperothe van Groningen is geboren omstreeks 1177, zoon van Godschalk van Sepperothe en NN van Groningen van Wierum (zie
1.1.1.3.1). Menzo is overleden vóór 1225, ten hoogste 48 jaar oud.
Notitie bij Menzo: Was prefect van Groningen voor 1/3e deel na het overlijden van zijn grootvader.
ogd0043 datum 1206 of 1207. Genoemd wordt o.a. Heinrico de Nurch.
Enkele anderen: Johanne de Volnho, Hermanno de Stenwic, sacerdotibus;
Woltero de Covorde, Rodulfo, Menzone, fratribus de Peisge, Arnoldo de Rune, Ottone de Pollo, Hugo(ne) Sturm, Gerardo Leone, Hugone Dunker, Egberto, Menzone, fratribus de Gruningen, Wichero Lapinch, Randulfo, Waltero Radiac, Bartoldo sculteto, Gelmaro de Ide, Werenzone de Bonne, Egberto de Hove, Ottone de Rune, Jacobo de A et aliis quam pluribus.
(Theodoricus, bisschop van Utrecht, verklaart van Fredericus, abt van Ruinen, de kerken van Steenwijk en Borne verkregen te hebben alsmede de kapel van Westerbork benevens enige tienden voor enige tienden in ruil tegen de kerk van Beilen)
Kinderen van Menzo uit onbekende relatie:
2 [misschien]
Rudolf van Sepperothe van Langelo [
1.1.1.3.1.3.2], geboren omstreeks 1200. Rudolf is overleden na 1254, minstens 54 jaar oud.
Notitie bij Rudolf: Vermeld als leenman van de bisschop van Utrecht in 1225.
In 1254 vermeld als getuige.
Ook in 1323 is er nog een Rudolf van Langelo, waarschijnlijk een kleinzoon.
1.1.1.3.1.3.1 Leffard van Sepperothe van Groningen is geboren omstreeks 1200, zoon van Menzo van Sepperothe van Groningen (zie
1.1.1.3.1.3).
Notitie bij Leffard: Genoemd in oorkonde van 1225; ogd0083.
Vermeld in een lijst van personen, die plegen pacht op te brengen aan het kapittel der Utrechtse kerk, van de tienden, hoeven en andere goederen van gezegd kapittel in het graafschap Drenthe gelegen. Geen datum, maar verondersteld wordt dat het stuk begin 13e eeuw moet zijn opgemaakt.
Vermeld staat:Lefferd, de zoon van Menso, ook zoveel als boven. Dat is 47 onsen, evenveel als prefect Egbert en Rudolf, de zoon van Albert.
Leffard trouwde met
NN van NN.
1.1.1.3.1.3.1.1 Menso van Sepperothe van Groningen is geboren omstreeks 1220, zoon van Leffard van Sepperothe van Groningen (zie
1.1.1.3.1.3.1) en NN van NN. Menso trouwde met
NN van NN.
|
1 WapenschildHvNorch |
1.1.1.3.1.4 NN van Sepperothe is geboren omstreeks 1165, dochter van Godschalk van Sepperothe en NN van Groningen van Wierum (zie
1.1.1.3.1).
Notitie bij NN: Krijgt na de dood van haar grootvader het landgoed Eyen als leengoed van de Bisschop van Utrecht. Haar zuster krijgt het landgoed Lemferding bij Eelde, eveneens leengoed van de Bisschop van Utrecht. Haar broers krijgen gezamenlijk de Prefectuur in Groningen en de bezittingen aldaar.
Van de verdeling van de erfenis zijn geen stukken bekend, maar het is af te leiden uit latere oorkonden waarin opbrengsten van het Sticht Utrecht staan vermeld.
NN trouwde met
Hendrik I (de Crane) van Kuinre (afb. 1). Hendrik is geboren omstreeks 1160, zoon van
Hendrik van Cunre van Urk en
NN van NN. Hendrik is overleden omstreeks 1215, ongeveer 55 jaar oud.
Notitie bij Hendrik: Ook vermeld als Hendrik de Crane, maar waarschijnlijk een onjuiste beoordeling van de vermelding "Crue" in de oudste oorkonde. Dit zal Cunre moeten zijn.
Geschiedenis van Friesland; MD Teenstra: 1195 Hendrik de Kraan, graaf van de Kuinder. (blz 121). Hendrik gedroeg zich als graaf in het gebied langs de zuidkust van Friesland.Hij was borggraaf van de Kuinder en waarschijnlijk ook van Urk en Emelweerd, een leen van de bisschop van Utrecht. Deze bisschop had samen met de graaf van Holland de grafelijke rechten over het Friesland tussen Vlie en Lauwers verkregen. Toen Willem (zonder land) terugkeerde van een roemrijke tocht naar Palestina vond hij het vaderlijk erfgoed verdeeld. Door tussenkomst van oom Boudewijn, toen bisschop van Utrecht, stond broer Dirk hem Friesland (tussen Vlie en Lauwers) af. Daar verdreef hij Hendrik de Crane van de grond die Hendrik onrechtmatig in bezit had en bouwde een sterk slot in Oosterzee om Hendrik in bedwang te houden.
Annales Egmondensis pagina 193: Bisschoppelijk leenman Hendrik van Kuinre neemt Willem van Holland gevangen omstreeks 1196. Willem van Holland was graaf van Friesland. Deze gevangenneming gebeurde op het slot ter Horst, waar Willem was uitgenodigd door zijn broer Dirk van Holland. Aan tafel, onder de ogen van Dirk, nam Hendrik de Crane Dirks broer Willem gevangen. Dirk was dus kennelijk de opdrachtgever. De aanleiding was de openlijke steun die Willem verleende aan graaf Otto van Gelre, de vijand van Dirk.
Zie verder: Algemene Geschiedenis des Vaderlands door JP Arend, tweede deel 900-1581; 1841 JF Schleijer Amsterdam.
OSU0567;1204; Hendrik van Kuinre krijgt zijn goederen en rechten terug die hem door graaf Willem van Friesland waren ontnomen. (=de borg te Kuinre en bijbehorende rechten)
OSU0568; 1204 Bisschop Diederik vergunt aan de bewoners van Holtpade een parochiekerk te stichten.
Getuigen: Hendrik van Kuinre, Herman van Voorst, Arnold van Ruinen, Bernard Benzinck, Arnold Wilde, Hugo en Wigher Storm, Engelbert Merekinck.
Deze Hendrik van Kuinre moet wel dezelfde persoon zijn als de twee jaar later vermelde Hendrik van Norch. Het familiewapen van Norch is gelijk aan het familiewapen van Kuinre.
ogd0043 datum 1206 of 1207. Theodoricus, bisschop van Utrecht, verklaart van Fredericus, abt van Ruinen, de kerken van Steenwijk en Borne verkregen te hebben alsmede de kapel van Westerbork benevens enige tienden voor enige tienden in ruil tegen de kerk van Beilen.
Genoemd worden: Johan van Vollenhove, Herman van Steenwijck, Wolter van Coevorden, de broers Rudolf en Menso van Peize, Arnold van Ruinen, Otto van de Pol, Hugo Storm, Gerard Lewe, Hugo Donker, de broers Egbert en Menso van Groningen, Wicher Lapinch (Radinc bij Vollenhove?), Randulfo ?, Hendrik van Norch, Walter Radinc, Schulte Bartold, Gelmer van Ide, Werenzone van Bunne, Egbert ten Hove, Otto van Ruinen en Jacob ter A.
OSU0601; 1211; Bisschop Diederik schenkt, voor zijne memorie, aan het klooster te Ruinen de tienden uit een huis te Volenhove, dat het klooster reeds lang bezeten had. Getuigen: Hendrik van Groningen, Johan van Vollenhove priesters, Folkert van Coevorden, Hendrik van Kuinre, Hugo Storm, Arnold Wilde, Hugo Donker, Gijsbert, Walter, Godfried, Gosewijn, Arnold van Ruinen, Otto, dienstmannen.
Oorkondenboek Sticht Utrecht nr. 613.
1213; De elect Otto schenk aan de horige lieden te Wilsum en Zalk op het Veen, die wonen op hoeven van Diederik en Hendrik van Buckhorst, dezelfde vrijheid die de burgers van Zalk, Zwolle en andere steden en dorpen in de omtrek genieten. Dirk en Hendrik zullen hofsteden verpachten en het lagere gerecht uitoefenen.
Getuigen: Hendrik van Kuinre, Gijsbert en Egbert van Amstel, broers, Herman van Voorst, Wolter van IJsselmuiden, Arnold Loef, Steven van Bosinchem, Arnold de Wilde, Thicard schulte van Vollenhove, en vele andere goede lieden.
Elders gepubliceerd: Henrici NORCH. Familiewapen: in veld van zilver vijf linker schuinbalken van keel.
Genoemd in 1206.(drs. O.D.J. Roemeling, ’Adelijke geslachten in de ME in Drente’, NL 1973).
De Heren van Kuinre waren de ergste zeerovers van Noord Nederland, te vergelijken met roofridders als Zweder van Bentheim, Herbrun van Putten (’de gesel der Veluwe’) en Zweder van Voorst. Hun kasteel lag op een uitermate strategische locatie ten opzichte van de Hanzeroutes naar het Oostzeegebied. Kooplieden uit onder ander Danzig (Gdansk) en Hamburg werden nogal eens opgebracht en voor losgeld op het slot te Kuinre vastgezet. Aldus de tekst in http://nl.wikipedia.org/wiki/Kuinre.
De Heren van Kuinre waren ridders, maar anderen vonden hen rovers. Zij leefden in de tweede helft van de Middeleeuwen, in een tijd dat er veel gehandeld werd tussen de Hanzesteden. In de Noordoostpolder zijn resten gevonden van 2 burchten. Deze kastelen stonden aan beide kanten van de oude rivier de Kuinder of de Tjonger.
De oudste burcht werd gebouwd rond 1200. Maar toen de Zuiderzee steeds groter werd, dreigde het kasteel te worden weggespoeld. De Heren van Kuinre moesten verhuizen. Even verderop bouwden ze een nieuw kasteel. Hoe die kastelen er precies uitzagen weten we niet. In de polderbodem zijn resten van fundamenten en voorwerpen als wapens, potten en bekers teruggevonden.
De Heren van Kuinre waren niet geliefd bij de handelaren van de Hanzesteden. De ’heren’ namen de vracht of het schip van de handelaren soms in beslag. In ruil voor losgeld konden ze hun eigendommen terugkrijgen. Soms zonken de handelsschepen ook wel op de Zuiderzee. In Flevoland zijn 14 wrakken gevonden van deze handelsschepen. Die handelsschepen worden ook wel koggen genoemd.
(Uit: http://www.nieuwlanderfgoed.nl/studiecentrum/canon-van-flevoland/de-heren-van-kuinre-en-de-hanze,-1200-1500)
„Heren van Kuinre waren geen roofridders”
04-10-2011 11:13 | Gerco Verdouw
Akkerbouwer en historicus Evert de Boer (66) vond eens een middeleeuws kanon in zijn land in Luttelgeest. Misschien was het wapen wel ingezet in de strijd tegen de burcht van Kuinre, een paar honderd meter verderop.
Een tochtje maken door de Noordoostpolder is op een zonnige nazomermiddag geen straf. Op de uitgestrekte akkers vreten combines, hakselaars en andere oogstmachines zich een weg door de rijpe gewassen. Tractoren met grote kiepkarren laten stofwolken achter als ze het graan, de mais en de aardappels wegbrengen.
Interessant wordt het tochtje als Evert de Boer meerijdt. De akkerbouwer uit Luttelgeest weet niet alleen alles van aardappels en uien af, hij kan ook vertellen wat er onder de vruchtbare voormalige zeebodem te vinden is. „Die interesse voor archeologie zit in de familie. Ik ben geboren in Wons, in het westen van Friesland. We woonden op een afgegraven terp. Mijn grootvader en vader vonden allerlei interessante dingen in de grond.”
De Boer verhuisde in 1952 als zevenjarige jongen naar de Noordoostpolder. Zijn vader begon een boerderij vlak bij Schokland. „Daar is mijn belangstelling voor de archeologie gewekt. Er kwamen in die tijd zo veel dingen uit de grond. Mijn zoon heeft er zijn beroep van gemaakt, hij is regioarcheoloog van Zuidoost-Utrecht.”
De Boer wijst naar het stuk land waarin hij het kanon uit de middeleeuwen vond. „Het stond waarschijnlijk op een schip dat ten strijde trok tegen de heren van Kuinre.”
De heerlijkheid Kuinre was aan het eind van de 11e eeuw ontstaan op de plek waar de rivieren de IJssel en de Kuinder in de Zuiderzee stroomden. De heren van Kuinre waren belangenbehartigers van de bisschop van Utrecht. Het liefst gingen ze echter hun eigen gang. De Boer: „Het was hier een onherbergzame, moerassige streek. De heren leefden van de jacht en de visserij.”
De van oorsprong Frankische gouwgraven bouwden tussen 1165 en 1197 een burcht aan de rand van de Zuiderzee. Een reconstructie daarvan is nog te zien in het Kuinderbos. De Boer laat het graag zien. Vanaf de parkeerplaats is het ongeveer 300 meter lopen naar de burcht. De spaarboog waardoor bezoekers de burcht betreden, valt het meest op. „Vanwege de vorm denken de mensen dat dit een poort is, maar de naam spaarboog zegt het eigenlijk al: deze boog is gemaakt om stenen uit te sparen, want die waren in deze streek van veen en water erg duur.”
http://www.refdag.nl/nieuws/regio_2_210/heren_van_kuinre_waren_geen_roofridders_1_593040
Kinderen van NN en Hendrik:
1.1.1.3.1.4.1 Hendrik van Steenwijck is geboren omstreeks 1180, zoon van [waarschijnlijk] Hendrik I (de Crane) van Kuinre en [waarschijnlijk] NN van Sepperothe (zie
1.1.1.3.1.4). Hendrik is overleden vóór 1218, ten hoogste 38 jaar oud.
Notitie bij Hendrik: Ook vermeld als Hendrik van Oric.
Vermeld in een oorkonde van 1206 als getuige, samen met Johan van Vollenhove, Wolter van Coevorden, de broers Menzo en Roelof van Peize, Arnold van Ruinen, Otto van de Polle, Hugo Sturm (Calthorne bij Diever), Gerard Lewe, Hugo Donker, de broers Egbert en Menso van Groningen, Wicher Lapinch, Rudolf, Hendrik van Norch, Walter Radink, schulte Bartold (van Eelde), Gelmer van Ide, Werenzoon van Bunne, Egbert van Hof, Otto van Ruinen en Jacob ter A.
Overige vermeldingen;
Vermeld staat een Heinricus Oric in een oorkonde van omstreeks 1219 uit het Donaugebied.
In een oorkonde van omstreeks 1220 uit dezelfde streek, waarin veel dezelfde getuigen voorkomen, wordt vermeld een Heinrich nagelle. In een derde oorkonde, ook uit 1220 staat vermeld Nagillin als plaatsaanduiding.
De vermelde personen kunnen eventueel gelezen worden als Hendrik van Urk en Hendrik van Nagele en zijn dan waarschijnlijk één en dezelfde persoon. Nagele was omstreeks die tijd de havenplaats van het gebied Urk.
De oorkonden staan vermeld in de Monumenta Boica, volumen primum, monumenta Garsensia, codex traditionum op blz 45 en 46.
De hoofdpersoon in de eerst vermelde oorkonde is ridder Wernher van Berg, die voor het zieleheil van zijn vrouw Gertrudis 13 solidi schenkt aan de kerk/klooster van Garzense. (Garst of Carsten onder Passau) (Vrije vertaling, er kan wat anders bedoeld zijn)
De heren van Berg hadden belangen in dit gebied. In een oorkonde van 1150 ontneemt de hertog van Beieren, op verzoek van zijn broer Koenraad, bisschop van Passau, Adelbert van Berg de voogdij van St Pölten en geeft hem hier andere goederen voor terug. (Urkundenbuch des Landes ob der Enns volume 2; 777-1189)
Als getuigen in de oorkonden van 1219/1220 worden behalve Werner van Berg en Hendrik van Oric/Nagele nog heren van Tanne, van Aich, van Gibinge, Perkheim, Chazbach, genoemd, allen uit het gebied Passau. De oorkonde zal dus waarschijnlijk in dat gebied zijn opgemaakt.
In "Ostereichischer"Geschichtsforscher"1841 staat een artikel van Viktor Freiherr Handel-Mazzetti over "Uber die Vögte von Perg" , en hieruit mogen we opmaken dat de hierboven vermelde Adelbert van Berg tot de familie Perg behoort.
Onduidelijke naamsvermelding in oorkonden kunnen tot verwarring leiden.
Uit andere stukken blijkt dat de naam Nageli als familienaam ook in het bisdom Passau voorkomt. We mogen dan ook aannemen dat Hendrik van Oric een verschrijving is in deze oorkonden en dat er geen banden bestaan tussen het gebied Urk en het gebied Passau.
Hendrik trouwde met
Evese van Oosterwolde. Evese is geboren omstreeks 1180.
Notitie bij Evese: In een oorkonde van 1218 vermeld als weduwe van Ostwalt. Ds. J W Schaap zegt in zijn artikel over het adellijke geslacht Reding, gepubliceerd in 1966, dat met Ostwalt Oosterwolde wordt bedoeld.
Kinderen van Hendrik en Evese:
1 [waarschijnlijk]
Ghiselbertus van Steenwijck [
1.1.1.3.1.4.1.1].
Notitie bij Ghiselbertus: In een oorkonde van 1218 staan als voogden van de zoon van Nicolaas en Ida vermeld: Ghiselbertus, Hugo Dunker, Hermannus Clince en Rodulfus Rocke. Deze personen zijn dus verwanten van beide, waarschijnlijk broers van beide of van beide ouders. Op basis van de vermelde volgorde zijn Gijsbert en Hugo een van Steenwijck en Herman en Rudolf van dezelfde familie als Ida.
2 [waarschijnlijk]
Hugo Dunker van Steenwijck [
1.1.1.3.1.4.1.2].
Notitie bij Hugo: In een oorkonde van 1218 staan als voogden van de zoon van Nicolaas en Ida vermeld: Ghiselbertus, Hugo Dunker, Hermannus Clince en Rodulfus Rocke. Deze personen zijn dus verwanten van beide, waarschijnlijk broers van beide of van beide ouders. Op basis van de vermelde volgorde zijn Gijsbert en Hugo een van Steenwijck en Herman en Rudolf van dezelfde familie als Ida.
5 [misschien]
Reinerius van Orio (Oric) [
1.1.1.3.1.4.1.5], geboren omstreeks 1220. Reinerius is overleden na 1280, minstens 60 jaar oud.
Notitie bij Reinerius: Uit: Het bisdom Utrecht en het graafschap Holland onder kerkelijke ban (1280-1283) G H M Delprat; Naar onuitgegeven bescheiden berustend in het rijksarchief.
Vermeld in het najaar van 1275 als praepositus clavarii collectorum decimarum, (busbewaarder van de inzamelaars der tienden) over de aartsbisdommem Keulen, Maagdenburg, Bremen en de Pommerse diocese Kamin. Krachtens een pauselijke lastbrief was deze hoge kerkambtenaar mede belast met de invordering der tienden in ons land. Uit het bewaard gebleven register blijkt dat hij de tienden inde over de archidiaconaten Oldenzaal, van Deventer, van Emmerik, waaronder de abdij Elten; over de decanaten van Zuid Holland, van Tiel, van Kennemerland, van Zuid Beveland, van de Betuwe, van de Schelde, van Noord Holland, van Sommerland waaronder Oost Voorne, Niland en Sommerland met West Voorne, over het kapittel van Zutfen, de proosdij van Sint Pieter, van de Domkerk, van St Salvator, van St Marie, van St Jan, over het monasterium St Pauli, de abt van Oostbroek, de grootste proosdij bij Utrecht, de abdij van Middelburg, Drenthe en over het choorepiscopaat, waaronder Benscoep en Judifaas (Jutfaas). Uit Friesland en Groningen worden geen opgaven vermeld.
Hij is mogelijk een verwant van Coenraad van Oric. Hij is hier vermeld om hem in beeld te houden.
Oorkonde nr. 1836 Sticht Utrecht dd 24 september 1276; Reynerius de Orio, door de paus tot collector der tienden benoemd in de provincieen Keulen enz.; bepaalt het bedrag er van voor de vijf kapittelen en de abdij van St Paulus te Utrecht, op aanwijzing van de elect Jan en de aartsdiaken Engelbert van Luik, op 200 ponden goede Stichtse penningen.
28 februari 1277; Paus Johannes XXI stelt Reinier de Orio, proost te Chiavasso, aan tot collecteur der tienden van het Heilige Land in de kerkprovincieen Keulen, Bremen en Maagdenburg en in het bisdom Kamin.
5 mei 1280: Reynerus de Orio, pauselijk collecteur, ontslaat de elect Jan van het banvonnis, hem opgelegd wegens het inhouden van tiendgelden.
1.1.1.3.1.4.1.3 Coenraet van den Goere van Steenwijck is geboren omstreeks 1200, zoon van [waarschijnlijk] Hendrik van Steenwijck (zie
1.1.1.3.1.4.1) en [misschien] Evese van Oosterwolde. Coenraet is overleden in 1227, ongeveer 27 jaar oud.
Notitie bij Coenraet: Een Coenraet van den Ghore wordt voor het eerst vermeld in de "Narracio", ridder onder bisschop Otto van Utrecht en gesneuveld in de slag bij Ane in 1227.
Ook vermeld als Coenraad van den G(h)oere / Utengore.
Kind van Coenraet uit onbekende relatie:
1.1.1.3.1.4.1.3.1 Hendrick Papinc van Steenwijck is geboren omstreeks 1225, zoon van Coenraet van den Goere van Steenwijck (zie
1.1.1.3.1.4.1.3). Hendrick is overleden na 1262, minstens 37 jaar oud.
Notitie bij Hendrick: Vermeld in een oorkonde van omstreeks 1225 in een lijst van inkomsten van het kapittel van de Dom te Utrecht. Vermelde personen:
Egbert van Groningen, Rudolf, Leffert, Menzo, Thezo, Johannes, (allen van Groningen?), Johannes van Haerlo (Peest), Stephan van Tuten, (Gieten, de Veenhof) Herman van Laar, Johannes van Ruinen, Lubbert van Dalen, Philip, Otto van Zeegse, Menso van Roden, Rudolf van Langelo, Albert van Huffelt (Uffelte), Rudolf van Norch, Herman van Voorst, Theodericus van Boekhorst, (Zalk), Rudolf van Peedse (Peize), Menso, Rudolf Rogge, Rudolf van Coevorden, schulte Bartold,(van Eelde), Bernard ten Roden, Hendrik Papinck, (van Steenwijck) Ludolf de Crunen (Kuinre), Lubbert van Banen, (Bunne), Egbert van Haerlo en Lubbert van Ring.
Zie ook GENI.com. Resultaten niet voorzien van bronnen.
Vermeld in een oorkonde van 15 augustus 1251, regest nr 26 archief Dickninge, waarin Hendricus, bisschop van Utrecht verklaart dat Henricus, gezegd Pape, en Bernardus Benzinc aan hem opdragen de tienden van het huis van Henricus en het huis van Fredericus bij Appelscha, die hij in eigendom schenkt aan de abdij in Ruinen; en in ruil daarvoor aan hem overdragen het huis Plunpinc bij Paaslo, dat hij daarop in leen geeft aan Bernardus Benzinc.
Komt als getuige voor in een oorkonde van 1258, betreft verkoop tienden aan het klooster te Ruinen van Rentinghegoed, bezit van Arnold genoemd Wilde van Vollenhove, verder vermeld Theodericus genoemd Wilde van Vollenhove en getuigen Herman van Voorst, Hendrik van Almelo, Gijsbert van Buckhorst en Arnold van Almelo, allen ridders.
Komt voor in een oorkonde van 1262, waarin hij verklaart met vrouw en zoon onder toestemming van zijn leenheer Otto van Bentheim aan het klooster te Ruinen een hof te Eemster verkocht te hebben, in gebruik bij Nicolaus. Getuigen de priesters Willem van Diever, Thithard van Dwingelo en Johan van Beilen, de ridders Bartholomeus van Ruinen, Roelof van Ansen, Folker van Echten en Helprich van Vollenhove.
Hendrick trouwde met
Swaneke.
Kind van Hendrick en Swaneke:
1.1.1.3.1.4.1.3.1.1 Herdradus van den Ghore van Steenwijck is geboren omstreeks 1245, zoon van Hendrick Papinc van Steenwijck (zie
1.1.1.3.1.4.1.3.1) en Swaneke.
Notitie bij Herdradus: Zie Middelnederlandse Geografie op www.rodinbook.nl
De naam Herdradus of Herdrad is nauw verbonden aan het klooster Bloemkamp, gesticht in 1191 vanuit het klooster Klaarkamp. De monniken Tethardus, Herdradus en Sybold staan vermeld als de stichters.De eerste twee namen komen we tot nu toe in oorkonden verder niet tegen. Mogelijk is Herdradus hetzelfde als Gerhardus.
Kinderen van Herdradus uit onbekende relatie:
1.1.1.3.1.4.1.3.1.1.1 Coenraed van de Ghore van Kuinre is geboren omstreeks 1300, zoon van Herdradus van den Ghore van Steenwijck (zie
1.1.1.3.1.4.1.3.1.1). Coenraed is overleden na 1354, minstens 54 jaar oud.
Notitie bij Coenraed: Coenraad bezat vele goederen in en om Steenwijk., zoals de Coenraedshof en de Coenraedsmate. Hij noemde zich naar het aan Steenwijk grenzende goed "De Goere". Een oorkonde van 22 maart 1260 vermeld dat bisschop Henrick van Vianden de "Gore" schonk aan meester Arnold, hoofdpriester van de kerk te Steenwijk, om er een huis te bouwen. Hij is het waarschijnlijk die later de deken van Oldenzaal wordt. De Gore zal als een landgoed zijn ontwikkeld en als leengoed terecht gekomen bij Coenraed, een nazaat van de heren van Kuinre, Orch en Emelweert.
Het leven van Coenraad stond in het teken van oorlog en partijtwisten. Steenwijk raakte in handen van de Friezen en in Drenthe kalfde de invloed van de bisschop af, waardoor degenen die hem steunden het land moesten verlaten, terwijl hun goederen verbeurd werden verklaard.
Een oorkonde van 07-09-1324 vermeld de namen van Drentse edelen die bisschop Jan van Diest steunden tegen de Drenten. Het waren Henric van Norch, ridder, diens zonen Arend, Henric en Roelof, Roelof van Langelo, Menso van Echten, Gerrit Clencke en diens broer Jan, Otto van Norch, Volcker (van Dwingelo), de zoon van vrouw Ermgard, en diens broer Rutger, Coenraad van den Ghoere (van Steenwijk) en diens broer Jan en Echbrecht van Echten, knapen. Zij zouden de bisschop van Utrecht en het Sticht van Utrecht trouw dienen en bijstaan. Zij zouden de oorlogsbuit met de bisschop delen en nooit een overeenkomst met de Drenthen aangaan buiten de bisschop om. De bisschop beloofde op zijn beurt hetzelfde met twee aanvullende getuigen, Henric van Eelde en Herman Polman. Vele jaren moesten de ondertekenaars buiten Drenthe blijven. Ze werden "die lieden van Norch" genoemd. Zij stonden aan de zijde van de bisschop en Reinald van Coevorden was duidelijk hun tegenpartij.
Op 10-10-1340 verklaren Bertold Knas van Eelde, Bertold van Ansen, Otto Haertinghe van Haren, Otto Dusewolt van Dilgt, Alf Mensinge en Coenraed van den Ghoere dat zij 1000 mark vredegeld van de stad Groningen hebben ontvangen vanwege de Friezen die hun vriend upper Borch hadden "doodgeslaghen".
Coenraad van STEENWIJK (van Ghore),
07-09-1324 belooft hij met zijn broer Jan en andere Drentse edelen, bisschop Jan van Diest (1322-1340) bij te staan in de strijd tegen de Drenten wegens het geweld door hen aan het land van Drente aangedaan.
24-11-1325 is hij getuige als de bisschop van Utrecht het over de Drenten geveld vonnis laat aflezen.
25-03-1334 verkoopt Otto van Norch de tienden te Hooghalen, hij verzoekt zijn ’maghen’ Coenraad van den Goer en Herman Polleman mede te zegelen.
10-10-1340 verklaart hij met Bertold van Eelde en Bertold van Ansen van de stad Groningen het vredegeld te hebben ontvangen vanwege doodslag.
Kinderen:
1. Wibbe (van Ghore)
2. Roelof. Gegoed te Norch. 1375 ambtman van Drente. Gehuwd met Lamme Arentsdr. van Norch.
3. Jan VOS van de GOER. Noemt zich later de Vos van Steenwijk. Gehuwd 02-04-1354 met Hadewich van Ansen, Bertoldsdr.
4. Egbert van den GHORE (van Steenwijk). Pastoor te Westerhesselen (Havelte) en kanunnik te Steenwijk (1360-1386).
5. Agnes de GORE. Canonica van het Stift Vreden.
(J. de Groot, ’Het geslacht de Vos van Steenwijk’, NL 1937; J.W.Schaap,’De heren van Ruinen’,NL 1981 en mr. A.N. baron de Vos van Steenwijk ’Het geslacht de Vos van Steenwijk’, NL 1959).
(Uit: http://home.online.nl/corryhavermans/html/kwartierstaat_blad_2.html)
Coenraad van den Goer.
Coenraad, zich noemende ,,in den Ghore” naar het gelijknamige goed bij Steenwijk en voorkomende in de akten met de namen. in den Ghore, van den Ghore, Utengore, de Gore, en van den Goer. Hij wordt vermeld van 1318 -1340 en is vermoedelijk nog in leven in 1354. Althans wordt dan zijn zoon Johan Vos van den Goer, later zich noemend Vos van Steenwijck, domicellus genoemd. Zijn zegel is gedeeld. De heraldische rechterhelft vertoont een palen-wapen met schildhoofd, de heraldische linkerhelft vertoont het huidige wapen van het geslacht de Vos van Steenwijck, een wapen waarmee reeds eerder de van Norch’s zegelen, als eerst bekenden, ridder Hendrik van Norch 1302-24 en Otto van Norch 1316-35. Volgens de regelen van de heraldiek is in het algemeen de heraldische rechterhelft het vaderswapen, de heraldische linkerhelft het moederswapen. De moeder van deze Coenraad zou dus een Norch geweest zijn, waarmede tevens de verwantschap tussen Coenraad en Otto van Norch verklaard is 17). Daar waar de kinderen van Coenraad de naam van den Goer laten varen en de naam van Steenwijck aannemen, ligt het om deze en andere redenen voor de hand in het vaderswapen het wapen der 13de eeuwse Steenwijck’s te zien. De geslachtsnaam van den Goer komt in de 13de eeuw niet voor, echter wel een goed van die naam gelegen bij Steenwijk. Ook thans nog ligt er een gehucht Goor onder Steenwijkerwold. Op 22 maart 1260 schenkt bisschop Hendrik van Vianden aan meester Arnoldus, hoofdpriester der kerk te Steenwijk, het land genaamd Gore om daarop een huis met toebehoren te bouwen 18). Niet onmogelijk acht ik het, dat deze Arnoldus ( = Arent) tot het geslacht der Steenwijck’s behoorde en dezelfde is als de magister Arnoldus de Steenwijck, die deel uitmaakte van het kapittel van de St. Plechelmikerk te Oldenzaal 19).
In de Kamper Schepen Akten komen we Coenraad niet minder dan 11 maal tegen in de periode 1318-1327, altijd in gezelschap uan Norch’s en Clenke’s.
In 1324 beloven hij, zijn broer Jan, vele Norchen en andere Drentse edelen, bisschop Jan van Diest bij te staan in de striid tegen de Drenten ..wegens het geweld hun door het land van Drenthe aangedaan 20).
In 1325 is hij getuige als de bisschop van Utrecht het over, de Drenten gevelde vonnis laat aflezen 21).
Dat de strijd hiermee niet geëindigd was blijkt o.m. uit een akte van 10 oktober 1340 waarin hij met Bertold Knas van Eelde, Bertold van Ansen e.a. verklaart van de stad Groningen het vredegeld te hebben ontvangen wegens een doodslag 22).
Als Otto van Noch 25 maart 1334 zijn tienden verkoopt aan de abt van Ruinen en Dikninge verzoekt deze zijn ,,maghen” (verwanten) Herman Polleman en Coenrade van den Goer mede te zegelen 23).
Dat we in Coenraad van den Goer de vader moeten zien van de broers Johan Vos van den Gore alias Vos van Steenwijk, Roelof van Steenwijck en Egbert van de Ghore alias van Steenwijck, priester, acht ik bewezen op grond van de volgends gegevens:
a. zowel Johan als Roelof noemen een zoon Coenraad, naar het gebruik van die tijd de oudste zoon de voornaam van vaders vader te geven. Van Coenrand Johanszoon is het bekend, dat hij inderdaad de oudste zoon was. De voornaam Coenraad kwam in geen andere Drentse en Overijsselse adellijke geslachten van die tijd voor;
b. de overgang van de naam Goer in Steenwijck bij althans twee broeders ;
c. het vererven van Batinghe, dat in leen werd gehouden door Jan Pipe, Coenraad’s broer, aan zoon Johan;
d. een mededeling van Picardt 24), dat een Coenraed de Vos van Steenwijck in 1315 Batinghe zou hebben gesticht;
e. een mededeling van van Rhemen 25), dat een Conraedt de Vos van Steenwijck in 1330 oorlog voerde tegen de Drenten en Friezen.
In ,De Ned. Leeuw” 1937 komt J. de Groot tot de conclusie, dat Coenraad van der Goer stamde uit het geslacht der graven van Goor. In ,,De Ned. Leeuw” december 1938 bestrijdt Jhr. Dr. Th. van Rheineek Leyssius deze conclusie terecht. Niets wijst op deze afstamming behalve een zekere overeenkomst tussen het palenwapen uit het zegel van Coenraad en het wapen van de gemeente Ameyde, oudtijds een bezit der graven van Goor.
07-09-1324 belooft hij met zijn broer Jan en andere Drentse edelen, bisschop Jan van Diest (1322-1340) bij te staan in de strijd tegen de Drenten wegens het geweld door hen aan het land van Drente aangedaan.
24-11-1325 is hij getuige als de bisschop van Utrecht het over de Drenten geveld vonnis laat aflezen.
25-03-1334 verkoopt Otto van Norch de tienden te Hooghalen, hij verzoekt zijn ’maghen’ Coenraad van den Goer en Herman Polleman mede te zegelen.
10-10-1340 verklaart hij met Bertold van Eelde en Bertold van Ansen van de stad Groningen het vredegeld te hebben ontvangen vanwege doodslag.
17) O.B.G.D. no. 336.
18) O.B.U. 111 no. 1518.
19) Geerdink, Calendarium en Necrologium van de St. Plechelmikerk te Oldenzaal.
20) O.B.G.D. no. 282 en 253.
21) O.B.G.D. no. 293.
22) O.B.%.D. n o . 3 6 2 .
23) O.B.G.D. no. 336.
24) J. Picardt. Chronyk der Lantschap Drent11 p. 208
(Uit: http://www.zwiebelfam.nl/gendata/roland/i182898.htm )
Coenraed trouwde, ongeveer 30 jaar oud, omstreeks 1330 met
NN van Ansen, ongeveer 30 jaar oud. Het kerkelijk huwelijk vond plaats in
Peize. NN is geboren omstreeks 1300, dochter van
NN (Cyse??) van Ansen.
Kinderen van Coenraed en NN:
4 Egbert Van de Ghore van Steenwijck [
1.1.1.3.1.4.1.3.1.1.1.4], geboren omstreeks 1343. Egbert is overleden in 1386, ongeveer 43 jaar oud.
Notitie bij Egbert: Ook genoemd als van den Goer of Ghoer of Gore
Uit: windgenealogie.org
Egbert van den GHORE, priester te Westerhesselen (Havelte), geboren ca 1325, zoon van Coenraad van den GOERE / UTENGORE (zie 6411) en N.N. van ANSEN.
Egbert bleef kinderloos.
1.1.1.3.1.4.1.3.1.1.1.1 Wibbe van Steenwijck, dochter van Coenraed van de Ghore van Kuinre (zie
1.1.1.3.1.4.1.3.1.1.1) en NN van Ansen.
Notitie bij Wibbe: Ook genoemd als van den Goer of Ghoer of Gore
Wibbe trouwde met
NN van NN.
1.1.1.3.1.4.1.3.1.1.1.1.1 Hendrik van Steenwijck is geboren vóór 1407, zoon van NN van NN en [waarschijnlijk] Wibbe van Steenwijck (zie
1.1.1.3.1.4.1.3.1.1.1.1). Hendrik is overleden na 1432, minstens 25 jaar oud.
Notitie bij Hendrik: Ook genaamd de Vos van Steenwijck.
Request van 11 april 1428 archief Dickninghe.
Hendrik de Vos van Steenwijc draagt over aan de abdij van Dickninghe 2/3e van de halve grove tiend over de Stapelinger, Emptener en Holeweder marken, over de hof in de Holewede en over Hendrik Lubbertszoon marke in de kerspelen van de Overreest, Yhorst, en Blijdenstein, tussen de Reesterstroom en de marke van Echten en tussen de Ae te Blijdenstede en de Havixster en Schiphorster marken; en van de halve grove tiend over Blomendale, de Rumte, de Ramhorst, Vlederyngen, de Vaart en de Cralinger marke in de kerspelen van Meppel en de Yhorst, tussen de Ae te Blijdenstede en de Reesterstroom, met uitzondering van de tienden in de Meppeler marke; - waarvan 1/3e is van Bertold Hagens. Met medebezegeling ten teken van goedkeuring door de leenheer, Arent van Steenwijck.
5-10 maart 1431, archief Dickninghe.
Hendrik de Vos van Steenwijck draagt over aan de abdij te Dickninge zijn smalle tienden nl. 1/3e van de halve tiend (waarvan 1/3e behoort aan zijn neef Arent de Vos van Steenwijck en 1/3e aan Bertold Haxens en diens zuster) bij de Reesterstroom van Meppeler marke hent in (overgaand in) Stapelinger marke en voort over Emptinge marke, de Haleweide en de Hof over dunninge marke met de Wijk, en voort over Haverstinge en Cralinge marke, als deze marken voornoemd gelegen zijn in het kerspel van de Yhorst; en voort over Waardinge en Rumptinge marke en de Ramhorst, Vledderinge en in de Bloeminger marke, zoals die gelegen zijn in het kerspel Meppel; en voorts over Broekhuizer marke, die voornoemde abt toebehoort en gelegen is in het kerspel Blijdenstede; voorzover deze voormelde marken gelegen zijn tussen de Reesterstroom en de Ae bij Blijdenstede en de Koekanger Ae en de Reesterstroom voornoemd en de marke van Echten. En deze voornoemde smalle tienden met alles wat erbij behoort en de tienden over de Schiphorster marke in het kerspel Yhorst voornoemd, daarvan zullen de abt en de kloosterlieden voornoemd en al hun nakomelingen jaarlijks en tot in eeuwen van dagen bezitten, gebruiken en ontvangen uit alle huizen, hoeven en hofsteden die nu tyer tijd in deze marken en kerspelen aanwezig zijn en die er hierna nog bij zullen komen.
Met verklaring van de koper dat hij vroeger aan de abdij verkocht 2/3e van de halve grove tienden enz (zie hierboven 11-04-1428)
4 april 1432 archief Dickninghe.
Hendrik de Vos van Steenwijck verkoopt aan de abdij Dickninghe zijn smalle tiend bij de Reest in de kerspelen Overreest (Avereest) Yhorst, Blijdenstede en Meppel, behoudens detiend in de marke van Meppel; onder voorwaarde dat de opbrengst der tienden de eerste 2 jaren geschat zal worden en Hendrik de eventuele overwaarde zal ontvangen.
Hendrik trouwde met
Elisabeth van NN.
Kinderen van Hendrik en Elisabeth:
1 Johan van Steenwijck [
1.1.1.3.1.4.1.3.1.1.1.1.1.1]. Johan is overleden op 17-10-1481.
Notitie bij Johan: Ook genaamd de Vos van Steenwijck
1.1.1.3.1.4.1.3.1.1.1.1.1.2 Roelof van Steenwijck, zoon van Hendrik van Steenwijck (zie
1.1.1.3.1.4.1.3.1.1.1.1.1) en Elisabeth van NN. Roelof is overleden na 1456.
Notitie bij Roelof: Ook genaamd de Vos van Steenwijck tot Entinge.
11 mei 1456 archief Dickninge. Johan de Rotige te Dwingelo draagt voor buren van Dwingelo over aan Roelof die Vos van Steenwijck een rente van 1 stede Zwolsche mud rogge uit het goed in het kerspel van Dwingelo, door zijn vrouw bij huwelijk aangebracht.
Roelof trouwde met
Hilletje van Ittersum. Hilletje is een dochter van
Johan (Jan) van Ittersum en
Agnes van Kampherbeek.
Kinderen van Roelof en Hilletje:
1.1.1.3.1.4.1.3.1.1.1.1.1.2.1 Agnes van Steenwijck is geboren omstreeks 1450, dochter van Roelof van Steenwijck (zie
1.1.1.3.1.4.1.3.1.1.1.1.1.2) en Hilletje van Ittersum. Agnes is overleden omstreeks 1485, ongeveer 35 jaar oud.
Notitie bij Agnes: Ook genaamd de Vos (van Steenwijck)
Agnes trouwde met
Hendrik van Munster. Hendrik is geboren in 1435. Hendrik is overleden in 1510, 74 of 75 jaar oud.
Notitie bij Hendrik: Heer van Ruinen
Kinderen van Agnes en Hendrik:
1 Roelof van Munster [
1.1.1.3.1.4.1.3.1.1.1.1.1.2.1.1], geboren in 1475.
2 Bernhard van Munster [
1.1.1.3.1.4.1.3.1.1.1.1.1.2.1.2], geboren in 1480. Bernhard is overleden in 1545, 64 of 65 jaar oud.
1.1.1.3.1.4.1.3.1.1.1.1.1.2.2 Hendrik van Steenwijck is geboren omstreeks 1460, zoon van Roelof van Steenwijck (zie
1.1.1.3.1.4.1.3.1.1.1.1.1.2) en Hilletje van Ittersum. Hendrik is overleden omstreeks 1520, ongeveer 60 jaar oud.
Notitie bij Hendrik: Ook genaamd de Vos (van Steenwijck)
Hendrik trouwde met
Johanna van Heest. Johanna is geboren omstreeks 1460. Johanna is overleden omstreeks 1540, ongeveer 80 jaar oud.
Kind van Hendrik en Johanna:
1.1.1.3.1.4.1.3.1.1.1.1.1.2.2.1 Anna van Steenwijck is geboren omstreeks 1490, dochter van Hendrik van Steenwijck (zie
1.1.1.3.1.4.1.3.1.1.1.1.1.2.2) en Johanna van Heest. Anna is overleden omstreeks 1560, ongeveer 70 jaar oud.
Notitie bij Anna: Ook genaamd de Vos (van Steenwijck)
Anna trouwde met
Reinoud van den Clooster. Zie
1.1.1.2.2.3.1.3.1.1.2.3.4.3.3.1 voor persoonsgegevens van Reinoud.
1.1.1.3.1.4.1.3.1.1.1.2 Roelof van Steenwijck is geboren in 1331 in
Steenwijk, zoon van Coenraed van de Ghore van Kuinre (zie
1.1.1.3.1.4.1.3.1.1.1) en NN van Ansen. Roelof is overleden op 06-12-1387, 55 of 56 jaar oud.
Notitie bij Roelof: Ook genoemd als van den Goer of Ghoer of Gore of de Vos van Steenwijck
Andere bronnen:
Hij is geboren rond 1331 in Steenwijk, Overijssel, Nederland.
Hij is overleden op 6 december 1387, hij was toen 56 jaar oud.
Heeft zich gevestigd op familiebezit (bij Coevorden, vermoedelijk Bensingegoed te Dalen). Opsomming van goederen die hij in leen had, vindt men in het "Registrum feodalium honorum ecclesie Trajectensis":
"item Rolof van Steenwijc hout Bensinge goet te Dalen. Item dat vierdel van den tienden to Dalen.
Item die twe olden hove to Norch, ende dat huys to Schultinghe mit al sinen toebehoren, alsie geleghen sijn in den kerspel to Norch. Item dat Eden in den kerspel to Norch, dat huys to Zibertinghe, dat huys to Hagheninghe, dat huys to Willemynge, ende dat huys to Weretinghe mit horen toebehoren. Item den berch (burcht) to Norch ende die watermole mit horen toebehoren. Item die boterpacht to Fenehusen. Item dat goet gheleghen is in der noerderziit der Nijer Ae mit sinen toebehoren. Item dat goet, dat Evert van Wilre te holden plach van heren Heynen van Norch. Item
dat huys to Hesselinghe op Steenwikerwolt. Item die twe hove van Anlo; ende daertoe dat broec, dat gheleghen is tusschen Eden ende Westerlande, dat gheheten is Edermark, myt al horen toebehoren". De Norchse goederen zal hij verkregen hebben door zijn huwelijk met Lamme van Norch, de enige overgebleven erfgename van deze goederen.
(O.B.G.D. nr. 699)
(Uit: http://www.genealogieonline.nl/stamboom-van-gorcum/I16227.php)
In het leenregister der goederen van de Utrechtse kerk blijkt, dat hij de voornaamste Norchse goederen heeft geerfd. Dit en het feit dat hij ambtman van Drenthe is, doet mij aannemen, dat hij de oudste der drie broers is. Uit genoemd leenregister 28) blijkt dat hij in leen hield Bensigegoet to Dalen. Item dat vierde1 van den tienden to Dalen. Item die twe olden hove to Norch ende dat huys to Schultinghe met al sinen toebehoren, alsie gelegen siin in den kerspel to Norch. Item dat Eden, in den kerspel to Norch, dat huys to Zibertinghe, dat huys to Hagheninghe, dat huys to Willemijnge ende dat huys to Weteringhe, mit horen toebehoren. Item clie boterpacht to Fenehusen. Item dat goet dat ghelegen is in der noerder ziit der nyer Ae, mit sinen toebehoren. Item dat goet dat Evert van Wilre te holden plach van Heren Heynen van Norch. Item dat huys to Hesselinghe op Steenwiker Wolt. Item die twe hove van Anlo ende daartoe dat broec, dat ghelegen is tusschen Ede en Westerlande, dat gheheten is Edermarke, myt al horen toebehoren”.
Als getuige zien we hem optreden in akten van 1363, 1375, 1376, 1379, 1380, 1382 en 1384.
Hij komt hierin veelvuldig voor met Reinold IV van Coevorden en als diens leenman.
In 1375 zien we hem vermeld als "ambtman des landes van Drenthe” 29), een functie die later drost zou heten, vervolgens gouverneur en thans commissaris des Konings.
Op 7 september 1376 wordt hij genoemd in een oorkonde van Reinold van Coevorden.
Reinold van Coevorden verklaart Johan ter Hansouwe beleend te hebben met de tienden te Noordsleen.
Naar het origineel in het archief van het Huis te Peize, inv. no. 85, reg. 1 (R.A. Drenthe).
Wy Reynolt, juncker van Kovorden bekennet, dat in dessen opene breve, dat voer uns quam Goedert van den Hove unde heft uns upgedraghen den alinghen tenden tot Noertsclene, also de ghelegen is, den he holt van uns unde van unser herscap van Kovorde to vif markenleen, welken tenden vorscreven wy voert belenen met dessen openen breve Johanne tho der Hansouwe unde sijnen erfghenamen van uns unde van der herschap van Kovorde to holdene eerflike unde ummermeer tho Sutphenschen leen ende tot enen Sutphenschen punde. In orcunde unser manne Roloff van Steenwijc, Herdert de Rotinghe unde Herman Staels; hier waren voert an und over daer dit geschede Herman van Covorde, juncker van Selewert, Ecbert van den Grymberghe. In een tuych der waerheyt so hebben wy Reynolt vorscreven, unse seghele an dessen breef
ghehangen vor uns unde voer unse rechte erfghenamen vorghescreven. Ghegheven int jaer uns Heren dusent drehondert ses ende tseventich op unsen Vrowen avont nativitatis.
Aan het stuk hangt het geschonden zegel van Reinold van Coevorden.
1382; ogd699; Rolof van Steenwijc houd zijn leengoed (lijst leenmannen van het Sticht)
In 1387 wordt zijn zoon Arent als zijn leenopvolger door de bisschop van Utrecht beleend 30).
Hij zegelt met het huidige familiewapen en omschrift: S. Roelof de Steenwic. ----------------
28) O.B.G.D. no. G99.
29) O.B.G.D. -no. 638.
30) Bissch. arch. no. 272.
Roelof trouwde, 18 of 19 jaar oud, in 1350 met
Lamme van Norch van Kuinre, ongeveer 25 jaar oud. Zie
1.1.1.3.1.4.2.1.1.2.1.1 voor persoonsgegevens van Lamme.
Kinderen van Roelof en Lamme:
1 Coenraad van Steenwijck [
1.1.1.3.1.4.1.3.1.1.1.2.1], geboren omstreeks 1360 in
Dalen.
Notitie bij Coenraad: Ook genaamd de Vos (van Steenwijck)(van den Goer)
Pastoor te Dalen.
Request van 1 juli 1416 archief Dickninghe.
Coenraat die Vos draagt voor erfburen te Leggelo over aan Reynold van Echten een losrente van 6 stede Groninger mudden rogge uit het goed van Ymme Nisinghe in de marke te Leggelo.
1.1.1.3.1.4.1.3.1.1.1.2.2 Amele van Steenwijck is geboren omstreeks 1362, dochter van Roelof van Steenwijck (zie
1.1.1.3.1.4.1.3.1.1.1.2) en Lamme van Norch van Kuinre (zie
1.1.1.3.1.4.2.1.1.2.1.1). Amele trouwde, ongeveer 46 jaar oud, in 1408 met
Cyso Geusinge, ongeveer 18 jaar oud. Cyso is geboren omstreeks 1390.
Notitie bij Cyso: Request van 5 mei 1413 archief Dickninghe.
Syso Geusinge en Amelt van Steenwijc, echtelieden, dragen voor buren te Ruinen voor een vrij edel eigen over aan de abdij te Dickninghe 3 akkers land in de marke van Ruinen op Noordes resp. tussen akkers behorende tot Middendorp en de Nyenhove, Middendorp en Hadeblinge, en Hadeblinge en de Mudder.
Zie verder nr 198 dd 6 februari 1414, nr 199 dd 7 februari 1414. 218 18 mei 1420.
Op 7 september 1424 dragen Cyzo en Amele voor buren te Eelde over aan de abdij van Dickninghe een pacht van 4 stede Groningermaat mudden rogge uit hun goed Weygeringhe in de marke van Eelde, binnen 10 jaren te lossen met land in de marke te Ruinen op de Zuides en in de Oostermaden en in de Elsbroek tegen hun wil in gebruik bij Hendrik Capperdes.
Uit een oorkonde van 15 juni1413, archief Huis Westervelde:
Syze Goes(inge) verklaart te hebben verkocht aan Allard Gademinghe en zijn vrouw Yda te Donderen een rente uit Hovinge-goed te Vries, bestaande uit twee mud winterrogge, drie kannen wijn, een spint en een half mud zomerrogge en vijf schat en een spint havermolt. Bovendien verklaart hij hem nog een rente te hebben verkocht uit Bensinge-goed te Vries, bestaande uit vijf kannen winterrogge, een achtste deel zomerrogge en vijf spint havermolt Voor deze twee renten heeft hij Allard de stok gelegd voor buren uit Vries. Bezegeld door Syze Goesinge.
1.1.1.3.1.4.1.3.1.1.1.2.3 Arent van Steenwijck is geboren omstreeks 1364 in
Dalen, zoon van Roelof van Steenwijck (zie
1.1.1.3.1.4.1.3.1.1.1.2) en Lamme van Norch van Kuinre (zie
1.1.1.3.1.4.2.1.1.2.1.1). Arent is overleden omstreeks 1433, ongeveer 69 jaar oud.
Notitie bij Arent: Extra informatie .
In 1387 wordt hij vermeld als broer van Johan van Steenwijck en neef van Johan de Vos van Steenwijck en diens zoon Coenraad 47)
Na de dood van zijn vader in 1387 wordt hij beleend met de Norgse goederen. “Het zijn de goederen, die heer Hendrik van Norch van het sticht te houden placht” 48)
In 1395 is hij onder de Drenten, die de bisschop van Utrecht als hun heer huldigen 56)
In 1402 treedt hij op als getuige van zijn zwager ("boele") Albert van Ansen 49)
Hij behoort tot de schildboortige mannen”, die in 1408 op 5 februari moeten getuigen in het proces van Mensinge te Roden50)
Met zijn neven Coenraad en Reinolt de Vos behoort hij tot de Vetkoopers die op zondag na L.Vr. Exaltatio 1415 Groningen veroveren op de Schieringers. Ze waren uit deze stad verbannen en naar Emden uitgeweken, toen de Schieringers op 23 okt. 1413 deze stad in hun macht brachten 51)
Op 3 november 1415 beloven Coenraad de Vos, Arent van Steenwijck e.a. burgemeesteren, Reynalt de Vos e.a. raadslieden der stad Groningen aan bisschop Frederik van Blankenheim niet meer te zullen toelaten de heren, die het Sticht kwaad kunnen doen, b.v. Reinold van Coevorden, Menno van den Broeke, de gemene Friesen of het een of ander land van Friesland, en dat de stad Groningen niets vijandigs zal aanvangen tegen zijn heerschappij over Coevorden of het land van Drenthe, blijvende echter alle vroegere overeenkomsten tussen den bisschop en de stad van kracht 52).
Hierop volgt een nieuw conflict van de Groningse Vetkoopers met de bisschop van Utrecht. Laatste weet de keizer voor zijn belangen te winnen, die de rijksban uitspreekt over de Groningers.
Op 15 mei 1419 heeft de verzoening tussen de Vetkoopers en de bisschop plaats en wordt de ban opgeheven. Te vinden in Ostfriesisches Urkundenbuch nr. 268. Schiedsgesprech zwischen Otto ten Brook und andere und die acht befindliche fetkoopers und die volmachten des Könogs Sigismund. Aanwezigen o.a. Dodo provoost van Hemelen, Jacobus Tuynenman kanunnik te Deventer, Syward Wyarda, Tydeko Uninghe, Petrus van Aersen, als minnelijke scheidsmannen vanwege heren Syfrido van Wemdingen, ridders en de heer Nicolas Bontzlow enz. enz. verder, Arent van Steenwijck, Reynold Vos, Herman Hiddingh, Johan die Lunsche van Winden, Cyse Guesing.
Op 7 augustus 1425 zegelt hij met anderen namens de Ridderschap van Drenthe het verbond met Salland, Twenthe en Vollenhove tot steun aan de postulaat Rudolf van Diepbolt. Wederom treedt hij op voor de Ridderschap van Drenthe als op 6 okt. 1426 ook het Nedersticht zich met het Oversticht ten dezen verbindt en de tegencandidaat, Sweder van Culemborch als bisschop ontzegt 53)
In 1428 en 1431 komen we hem nog tegen als leenheer van en getuige voor Hendrik de Vos van Steenwijck, zijn neef.
--- 47) O.B.G.D. no. 778. 48) Bissch. arch. no. 272. 49) Magnin. Onderzoek naar de adel van het geslacht de Vos van Steenwijk in de drie laatste jaren der XIVde eeuw, p. 49. 50) Tijdrekenkundig register op het Oud Provinciaal Archief van Overijssel (T.R.O.) B p. 162. 51) Nieuwe Drentse Volks Almanak (N.D.V.A.) lS91 n. 209 en Diest Lorgion, Gesch. der Stad Groningen. ’ 52) T.R.O. F o. 223. 5aj N.D.V.A. 3591, 13. 224 e.o. 54) Arch. Dikninge R 245 en 258.
Hij is geboren rond 1364 in Dalen, Drenthe, Nederland.
Hij is overleden voor 2 augustus 1433, hij was toen 69 jaar oud.
Werd na de dood van zijn vader beleend met de goederen te Norch en Dalen.
Wordt vermeld sedert 1382.
Hij trad op namens de Ridderschap van Drente, toen deze een verdrag aanging in 1425 met de Ridderschappen van Salland, Twenthe en Vollenhove, waarbij deze Ridderschappen hun steun toezegden aan Rudolph van Diepholt, bij diens strijd om de bisschoppelijke stoel.
De bisschop van Utrecht schold hem in 1417, die aan de zijde van de Schieringers stond, kwijt wat hij had misdaan. Door de keizer werd hij in de Rijksban gedaan, uit welke hij na lange onderhandelingen in 1419 werd ontslagen.
1408: Hij was een van de schildboortige mannen, die uitspraak moest doen in het proces -Mensinge te Roden. (Tijdrekenkundig register op het Oud Provincaal Archief van Overijssel T.R.O. B p. 162)
1415: Hij nam onder leiding van zijn neef Coenraad de Vos van Steenwijck, zij behoorden tot de Vetkopers, deel aan de verovering van Groningen en behoorde evenals deze enkele jaren tot de burgemeesters van die stad.
(Nieuwe Drentse Volksalmanak N.D.V.A. 1891 p. 209 en Diest Lorgion, Gesch. der Stad Groningen)
(Uit: http://www.genealogieonline.nl/stamboom-van-gorcum/I16208.php)
Uit Ostftirsisches Urkundenbuch:
Schiedsspruch zwischen Ocko tom Brock, Groningen und andern in der Acht befindlichen Vetkopern und den Bevolmächtigten des Könings Sigismund. Kampen 30 november 1419. Onder de aanwezigen o.a. Arent van Steenwijck, Reynold Vos, Herman Hiddingh, Johan die Lunsche van Winde, Bruno Clinge en Cyse Guesing.
Arent trouwde, ongeveer 42 jaar oud, in 1406 met
Femme van Ansen. Zie
1.1.1.2.2.3.1.1.1.1.2 voor persoonsgegevens van Femme.
1.1.1.3.1.4.1.3.1.1.1.2.4 Johan van Steenwijck is geboren omstreeks 1370, zoon van Roelof van Steenwijck (zie
1.1.1.3.1.4.1.3.1.1.1.2) en Lamme van Norch van Kuinre (zie
1.1.1.3.1.4.2.1.1.2.1.1). Johan is overleden omstreeks 1445, ongeveer 75 jaar oud.
Notitie bij Johan: Vermeld in een oorkonde van 1395 als trouw aan de bisschop van Utrecht, samen met zijn broer Arent.
Johan trouwde met
NN van NN.
Kind van Johan en NN:
1 Roelof van Steenwijck [
1.1.1.3.1.4.1.3.1.1.1.2.4.1], geboren omstreeks 1400.
1.1.1.3.1.4.1.3.1.1.1.3 Johan de Vos van de Ghore van Steenwijck is geboren omstreeks 1333 in
Steenwijk, zoon van Coenraed van de Ghore van Kuinre (zie
1.1.1.3.1.4.1.3.1.1.1) en NN van Ansen. Johan is overleden in 1397, ongeveer 64 jaar oud.
Notitie bij Johan: Ook genoemd als Vos van den Goer of Ghoer of Gore of Vos van Steenwijck
Uit windgenealogie.org:
Johannes VOS van den GOER (Vos van Steenwijck), geboren ca 1325, overleden 00-00-1397. Paus Innocentius VI verleent via een beschikking op 02-04-1354 dispensatie voor het huwelijk van "Johan van den GOER met Hadewig van ANSHEM", nicht in de vierde graad, dochter van Bertolt van ANSEN.
De kannonieke vierde graad is naar huidige begrippen de achtste graad, dus kleinkinderen van volle neven.De maatstaf lag dus erg hoog.
Na deze acte wordt Johan overal de Vos van STEENWIJCK genoemd.Hij was de eerste met die naam. Vanwege zijn rode haar werd hij "de Vos" genoemd.
Hij treedt voor velen op als getuige in gedingen en werd door allen zeer hoog geacht.
In 1369 kocht hij het goed Scheerhorn in de kerspel Emlicheim.
In een lijst van 1383 van leenmannen van het Sticht vindt men onder het hoofd: "Dit sijn de manne in Drenthe" (leenmannen)
Jan de Vos van STEENWIC hout den Hof to Dwinghelo,Batingergoet,ende Watermole mit haren toebehoren,Endelingher ende Smedinghergoet ende den vriën tienden to Lede ende to Dwinghelo, smal ende grof,mit sinen toebehoren." Johan trad hier als leenman voor zijn vrouw op.
Hoe groot het bezit van Johan moet zijn geweest blijkt uit een boedelscheiding van 1408 tussen de zoons van Johan te weten Coenraad en Reynolt en de kinderen van de overleden broer Bertolt.
De laatsten kregen toebedeeld de Coenraadshof te Steenwijk, met al zijn toebehoren, alle hofsteden binnen Steenwijk, die aan Johan en Hadwig toebehoorden enland aan de andere zijde van de A strekkende tot Eesveen genaamd de Coenraad´s mate en de Coenraad´s weide, verder nog de Hof te Ansen en een groot aantal goederen en pachten.
Als men bedenkt dat Johan´s broers Roelof en Egbert ook landgoederen bezaten te Steenwijk, dan kan men concluderen dat het bezit van de familie daar ter plaatse zeer omvangrijk is geweest. Zoon van Coenraad van den GOERE / UTENGORE (zie 6411) en N.N. van ANSEN (zie 6421).
Gehuwd 00-00-1354 met Hadewich van ANSEN (zie 6410).
Uit dit huwelijk: 3 kinderen.
30 november 1382.
Berent, pastoor te Dwingelo, verleent Johan de Vos van Steenwijk en Hadewych van Ansen toestemming voor het stichten van een altaar in zijn kerk.
Naar het origineel in het archief van graaf van Merveldt op het slot Lembeck (archief Westerwinkel), Urk.
no. 117.
Allen luden, de desen brief zullen zijen ofte huren lesen, doe ic verstaen Berent, cureijt der kerken van Dwingelo, dat ic mijt mijnen vrien willen hebbe ghegheven ende gheve mijt desen open breve mijen consent daertho, dat Johan dije Vos van Steenwiic, Hadewiich van Ansen hebben ghemaket ende gherent een altaer in de kercke tho Dwingelo in sunte Marien ere doer God ende umme oere zielen willen tot eenre eweliken memorien, als wellic altaer Johan Hadewiich voerscr. ende oer gherecht eerfghenamen dije gave daeraf hebben zolen ende gheven moghen den se willen eerfliken ende ummermeer
sunder ijenegherhande wedersegghen van mij ofte van ijenegherhande cureijten der kerken van Dwingelo, dije na mij comen moghen up dat dije vast, stede ende unghebroken blive, so hebbic mijen zeghel an desen brijef ghehanghen tot enen eweliken tughe deser waerheijt. Ghegeven in den jaer uns Heren dusent drehundert twe ende tachtentich up sente Andreasdach eens apostels.
In 1395 wordt hij vermeld in een oorkonden van Drenten (leenmannen) die de bisschop van Utrecht hebben gehuldigd.
25 maart 1404
Reynolt Hughinc, burger te Groningen, verklaart aan Hadewich (de) Vos van Dwingelo en haar zoons Coenraad en Reynolt verkocht te hebben de Oesterhof te Dwingeloo.
Naar het origineel in het archief van de graaf van Merveldt op het slot Lembeck (archief Westerwinkel), Urk. no. 199.
Ick, Reynolt Hughinc, borgher in Groninghen, doe kundich allen leden, de dezen openen breef zullen zien of horen lezen, dat ick hebbe vercoft vor mij ende vor mijne erfghenamen joncfrouwe Hadewich Vosses van Dwinghelo, Coenraet ende Reynolt Vos, ghebroders, horen zoens ende horen erfghenamen dat erve met zinen tobehoren, dat to Dwinghelo gheleghen is, dat van der buer mande ghebroken was, dat mij de vors. buer afghetreddet hadden ende dat ick teghen de vorsz. buer gecoft hebbe, dat de Oesterhof gheheten is, in allen ghevoghe als dat daer gheleghen is vor ene summe gheldes, de mij
joncfrouwe Hadewich, Coenraet ende Reynolt vorsz. vol ende al wal betaelt hebben ende des so hebbe ick Reynolt vors. Hadewige, Coenrade ende Reynolde vors. ende horen erfnamen dit vorsz. erve upghedraghe met hande ende met monde vor mij ende mijne erfnamen vrij ende quiit met allen rechte ende eghendome eweliken ende erfliken to bruken ende to besitten, to setten ende to verkopen ende horen vrijen wille mede to done. Sunder al arghelist. In orkunde der waerheijt so hebbe ick Reynolt vorsz. mijnen seghel an dezen breef ghehanghen;
ghegeven in den jaer ons Heren dusent vijerhondert ende vijer des dinxedaghes na Palmezoendach.
Aan het stuk hangt het zegel van Reynolt Hughinc.
Johan trouwde, ongeveer 21 jaar oud, op 02-04-1354 met
Hadewich van Ansen, 15 of 16 jaar oud. Het kerkelijk huwelijk vond plaats omstreeks 1354. Zie
1.1.1.2.2.3.1.3.1.1.2 voor persoonsgegevens van Hadewich.
1.1.1.3.1.4.1.3.1.1.1.5 Agnes de Vos van Steenwijck is geboren omstreeks 1350 in
Coevorden, dochter van Coenraed van de Ghore van Kuinre (zie
1.1.1.3.1.4.1.3.1.1.1) en NN van Ansen. Agnes is overleden na 1421 in
Ruinen, minstens 71 jaar oud.
Notitie bij Agnes: Ook vermeld als Agnes van den Clooster??
Arent Huys hertrouwt met Agnes de Vos van Steenwijk, wed. van Gerardus Clencke.
07-07-1421 draagt Agnese, wed. van Arnolt Huzeke een boterrente, uit het bezit van Arnolt, over aan de abdij te Dikninge. Haar zoon Johan Clencke (uit haar eerste huwelijk) is getuige.
Agnes:
(1) trouwde, ongeveer 20 jaar oud, omstreeks 1370 met
Gerard Clencke, ongeveer 20 jaar oud. Gerard is geboren omstreeks 1350, zoon van
Johan Clencke. Gerard is overleden vóór 1380, ten hoogste 30 jaar oud.
(2) trouwde, ongeveer 30 jaar oud, in 1380 in
Coevorden met
Arend Huys (van Norch) van Ruinen, ongeveer 45 jaar oud.
Notitie bij het huwelijk van Agnes en Arend:
Ook genaamd Agnes de Vos van Steenwijk
Zie
1.1.1.3.1.4.1.3.1.1.2.1 voor persoonsgegevens van Arend.
Kind van Agnes en Gerard:
1 Johan Clencke [
1.1.1.3.1.4.1.3.1.1.1.5.1]. Johan is overleden na 1421.
1.1.1.3.1.4.1.3.1.1.2 Elisabeth van Steenwijck is geboren omstreeks 1311, dochter van Herdradus van den Ghore van Steenwijck (zie
1.1.1.3.1.4.1.3.1.1).
Notitie bij Elisabeth: Ook genaamd de Vos van Steenwijck
Elisabeth trouwde, ten hoogste 24 jaar oud, vóór 1335 in
Norg of Ruinen met
Johan van Ruinen van Norch, ten hoogste 25 jaar oud. Zie
1.1.1.3.1.4.2.1.1.8.2 voor persoonsgegevens van Johan.
Kinderen van Elisabeth en Johan:
2 Otto van Norch [
1.1.1.3.1.4.1.3.1.1.2.2], geboren omstreeks 1333 in
Norg. Otto is overleden op 15-01-1370, ongeveer 37 jaar oud.
Notitie bij Otto: 19-11-1362 geeft paus Urbanus V (1362-1370) opdracht een benificium van het kapittel St. Marie te Utrecht beschikbaar te houden; uit: J.W. Schaap, De heren van Ruinen en hun heerlijkheid,(Nederlandse Leeuw CD-Rom, ISBN 90-800382-8-8), 1981, kol. 304, 15-3-1360, Koninklijk Nederlandsch Genootschap voor Geslacht- en Wapenkunde, Postbus 85630, 2508 CH ’s-Gravenhage.
Notitie bij publiceren van Otto: In 1362 vermeld als clericus dioc. traj.
Otto bleef kinderloos.
1.1.1.3.1.4.1.3.1.1.2.1 Arend Huys (van Norch) van Ruinen is geboren omstreeks 1335 in
Ruinen, zoon van Johan van Ruinen van Norch (zie
1.1.1.3.1.4.2.1.1.8.2) en Elisabeth van Steenwijck (zie
1.1.1.3.1.4.1.3.1.1.2). Arend is overleden in 1396 in
Gasselte, ongeveer 61 jaar oud.
Notitie bij Arend: Ook vermeld als Huys/Huzeken van Ruinen en Arnold Huus.
In 1380 beleend met Ruinen en vermeld als Heer van Ruinen.
Oorkonde van 1365 waarin Arnold Hus van Gasselte als getuige wordt vermeld.
Arend NORG (Huys/Huzeken),
1360 en 1376 verkocht Arend de tienden te Lhee resp. kocht een aantal roggepachten (oork.boek Gr. en Dr. I, nr. 478 en II nr. 641).
(ogd0478 en ogd0641)
05-05-1362 Arend en Lamme, zijn vrouw, stichten met Wibbe, wed. van Wernbold van Gasselte een altaar in de kerk van Gasselte, zoals Wernbold had beschikt (Oork.boek Gr. en Dr. I nr. 513);
21-02-1365 is hij getuige en wordt genoemd Arnolt Hus van Gasselte, waaruit blijkt dat hij en zijn vrouw zich in Gasselte hebben gevestigd; (ogd0534)
03-09-1380 verzoekt hij bisschop Floris van Wevelinkhoven (1379-1393) om belening van het goed hem aangeërfd van Johan III van Ruinen (Stevenszoon) te weten: die gerechte to Ruenen, to Buddingwolde, to Haexwolde ende to Bulinge met alle oeren toebehoren;
(Oork.boek Gr. en Dr. II nr. 684);
akte van 11 juli1380.
Arend Huus en Roelof Polman verklaren gedeeld te hebben de nalatenschap van heer Johan van Ruinen.
Naar het origineel in het archief van het geslacht van Munster en de heerlijkheid Ruinen. inv. no. 14, reg. 1 (R.A. Drenthe).
Wij Aernd Huus ende Rolof Polmans maken kenlic allen luden rnit desen openen brieve, dat wy enes alinghes scheydes ghebleven zyn alse van erfnysse de ons angheervet is vermyds doede heren Johannes, heer van Runen, den God ghenedich zy, an heren Herman, cureyt van Peijse, in der tijt deken in Drenthe, Rolove van Steenwijc, Johan den Vos van Steenwijc, Henric Polman ende an Johan van Haren Mensing in allen manyeren ende vorwarden alse hierna bescreven staet. Inteerste also dat Arend Huus voers. zal hebben den Oldenhof mitter wonynghe mit holte, mit torve, mit twyghe, rnit fene, rnit maeden, to water ende to weyde, alse de gheleghen is ende dat gherychte hoech ende leech alset heren Johanne van Rune voers. to behoerde, doe he levede. ende de gruet ende de pacht ende tyns ende de hofsteden, daer de pacht ende tyns uutghaet, ho ze gheleghen zyn in den daerpe to Rune, den teenden grof ende smal in den darpe to Rune voers. ende de moelne. Voertmer zo zal Arnd Huus voers. beholden den camp, de gheheten is de Veryert, de gheleghen is voer den Oldenhove voers. ende daer zal Rolof Polman voers. weder entieghen hebben uut horen zameliken goede also vele goede rnit husen, rnit hofsteden, rnit waere, rnit schare, mit torve, mit twyghe, mit fene, mit maeden, to water ende to weyde ende rnit horen tobehoren, de also vele mudden jaerlix doen moghen alsulkes zaedes als de Veryert voers. jaerlix doen mach, in der tijt der scheydinghe. Voertmer alle goet ende gulde, dat hem van deser erfnysse angheervet is, zo waer dat gheleghen is, dat zolen ze ende hoer erfghenamen ghelike entwe scheyden. beholdelic elken man des scheydes, dat dese brief tevoren begrepen hevet. Voertmer zo zal Arnd Huus voers. of zijn erfghenamen van onsen heren van Utrecht ende van den Stychte holdne alsodanyghe goede ende gulde alse heer Johan van Rune voers. to holden plach in zijn tijt van onsen heren van Utrecht ende den Stichte voers. Voertmer zo zal Rolof Polman voers. of zijn erfghenamen dit voers. goet, dat hem angheervet is van heren Johanne van Rune voers., den God ghenedich zy, holden van Aernde Huus of van zijn erfghenamen to Stichtes rechte rnit dren punden to verhenverden. Voertmer zo heb ic Arnd Huus voers. ende mijn erfghenamen Rolove Polman ende zijn erfghenamen ghegheven ende gheve alsodaen goet rnit husinghe ende mit hofsteden als ic nu in der tijt to Peyse hebbe rnit alle zynen tobehoren also alse dat Johan Mensinghe van Haren gehecoft hadde tieghens heren Johanne van Rune voers., daer Johanne Mensinghe voers. de stoc af gheleghet is ende des dezelve Johan Mensinghe enen open breef hevet, alse van heren Johan van Runen voers. ende des zal Arnd Huus voers. of zijn erghenamen voer dat voers. goet to Peyse also vele gulde anders van Rolofs andeel Polman voers. uut horen zamelike goede, waer ze dat hebben alse dat goet to Peyse voers. jaerlix doen mach by zegghen twier oP vierer buren van Peyse, de ze beyde eendrachtlike daer to zetten ende wanneer God zynen willen doet mitter vrouwen van Rune, zo zal Rolof Polman voers. ende zijn erfghenamen des goedes to Peyse bruken erflike zunder enigherhande wederborynghe Arndes Huses of zijn erfghenamen voers. van Rolofs goede Polman voers. of zijn erfghenamen ende weert zake dat ienich man Arnde Huus ende Rolove Polman voers. of horen erfghenamen des voers. erfnysse mit rechte af wonne. zo were Arnd voers. of zijn erfghenamen onverteghen zijns erves ende zijn gulde to Peyse voers. Alle arghelyst in desen voers. puncten uutghesproken. In oercunde der waerheyt zo hebbe wy Arnd Huus ende Rolof Polman voers. want ons des scheydes wal ghenoghet, onze zeghele an desen breef ghehanghen ende wij, Herman, cureyt to Peyse, Rolof van Steenwijc, Johan de Vos van Steenwijc, Henric Polman ende Johan van Haren Mensing alse scheydeslude omme merre vestenysse onse zeghele mede an desen breef ghehanghen.
Ghegheven int jaer ons Heren dusent drehundert ende tachtentich des wonysdaghes na zynte Mertensdach translatio.
Aan het stuk de zegels van Arend Huus, Roelof Polman en Johan van Haren Mensing en het beschadigd zegel van Roelof van Steenwijc; de overige zegels zijn afgevallen.
1382 bij de belening van het bezit van Ruinen blijkt dit te bestaan uit het stamslot de Oldenhof, een groot aantal hoeven in en rond Ruinen, alsmede het dagelijks gericht en vele tienden aldaar;
1395 waren Arend en zoon Johan onder de Drenten, die bisschop Frederik van Blankenheim (1393-1425) als hun landheer erkenden.
(ogd0902)
Elders vermeld:
Hij hertrouwt met Agnes de Vos van Steenwijk, wed. van Gerardus Clencke.
07-07-1421 draagt Agnese, wed. van Arnolt Huzeke een boterrente, uit het bezit van Arnolt, over aan de abdij te Dikninge. Haar zoon Johan Clencke (uit haar eerste huwelijk) is getuige. Arnolt of Arent is een zoon van Johan van Norch.
Gehuwd met Lamme van GASSELTE, dochter van Wernbold van GASSELTE en Wibbe van STEENWIJK (van Ghore)
Uit dit huwelijk:
1. Johan IV van RUINEN
2. Steven DROST van RUINEN.
3. Roelof, overleden op 05-01-1442,
(J.W.Schaap,’De heren van Ruinen’,NL 1981).
Gehuwd met Agnes.
13 en 31-10-1412, na de dood van Johan IV, zijn broer, gheboren mombaer (Arch. Dikninge nr. 1.156).
EGBERT PiGGEN en Ghertrud. dragen voor buren te Runen voor een vrij edel eigen over aan de abdij te Dyckenyngen
2 akkers land geheeten de Wekewercke op Noertessche te Runen, vermeld in de doorstoken brieven (zie regesten Nr*. 180 en 186).
Met medebezegeling door jonker Stephan van Bunen „gheboren „mombaer" der heerlijkheid Runen. Ghegheven int jaer ons Heren dusent vijerhondert ende tuaelf up Al Godes Heilyghen avent.
Oorspr. (Inv. N°. 156). De zegels van E. P. en S. v. E. zijn
verloren. ) Elektronische vertaling!!!)
andere bronnen; http://home.online.nl/corryhavermans/html/kwartierstaat_blad_2.html
68772 Arend NORG (Huys/Huzeken),
1360 en 1376 kocht Arend de tienden te Lhee resp. een aantal roggepachten (oork.boek Gr. en Dr. I, nr. 478 en II nr. 641).
05-05-1362 Arend en Lamme, zijn vrouw, stichten met Wibbe, wed. van Wernbold van Gasselte een altaar in de kerk van Gasselte, zoals Wernbold had beschikt (Oork.boek Gr. en Dr. I nr. 513);
21-02-1365 is hij getuige en wordt genoemd Arnolt Hus van Gasselte, waaruit blijkt dat hij en zijn vrouw zich in Gasselte hebben gevestigd;
03-09-1380 verzoekt hij bisschop Floris van Wevelinkhoven (1379-1393) om belening van het goed hem aangeërfd van Johan III van Ruinen (Stevenszoon) te weten: die gerechte to Ruenen, to Buddingwolde, to Haexwolde ende to Bulinge met alle oeren toebehoren;
11-11-1380 passeert de scheidingsakte m.b.t. de erfenis van Johan III van Ruinen tussen Arend Huijs en Roelof Polman (Oork.boek Gr. en Dr. II nr. 684);
1382 bij de belening van het bezit van Ruinen blijkt dit te bestaan uit het stamslot de Oldenhof, een groot aantal hoeven in en rond Ruinen, alsmede het dagelijks gericht en vele tienden aldaar;
1395 waren Arend en zoon Johan onder de Drenten, die bisschop Frederik van Blankenheim (1393-1425) als hun landheer erkenden. Daarna volgt Roelof Huisinge to Bargum (Emmen). (Leenregister F. van Blankenheim folio 28).
Hij hertrouwt met Agnes de Vos van Steenwijk, wed. van Gerardus Clencke.
07-07-1421 draagt Agnese, wed. van Arnolt Huzeke een boterrente, uit het bezit van Arnolt, over aan de abdij te Dikninge. Haar zoon Johan Clencke (uit haar eerste huwelijk) is getuige. Zoon van Johan van NORG (zie 137544).
Gehuwd met
68773 Lamme van GASSELTE, dochter van Wernbold van GASSELTE (zie 137546) en Wibbe van STEENWIJK (van Ghore) (zie 137547).
Uit dit huwelijk:
1. Johan IV van RUINEN (NORG) (zie 34386).
2. Steven DROST van RUINEN.
Gehuwd met Agnes.
13 en 31-10-1412, na de dood van Johan IV, zijn broer, gheboren mombaer (Arch. Dikninge nr. 1.156).
3. Roelof, overleden op 05-01-1442,
(J.W.Schaap,’De heren van Ruinen’,NL 1981).
Arend:
(1) trouwde, ongeveer 24 jaar oud, in 1359 in
Gasselte met
Lamme van Gasselte, ongeveer 21 jaar oud. Lamme is geboren omstreeks 1338 in
Gasselte, dochter van
Wernbold van Gasselte en
Wibbe van de Ghore van Steenwijck. Lamme is overleden vóór 1380, ten hoogste 42 jaar oud.
(2) trouwde, ongeveer 45 jaar oud, in 1380 in
Coevorden met
Agnes de Vos van Steenwijck, ongeveer 30 jaar oud.
Notitie bij het huwelijk van Arend en Agnes:
Ook genaamd Agnes de Vos van Steenwijk
Zie
1.1.1.3.1.4.1.3.1.1.1.5 voor persoonsgegevens van Agnes.
Kinderen van Arend en Lamme:
4 Roelof van Ruinen [
1.1.1.3.1.4.1.3.1.1.2.1.4], geboren omstreeks 1369. Roelof is overleden op 05-01-1442, ongeveer 73 jaar oud.
Notitie bij Roelof: Request van 12 januari 1428 archief Dickninghe.
Roelof van Ruinen geeft aan de priesters, indertijd te Ruinen, 1 akker land op de Zuides in de marke en de buurtschap Ruinen, "tot enen rechten testamente voor mij ende voor mijne vrunde en sonderlinghe (in het bijzonder) voor Johan Klencken mijnen broeder" opdat zij delen mogen in de missen, vigilien, memorien en alle andere goede werken, "die ghescheen solen" (zullen geschieden) in de kerk van Ruinen, en bepaaldelijk opdat de priester ene bijzondere memorie viere n.l. des zondags voor sint Thomas, des avonds ene vigilie (nachtwake) van 9 lessen en den volgende dag ene mis.
5 Boldewijn van Ruinen [
1.1.1.3.1.4.1.3.1.1.2.1.5], geboren omstreeks 1371. Boldewijn is overleden vóór 1426, ten hoogste 55 jaar oud.
6 Johan (de jonge) van Ruinen Clencke [
1.1.1.3.1.4.1.3.1.1.2.1.6], geboren omstreeks 1373. Johan is overleden vóór 1426, ten hoogste 53 jaar oud.
Notitie bij Johan: Wordt in 1427 door zijn broer Roelof aangeduid als Johan Klencken en in 1438 door zijn broer Steven eveneens als Johan Klencken. Johan de jonge is overleden voor 1427.
hij zal bezitter van de Clencke zijn geweest en jong overleden. De Clencke komt daarna in bezit van nazaten van Otto van Welvelde, welke een broer is van Johan II van Ruinen en Ida van Ruinen die gehuwd was met Otto van Norch.
Uit een oorkonde van 26 februari 1426 blijkt dat alleen zijn broers Steven en Roelof van Ruinen nog in leven zijn.
1.1.1.3.1.4.1.3.1.1.2.1.1 Johan IV van Ruinen is geboren omstreeks 1362 in
Gasselte, zoon van Arend Huys (van Norch) van Ruinen (zie
1.1.1.3.1.4.1.3.1.1.2.1) en Lamme van Gasselte. Johan is overleden in 1410 in
Ruinen, ongeveer 48 jaar oud.
Notitie bij Johan: 02-05-1397 beleend met de Heerlijkheid Ruinen
Noemt zich daarna Johan van Ruinen
Request van 27 oktober 1403 archief Dickninghe.
Johan, heer van Ruinen, knape, en zijn gebroeders Steven, Johan, Boldewijn en Roelof dragen voor buren te Lede over aan de abdij te Dickninghe hunne grove tienden over Nyen Boeldinghegoed en over Wermbold des Pelsers goed in de marke te Lede "ghedynghet" resp. op 2 stede Groninger mudden en op een half schat rogge.
Request van 31 oktober 1407 archief Dickninghe.
Johan heer van Ruinen, knape, draagt voor buren te Orvelte over aan de abdij te Dickninghe een rente van 7 stede Groninger mudden rogge, waarvan 5 mudde en 1 schat uit Renwerdighegoed, anderhalf mud uit Bennynghegoed en 1 schat uit Poppinghegoed, alle in de buurschap en de marke te Orvelte in het kerspel Bork.
1 juli 1408. Johan van Ruinen, knape, draagt voor buren te Ruinen over aan de abdij te Dickninghen zijn grove en smalle tienden over Nyssinghegoed c.a. en al de goederen der abdij in de marke te Ruinen (behalve de smalle tiend over Rensinghe-hofstede, de halve grove tiend over de akker ten oosten daarvan, over die Batue, over Swanikenakker op zuides en over de Hortenberg op Wildenkamp.
3 juli 1408. Johan, heer van Ruinen geeft aan de abdij te Dickninghe de akker, vroeger behorend tot het Hadeblinghegoed, door hem gekocht van Herman Polman en gelegen te Ruinen op de Zuides, in ruil voor een akker van Nyssinghegoed te Ruinen op de Zuides. Met verklaring van beiden, dat beide akkers tiendvrij zullen zijn en dat zij de akkers hebben overgedragen voor buren te Ruinen; en verklaring van de heer van Ruinen dat hij geen tienden trekt van goederen der abdij in de marke en het dorp Ruinen, behalve op de smalle tienden over Renssinghe-hofstede en de halve grove tienden over de 4 akkers Renssinghewoert, die Batue Swanickenakker op de Zuides en de Hortenberg op Wildkamp.
2 augustus 1408. Johan heer van Ruinen draagt voor gerecht en buren te Buddingwolde over aan de abdij te Dickninghe een rente van zes vierendeel boter, waarvan 3 over de hof en weere van Coep Mewes in het Westeind van de grote Oosterbuurschap en de andere 3 over over de hof en weere van Johan Bauwekens in de Nederbuurschap bij de Koekangerdijk in het kerspel Blijdenstein.
19 oktober 1408. Johan, heer van Ruinen, draagt voor gerecht en buren te Buddingwolde over aan de abdij te Dickninghen een rente van 6 vierendeel boter, waarvan 2 vierendeel en 1 kop uit Frederik Mathias weer (nu bewoond door Roelof Stelling) 2 vierendeel en 1 kop uit Zywert Nesens weer, beide in de Kaelre buurschap, een hal vierendeel over Heyne Lubbikens weer en 1 vierendeel uit Johan Volkers weer, beide in de Grote Oosterbuurschap in het kerspel Blijdenstein.
24 juni 1409.Johan heer van Ruinen draagt voor buren van Ruinen over aan de abdij van dickninghen 1 maat in de Ghoermaden opgaande tegen die Rethe en Zuides in de marke van Ruinen.
21 september 1409 Johan heer van Ruinen, knape, en Mechteld, echteleiden, verkopen voor een vrij en eigen aan Gosen Johanszoon en Alle, echtelieden, een rente van 2 vierendeel boter uit een halve hoeve land te Buddingwolde in de Ruwe boerschap.
Andere bronnen: http://home.online.nl/corryhavermans/html/kwartierstaat_blad_2.html
34386 Johan IV van RUINEN (NORG), overleden 1410,
28-08-1392 koopt hij van de abdij te Dikninge de molen te Blijdenstede.
02-05-1397 wordt hij beleend met de heerlijkheid Ruinen (J.W. Schaap, ’De heren van Ruinen en hun heerlijkheid’, NL 1981, 288);
27-10-1403 verkopen de gebroeders Jan van Ruinen IV, knape, Steven, Boldewijn, Johan (de jonge) en Rolef de grove tienden te Lhee aan de abdij te Dikninge (Oork.boek Gr. en Dr. II, nr. 1162);
31-10-1407 t/m 24-06-1409 verkoopt hij aan Dikninge een boterrente onder Blijdenstede, een roggerente onder Orvelte, land en tienden onder Ruinen. Zoon van Arend NORG (Huys/Huzeken) (zie 68772) en Lamme van GASSELTE (zie 68773).
Gehuwd op 27-12-1404 met
34387 Mechteld MULERT.
Zij hertrouwt Jan Oving.
30-10-1416 bekrachtigen Johan Oving van Pesse en Machteld Mulert een landverkoop aan Dikninge door Jan Oving. Uit de tekst blijkt, dat Mechteld, dochter van Egbert Mulert en Hadewich, wed. van Jan IV en echtgenote van Jan Oving is (J.W. Schaap, ’De heren van Ruinen’, NL 1981).
20-02-1426 genoemd met haar dochter Johanna, gehuwd met Berent van Munster (Karel de Grote, beginreeks 22/217).
Dochter van Egbert MULERT (zie 68774) en Hadewich van ISSELMUDEN (zie 68775).
Uit dit huwelijk:
1. Johanna (zie 17193).
2. dochter,
gehuwd met Johan van den Clooster, Johanszn.
Notitie bij publiceren van Johan: Johan IV van RUINEN (NORG), overleden 1410,
28-08-1392 koopt hij van de abdij te Dikninge de molen te Blijdenstede.
02-05-1397 wordt hij beleend met de heerlijkheid Ruinen (J.W. Schaap, ’De heren van Ruinen en hun heerlijkheid’, NL 1981, 288);
27-10-1403 verkopen de gebroeders Jan van Ruinen IV, knape, Steven, Boldewijn, Johan (de jonge) en Rolef de grove tienden te Lhee aan de abdij te Dikninge (Oork.boek Gr. en Dr. II, nr. 1162);
31-10-1407 t/m 24-06-1409 verkoopt hij aan Dikninge een boterrente onder Blijdenstede, een roggerente onder Orvelte, land en tienden onder Ruinen. Zoon van Arend NORG (Huys/Huzeken) (zie 68772) en Lamme van GASSELTE (zie 68773).
Gehuwd op 27-12-1404 met
34387 Mechteld MULERT.
Zij hertrouwt Jan Oving.
30-10-1416 bekrachtigen Johan Oving van Pesse en Machteld Mulert een landverkoop aan Dikninge door Jan Oving. Uit de tekst blijkt, dat Mechteld, dochter van Egbert Mulert en Hadewich, wed. van Jan IV en echtgenote van Jan Oving is (J.W. Schaap, ’De heren van Ruinen’, NL 1981).
20-02-1426 genoemd met haar dochter Johanna, gehuwd met Berent van Munster (Karel de Grote, beginreeks 22/217).
Dochter van Egbert MULERT (zie 68774) en Hadewich van ISSELMUDEN (zie 68775).
Uit dit huwelijk:
1. Johanna (zie 17193).
2. dochter,
gehuwd met Johan van den Clooster, Johanszn.
Johan trouwde, ongeveer 42 jaar oud, op 07-12-1404 met
Mechteld Mulert, ongeveer 34 jaar oud. Mechteld is geboren omstreeks 1370 in
Hasselt, dochter van
Egbert Mulert en
Hadewich van NN. Mechteld is overleden na 1416, minstens 46 jaar oud.
Mechteld trouwde later met
Johan Oving (geb. ±1366).
Kinderen van Johan en Mechteld:
1.1.1.3.1.4.1.3.1.1.2.1.1.1 Johanna van Ruinen is geboren omstreeks 1405 in
Ruinen, dochter van Johan IV van Ruinen (zie
1.1.1.3.1.4.1.3.1.1.2.1.1) en Mechteld Mulert. Johanna is overleden omstreeks 1478, ongeveer 73 jaar oud.
Notitie bij Johanna: Request van 26 februari 1426 archief Dickninghe.
Jonkvrouwe Johanna van Ruinen en haar man Berend van Munster dragen voor een vrij edel eigen over aan Egbert Piggen en Geertruid, echtelieden, een rente van 16 blauwe goudguldens uit hun goed Schonegangesgoed c.a. te den Twele in het karspel Blijdenstein, gelijk Schoneganc placht te gebruiken en bracht aan den Oldenhof, en uit hun huis c.a. op Buddingwolde tussen de Boeksteeg en hun windmolen in genoemd karspel; met verklaring dat zij de koopprijs gaven aan hunne moeder Mechteld Mulert tot teruggave van haar bruidschat, die zij aan de heerlijkheid Ruinen aanbracht. Met medebezegeling ten teken van goedkeuring door hunne ooms Steven van Ruinen en Roelof van Ruinen en van hun neef en zwager Johan van den Clooster.
Van dezelfde datum: Egbert Piggen en Geertruid, echtelieden, geven aan Berend van Munster en juffer Johanna van Ruinen, echtelieden, het recht van aflossing binnen 50 jaar naar de penning 25 van de rente van 16 blauwe guldens, door Berend en johanna aan hen verkocht uit hun goed te den Twele in het karspel Blijdenstede, gelijk Schoneganc placht te gebruiken en bracht aan de Oldehof, en uit hun huis c.a. op Buddingewolde, in genoemd kerspel, tussen de Boeksteeg en de windmolen, vermeld in de daarvoor gegeven brief.
Request van 18 oktober 1473 archief Dickninge.
Berent ter Maat, kerkheer te Diever en deken van het land van Drenthe, mr. Johan Gheye kerkheer te Hasselt en Johan Boelmans bepalen - als scheidsrechters tussen de abdij te Dickninge en Johan Oving: dat over de achterstallige stede mudden niet verder gesproken zal worden; dat de abdij zal blijven gebruiken en Johan zal vrijwaren al het goed dat gescheiden is van zijn bezittingen; dat de abdij niet zal genieten ene rente van 14 maar ene rente van 5 Groninger mudden rogge uit Johans erf Broextinghegoed, bij hemzelf in gebruik, welke Johan zal vrijwaren; waarna Johan Oving aan de abdij het bewuste goed en de rente overdraagt voor buren van Ruinen. Met goedkeuring dezer overdracht en medebezegeling door de leenvrouwe joffer Johanna vrouw te Ruinen, haren voogd en man Roelof van der Laer heer te Ruinen knape, Hendrik van Munster en Johan Oving.
andere bronnen:
17192 Berend von MÜNSTER te MEINHÖVEL, BOTZLAR, overleden 1442-1444,
26-02-1426 verkopen Johanna en haar man Berend van Munster een goed. Als getuigen zijn aanwezig haar ooms Roelof en Steven van Ruinen, drost van Ruinen. (J.W. Schaap,’De heren van Ruinen’,NL 1981).
(Karel de Grote, beginreeks 22/217). Zoon van Heinrich von MÜNSTER te MEINHÖVEL, BOTZLAR, SELM (zie 34384) en Elisabeth (Elsebe) von BODELSCHWINGH (zie 34385).
Gehuwd op 11-02-1425 met
17193 Johanna van RUINEN (NORG), overleden 1478.
Zij hertrouwt 1444 met Roelof van Laer, schildknaap graafschap Bentheim.
21-04-1457 wordt zij als echtgenoot van Roelof van Laer beleend met de heerlijkheid Ruinen, gelijk haar vader Johan van Ruynen dat bezeten had (J.D. Wagner, ’Munster’, De Navorscher 1912).
27-05-1465 herbeleent bisschop David van Bourgondië (1457-1496) Johanna van Ruinen, vrouw van Roelof van Laer, met de heerlijkheid Ruinen, omdat haar neef, graaf Hoya, door Johan van Munster, haar zoon, gevangen is genomen. (J.W. Schaap,’De heren van Ruinen’,NL 1981)
Dochter van Johan IV van RUINEN (NORG) (zie 34386) en Mechteld MULERT (zie 34387).
Uit dit huwelijk:
1. Johan van MÜNSTER te MEINHÖVEL, BOTZLAR (zie 8596).
2. Elsabe van MUNSTER te MEINHÖVEL, BOTZLAR.
Gehuwd 1458 met Wolf van Ittersum, zoon van Johannes van Ittersum en Agnes Campferbeke.
(Karel de Grote, beginreeks 23/217).
3. Hendrick von MUNSTER te MEINHÖVEL, BOTZLAR,
03-06-1478 beleend met de heerlijkheid Ruinen.
Gehuwd 1456 met Alexandrine van de Dorneburg, genoemd von Aschebroick.
Hij hertrouwt 1471 met Agnes de Vos van Steenwijk (NL 1969).
Johanna:
(1) trouwde, ongeveer 20 jaar oud, op 10-02-1425 met
Berend van Munster, ongeveer 27 jaar oud. Berend is geboren omstreeks 1398 in
Ruinen, zoon van
Heinrich van Munster en
Elizabeth von Bodil-Schoring/Bodelschwing. Berend is overleden vóór 1473, ten hoogste 75 jaar oud.
Notitie bij Berend: Request van 4 februari 1442 archief Dickninge.
Berendt van Munster heer te Ruinen, knape, verpacht aan Hendrik ten Coerne en Heyle, echtelieden, en Hendriks zusterkinderen Heymen en Hendrik voor hun leven zijne hofstede c.a. ten Tweele, bewoond door Hendrik, Andries en Bette, tegen 16 blauwe guldens des jaars. Met bepalingen dat herstellingen aan het huis zullen zijn ten laste van de pachter doch de verpachter zal hout daarvoor leveren.
http://home.online.nl/corryhavermans/html/kwartierstaat_blad_2.html
17192 Berend von MÜNSTER te MEINHÖVEL, BOTZLAR, overleden 1442-1444,
26-02-1426 verkopen Johanna en haar man Berend van Munster een goed. Als getuigen zijn aanwezig haar ooms Roelof en Steven van Ruinen, dorst van Ruinen. (J.W. Schaap,’De heren van Ruinen’,NL 1981).
(Karel de Grote, beginreeks 22/217). Zoon van Heinrich von MÜNSTER te MEINHÖVEL, BOTZLAR, SELM (zie 34384) en Elisabeth (Elsebe) von BODELSCHWINGH (zie 34385).
Gehuwd op 11-02-1425 met
17193 Johanna van RUINEN (NORG), overleden 1478.
Zij hertrouwt 1444 met Roelof van Laer, schildknaap graafschap Bentheim.
21-04-1457 wordt zij als echtgenoot van Roelof van Laer beleend met de heerlijkheid Ruinen, gelijk haar vader Johan van Ruynen dat bezeten had (J.D. Wagner, ’Munster’, De Navorscher 1912).
27-05-1465 herbeleent bisschop David van Bourgondië (1457-1496) Johanna van Ruinen, vrouw van Roelof van Laer, met de heerlijkheid Ruinen, omdat haar neef, graaf Hoya, door Johan van Munster, haar zoon, gevangen is genomen. (J.W. Schaap,’De heren van Ruinen’,NL 1981)
Dochter van Johan IV van RUINEN (NORG) (zie 34386) en Mechteld MULERT (zie 34387).
Uit dit huwelijk:
1. Johan van MÜNSTER te MEINHÖVEL, BOTZLAR (zie 8596).
2. Elsabe van MUNSTER te MEINHÖVEL, BOTZLAR.
Gehuwd 1458 met Wolf van Ittersum, zoon van Johannes van Ittersum en Agnes Campferbeke.
(Karel de Grote, beginreeks 23/217).
3. Hendrick von MUNSTER te MEINHÖVEL, BOTZLAR,
03-06-1478 beleend met de heerlijkheid Ruinen.
Gehuwd 1456 met Alexandrine van de Dorneburg, genoemd von Aschebroick.
Hij hertrouwt 1471 met Agnes de Vos van Steenwijk (NL 1969).
(2) trouwde, ongeveer 39 jaar oud, in 1444 met
Roelof van Laer.
Kinderen van Johanna en Berend:
2 Johan van Munster [
1.1.1.3.1.4.1.3.1.1.2.1.1.1.2], geboren omstreeks 1435. Johan is overleden na 1473, minstens 38 jaar oud.
Notitie bij Johan: Ook genoemd Johan Oving.
Request van 18 oktober 1473 archief Dickninge.
Berent ter Maat, kerkheer te Diever en deken van het land van Drenthe, mr. Johan Gheye kerkheer te Hasselt en Johan Boelmans bepalen - als scheidsrechters tussen de abdij te Dickninge en Johan Oving: dat over de achterstallige stede mudden niet verder gesproken zal worden; dat de abdij zal blijven gebruiken en Johan zal vrijwaren al het goed dat gescheiden is van zijn bezittingen; dat de abdij niet zal genieten ene rente van 14 maar ene rente van 5 Groninger mudden rogge uit Johans erf Broextinghegoed, bij hemzelf in gebruik, welke Johan zal vrijwaren; waarna Johan Oving aan de abdij het bewuste goed en de rente overdraagt voor buren van Ruinen. Met goedkeuring dezer overdracht en medebezegeling door de leenvrouwe joffer Johanna vrouw te Ruinen, haren voogd en man Roelof van der Laer heer te Ruinen knape, Hendrik van Munster en Johan Oving.
andere bronnen:
http://home.online.nl/corryhavermans/html/kwartierstaat_blad_2.html
8596 Johan van MÜNSTER te MEINHÖVEL, BOTZLAR.
Weduwnaar van Catharina van Dorneburg, genoemd von Aschebroeck.
1465 neemt hij de neef van zijn moeder Johan, graaf van Hoya gevangen.
(J.W. Schaap,’De heren van Ruinen’,NL 1981). Zoon van Berend von MÜNSTER te MEINHÖVEL, BOTZLAR (zie 17192) en Johanna van RUINEN (NORG) (zie 17193).
Gehuwd op 02-11-1496 met
8597 Bertha Hille van DIEPENBROICK,
(Mr. H.L. Hommes, "Het geslacht van Münster", Navorscher 1958, 34).
Uit dit huwelijk:
1. Berend van MUNSTER (zie 4298).
Notitie bij publiceren van Johan: Johan van MÜNSTER te MEINHÖVEL, BOTZLAR.
Weduwnaar van Catharina van Dorneburg, genoemd von Aschebroeck.
1465 neemt hij de neef van zijn moeder Johan, graaf van Hoya gevangen.
(J.W. Schaap,’De heren van Ruinen’,NL 1981). Zoon van Berend von MÜNSTER te MEINHÖVEL, BOTZLAR (zie 17192) en Johanna van RUINEN (NORG) (zie 17193).
Gehuwd op 02-11-1496 met
8597 Bertha Hille van DIEPENBROICK,
(Mr. H.L. Hommes, "Het geslacht van Münster", Navorscher 1958, 34).
Uit dit huwelijk:
1. Berend van MUNSTER (zie 4298).
1.1.1.3.1.4.1.3.1.1.2.1.1.1.1 Hendrik van Munster is geboren omstreeks 1430, zoon van Berend van Munster en Johanna van Ruinen (zie
1.1.1.3.1.4.1.3.1.1.2.1.1.1). Hendrik is overleden na 1500, minstens 70 jaar oud.
Notitie bij Hendrik: Request van 27 april 1495 archief Dickninge.
Harmen van den Cloester vermaakt aan Hadewych Rovers de lijftocht ener losrente van 5 gouden Rijnsguldens uit zijne goederen ten Tweele in het karspel Blijdenstede. Met medebezegeling door Harmens neef en zwager Hendrik van Munster, als heer van Ruinen.
4 mei 1500 archief Dickninge.
Hendrik van Munster heer te Ruinen knape, Hendrik de Vos van Steenwijck Johanszoon, Johan van Voorst pastoor te Ruinen, Bernardus Assonis pastoor te Beylen, Rodolphus ten Haeve pastoor te Rolde, en Johan Aerntszoon priester-vicaris in Ruinen verdelen - als gekozen dadingslieden tussen Reynalt de Vos van Steenwijck, de abdij van Dickninge en de abdij van Assen - het genot van het Halerholt, waarbij aan de abdij van Dickninge wordt toegewezen het hout op een gedeelte tussen de Stegeakker en de Santakker, behorende aan het erf Haevinge, op een ander gedeelte aan het eind van het holt en op een gedeelte ten zuiden van de Groninger weg. Met bepaling dat, ook wanneer eiken groeien in het holt, steeds het genot van partijen op de omschreven wijze zal zijn verdeeld.
Notitie bij publiceren van Hendrik: 3. Hendrick von MUNSTER te MEINHÖVEL, BOTZLAR,
03-06-1478 beleend met de heerlijkheid Ruinen.
Gehuwd 1456 met Alexandrine van de Dorneburg, genoemd von Aschebroick.
Hij hertrouwt 1471 met Agnes de Vos van Steenwijk (NL 1969).
Hendrik trouwde, ongeveer 26 jaar oud, in 1456 met
Alexandrine van den Dorneburg.
Notitie bij het huwelijk van Hendrik en Alexandrine:
ook genoemd von Aschebroik
Alexandrine is overleden vóór 1471.
1.1.1.3.1.4.1.3.1.1.2.1.1.1.3 Mechteld Elizabeth (Elsabe) van Munster is geboren omstreeks 1438 in
Meinhövel, Hannover, dochter van Berend van Munster en Johanna van Ruinen (zie
1.1.1.3.1.4.1.3.1.1.2.1.1.1). Elsabe is overleden omstreeks 1484, ongeveer 46 jaar oud.
Notitie bij publiceren van Elsabe: 2. Elsabe van MUNSTER te MEINHÖVEL, BOTZLAR.
Gehuwd 1458 met Wolf van Ittersum, zoon van Johannes van Ittersum en Agnes Campferbeke.
(Karel de Grote, beginreeks 23/217).
Elsabe trouwde, ongeveer 20 jaar oud, in 1458 met
Wolf van Ittersum, ongeveer 28 jaar oud. Wolf is geboren omstreeks 1430 in
Zwolle, zoon van Johan (Jan) van Ittersum en Agnes van Kampherbeek. Wolf is overleden op 22-11-1488, ongeveer 58 jaar oud.
1.1.1.3.1.4.1.3.1.1.2.1.1.2 NN van Ruinen, dochter van Johan IV van Ruinen (zie
1.1.1.3.1.4.1.3.1.1.2.1.1) en Mechteld Mulert. NN trouwde met
Johan van den Clooster. Johan is geboren omstreeks 1355, zoon van
Reynold van den Clooster en
Margaretha van Ansen.
Notitie bij Johan: Heer van de Havixhorst.
Vermeld in een oorkonde van 26 februari 1426 als zwager en neef van Berend van Munster, g/m Johanna van Ruinen
1.1.1.3.1.4.1.3.1.1.2.1.1.2.1 Cyse van den Clooster is geboren omstreeks 1400, zoon van Johan van den Clooster en NN van Ruinen (zie
1.1.1.3.1.4.1.3.1.1.2.1.1.2). Cyse is overleden omstreeks 1465, ongeveer 65 jaar oud.
Cyse trouwde met
Liutgarde van Cameerbeke.
Kinderen van Cyse en Liutgarde:
1 Roelof van den Clooster [
1.1.1.3.1.4.1.3.1.1.2.1.1.2.1.1].
1.1.1.3.1.4.1.3.1.1.2.1.1.2.1.2 Reinoud van den Clooster is geboren omstreeks 1437, zoon van Cyse van den Clooster (zie
1.1.1.3.1.4.1.3.1.1.2.1.1.2.1) en Liutgarde van Cameerbeke.
Notitie bij Reinoud: Vermeld in 1458 samen met zijn broer Roelof in de inventaris van het Archief Dickninge nr. 35.
Kinderen van Reinoud uit onbekende relatie:
1 [waarschijnlijk]
Derck van den Clooster [
1.1.1.3.1.4.1.3.1.1.2.1.1.2.1.2.1].
2 [waarschijnlijk]
Zyse van den Clooster [
1.1.1.3.1.4.1.3.1.1.2.1.1.2.1.2.2]. Zyse is overleden vóór 1519.
Notitie bij Zyse: Vermelde in de inventaris van het klooster Dickningen onder nr. 25.
1.1.1.3.1.4.1.3.1.1.2.1.1.2.1.2.3 Lutgerd van den Clooster is geboren omstreeks 1460, dochter van [waarschijnlijk] Reinoud van den Clooster (zie
1.1.1.3.1.4.1.3.1.1.2.1.1.2.1.2). Lutgerd is overleden na 1519, minstens 59 jaar oud.
Notitie bij Lutgerd: Vermeld in de inventaris van het archief Dickninge in 1519, als non in het klooster. Haar broer Derck van den Clooster geeft een lijfrentebrief aan het klooster ten behoeve van zijn zuster Lutgert en waarbij Lutgert afziet van haar recht op de nalatenschap van hun broer Zyse.
Lutgerd trouwde met
Johan van Steenwijck. Zie
1.1.1.2.2.3.1.1.1.1.2.3.1 voor persoonsgegevens van Johan.
1.1.1.3.1.4.1.3.1.1.2.1.1.2.1.3 Herman van den Clooster is geboren omstreeks 1440, zoon van Cyse van den Clooster (zie
1.1.1.3.1.4.1.3.1.1.2.1.1.2.1) en Liutgarde van Cameerbeke. Herman is overleden omstreeks 1495, ongeveer 55 jaar oud.
Herman trouwde, ongeveer 30 jaar oud, in 1470 met
Elisabeth (Lijsje) van Steenwijck, ten hoogste 20 jaar oud. Zie
1.1.1.2.2.3.1.3.1.1.2.3.4.3.3 voor persoonsgegevens van Lijsje.
1.1.1.3.1.4.1.3.1.1.2.1.2 Steven van Ruinen is geboren omstreeks 1365, zoon van Arend Huys (van Norch) van Ruinen (zie
1.1.1.3.1.4.1.3.1.1.2.1) en Lamme van Gasselte. Steven is overleden in 1437, ongeveer 72 jaar oud.
Notitie bij Steven: Vermeld in een oorkonde van 1395 van de bisschop van Utrecht als zijn vijand, samen met broer Roelof van Ruinen.
Steven, ook genaamd van Ruinen. Is zijn broer Johan, na diens dood in 1410, opgevolgd als heer van Ruinen.
Drost van Ruinen.
Request van 9 november 1410 archief Dickninghe.
Symon Polman en Steven (later, 17 juli 1412, ook vermeld als Stephen), echtelieden, dragen voor buren over aan Egbert Piggen en Geertruid, echtelieden, 1 akker land op Noordes, geheten dat Weekeweerck. Met medebezegeling door Steven, heer van Ruinen.
13 oktober 1412. Roelof Hake, vicaris te Ruinen, draagt, in overleg met de collator der vicarie, voor buren te Ruinen over aan de abdij te Dickninghe 1 akker land op Zuides te Ruinen. Met medebezegeling en bekrachtiging door jonker Stephan van Ruinen als momber der heerlijkheid Ruinen en collator der vicarie.
31 oktober 1412. Egbert Piggen en Geertruid, echtelieden, dragen voor buren te Ruinen voor een vrij edel eigen over aan de abdij te Dickninghe 2 akkers land, geheten de Wekewercke op Noordes te Ruinen, vermeld in de doorstoken brieven (zie requesten 180 en 185 archief Dickninghe). Met medebezegeling door jonker Stephan van Ruinen "gheboren mombaer" der heerlijkheid Ruinen.
23 april 1437 archief Dickninge. Steven van Ruinen draagt over aan de "priesteren indertijd tot Ruinen" een rente van 2 Groninger mudden rogge uit zijn goed Olde Lantsinghe in de marke en buurtschap Ruinen "tot enen rechten testament voor mij ende voor Agnese mijnen huisvrouw ende voor Arent mijn zoon ende voor Johan Klencken mijnen broeder opdat zij delen mogen in de missen, vigilien, memorien en alle andere goede werken die geschieden zullen in de kerk van Ruinen, en bepaaldelijk opdat priesters een bijzondere memorie houden, des avonds ene vigilie van 9 lessen en den volgende dag een mis.
(Hieruit zou men kunnen afleiden dat Johan Klencke een bijzondere plaats innam onder de broers, daar ook broer Roelof een gelijksoortig testament had opgemaakt. Zie bij Roelof)
Steven trouwde met
Agnes van NN.
Kind van Steven en Agnes:
1 Arent van Ruinen [
1.1.1.3.1.4.1.3.1.1.2.1.2.1].
1.1.1.3.1.4.1.3.1.1.2.1.3 NN van Ruinen is geboren omstreeks 1367, dochter van Arend Huys (van Norch) van Ruinen (zie
1.1.1.3.1.4.1.3.1.1.2.1) en Lamme van Gasselte. NN is overleden vóór 1426, ten hoogste 59 jaar oud.
Notitie bij NN: Dochter van Arend Huys of Huzeken.
NN trouwde met
Bertold de Vos van Steenwijck. Zie
1.1.1.2.2.3.1.3.1.1.2.2 voor persoonsgegevens van Bertold.
1.1.1.3.1.4.1.3.1.1.2.3 NN van Norch, dochter van Johan van Ruinen van Norch (zie
1.1.1.3.1.4.2.1.1.8.2) en Elisabeth van Steenwijck (zie
1.1.1.3.1.4.1.3.1.1.2). NN trouwde met
Roelof Polman. Roelof is geboren omstreeks 1340. Roelof is overleden na 1382, minstens 42 jaar oud.
Notitie bij Roelof: Vermeld in een oorkonde van 1382 als erfgenaam van Johan van Ruinen, samen met Arend Huys van Ruinen. Roelof moet dan getrouwd zijn met een zuster van Arend Huys.
Vermeld in de lijst van leenmannen van de bisschop van Utrecht uit 1379: siin aandeel van de gherichte van Drenthe; de gruit tot Ide; Wrentyngegoet tot Ide, gheleghen in de kerspel van Vrees (Vries); dat swanevlot gelegen in Drenthe ende een deel om Groningen ende oppen Goe. een tiende tot Haren, grof ende smal ende den hof to Hempne (Hemmen-Haren), gheleghen in de kerspel van Haren. De tienden van Anderen, gheleghen in den kerspel van Rolde.
Het hofgoed te Hemmen lag in het noordelijk deel van het huidige Haren. Waarschijnlijk ter plaatse waar in de 18e eeuw een nieuw Hof van Hemmen is gebouwd, nu in gebruik bij het Instituut voor Doven.
Evenals zijn zwager Arend Huys was Roelof Polman in zijn tijd een man met veel macht in Drenthe. Waar hij zijn domicili had is tot nu toe niet duidelijk.
1.1.1.3.1.4.1.4 Nicolaas van Steenwijck is geboren omstreeks 1200, zoon van [waarschijnlijk] Hendrik van Steenwijck (zie
1.1.1.3.1.4.1) en [waarschijnlijk] Evese van Oosterwolde. Nicolaas is overleden vóór 1218, ten hoogste 18 jaar oud.
Notitie bij Nicolaas: Vermoedelijk vermeld in een oorkonde van 1218, schenking van een huis te Middelbrink aan de kerk van Ruinen, door Evese, weduwe van Ostwalt (Oosterwolde). Nicolaas, zoon van Evese, is in het Heilige Land gestorven en was getrouwd met Ida.
Nicolaas trouwde met
Ida van Ruinen. Ida is geboren omstreeks 1200, dochter van [misschien] Arnold II van Ruinen.
Notitie bij Ida: In een oorkonde van 1218 staan als voogden van de zoon van Nicolaas en Ida vermeld: Ghiselbertus, Hugo Dunker, Hermannus Clince en Rodulfus Rocke. Deze personen zijn dus verwanten van beide, waarschijnlijk broers van beide of van beide ouders. Op basis van de vermelde volgorde zijn Gijsbert en Hugo een van Steenwijck en Herman en Rudolf van dezelfde familie als Ida.
Kind van Nicolaas en Ida:
1 NN van Steenwijck [
1.1.1.3.1.4.1.4.1], geboren omstreeks 1216.
1.1.1.3.1.4.2 Rudolphus van Kuinre (Rudolf) van Norch is geboren omstreeks 1190, zoon van Hendrik I (de Crane) van Kuinre en NN van Sepperothe (zie
1.1.1.3.1.4). Rudolf is overleden na 1254, minstens 64 jaar oud.
Notitie bij overlijden van Rudolf: Is overleden tussen 1254 en 1263.
Notitie bij Rudolf: Volgt zijn vader op als Heer van Kuinre na diens overlijden voor 01-01-1219. Krijgt dan tevens het landgoed Eyen in leen en de overige Norchse goederen.
Wordt als getuige vermeld in een oorkonde van 1 januari 1219 van bisschop Otto van Utrecht, waarin de schenking van de hoeve Middelbrink aan het klooster te Ruinen wordt goedgekeurd. Ook vermeld worden Rudolf van Coevorden, Egbert van Groningen, Herman Clinke, Hugo Dunker, Rudolf Rocke, Frederic Redinck en Gijsbert.
Komt voor in een lijst van opbrengsten van het kapittel te Utrecht opgemaakt omstreeks 1225. Genoemd worden Egbert van Groningen, Rudolfs zoon Albert, Leffards zoon Menzo, Johanneszoon Thezo, Johannes van Haarlo, Steven van Tuten, Herman van Laar, Johan van Ruinen, Lubbert van Dalen, Philippus, Otto van Zeegse, Menso van Roden, Rudolf van Langelo, Albert van Uffelte, Rudolf van Norch, Herman van Voorst, Theo van Bochorst, Rudolf van Peize, Rudolf Rogge, Rudolf van Coevorden, schulte Bartold, Bernard te Roden, Resindis, dochter van Hendrik Papinck, Ludolph de Crunen;
Wordt als getuige vermeld, samen met o.a. Rudolf van Langelo, Johan van Ruinen en Hugo van Laar, in een oorkonde van 31 augustus 1230 waarin Wilbrand, bisschop van Utrecht aan Zwolle stadsrechten verleend.
Komt voor als getuige in de oorkonde van de stichting van het klooster Marienberg van 21 juli 1233, o.a. samen met Egbert, prefect van Groningen en de broers Herman en Gerard van Rottum, Pelgrim en Wolter Radinc van Vollenhoven, Hendrik van Schoonebeek, Burchard en Gerard van Middelwijk, Sweder van Voorst, Gijsbert van Buchorst, Alfred van IJsselmuiden, Ellard van Bentheim, Winmar van Hardenberg, Egbert van Haren, Engelbert en Hendrik van Gerner, Remfrid van Junne, Sweder van Genne en Herman van Vilsteren.
Elders vermeld: Rudolphus van NORCH ridder, In 1241 staat hij Egbert van Groningen Egbertszn. bij, nadat diens oudste broer Roelof door ridder Thizo is vermoord (drs. O.D.J. Roemeling, ’Adelijke geslachten in de ME in Drente’, NL 1973).
In 1242 zoeken Roelof en Egbert van Groenenberg (Groningen) hun toevlucht bij hun neven Rudolf van Norch en diens broer Menso ter A.
(Menso aan de stroom) (mr. A.N. de Vos van Steenwijk, ’Genealogie van Kuinre’, NL 1967).
Wordt als getuige genoemd in een oorkonde van maart 1247, samen met o.a. de broers Adolf en Rudolf van Peize, waarin het klooster van Ruinen de tienden van 2 hoeven in Appelscha verkrijgt van de bisschop Otto van Utrecht (1233-1249). Andere genoemden zijn Gijsbert van Buchorst, Pelgrim van Putten en Wolter Radinc (van Vollenhove).
In een oorkonde van 14 augustus 1254 wordt hij vermeld samen met Rudolf van Langelo, Adolf en Folkert, ridders van Peize als getuigen bij een uitspraak van Frederik abt van Rottum in een geschil tussen het convent van Ruinen en Herman van Noordlaren en zijn zonen.
Rudolf trouwde met
NN van NN.
1.1.1.3.1.4.2.1 Hendrik II van Kuinre van Norch is geboren omstreeks 1210, zoon van Rudolphus van Kuinre (Rudolf) van Norch (zie
1.1.1.3.1.4.2) en [waarschijnlijk] NN van NN. Hendrik is overleden na 1240, minstens 30 jaar oud.
Notitie bij Hendrik: Zie ook: www.ourfamilyhistories.org/ Personid. I 140849
Hendrik trouwde, ongeveer 22 jaar oud, omstreeks 1232 [
bron: Ourfamilyhistories I 140849] met [waarschijnlijk]
Ermgard van IJsselmuiden, ongeveer 17 jaar oud. Ermgard is geboren omstreeks 1215, dochter van
Wolter (Volradis) van IJsselmuiden.
Kinderen van Hendrik en Ermgard:
1.1.1.3.1.4.2.1.1 Hendrik van Kuinre van Norch is geboren omstreeks 1230, zoon van Hendrik II van Kuinre van Norch (zie
1.1.1.3.1.4.2.1) en [waarschijnlijk] Ermgard van IJsselmuiden. Hendrik is overleden omstreeks 1290, ongeveer 60 jaar oud.
Notitie bij Hendrik: Deze Hendrik van Norch is opgevoerd op grond van de oorkonde van omstreeks 1335 waarin de inkomsten van het kapittel te Utrecht zijn vermeld van de goederen van Hendrik (Heyne) van Norch en die als volgt zijn verdeeld (volgen de namen van de erven/opvolgers die dan nog in leven zijn en de leengoederen bezitten). De zoons van Heyne worden vermeld; Hille, de dochter van Gerard; Rudolf van Peize, de man van dochter NN; Folkert van Dwingelo, de man van Ermgard; Johan Pipe, de man van Johanna; en Otto van Norch.Wycher, Heyne, Berta en Gerard zijn dan al overleden.
Van de vermelde kinderen staan enkele onderlinge relaties vast op grond van vermeldingen in oorkonden, zoals Wycher, Gerard en Otto en dochter NN g/m Rudolf van Peize. De broer/zuster verwantschap tussen Ermgard, Heyne, Berta en Otto is afgeleid van de oorkonde van 1316.
Mogelijk vermeld in oorkonden van 1263 en 1265; (Uit de Vos van Steenwijk, graven en heren van Kuinre)
"In een oorkonde van 11 september 1263 is hij getuige, als de Utrechtse bisschop, Hendrik van Vianden, een voorziening treft t.a.v. goederen van het klooster te Ruinen. Na vier geestelijken getuigen Hendrik van Almelo, Herman van Voerst, Hendrik van Overberch, Hendrik van Essen, Egbert van Groningen, Mewekinus van Ruinen, Hendrik van Kuinre, Elyas van Rininge, Volkier van Echten en Hendrik Scultinc van Eelde, ridders (Driessen, Monumenta Groningana deel I p. 40; O.B.G.D. I no. 134; O.B.U. III no. 1594 en O.B.O. II no. 278).
Op 21 april 1265 staat bisschop Hendrik aan Zwolle toe een jaarmarkt te houden op Sint Bonifacius. Onder de getuigen komen we tegen Gijsbert van Amstel, Filip van Rininge, Gijsbert van Goye, de maarschalk, Willem van Rijswijk, Hendrik van Almelo, Herman van Voerst, Gijsbert van Buchorst, Hendrik van Overberg, Hendrik van Hervethe, Pelgrim van Putten, Hendrik van Kuinre, Egbert prefect van Groningen, Gerard Clenke, Hacko kastelein van Coevorden en Mewekinus van Ruinen, „milites et ministeriales nostros” (O.B.U. III no. 1657 en O.B.O. II no. 290).
Kinderen van Hendrik uit onbekende relatie:
3 Wycher van Steenwijk van Norch [
1.1.1.3.1.4.2.1.1.3], geboren omstreeks 1270. Wycher is overleden vóór 1335, ten hoogste 65 jaar oud.
Notitie bij Wycher: Ogd0194 de dato 9 maart 1295. Johannes, bisschop van Utrecht, richt het kapittel der St. Clemenskerk te Steenwijk op en benoemt tot eerste deken de priester Wigherus van Steenwijck.
Vermeld 20 oktober 1302 in oorkonde samen met Hinricus van Norch zoon van ??
25-03-1334 verkopen Otto, Ida zijn vrouw en hun kinderen Wycher, Johan en Herman, met zijn broer Wycher, kanunnik van Steenwijk, de tienden van Hooghalen, geërfd van hun ouders, aan de abdij van Dikninge. Hij verzocht zijn ’maghen’ Coenraad van de Goer en Herman Polleman mede te zegelen (Arch.Dikninge, Benedictijnerabdij, inv. nr. I, reg 43). 24-11-1335 Drents dienstman van bisschop Jan van Diest (1322-1340) (drs. O.D.J. Roemeling,’Adelijke geslachten in de ME van Drente’,NL1973).
1309 Wycher van Norch, Drents edelman vermeld als pastoor te Vries, kanunnik van Steenwijk en Deken van Drenthe.
ogd0232 de dato 11 juni 1310. De ingezetenen van Havelte en Uffelte verbinden zich tot de betaling aan de door hen wegens de afscheiding hunner kerk aan de deken en het kapittel der kerk te Steenwijk verschuldigde opbrengsten. Vermeld Philip, dekaan te Steenwijk en Wicher, rector te Vries, vallend onder de moederkerk van Steenwijk, enz.
ogd0236 de dato 5 juli 1311. Enige Drentse en Groningse geestelijken verklaren de banvonnissen van de bisschop van Utrecht, gericht tegen de Friezen in Stellingwerf en Schoterwerf, in hunne kerken te hebben afgekondigd. Vermeld Wicher, dekaan van Drenthe, Frederik, decaan in Rolde en Johannes dekaan in Groningen.
ogd0267 van 9 september 1320 vermeld Wicher rector in Vries. Frederik van Rolde, deken van Drenthe.
Vermeld in een oorkonde van het jaar 1334.
1.1.1.3.1.4.2.1.1.1 Ermgard? van Norch is geboren omstreeks 1263, dochter van Hendrik van Kuinre van Norch (zie
1.1.1.3.1.4.2.1.1). Ermgard is overleden na 1324, minstens 61 jaar oud.
Notitie bij Ermgard: Vermeld in 1324
Ermgard trouwde met
Folkert van Dwingelo.
Kinderen van Ermgard en Folkert:
1 [waarschijnlijk]
Folker van Dwingelo [
1.1.1.3.1.4.2.1.1.1.1].
2 [waarschijnlijk]
Rutger van Dwingelo [
1.1.1.3.1.4.2.1.1.1.2].
1.1.1.3.1.4.2.1.1.2 Henric (Heyne) van Norch, Heer van Kuinre van Orch en Emelweert is geboren omstreeks 1265, zoon van Hendrik van Kuinre van Norch (zie
1.1.1.3.1.4.2.1.1). Henric is overleden in 1331, ongeveer 66 jaar oud.
Notitie bij overlijden van Henric: Overleden vòòr 24 juli 1331.
Notitie bij Henric: Hij moet omstreeks 1290 zijn oom Volrad zijn opgevolgd als heer van Kuinre. Zijn vader moet dan ook al overleden zijn. Na de dood van Hendrik (Heyne) in 1331 komt Kuinre weer in bezit van Volrads zoon Johan. Waarom deze Johan omstreeks 1290 zijn vader niet direct is opgevolgd is niet duidelijk. Misschien te jong of ziekelijk?
Een Hendrik van Kuinre wordt vermeld in 1294 in een overeenkomst tussen ridders en andere ministerialen ter handhaving van hun rechten. Onder deze edelen treffen wij aan: Egbert heer van Almelo en Boudewijn genaamd Hako, ridders, Steven van Rutenberg, Hendrik van Kuinre, Gijsbert van Buchorst, Adolf van Groningen, Johan van Ruinen, Johan en Arnold Radinc, zonen van Frederik, knapen (O.B.U. V no. 2622).
Op de dinsdag na Pinksteren 1297 sticht de bisschop van Utrecht vrede tussen de gebroeders van Voerst, Sweder en Herman met hunne vrienden en de heren van Almelo, Rutenberg, Isselmuden, Groningen, Kuinre, Buchorst, Ruinen en de burgers van Deventer, Kampen en Zwolle. Herman en Sweder worden veroordeeld; zij mogen geen schout van Salland meer zijn.
Vermeld in 1297, wanneer Egbert (waarschijnlijk Engelbertus bedoeld) van Almelo een verdeling maakt tussen zijn kinderen uit zijn eerste en zijn tweede huwelijk. Zoon Rudolf van Engelbertus was getrouwd met een zuster van Heyne.
In een oorkonde van 20 oktober 1302, waarin de markgenoten van Witten grond overdragen aan het Cistencienser klooster van Assen, komen we de naam van Hinricus van Norch tegen, samen met o.a. Saspold en Rudolf van Loon, Bertold en Lambert van Elderslo, Boele Woltinge, zoon van Gerard van Leggelo, Jacob Hoving, Johan Oldebennink, Jacob Kluivingh, alsmede markgenoten van Witten. Als getuigen Wicher van Steenwijk, kanunnik (broer van Hendrik van Norch), priester Frederik, Heiko van Zuidlaren, Broylandus (?), Egbert zoon van ? van Anreep, Folkert van Peize, Jacob van Gasselte en Rudolf Nijsingh van Erm.
In een stuk van 8 augustus 1304 (O.B.G.D. I no. 224) wordt genoemd een Henricus, ridder, de Kunresile, die als scheidsrechter optreedt in een geschil tussen de abdij te Ruinen en het St. Maria Convent in Bordengo (Oldeboorn?).
Getuigen hierbij zijn: Laurencius domicellus in Rune, en Henricus de Ancen. De naam Kunresile" komt nog eenmaal in de oorkonden voor en wel in die van 1 november 1277, hierna vermeld bij Volrad van Kuinre. Men krijgt niet de indruk, dat hier van een afzonderlijk geslacht sprake is en is daarom geneigd in deze ridder Hendrik van Kunresile dezelfde te zien als de famulus Hendrik van Kuinre van 1294 en 1297. Kunresyl als plaatsnaam komt men nergens tegen, behalve in een falsum van 1243 (O.B.U. II no. 992, O.B.O. I no. 188).
Hendrik moet vóór 1 aug. 1318 zijn overleden, daar zijn neef Johan zich dan „domicellus de Kunre” noemt en als zodanig ook munt. (Volgens de Vos van Steenwijk)
In een oorkonde van 4 mei 1315, verklaart Reinold van Coevorden dat het geschil tussen hem en het klooster van Assen is beslecht en hij enkele verplichtingen op zich neemt. Als scheidsrechters waren aanwezig Hendrik van Norch, ridder, Godfried van Borculo, onze broer en oom (van Reinold en kinderen), Frederik van Rolde, rector van de kerk, en Wicher van Vries (broer van Hendrik van Norch), deken van Drenthe.
In de oorkonde van 25 november 1316 verklaren Berta, weduwe van Rudolf van Ansen, en haar twee minderjarige zonen, een hoeve te Zuidwolde te hebben verkocht aan Rudolf van Echten. Heer Heino (Hendrik) ridder en Otto van Norch met Volkert van Dwingelo doen toezeggingen. Het stuk wordt gezegeld door Hendrik en Otto van Norch.
In de oorkonde van 12 mei 1321 gelast paus Johannes een onderzoek door de abt van het klooster Klaarkamp naar het onrechtmatig handelen van Johan graaf van Bentheim en anderen ten opzichte van het klooster van Assen. Johan en de zijnen hadden dit klooster beroofd. Als tweede na Johan wordt genoemd ridder Hendrik van Norg, daarna de schildknapen Herman van Lage, Adolf van Brantelghete, Gerard van Daarle, Herman van Tilligte, Adolf van Twickel en Herman genaamd Koc.
Genoemd in een oorkonde van 07-09-1324 (ogd0283) waarin de namen worden genoemd van Drentse edelen die bisschop Jan van Diest zouden steunen tegen de Drenten. Het waren ridder Henric van Norch, diens zonen Arend, Henric en Roelof, Roelof van Langelo, Menso van Echten, Gerrit Clencke, zijn broer Jan Clencke, Otto van Norch, de zoons van vrouwe Ermgard (van Dwingelo) Volker en Rutger, Coenraad van de Ghoere, zijn broer Jan van den Ghoere en Echbrecht van Echten, de laatsten allen knapen. Zij zouden de bisschop van Utrecht en het Sticht van Utrecht trouw dienen en bijstaan. Zij zouden de oorlogsbuit met de bisschop delen en nooit een overeenkomst aangaan met de Drenthen buiten de bisschop om. De bisschop beloofde op zijn beurt hetzelfde met twee aanvullende getuigen, Henric van Eelde en Hendrik Polman. Vele jaren moesten de ondertekenaars buiten Drenthe blijven. Ze werden de "Lieden van Norch"genoemd. Zij stonden aan de zijde van de bisschop met als tegenpartij Reynold van Coevorden. Deze lieden van Norch, zo genoemd omdat de van Norchs de kennelijke aanvoerders waren, verbleven in Kampen.
Omstreeks 1325. ndva 1980 artikel Keverlingh Buisman.
Henric van Norch c.s. beklagen zich bij de bisschop over het geweld, hun door de Hopsinghen aangedaan en doen opgave van hun schade.
Naar een 15e eeuws afschrift in het archief van de bisschoppen, inv. no. 207 (no. 31) (R.A. Utrecht). In aangepaste vorm is dit stuk tevens te vinden bij O.D.J. Roermeling, Enkele adelijke geslachten in Drenthe in de middeleeuwen, in de ’Nederlandsche Leeuw’, jrg. 90 (1973), k. 197 en bij A. N. de Vos van Steenwijk, Het geslacht de Vos van Steenwijk (Assen/Amsterdam 1976), p. 151. Regest bij Berkelbach, no. 1287.
Here van Utrecht. Wi, Henric van Orcha, ridder, ons kinder, Ot van Orcha ende anders ons vriende ende ons hulpers van Orcha tonen U ende claghen U alsulc ghebrec ende ghewolt als ons ghedaen hebben de Hopsinghe, ons wedersaken ende hure hulpers. In den iersten toene wi U dat een knape van den Hoepsinghe heet Knobbe, die hadde ghewond enen knape, Alardssoene van Steenberghe, die maech was Ketelhots van Orcha ende Alards Wacker ende siin broder, die ons van Orcha was al vreemde. Doe sande Ketelhoet ons van Orcha driewerf boden; doe quame wi te heme, doe wi tot heme quemen, doe waest ons leet, doe vel wi in de scure, doe quam Steven van Breeclab ende warp Henric, heren Heynen soen, mit enen murstene int hoeft, dat hi langhe lach voer doet. Doe vochten si van den hove ende wi weder opten hoef, doe waert Alard ghewondc, dat dede heme Wacker ende Ketelhods soene, die deden hem den doet, dies Wacker lijdt tallen tyde. Doe dit ghesciet was, doe secden si een onrecht landrecht te doenre rnit onrechten orde1 ende mit onrechten lantrechte, dat te rechte gheweest soud hebben toe Noerche, doe miin here van Orcha, siin kinder ende siin vrienden dat vernamen, doed bod ic, Henric van Horcha ende min kinder ende miin vrient ende driehondert man rnit ons Alards dode te wesen an den Heylighen onsculdich; doe ons dat niet helpen rnochte, bode wi over Alards dode hondert marc brunre Engels, des wi toe ende an Herman van Elde, den scouten, ende an Herman Polman, die doe ter tiid seker lude waren ende anders besceden luden, die in den lande saten, die dat witlic condech is; aldat en rnochte ons niet helpen, wine moesten houwen laten een wendmolen ende vier de beste huse, die wi hadde. Dese bodscap bracht ons her Vrederic van Rolle ende her Rolof van Ghete ende wouden sie dese versaken, so woude wi se betughen mit guden luden, daer si des ghelijd hadden dat also weerf als wi hiir segghent. Hiirboven hebben si ons ghehouwen: Henric voers. van Orcha ende ons kinder ende an onse goede ghescadet tot drie hondert marken toe brunre Enghels. Item Rolof van Langhelo an sinen gude te hondert marken. Item Johan van Orcha an sinen gude te XX marken toe. Item Rolof, sinen broder, XX marc brunre Enghels. Item Conrade van den Ghore ende sinen broder XL marc. Item Ot van Orcha ende siin broder XL marc. Item Clencken van Kovoerde ende siin broder te hondert marken toe. Item Johan van Echte ende Mensen ende Ecbrechten ghebrand ende ghescadet te tueen hondert marken toe.
Item Volkier ende siin broder te XL marken. Item Godekin van Echte X marc. Item Johan Kalf XX marc. De summe van den scade van deser van Orcha lopet op neghen hondert marc X, mer behalven menghe groet scade ende utecost, die wi ende ons hulpers buten hebben verdaen ende gheleden. Ende here, want ghi desen tuist anghesien hebt ende se ghearbeidet desen tuist ten besten te brenghen ende tusschen ons ende ons wedersaken ene vrede ende enen soen ghedeghedenckt ende ghi daer dat seghen in de hand hebt, so hebben si binnen desen vrede ende soene Alard Wacker, onsen hulper vrient ende onsen hoeftman gheslaghen, als wi datter wareyt willen brenghen, dat siid boven vrede ende boven zoen ghedaen hebben ende here, want si ons ghehouwen ende ghebracen hebben over landrecht, so is elc hus over C marc te broeke ende al dat wi ghedaen hebben dat wanboet na rechte olden landrechtg.
Hierna volgt nog, vermoedelijk zonder verband met het voorgaande tekstgedeelte:
Item Wessel van Onsslo, Steven knecht van Brekel, Johans knecht Clencken ontreet hi enen henxt, daerna lieten sien lopen ende hebben de henxt verder net bynnen syns heren vrede.
Voor de datering zie ook de resultaten van het onderzoek van zowel 0. D. J. Roemeling als A. N. de Vos van Steenwijk.
In 1327 op 22 september verkopen Jan Clencke en zijn zoon Gerard een pacht aan het convent van Dikninge en zeggen dat zij die zullen overdragen zodra zij weer veilig in Drenthe kunnen komen. En anders zullen zij te Vollenhove tekenen, samen met Otto van Norch en Coenraad van Goer.(van de Gore van Steenwijk)
In die tijd was de macht van de bisschop zeer beperkt geworden. Alleen het Nedersticht, Diepenheim en Kampen waren nog onder zijn macht.
In een lijst van inkomsten van de bisschop Utrecht van omstreeks 1335 staan de goederen van Hendrik van Norch vermeld, met een verdeling van de betaling over de rechthebbenden in 1335. Hendrik is dan kennelijk overleden. Als eerste worden genoemd Arnold zijn zoon en opvolger en als tweede zijn zoon Rudolf. Dan volgt Hille de dochter van Gerard, zijn al overleden broer. Daarna Rudolf Butruant, Folkert van Dwingelo en Johan Pipe. Deze zijn waarschijnlijk getrouwd met zusters van Hendrik, dus zijn zwagers van Hendrik. Daarna volgt Otto van Norch, die ook voor het geheel van de goederen wordt aangeslagen, zal dus een broer zijn van Hendrik.
Henric trouwde met
NN van NN.
Kinderen van Henric en NN:
2 Hendrick van Norch [
1.1.1.3.1.4.2.1.1.2.2], geboren omstreeks 1300. Hendrick is overleden in 1325, ongeveer 25 jaar oud.
Notitie bij Hendrick: Genoemd in een oorkonde van 07-09-1324 (ogd0283) waarin de namen worden genoemd van Drentse edelen die bisschop Jan van Diest zouden steunen tegen de Drenten. Het waren ridder Henric van Norch, diens zonen Arend, Henric en Roelof, Roelof van Langelo, Menso van Echten, Gerrit Clencke, zijn broer Jan Clencke, Otto van Norch, de zoons van vrouwe Ermgard (van Ruinen??) Volker en Rutger, Coenraad van de Ghoere, zijn broer Jan van den Ghoere en Echbrecht van Echten, de laatsten allen knapen. Zij zouden de bisschop van Utrecht en het Sticht van Utrecht trouw dienen en bijstaan. Zij zouden de oorlogsbuit met de bisschop delen en nooit een overeenkomst aangaan met de Drenthen buiten de bisschop om. De bisschop beloofde op zijn beurt hetzelfde met twee aanvullende getuigen, Henric van Eelde en Hendrik Polman. Vele jaren moesten de ondertekenaars buiten Drenthe blijven. Ze werden de "Lieden van Norch"genoemd. Zij stonden aan de zijde van de bisschop met als tegenpartij Reynold van Coevorden. Deze lieden van Norch, zo genoemd omdat de van Norchs de kennelijke aanvoerders waren, verbleven in Kampen.
3 Rudolphus (Roelof) van Norch [
1.1.1.3.1.4.2.1.1.2.3], geboren omstreeks 1300.
Notitie bij Rudolphus: Vermeld in een oorkonde van omstreeks 1335, ogd0340. Lijst van inkomsten van het domkapittel Utrecht. Zie bij Arnoldus van Norch.
Rudolf bezat het goed Haddinge in Een.
1.1.1.3.1.4.2.1.1.2.1 Arnoldus (Arend) van Norch is geboren omstreeks 1300, zoon van Henric (Heyne) van Norch, Heer van Kuinre van Orch en Emelweert (zie
1.1.1.3.1.4.2.1.1.2) en NN van NN.
Notitie bij Arnoldus: Oorkondenboek Groningen-Drenthe 340; omstreeks 1335.
Register van inkomsten van het Domkapittel te Utrecht.
Goederen van Henrici de Norch, waarvan de betalingen als volgt zijn verdeeld:
ten eerste Arnoldus 5 en een halve sc. van het goed Buninc in Snole, het gerecht in Norch en sommige goederen in Ede (Een) (Arnold was dus de opvolger van zijn vader in het gerecht en was dus de oudste zoon.)
Rodolphus, zijn broer, 4 en een halve sc. van het goed Haddinghe in Ede (Een)
Hilla Gerardi de Norch (Hille, de dochter van Gerard van Norch) 3 en een halve sc. van hetzelfde goed (van Hendrik die dus kennelijk overleden was)
Rudolf Butruant 6 b. en 1 cop. van het goed Bonekinc in Anlo;
De tienden in Borc, die heer Folkert en broer aan de parochie hebben verkocht, 2 sol. en een halve cop. Folkert van Dwingelo van het goed Rensinc in Anlo 15,5 sc.
Johan Pipe 2 sol. en een halve cop. van het goed genaamd Battinc.
Idem van dezelfde voorschreven goederen betaald jaarlijks Otto van Norch 13,5 sc. Ten eerste de tienden in Halen, met inbegrip van het klooster Dickninge, idem tienden in Ees in de parochie Borger, door burgers gekocht, Idem het goed genaamd Grudelinge dat nu in bezit is van Hille van Norch als opvolger van Gerard van Norch. idem het goed Gorthorst in de parochie Beilen die Reiynerus Heymighe koopt.
De familieverhouding tussen Otto en Hendrik is niet duidelijk. Het zijn geen broers, daar dit zeker vermeld zou zijn in deze oorkonde, waarschijnlijk halfbroers, en waarschijnlijk is het oorspronkelijke leengoed al in een eerdere generatie gesplitst.
Arnoldus trouwde, ongeveer 25 jaar oud, omstreeks 1325 met
NN van NN.
1.1.1.3.1.4.2.1.1.2.1.1 Lamme van Norch van Kuinre is geboren omstreeks 1325, dochter van Arnoldus (Arend) van Norch (zie
1.1.1.3.1.4.2.1.1.2.1) en NN van NN.
Notitie bij de geboorte van Lamme: geboortejaar aangenomen maar is onbekend
Lamme trouwde, ongeveer 25 jaar oud, in 1350 met
Roelof van Steenwijck, 18 of 19 jaar oud. Zie
1.1.1.3.1.4.1.3.1.1.1.2 voor persoonsgegevens van Roelof.
1.1.1.3.1.4.2.1.1.4 Gerard van Norch is geboren omstreeks 1270, zoon van Hendrik van Kuinre van Norch (zie
1.1.1.3.1.4.2.1.1). Gerard is overleden vóór 1335, ten hoogste 65 jaar oud.
Notitie bij Gerard: Ook vermeld als Gerard van Kuinre, geb omstreeks 1267 (our family histories)
In 1288 vermeld met zijn broer Otto. (J de Groot; Het geslacht de Vos van Steenwijk)
Kind van Gerard uit onbekende relatie:
1 Hille van Norch [
1.1.1.3.1.4.2.1.1.4.1].
1.1.1.3.1.4.2.1.1.5 Johanna van Norch is geboren omstreeks 1272, dochter van Hendrik van Kuinre van Norch (zie
1.1.1.3.1.4.2.1.1). Johanna is overleden vóór 1335, ten hoogste 63 jaar oud.
Johanna trouwde, ongeveer 18 jaar oud, omstreeks 1290 met
Johan Pipe Heer van Kuinre van Orch en Emelweert, ongeveer 20 jaar oud. Zie
1.1.1.3.1.4.2.1.2.1 voor persoonsgegevens van Johan.
Kinderen van Johanna en Johan:
1 Herman van Kuinre [
1.1.1.3.1.4.2.1.1.5.1], geboren omstreeks 1290. Herman is overleden vóór 1337, ten hoogste 47 jaar oud.
Notitie bij Herman: Vastgelegd in een oorkonde van 24 juli 1331 door graaf Willem van Holland dat Herman gezamenlijk met zijn broer Johan, hun vaderJohan na zijn dood zullen opvolgen als Heer van Kuinre enz.
1.1.1.3.1.4.2.1.1.5.2 Johan (Pipe van Steenwijk) van Kuinre is geboren omstreeks 1295, zoon van Johan Pipe Heer van Kuinre van Orch en Emelweert (zie
1.1.1.3.1.4.2.1.2.1) en Johanna van Norch (zie
1.1.1.3.1.4.2.1.1.5). Johan is overleden omstreeks 1345, ongeveer 50 jaar oud.
Notitie bij Johan: Johan wordt ook vermeld als Jan Pipe van Steenwijck.
zie ook ourfamilyhistories.com I 140839
Johan is (zeer waarschijnlijk) dezelfde persoon als Johan Pipe, vermeld in een oorkonde van 1327, goederenlijst van de bisschop van Utrecht, bij de verdeling van de opbrengsten van de Norgse leengoederen als gevolg van het overlijden van Hendrik van Norch, broer van Johanna.
In een oorkonde van 19 mei 1315 doen Herman van Voorst en Johan, zoon van Volrad, samen met anderen, uitspraak in een geschil tussen Johan van der Ese en Herman van Kuinre.
Oorkonde van 24 juli 1331. Wy, Willem, Grave enz.maken cond enz. dat wij Heren Janne van Kuynre, Ridder, verleen al zulc goed, alse Heynric (Heyne) van Kuynre, zijn neve, van ons te lene hield, dats te wetenen, al dat gheregt van Kuynre.
Johan trouwde, ongeveer 23 jaar oud, omstreeks 1318 [
bron: Our family histories] met
Luitgardis van Voorst.
Kinderen van Johan en Luitgardis:
3 Hendrik van Kuinre [
1.1.1.3.1.4.2.1.1.5.2.3], geboren omstreeks 1325. Hendrik is overleden na 1355, minstens 30 jaar oud.
Notitie bij Hendrik: Vermeld in 1355 als broer van Johan en neef van Johan.
Ook vermeld als Hendrik de Rover van Vianen (our family histories), overleden voor 1374.
1.1.1.3.1.4.2.1.1.5.2.1 Johan II van Kuinre is geboren omstreeks 1319, zoon van Johan (Pipe van Steenwijk) van Kuinre (zie
1.1.1.3.1.4.2.1.1.5.2) en Luitgardis van Voorst. Johan is overleden omstreeks 1361, ongeveer 42 jaar oud.
Notitie bij Johan: Omstreeks 1345 heer van Kuinre geworden na de dood van zijn vader.
Komt voor in een oorkonde van 20 maart 1347 als getuige en ook in 1349.
1352; Verdrag tussen de bisschop van Utrecht en de heer van Kuinre dat gestrande kooplieden op de kust van Vollenhove in bescherming zullen worden genomen.
1355; Johan van Kuinre zegelt op 6 juli een overeenkomst van zijn neven Hendrik en Johan met het klooster te Haske.
1357; uitspraak van een geschil tussen de stad Hamburg en Johan van Kuinre door de schepenen van Kampen.
1360; De stad Deventer zend een klacht naar de bisschop van Utrecht, die in Hardenberg verblijft, over het aanvallen van kooplieden op zee bij Kuinre.
1361; Opstand van de bewoners van Stellingwerf en Steenwijkerwold tegen de bisschop van Utrecht, welke door de bisschop bloedig wordt onderdrukt.
In een lijst van leenmannen van de bisschop van Utrecht uit 1379/1380 komt een Jan van Kuinre, ridder, voor met leengoederen in de kerspelen Olst en ter Wolde en bij Holten. Mogelijk dezelfde persoon als Johan II. De overlijdensdarum moet dan later worden gesteld.
Ook vermeld Hildegonde, dochter van Heer Jan van Kuinre, met leengoederen in Scherpenzeel, dat gelegen is in het kerspel Olst, waarbij als hulder voor haar optrad Jan Splitolf.
Johan bleef kinderloos. Johan trouwde met
NN van NN.
1.1.1.3.1.4.2.1.1.5.2.2 Herman I van Kuinre is geboren omstreeks 1320, zoon van Johan (Pipe van Steenwijk) van Kuinre (zie
1.1.1.3.1.4.2.1.1.5.2) en Luitgardis van Voorst. Herman is overleden vóór 1383, ten hoogste 63 jaar oud.
Notitie bij overlijden van Herman: Moet voor 1377 zijn overleden, omdat uit een oorkonde uit dat jaar een Herman van Kuinre als heer van Kuinre en knape wordt vermeld.
Notitie bij Herman: Volgt in 1363 zijn broer Johan op als heer van Kuinre.
Vermeld in een oorkonde van 1371 waarin hij, samen met zijn vrouw Mechteld en zuster Aleid, erkend dat hij 42 morgen land in Mastenbroek bij Ysselmuiden en dat heer Volradsgoed wordt genoemd, heeft verkocht aan Johan van Putten.
(Volrad was zijn overgrootvader)
Vermeld in een oorkonde van 1383 waarin bisschop Floris van Utrecht hem ontzegt in zijn aanspraak op het goed te Wijnvoorden onder het kerspel Vorachten.
Herman trouwde met
Mechteld van der Ese. Mechteld is een dochter van
Boldewijn van der Ese.
Notitie bij Mechteld: Vermeld 4 november 1370
Kinderen van Herman en Mechteld:
1 Aleid van Kuinre [
1.1.1.3.1.4.2.1.1.5.2.2.1], geboren omstreeks 1352.
2 Luitgard van Kuinre [
1.1.1.3.1.4.2.1.1.5.2.2.2], geboren omstreeks 1354.
3 Johan van Baerlo van Kuinre [
1.1.1.3.1.4.2.1.1.5.2.2.3], geboren omstreeks 1350. Johan is overleden vóór 1376, ten hoogste 26 jaar oud.
Notitie bij Johan: Was ridder in 1376; zie bij Herman I.
Een jaar later wordt Johans broer Herman als heer van Kuinre, knape, vermeld.
Johan moet dan overleden zijn evenals vader Herman I.
1.1.1.3.1.4.2.1.1.5.2.2.4 Herman II van Kuinre is geboren omstreeks 1355, zoon van Herman I van Kuinre (zie
1.1.1.3.1.4.2.1.1.5.2.2) en Mechteld van der Ese. Herman is overleden omstreeks 1410, ongeveer 55 jaar oud.
Notitie bij Herman: mei 1376; een zoenbrief op initiatief van Deventer en Kampen tussen Kuinre en de stad Hamburg, ondertekend door Herman, heer van Kuinre, Johan van Kuinre, ridder, Henric van Essen (van der Ese) de olde, Henric van Essen de jonge, Coep Wynkenszoon, Johan Haghen en Hugo van der Halle de jonge.
Uit gemeentearchief Kampen: 12 februari 1377; Herman, heer van Kuinre, knape, verleent tolvrijheid aan de kooplieden van Kampen, over land of over water, behalve voor schepen met een roer, waarvoor wel tolgeld moet worden betaald.
Uit Deventer Cameraarsrekening: In 1383 vergadert bisschop Floris van Wevelinghoven in Vollenhove met door de stad Deventer gezonden afgevaardigden omtrent het gedrag van opstandige Friezen van Mirdum die onder leiding van Herman II van Kuinre een jaar eerder Vollenhove hadden aangevallen. (Mirdum = Meretha in de oorkonde waarbij Coenraet van Oric dit gebied in leen verkreeg)
Einde maart 1385 stelt graaf Herman op schrift wat het recht is van de heren van Kuinre over de buren (ingezetenen) van Kuinre, zoals dat van ouds geweest is en voor de toekomst recht zal blijven. Een prachtig dokument over de gang van zaken in zijn ambtsgebied. (Int erste soe set die heer van Cuynre sijnen scultet ende synen scepen ende die scoltet synen scepen ende die bure hoeren scepen, ende wat die drie scepen wysen, daer en is geen wedersegghen; enzovoorts.)
Bij brief van 26 oktober 1387 verzoent Herman van Kuinre zich met Amsterdam met ondertekening als getuigen door de schepenen en raden van Kampen en Zwolle.
Op 29 augustus 1396 trok Hertog Albrecht van Beieren met zijn oudste zoon Willem van Oestervant en zijn jongere zoon Albrecht met een groot leger uit verschillende landen, komende vanuit Enkhuizen, ten strijde tegen de opstandige Stellingvriezen. Albrecht won de strijd bij Schoterzijl en voerde de verslagen Herman II van Kuinre en zijn zoons Johan, Hendrik en Herman gevankelijk naar Holland. De ridders aan Hollands zijde staan vermeld in het Wapenboek van Beieren, met het wapenschild dat zij droegen.
Mr. Burchard Joan van Hattum vermeld in zijn Geschiedenissen der Stad Zwolle, eerste deel, tweede stuk, over de grote en zware klachten, die in het jaar 1397 door de inwoners van de heerlijkheid Kuinre, tegen de dwingelandij van hun heer Harmen zijn ingebracht en verspreid, hetgeen bisschop Frederik van Blankenheim een goede gelegenheid verschafte om die heerlijkheid aan Overijssel te hechten. (Hier wordt dus gezegd dat Kuinre niet tot Overijssel, het Oversticht, behoorde.) De Heer van Kuinre, volgens het verhaal van sommigen, het onweer voorziende, en bemerkende dat men hem van zijn goederen wilde beroven, toonde zich bereidwillig om Kuinre te verkopen. Op de 3e mei 1397 verkocht hij zijn goed aan Frederik van Blankenheim voor 400 oude schilden met erfpachtsrechten. In hetzelfde jaar is dit nog veranderd in éénmalig 6200 oude schilden die hij te Kampen, Vollenhove of waar ook elders waar hij wilde, in het jaar 1407 zou kunnen ontvangen, wanneer de overdracht ook moest gebeuren.
Bij brief van 7 juni 1405 krijgen de onderdanen van graaf Herman van Kuinre, zijnde de inwoners van Kuinre en Veenhuizen (even ten westen van Kuinre), een vrijgeleide (paspoort) van Willem VI van Holland, gedurende een tijd van vier jaar, om overal in het land veilig te kunnen zitten, komen, varen, verblijven en vertrekken met
Herman trouwde, ongeveer 20 jaar oud, omstreeks 1375 met
Hillegonda van Heekeren van Rechteren.
Kinderen van Herman en Hillegonda:
2 Johan van Kuinre [
1.1.1.3.1.4.2.1.1.5.2.2.4.2], geboren omstreeks 1380. Johan is overleden vóór 1407, ten hoogste 27 jaar oud.
1.1.1.3.1.4.2.1.1.5.2.2.4.1 Hendrick van Kuinre is geboren omstreeks 1375, zoon van Herman II van Kuinre (zie
1.1.1.3.1.4.2.1.1.5.2.2.4) en Hillegonda van Heekeren van Rechteren.
Notitie bij Hendrick: 22 augustus 1407. Hendrik van Kuynre en zijn zoons Herman en Henric van Kuynre verklaren voor het gerecht van Kuynre, bestaande uit de schulte Syrcke Nollenszoon en de schepenen Otto Albertszoon en Johan die Wyke, dat zij aan Frederick van Blankenheim, de bisschop van Utrecht, ten behoeve van het sticht en de kerk van Utrecht hebben verkocht de heerlicheit Kuynre met dat huys met den berghe en alles wat daarbij behoort. Getuigen: Johan van Voorst, Johan van Buckhorst, Johan van den Clooster, Diederick de Zuer, Hendrick van der Eze, Zweder van der Eze, Hendrick van Haersolte en Herman van Haersolte, maghen en vrienden van de van Kuynres.
Kinderen van Hendrick uit onbekende relatie:
1 Herman III van Kuinre [
1.1.1.3.1.4.2.1.1.5.2.2.4.1.1]. Herman is overleden in 1438.
Notitie bij Herman: Zie Wikipedia: https://nl.wikipedia.org/wiki/Adriaan_Freys_van_Kuinre
Zijn vader was een zoon van Hendrik Freys van Dolre, die in 1399 beleend werd met Ubbelschoten in het Eemland. Zijn moeder was een dochter van Herman III van Kuinre (-1438) heer van Urk en Emelwaard in 1415 drost van Salland, kastelein van slot Vollenhove en in 1425 schout en rentmeester van Vollenhove en Oda van Wilp (-1405)
2 Hendrik van Kuinre [
1.1.1.3.1.4.2.1.1.5.2.2.4.1.2].
1.1.1.3.1.4.2.1.1.5.2.2.4.3 Herman van Kuinre is geboren omstreeks 1385, zoon van Herman II van Kuinre (zie
1.1.1.3.1.4.2.1.1.5.2.2.4) en Hillegonda van Heekeren van Rechteren. Herman is overleden in 1438, ongeveer 53 jaar oud.
Notitie bij Herman: 1405; Willem VI beleent Herman van Kuinre, bij opdracht van de vrouwe van Voorst, met de heerlijkheid Orck aan de zuidzijde der kerk, dat geheten is de Delf, en half Emelwaarde.
1412; Willen VI beleent Herman van Kuinre met de heerlijkheden Urk en Emeloord, bij opdracht van Dirk van Swieten.
1417; Vrouwe Jacoba van Beieren beleent Herman van Kuinre met Urk en Emelwaarde.
1436; idem door Philips van Bourgondie.
Herman trouwde, ongeveer 25 jaar oud, omstreeks 1410 met
Oede van Welp.
Notitie bij Oede: Vermeld in een oorkonde van 1415; bevestiging van lijftocht ten behoeve van jonkvrouw Oede van Welp, echtgenoot van Herman van Kuinre, aan de thijnsen van Emelwaarde en van het monnikenland van Urk.
1.1.1.3.1.4.2.1.1.5.2.2.4.3.1 Aleid van Kuinre is geboren omstreeks 1410, dochter van Herman van Kuinre (zie
1.1.1.3.1.4.2.1.1.5.2.2.4.3) en Oede van Welp. Aleid is overleden omstreeks 1480, ongeveer 70 jaar oud.
Notitie bij Aleid: 1438; Hertog Philips van Bougondie beleent jonkvrouw Aleid, dochter van Herman van Kuinre, bij de dood van haar vader, met Urk en Emelweerd.
Aleid trouwde met
Evert Freyse van Stroewijck.
Kinderen van Aleid en Evert:
1 Hendrick van Stroewijck [
1.1.1.3.1.4.2.1.1.5.2.2.4.3.1.1]. Hendrick is overleden in 1474.
2 Adriaan van Stroewijck [
1.1.1.3.1.4.2.1.1.5.2.2.4.3.1.2]. Adriaan is overleden omstreeks 1476.
1.1.1.3.1.4.2.1.1.5.2.2.4.4 Cunegonda van Kuinre is geboren omstreeks 1395, dochter van Herman II van Kuinre (zie
1.1.1.3.1.4.2.1.1.5.2.2.4) en Hillegonda van Heekeren van Rechteren. Cunegonda trouwde, ongeveer 30 jaar oud, omstreeks 1425 met
Gerard (Geryt) van Arnhem, ongeveer 35 jaar oud. Gerard is geboren in 1390. Gerard is overleden in 1436, 45 of 46 jaar oud.
Notitie bij Gerard: Vermeld als ridder.
Kind van Cunegonda en Gerard:
1.1.1.3.1.4.2.1.1.5.2.2.4.4.1 Wijnand van Arnhem is geboren in 1425, zoon van Gerard (Geryt) van Arnhem en Cunegonda van Kuinre (zie
1.1.1.3.1.4.2.1.1.5.2.2.4.4). Wijnand is overleden op 27-02-1486, 60 of 61 jaar oud.
Notitie bij Wijnand: Ook vermeld als wijnand van Presikhaaf, ridder van Jeruzalem.
Schepen van Arnhem 1459-1462, burgemeester van 1462-1475.
Wijnand trouwde, 27 of 28 jaar oud, in 1453 met
Sophia van Hekeren. Sophia is een dochter van
Frederik van Heeckeren genaamd van Rechteren en
Cunegonda van Polanen.
Sophia is overleden op 16-11-1509 in
Arnhem.
Notitie bij Sophia: Vermeld als sophia van Hekeren van Rechteren en Voorst.
Kind van Wijnand en Sophia:
1.1.1.3.1.4.2.1.1.5.2.2.4.4.1.1 Johan van Arnhem is geboren in 1459, zoon van Wijnand van Arnhem (zie
1.1.1.3.1.4.2.1.1.5.2.2.4.4.1) en Sophia van Hekeren. Johan is overleden op 12-12-1531, 71 of 72 jaar oud.
Hij is begraven in
Klooster Mariendaal.
Notitie bij Johan: Heer van Kernhem; ridder, schepen van Arnhem; schout van de stad Geldern 1505;
Johan trouwde, 24 of 25 jaar oud, in 1484 met
Aleyd van Bemmel. Aleyd is een dochter van
Aalbert van Bemmel en
Stijne Valckenaer.
Aleyd is overleden op 31-03-1543 in
Ede.
Zij is begraven in
Klooster Mariendaal.
1.1.1.3.1.4.2.1.1.5.2.2.4.4.1.1.1 Zeger van Arnhem is geboren op 26-06-1502, zoon van Johan van Arnhem (zie
1.1.1.3.1.4.2.1.1.5.2.2.4.4.1.1) en Aleyd van Bemmel. Zeger is overleden op 15-08-1557, 55 jaar oud.
Hij is begraven in
Ede.
Notitie bij Zeger: Heer van Kernhem; ridder; raad des hertogs; raad des keizers 1538.
Zeger trouwde, 41 jaar oud, op 12-09-1543 met
Catharina van Honnepel. Catharina is een dochter van
Hendrik van Honnepel en
NN van Goor.
Catharina is weduwe van
Reijnier van Voorst tot Doornenburg (ovl. 56).
Kind van Zeger en Catharina:
1.1.1.3.1.4.2.1.1.5.2.2.4.4.1.1.1.1 Carel van Arnhem is geboren op 24-08-1551, zoon van Zeger van Arnhem (zie
1.1.1.3.1.4.2.1.1.5.2.2.4.4.1.1.1) en Catharina van Honnepel. Carel is overleden op 20-09-1621 in
Ede, 70 jaar oud.
Hij is begraven in
Ede.
Notitie bij Carel: Ridder; burgemeester van Arnhem 1576-1614.
Raad van het Fürstendom Gelre, gecommiteerde ter Generaliteit 1582;
Kind van Carel uit onbekende relatie:
1.1.1.3.1.4.2.1.1.5.2.2.4.4.1.1.1.1.1 Sicamber van Arnhem is geboren vóór 1575, zoon van Carel van Arnhem (zie
1.1.1.3.1.4.2.1.1.5.2.2.4.4.1.1.1.1). Sicamber is overleden omstreeks 1657, minstens 82 jaar oud.
Notitie bij Sicamber: Bastaardzoon van Carel; schout van Rheden 1626-1633
Sicamber trouwde met
Berendina Staveren.
1.1.1.3.1.4.2.1.1.5.2.4 NN Pipe van Steenwijk is geboren omstreeks 1330, zoon van [waarschijnlijk] Johan (Pipe van Steenwijk) van Kuinre (zie
1.1.1.3.1.4.2.1.1.5.2) en Luitgardis van Voorst.
Notitie bij NN: Een mogelijke nazaat kan zijn : Wicher Pippinges te Zuidvelde, vermeld in het erfbelastingregister van omstreeks 1450.
Ook de vermelde Cone Pedeling (Coenraad Pelinck) is vermoedelijk een nazaat van Steenwijk of van Kuinre.
NN trouwde met
Fosse Sijgers. Fosse is geboren omstreeks 1335 in
Roden.
Notitie bij Fosse: Ook vermeld als Fosse Pype in een oorkonde van 24-06-1408 wanneer haar dochter Ghysele haar opvolgt als leenvrouwe van het Mensingegoed in Roden.
1.1.1.3.1.4.2.1.1.5.2.4.1 Ghysele Pipe van Steenwijk is geboren omstreeks 1355, dochter van NN Pipe van Steenwijk (zie
1.1.1.3.1.4.2.1.1.5.2.4) en Fosse Sijgers. Ghysele is overleden in 1433, ongeveer 78 jaar oud.
Zij is begraven op 02-08-1433.
Notitie bij Ghysele: Vermeld op 14-06-1408 als Ghyszele Hiddinges als opvolgster van haar moeder die het Mensingegoed in Roden in leen had. Hulder is haar zoon Herman Hidding.
Ghysele trouwde, ten hoogste 20 jaar oud, vóór 1375 met
Johan Alards Hiddingh, ten hoogste 20 jaar oud. Johan is geboren omstreeks 1355, zoon van
Allardus Hiddingh. Johan is overleden vóór 01-11-1406, ten hoogste 51 jaar oud.
Notitie bij Johan: Zie ook: http://www.homanfree.nl/hidding/hidding-frm2.htm
Kinderen van Ghysele en Johan:
2 Johan Hiddingh [
1.1.1.3.1.4.2.1.1.5.2.4.1.2], geboren omstreeks 1378. Johan is overleden na 1440, minstens 62 jaar oud.
Notitie bij Johan: Vermeld in 1419 als pastoor in Ruinen.
1.1.1.3.1.4.2.1.1.5.2.4.1.1 Herman Hiddingh is geboren omstreeks 1376, zoon van Johan Alards Hiddingh en Ghysele Pipe van Steenwijk (zie
1.1.1.3.1.4.2.1.1.5.2.4.1). Herman is overleden in 1433, ongeveer 57 jaar oud.
Notitie bij Herman: Leenman van Mensingegoed te Roden.
Vermeld in 1408 als hulder voor zijn moeder Ghijssele Hiddinges.
Vermeld in 1424 als wonende in Rolde. In 1428 wordt vermeld dat Herman Hiddinge Pypen en Herman Ottens een geschil hebben met Arent den Boezen over een erfenis te Groningen. In 1431 heeft Herman Hiddinge een geschil met Johan Pypen. In 1433 is hij kennelijk overleden, wanneer er wordt gesproken van een brief die Herman Hidding bezegeld zou hebben.
Kinderen van Herman uit onbekende relatie:
1 Herman Hiddingh [
1.1.1.3.1.4.2.1.1.5.2.4.1.1.1], geboren omstreeks 1400. Herman is overleden in 1453, ongeveer 53 jaar oud.
Notitie bij Herman: Volgt in 1433 zijn vader op als leenman van Mensinge te Roden.
In 1443 vermeld als getuige.
1.1.1.3.1.4.2.1.1.5.2.4.1.1.2 Johan (Pipe) Hiddingh is geboren omstreeks 1405, zoon van Herman Hiddingh (zie
1.1.1.3.1.4.2.1.1.5.2.4.1.1). Johan is overleden in 1478, ongeveer 73 jaar oud.
Notitie bij Johan: Uit de aantekeningen van Egbert Pelinck te Norg:
Johan Hiddinck, geheten Pipe, verkrijgt in 1439 "dat erve geheiten Tybbinge guet gelegen in den kerspel van Norch, myt allen sijnen thoebehoren".
Uit een oorkonde van 1440:
Johan Hiddinge verklaart te hebben verkocht aan Clauweze Florisz., zijn vrouw Marie en hun beider kinderen een jaarlijkse rente van drie mud rogge uit een kwart van Helminge-goed, gelegen aan de noordkant van de buurschap Een. Tevens verklaart hij hem daarvoor de stok gelegd te heb-ben voor buren van Een, te weten Bartolt Maghes, Johan Wickinge, Roelof Kijsemer en anderen. Als scheidslieden waren daarbij aanwezig Wigbolt Heijnens en Johan Hidding, de zoon van Pijpe. Bezegeld door Evert Everdinge, vice-cureit van Norg.
Volgt in april 1454 zijn overleden broer Herman op als leenman van Mensingegoed te Roden.
Kind van Johan uit onbekende relatie:
1.1.1.3.1.4.2.1.1.5.2.4.1.1.2.1 Johan de jonge Hiddingh is geboren omstreeks 1425, zoon van Johan (Pipe) Hiddingh (zie
1.1.1.3.1.4.2.1.1.5.2.4.1.1.2). Johan is overleden na 1491, minstens 66 jaar oud.
Notitie bij Johan: Mogelijk vermeld in een oorkonde van november 1491:
Johan van Stee(nwijk) verklaart verkocht te hebben aan Bartolt Knasse het erf geheten Campinge, gelegen in het kerspel Norg en Veenhuizen in de marken Een en Donderen, bestaande uit landerijen, veen en een waardeel. Hij verklaart dat op dit erf is blijven rusten een rente van zes mud rogge per jaar, te betalen aan Focke Renghers en zijn vrouw (de afkoopsom van die rente bedraagt per mud twintig gouden Arnhemse guldens). Hij verklaart hiervoor de stok aan hem gelegd te hebben voor buren van N(org), te weten (J)ohan Hidding, Henrick Haijnge en anderen. Bezegeld door Johan van Steenwijk.
Kinderen van Johan uit onbekende relatie:
2 Barelt Hiddingh [
1.1.1.3.1.4.2.1.1.5.2.4.1.1.2.1.2], geboren omstreeks 1447.
Notitie bij Barelt: Zie bij Roelof.
1.1.1.3.1.4.2.1.1.5.2.4.1.1.2.1.1 Roelof Hiddingh is geboren omstreeks 1445, zoon van Johan de jonge Hiddingh (zie
1.1.1.3.1.4.2.1.1.5.2.4.1.1.2.1).
Notitie bij Roelof: Vermeld in een oorkonde van 1487:
De gebroeders Johan, Henric en Arnt van Steenwijk, en Wolter van Lennep, namens zijn vrouw Mechtelt en haar zuster Femme, verklaren tezamen verkocht te hebben aan Bartolt Knasse het Hoeynghe-erve te Een, bestaande uit huis, hof, landerijen en een waardeel, dat nu in pacht is bij Roelof Jonge Johans. Het erf is gelegen in het kerspel van Norg en Veenhuizen in de marke Een. De verkopers verklaren hiervoor de stok aan Bartolt Knasse gelegd te hebben voor buren van Een, te weten Roelof Baijens, Johan Barldeszoen, Henric Mettens, Barelt Jonge Johans, de broer van Roelof en andere getuigen. Bezegeld door Johan van Steenwijk, namens zijn broers, door Wolter van Lennep, namens de zusters Mechtelt en Femme van Steenwijk, en door Arnt van Hueswerden, rentmeester van Coevorden
Kind van Roelof uit onbekende relatie:
1.1.1.3.1.4.2.1.1.5.2.4.1.1.2.1.1.1 Hendrik Hiddingh is geboren omstreeks 1490, zoon van [waarschijnlijk] Roelof Hiddingh (zie
1.1.1.3.1.4.2.1.1.5.2.4.1.1.2.1.1).
Notitie bij Hendrik: Hendrik moet een nakomeling zijn van Jan of Johan Hidding die vermeld wordt in een belastingregister op de erven welke is opgemaakt omstreeks 1450.
Kinderen van Hendrik uit onbekende relatie:
1.1.1.3.1.4.2.1.1.5.2.4.1.1.2.1.1.1.1 Harmen Hendriks Hiddingh is geboren omstreeks 1515, zoon van Hendrik Hiddingh (zie
1.1.1.3.1.4.2.1.1.5.2.4.1.1.2.1.1.1). Harmen:
(2) trouwde met
Arnt Zellen. Arnt is geboren omstreeks 1525. Arnt is overleden na 1566, minstens 41 jaar oud.
Arnt is weduwe van Roelof Hendriks Hiddingh (±1520-vóór 1553), zie
1.1.1.3.1.4.2.1.1.5.2.4.1.1.2.1.1.1.2.
1.1.1.3.1.4.2.1.1.5.2.4.1.1.2.1.1.1.2 Roelof Hendriks Hiddingh is geboren omstreeks 1520, zoon van Hendrik Hiddingh (zie
1.1.1.3.1.4.2.1.1.5.2.4.1.1.2.1.1.1). Roelof is overleden vóór 1553, ten hoogste 33 jaar oud.
Notitie bij Roelof: Oorkonde van 11 juli 1566:
Haco Hinricks, schulte van Norg en Veenhuizen, oorkondt dat Arent Zellen, weduwe van Roelof Hiddinge, en Jacob Willems, mede namens de andere voogden van de kinderen van wijlen Roelof Hiddinge, de erfgenamen van Reinold van Burmania en zijn vrouw Elisabeth hebben laten "bepanden" en "anpanden" wegens de helft van de 200 gulden, die aan het convent van wege het erf te Veenhuizen betaald zijn, en wegens de helft van de koopsom van de woeste landerijen aldaar, door Reinold van hen gekocht; dat er geen pandwering op gedaan is op de rechtszitting, waarbij als erfburen aanwezig waren Hiddinck Hiddinks, Evert Eising, Haijnghe Florijs, Pieter Barels en anderen. De schulte oorkondt vervolgens dat hij voor de goederen (met inachtneming der voorschriften) aan hen (ten behoeve van de kinderen van Roelof Hiddinge) de stok gelegd heeft voor de buren, te weten Haijnghe Florijs, Evert Eising, Pieter Barels en anderen. Bezegeld door Haco Hinricks, schulte te Norg.
Arent Zellen, weduwe van Roelof Hiddinge, als moeder en voogdes, en Jacob Willems, mede namens de andere voogden over de kinderen van Roelof Hiddinge, namelijk Johan en Reinier, verklaren verkocht te hebben aan Wigbold van Ewsum, heer van Nienoord, de landerijen die zij via uitpanding verkregen hebben van de erven van Reinold van Burmania. Ze verklaren hiervoor de stok gelegd te hebben aan de volmacht van Wigbold van Ewsum voor de erfburen, te weten Hindrik Hiddinck, Evert Eising, Haijnghe Florijs en anderen. Bezegeld door Haco Hinricks, schulte van Norg en Veenhuizen.
Roelof trouwde met
Arnt Zellen. Arnt is geboren omstreeks 1525. Arnt is overleden na 1566, minstens 41 jaar oud.
Arnt trouwde later met Harmen Hendriks Hiddingh (geb. ±1515), zie
1.1.1.3.1.4.2.1.1.5.2.4.1.1.2.1.1.1.1.
Kinderen van Roelof en Arnt:
1 Johan Hiddinge [
1.1.1.3.1.4.2.1.1.5.2.4.1.1.2.1.1.1.2.1], geboren omstreeks 1545.
2 Reinier Hiddinge [
1.1.1.3.1.4.2.1.1.5.2.4.1.1.2.1.1.1.2.2], geboren omstreeks 1550.
1.1.1.3.1.4.2.1.1.5.2.4.1.1.3 Fosse Hiddingh is geboren omstreeks 1410, dochter van Herman Hiddingh (zie
1.1.1.3.1.4.2.1.1.5.2.4.1.1).
Notitie bij Fosse: Verkrijgt in 1478 het landgoed Mensinge te Roden van haar overleden broer Johan.
Fosse trouwde met
Wigbold Sijghers.
1.1.1.3.1.4.2.1.1.5.2.4.1.3 Arp Johans Hiddingh is geboren omstreeks 1380, zoon van Johan Alards Hiddingh en Ghysele Pipe van Steenwijk (zie
1.1.1.3.1.4.2.1.1.5.2.4.1). Arp is overleden na 1415, minstens 35 jaar oud.
Notitie bij Arp: Woonde op Mensingegoed in Roden.
Kinderen van Arp uit onbekende relatie:
2 Hindrik Hiddingh [
1.1.1.3.1.4.2.1.1.5.2.4.1.3.2], geboren omstreeks 1412.
1.1.1.3.1.4.2.1.1.5.2.4.1.3.1 Johan Arps (Allards) Hiddingh is geboren omstreeks 1410, zoon van Arp Johans Hiddingh (zie
1.1.1.3.1.4.2.1.1.5.2.4.1.3). Johan is overleden vóór 1483, ten hoogste 73 jaar oud.
Notitie bij Johan: Was schulte van Rolde tussen 1462 en 1469.
In een oorkonde van 1492 wordt een verdeling van de goederen vermeld.
Johan trouwde met
Aleit.
Notitie bij Aleit: Zij hertrouwd na de dood van haar man Johan met zijn broer Hindrik.
Kinderen van Johan en Aleit:
1.1.1.3.1.4.2.1.1.5.2.4.1.3.1.1 Johan Hiddingh is geboren omstreeks 1430, zoon van Johan Arps (Allards) Hiddingh (zie
1.1.1.3.1.4.2.1.1.5.2.4.1.3.1) en Aleit. Johan is overleden na 1492, minstens 62 jaar oud.
Notitie bij Johan: Schulte van Rolde van 1460 tot 1480.
Johan trouwde met
Hille Lunsche. Hille is een dochter van
Jacob Lunsche.
1.1.1.3.1.4.2.1.1.5.2.4.1.3.1.1.1 Willem Johans Hiddingh is geboren omstreeks 1460, zoon van Johan Hiddingh (zie
1.1.1.3.1.4.2.1.1.5.2.4.1.3.1.1) en Hille Lunsche. Willem is overleden in 1532, ongeveer 72 jaar oud.
Notitie bij Willem: Schulte van Rolde. Ette van Rolde vanaf 1515, vermeld in meerdere perioden.
Willem trouwde met
Talle Dissinck. Talle is een dochter van
Egbert Dissinck.
Kinderen van Willem en Talle:
2 Jan Wilms Hiddingh [
1.1.1.3.1.4.2.1.1.5.2.4.1.3.1.1.1.2], geboren omstreeks 1505.
Notitie bij Jan: Ette, van Rolde op verschullende tijdstippen tussen 1546 en 1558.
1.1.1.3.1.4.2.1.1.5.2.4.1.3.1.1.1.1 Willem Wilms Hiddingh is geboren omstreeks 1503, zoon van Willem Johans Hiddingh (zie
1.1.1.3.1.4.2.1.1.5.2.4.1.3.1.1.1) en Talle Dissinck. Willem is overleden vóór 1554, ten hoogste 51 jaar oud.
Willem:
(1) trouwde, ongeveer 17 jaar oud, omstreeks 1520 met
NN.
(2) trouwde, ongeveer 37 jaar oud, omstreeks 1540 met
Johanna Valcke.
Kinderen van Willem en NN:
1 Bastiaan Hiddingh [
1.1.1.3.1.4.2.1.1.5.2.4.1.3.1.1.1.1.1].
2 NN Hiddingh [
1.1.1.3.1.4.2.1.1.5.2.4.1.3.1.1.1.1.2].
3 Johan de olde Hiddingh [
1.1.1.3.1.4.2.1.1.5.2.4.1.3.1.1.1.1.3], geboren omstreeks 1525.
Notitie bij Johan: Mogelijk vermeld 1569 als voogd van Hendrikje Knasse, weduwe van Joachim Lunsche.
1.1.1.3.1.4.2.1.1.5.2.4.1.3.1.2 NN Hiddingh is geboren omstreeks 1432, zoon van Johan Arps (Allards) Hiddingh (zie
1.1.1.3.1.4.2.1.1.5.2.4.1.3.1) en Aleit. NN is overleden vóór 1492, ten hoogste 60 jaar oud.
NN trouwde met
Wobbe Avinge. Wobbe is geboren omstreeks 1438, dochter van Tideman (Tymen) Avinge. Wobbe trouwde later met
Johan Bavinge.
Kinderen van NN en Wobbe:
1 Johan Hiddingh (Avinge) [
1.1.1.3.1.4.2.1.1.5.2.4.1.3.1.2.1], geboren omstreeks 1450.
Notitie bij Johan: Uit een oorkonde van 1492:
Nese Avinge en Johan Bavinge, echtgenoot van Wobbe Avinge, en Johan Hidding, zoon van Wobbe Avinge, verklaren verkocht te hebben, mede namens Hillebrand, de broer van Johan Hidding, aan Johan Knasse en zijn vrouw Henrick een halve waar in de marke Vries. Hiervoor verklaren zij aan Johan Knasse de stok gelegd te hebben voor buren van Vries, te weten Johan Bensinge en Hermen Campinge en anderen. Bezegeld door Johan Hiddinge, schulte te Rolde.
Oorkonde van 10 maart 1512:
Johan Hiddinck Avinge, schulte van Vries, en Hubbelt Campinge verklaren als arbiters in het geschil tussen Sibrand Smit en Hendrick Knasse dat Sibrand Smit heeft overgegeven aan Henrick Knasse bijna zes van de twaalf mud land, die hij gekocht had van Dutmer Renghers, en haar daarvoor de stok had gelegd voor buren van Vries, te weten Roelof Leerdinghe, Johan Dykinge en anderen (alleen de halve waar wilde hij zelf behouden). Aangezien Sibrand Smit overleden is, bevestigen Gert en Herman Smit deze overdracht. Bezegeld door Johan Hiddinck Avinge, schulte van Vries.
2 Hillebrandt Hiddingh [
1.1.1.3.1.4.2.1.1.5.2.4.1.3.1.2.2], geboren omstreeks 1452.
1.1.1.3.1.4.2.1.1.6 Berta van Norch is geboren omstreeks 1273, dochter van Hendrik van Kuinre van Norch (zie
1.1.1.3.1.4.2.1.1).
Notitie bij de geboorte van Berta: geboortedatum van internet stamboom Hulst
Berta is overleden vóór 1335, ten hoogste 62 jaar oud.
Notitie bij Berta: Bertha van Norch verkocht in 1316 samen met haar zonen Bertold en Cyse een hoeve te Norg aan Rudolf van Echten. Oorkonde (ogd0252) opgemaakt 25 november 1316 in de Margarethakerk in Norg en gezegeld door Henric en Otto van Norch, de broers van Bertha.
"Omnibus presentia visuris seu audituris nos Berta, relicta Rodolfi, Bertoldus et Eizo, mei filii de Ancen, notum esse cupimus nos Rodolfo de Echten domum nostram in Drucht in Sudwold cum omnibus atti nentiis suis cultis et incultis et suis veris heredibus pro quinquaginta marcis sterlingorum vendidisse et posuisse ei fidejussores et suis
heredibus, quod Bertoldus et Eizo, cum ad debitam venerint etatem, [ven]dicionem sic legitime factam non revocent sed ratam habeant et gratam.
Fidejussores sunt dominus Heino miles [et] Otto de Norech, Volkerus de Dwenglo sub pena XXX marcarum sterlingorum antiquorum. Si autem Bertoldus [et] Eizo, cum habent annos discretionis, ordinata et facta in venditione revocare presumpserint, dicti f[ide]jussore[s C]ovordiam intrabunt et inde non recedent, nisi prius dicto Rodolfo de Echten et suis heredibus quinquaginta marcae sterlingorum cum pena XXX marcarum
integraliter persolvantur. In cujus rei testimonium sigilla domini Heinonis militis et Ottonis de Norech presentibus sunt appensa. Nos vero fidejussores sic notati in premissis recognoscimus nos Rodolfo sepedicto de Echten et suis heredibus sub fide militaria esse obligates et sub sigillis nostris presentem paginam communimus jure testimonii sic esse acta et ordinata, ut patet in premissis.
Datum in Norech anno Domini MCCC sexto decimo in die Katerine virginis et martyris."
Berta trouwde, ongeveer 22 jaar oud, omstreeks 1295 met
Rudolf van Ansen van Coevorden, ongeveer 30 jaar oud. Zie
1.1.1.2.2.3.1.3.1 voor persoonsgegevens van Rudolf.
1.1.1.3.1.4.2.1.1.7 NN van Norch is geboren omstreeks 1275, dochter van Hendrik van Kuinre van Norch (zie
1.1.1.3.1.4.2.1.1). NN is overleden in 1334, ongeveer 59 jaar oud.
Notitie bij NN: De vrouw van Roelf van Pedze is een zuster zijn van Otto van Norch.
NN trouwde met
Rudolf van Peize van Almelo. Zie
1.1.1.4.2.1.2.1.1 voor persoonsgegevens van Rudolf.
Kinderen van NN en Rudolf:
1 Eg(gel)bertus van Peize van Almelo [
1.1.1.3.1.4.2.1.1.7.1], geboren omstreeks 1295.
3 Bernardus van Peize van Almelo [
1.1.1.3.1.4.2.1.1.7.3], geboren omstreeks 1324.
Notitie bij Bernardus: Leenman van de heer van Almelo
1.1.1.3.1.4.2.1.1.7.2 Rodolphus (Roelof) van Peize van Almelo is geboren omstreeks 1322, zoon van Rudolf van Peize van Almelo (zie
1.1.1.4.2.1.2.1.1) en NN van Norch (zie
1.1.1.3.1.4.2.1.1.7). Rodolphus trouwde met
NN van Ruinen. Zie
1.1.1.4.2.1.2.1.3.2 voor persoonsgegevens van NN.
1.1.1.3.1.4.2.1.1.7.4 Hermannus van Peize van Almelo is geboren omstreeks 1326, zoon van Rudolf van Peize van Almelo (zie
1.1.1.4.2.1.2.1.1) en NN van Norch (zie
1.1.1.3.1.4.2.1.1.7).
Notitie bij Hermannus: Leenman van de heer van Almelo
Hermannus trouwde met
NN van NN.
Kind van Hermannus en NN:
1 Roelof van Peize van Almelo [
1.1.1.3.1.4.2.1.1.7.4.1]. Roelof is overleden na 1394.
Notitie bij Roelof: In 1394 werd een Roelof van Peize door de bisschop van Utrecht beleend met het goed "Vogelsanc" te Almelo, gelegen een kilometer ten zuidoosten van het voormalige mottekasteel "Schuilenburch" De van Peizes waren nauw verwant aan de van Almelo’s en borgmannen van de Heer van Almelo. Reeds in 1364 zijn zij getuige bij een akte waarin de Heer van Almelo aan de bewoners van Vriezenveen bepaalde rechten verleend. Het landhuis Vogelsanc is altijd door nakomelingen bewoond gebleven tot 1896. Toen woonde er op dit huis nog een familie met de naam Pezie, een naam die heden, 2015, nog in Almelo bestaat. Het erve Pezie is thans een multifunctioneel centrum.
1.1.1.3.1.4.2.1.1.8 Otto van Norch is geboren omstreeks 1280 in
Norg, zoon van Hendrik van Kuinre van Norch (zie
1.1.1.3.1.4.2.1.1).
Notitie bij de geboorte van Otto: geboortedatum onbekend; meerdere vermoedens waaronder ook 1284
Otto is overleden na 1335, minstens 55 jaar oud.
Notitie bij Otto: 28-12-1324: Otto van Norgh en zijn borgen betalen een gedeelte van de bruidschat voor de dochter van Otto aan Rudolf van Echten. Getekend te Kampen waar de van Norchs als verbannenen uit Drenthe, verbleven.
18 januari 1325: Otto van Norch en anderen verklaren de verpande goederen van Pelgrim van Putten binnen zekere tijd te zullen lossen. Vermeld zijn Wicher, kanunnik te Steenwijk, broer van Otto, Hendrik van der Ese, Gerard Klecke en zijn broer Johannes, Coenraad Utengore (van Steenwijk), Volker, zoon van vrouwe Ermengardis.
25-03-1334 verkopen Otto, Ida zijn vrouw en hun kinderen Wycher, Johan en Herman, met zijn broer Wycher, kanunnik van Steenwijk, de tienden van Hooghalen, en het recht van herberg, geërfd van hun ouders, aan de abdij van Dikninge. Hij verzocht zijn ’maghen’ Coenraad van de Goer en Herman Polleman mede te zegelen (Arch.Dikninge, Benedictijnerabdij, inv. nr. I, reg 43).
"dragen over voor buren en kerspellieden van Beilen aan de abdij van Dickninghe de tienden te Halen, grof en smal, met het recht van herberg en van "vore des sades" in Drenthe, door hen geerfd van hunne ouders; met belofte van vrijwaring, behalve voor de smalle tienden over de hof te Halen, de aan het convent te geven vlastienden en de grove en smalle tienden over het kothuis Nysinghe. Met medebezegeling door Herman Polleman, Coenraed van den Ghore en en het land van Drenthe.
Request van 15 januari 1335. Otto van Norch verkoopt aan het convent van Dickninghe de tienden te Halen, na ze eerst, volgens zijn verplichting, te hebben aangeboden aan Roelof van Peize, Bole van Eelde en het convent van Assen.
24-11-1335 Drents dienstman van bisschop Jan van Diest (1322-1340) (drs. O.D.J. Roemeling,’Adelijke geslachten in de ME van Drente’,NL1973).
Oorkondenboek Groningen-Drenthe 340; omstreeks 1335.
Register van inkomsten van het Domkapittel te Utrecht.
Goederen van Henrici de Norch, waarvan de betalingen als volgt zijn verdeeld:
ten eerste Arnoldus 5 en een halve sc. van het goed Buninc in Snole, het gerecht in Norch en sommige goederen in Ede (Een) (Arnold was dus de opvolger van zijn vader in het gerecht en was dus de oudste zoon.)
Rodolphus, zijn broer, 4 en een halve sc. van het goed Haddinghe in Ede (Een)
Hilla Gerardi de Norch (Hille, de dochter van Gerard van Norch) 3 en een halve sc. van hetzelfde goed (van Hendrik die dus kennelijk overleden was)
Rudolf Butruant 6 b. en 1 cop. van het goed Bonekinc in Anlo; (Opmerking: Rudolf Butruant = Rudolf van Peize van Almelo, getrouwd met een zuster van Henric van Norch)
De tienden in Borc, die heer Folkert en broer aan de parochie hebben verkocht, 2 sol. en een halve cop. Folkert van Dwingelo van het goed Rensinc in Anlo 15,5 sc. (Opmerking: Folkert van Dwingelo moet getrouwd zijn met een niet met name bekende zuster van Henric)
Johan Pipe 2 sol. en een halve cop. van het goed genaamd Battinc. (Opmerking: Johan Pipe is Johan van Steenwijck, getrouwd met Johanna van Norch)
Idem van dezelfde voorschreven goederen betaald jaarlijks Otto van Norch 13,5 sc. Ten eerste de tienden in Halen, met inbegrip van het klooster Dickninge, idem tienden in Ees in de parochie Borger, door burgers gekocht, Idem het goed genaamd Grudelinge dat nu in bezit is van Hille van Norch als opvolger van Gerard van Norch. idem het goed Gorthorst in de parochie Beilen die Reiynerus Heymighe koopt.
Vermelding omstreeks 1325. ndva 1980 artikel Keverlingh Buisman. Zie ook bij Hendrik van Norch. Henric van Eelde, schout, Herman Polman c.s. beklagen zich bij de bisschop over Ot en Conraerd van Norch.
(Met Coenraed van Norch wordt misschien bedoeld Coenraed van Steenwijck, zoon van Johanna van Norch en Johan van Steenwijck ??)
Otto van Norch en verwante edelen streden aan de zijde van de bisschop van Utrecht tegen de Drenten en zijn een tijdlang uit Drente verbannen. Zij verbleven in één van de overgebleven bolwerken van de bisschop, de stad Kampen. Daar verhandelden ze graan uit Drenthe om in hun levensonderhoud te voorzien.
Uit de Schepenboeken van Kampen: (Kamper Schepenacten nr. 71).
29 augustus 1318, garantieverklaring voor een bedrag van 10 mark (Samen met andere Drentse lage adel) verder ook nog:
4 oktober 1319, Otto van Norch en anderen stellen zich garant voor454,5 schepel goed winterkoren.
28 december 1324, 90 mark als aandeel in de bruidschat voor de zoon van Rolof van Echten,
16 januari 1325, schuldbekentenis ten gunste van Pelgrim van Putten, bedrag 90 mark,
16 april 1325, zekerheidsstelling voor een betaling,
4 juli 1325, verklaring van vrijwaring bij een korenleverantie,
11 november 1325, borgstelling bij een korenleverantie van bijna 21 mark, (zie ook ogd0291)
17 november 1325, schuldbekentenissen van 4 pond en 71/2e stuiver, 9 pond en 5 pond, ogd0292.
21 februari 1326, schuldbekendtenis van 24 brabantse marken,
9 maart 1326, schuldbekentenis van 100 pond klein,
20 april 1326, zekerheidsstelling voor de levering van 100 schepel graan,
22 december 1326, schuldbekentenis van 30 mark,
5 februari 1327, borgstelling voor Geert Clencke,
28 februari 1327, een schuldbekentenis.
In bovengenoemde 16 vermeldingen komt hij negen keer voor samen met Coenraad van de Gore, een familielid, acht keer met Geert Clencke, drie keer met diens broer Johan Clencke, twee keer met Arnold Lansinge, en één keer met Gyse Geuzinge, Bertold van Ansen, Volker van Echten, Rolof van Norch Hendrikzoon, Wicher van Norch zijn broer(kanunnik te Steenwijk).
Uit diverse andere publicaties;
Gehuwd met Ida van RUINEN. Zuster van Steven, de vader van Johan III, heer van Ruinen (+1378), gehuwd met Zweder van Rechteren (+21-02-1407), die kinderloos overlijden en waarmee de hoofdtak van het huis Ruinen in mannelijke lijn uitsterft. Dochter van Johan II van RUINEN en Ermengarde
http://home.online.nl/corryhavermans/html/kwartierstaat_blad_2.html
275088 Otto van NORG,
28-12-1324 betaalt Otto een deel van de bruidschat voor zijn dochter (drs.O.D.J. Roemeling,’Adelijke geslachten in de ME van Drente’,NL1973).
25-03-1334 verkopen Otto, Ida zijn vrouw en hun kinderen Wycher, Johan en Herman, met zijn broer Wycher, kanunnik van Steenwijk, de tienden van Hooghalen, geërfd van hun ouders, aan de abdij van Dikninge. Hij verzocht zijn ’maghen’ Coenraad van de Goer en Herman Polleman mede te zegelen (Arch.Dikninge, Benedictijnerabdij, inv. nr. I, reg 43).
24-11-1335 Drents dienstman van bisschop Jan van Diest (1322-1340) (drs. O.D.J. Roemeling,’Adelijke geslachten in de ME van Drente’,NL1973). Zoon van Otto van NORG (zie 550176).
Gehuwd met 275089 Ida van RUINEN.
Zuster van Steven, de vader van Johan III, heer van Ruinen (+1378), gehuwd met Zweder van Rechteren (+21-02-1407), die kinderloos overlijden en waarmee de hoofdtak van het huis Ruinen in mannelijke lijn uitsterft. Dochter van Johan II van RUINEN (zie 550178) en Emegarde (zie 550179).
Uit dit huwelijk:
1. Johan (zie 137544).
2. Wycher.
3. Herman.
4. dochter. Gehuwd met Roelof van Echten (J.W.Schaap,’De heren van Ruinen’,NL 1981).
Beroep:
| |
landbouwer en handelaar. (Otto van Norch verkocht en leverde in Kampen agrarische produkten van hemzelf en van andere lagere adelen en ook als commisinair voor de hogere adel. Hij reisde dus veel van Norg naar Kampen, waarschijnlijk via Ruinen en heeft daar zijn vrouw gevonden.) |
| |
Otto trouwde, ongeveer 26 jaar oud, omstreeks 1306 [
bron: internet familyhistories.org] met
Ida van Ruinen, ongeveer 16 jaar oud. Ida is geboren omstreeks 1290 in
Ruinen, dochter van
Johan (II) van Ruinen en
Ermengarde van NN. Ida is overleden na 1325, minstens 35 jaar oud.
Notitie bij Ida: Na 7 generaties Heren van Ruinen trouwt de dochter van Johan II van Ruinen (1260-1304), genaamd Ida van Ruinen, met Johan van Norch en drie generaties later komt de koppeling met het geslacht van de Vos van Steenwijk, door Elisabeth de Vos van Steenwijk (1387-1418) en daarmee met het geslacht Sloet.
(Uit: http://vandenberg.se/vandenberg/voorouders.htm)
(Johan is waarschijnlijk een tikfout, moet zijn Otto)
Kinderen van Otto en Ida:
1 Wycher van Norch [
1.1.1.3.1.4.2.1.1.8.1], geboren omstreeks 1308 in
Norg.
Notitie bij de geboorte van Wycher: Ook 1304 vermeld als geboortedatum.
Notitie bij Wycher: Vermeld in een oorkonde van het jaar 1334.
Had mogelijk een nakomeling Wicher, welke omstreeks 1450 in Zuidvelde, Asserstraat 91, een erf bezat en bewoonde.
4 Roelof van Norch [
1.1.1.3.1.4.2.1.1.8.4], geboren in 04-1315.
Notitie bij Roelof: Vermeld in een oorkonde van 1323 als broer van Johan.
5 Herman van Norch [
1.1.1.3.1.4.2.1.1.8.5], geboren omstreeks 1318 in
Norg.
Notitie bij de geboorte van Herman: Ook 1310 vermeld als geboortedatum.(WWW.zwiebelfam.nl/gendata/roland/11290758.htm)
Notitie bij Herman: Vermeld in het jaar 1334 samen met zijn broer Johan.
1.1.1.3.1.4.2.1.1.8.2 Johan van Ruinen van Norch is geboren omstreeks 1310 in
Norg, zoon van Otto van Norch (zie
1.1.1.3.1.4.2.1.1.8) en Ida van Ruinen. Johan is overleden vóór 1380, ten hoogste 70 jaar oud.
Notitie bij Johan: Vermeld in een oorkonde van het jaar 1334 samen met zijn broer Herman.
Johan van Norch werd ook wel Johan van Ruinen genoemd.
Andere bronnen: http://home.online.nl/corryhavermans/html/kwartierstaat_blad_2.html
137544 Johan van NORG, zoon van Otto van NORG (zie 275088) en Ida van RUINEN (zie 275089).
Kinderen:
1. Arend NORG (Huys/Huzeken) (zie 68772).
2. Otto, Clericus Trajectensis, overleden op 15-01-1370,
19-11-1362 geeft paus Urbanus V (1362-1370) opdracht een benificium van het kapittel St. Marie te Utrecht beschikbaar te houden (J.W.Schaap,’De heren van Ruinen’,NL 1981).
Johan trouwde, ten hoogste 25 jaar oud, vóór 1335 in
Norg of Ruinen met
Elisabeth van Steenwijck, ten hoogste 24 jaar oud. Zie
1.1.1.3.1.4.1.3.1.1.2 voor persoonsgegevens van Elisabeth.
1.1.1.3.1.4.2.1.1.8.3 NN van Norch is geboren omstreeks 1310, dochter van Otto van Norch (zie
1.1.1.3.1.4.2.1.1.8) en Ida van Ruinen.
Notitie bij NN: 28-12-1324 betalen Otto van Norgh en zijn borgen een deel van de bruidschat voor zijn dochter aan Rodolfus van Echten. (zie ook: drs.O.D.J. Roemeling,’Adelijke geslachten in de ME van Drente’,NL1973).
NN trouwde, ongeveer 14 jaar oud, in 1324 met
Rudolf (Roelof) van Echten, ongeveer 16 jaar oud. Zie
1.1.1.2.2.3.4.2.1.1 voor persoonsgegevens van Rudolf.
1.1.1.3.1.4.2.1.1.8.6 NN van Norch is geboren omstreeks 1321 in
Eelde, dochter van Otto van Norch (zie
1.1.1.3.1.4.2.1.1.8) en Ida van Ruinen. NN trouwde, ongeveer 18 jaar oud, omstreeks 1339 met
Hendrik van Selwerd, ongeveer 19 jaar oud. Zie
1.1.1.3.1.1.3.1.1 voor persoonsgegevens van Hendrik.
1.1.1.3.1.4.2.1.2 Wolter (Volrad) van Kuinre is geboren omstreeks 1235, zoon van Hendrik II van Kuinre van Norch (zie
1.1.1.3.1.4.2.1) en Ermgard van IJsselmuiden. Wolter is overleden omstreeks 1295, ongeveer 60 jaar oud.
Notitie bij Wolter: Komt voor in oorkonden tussen 1276 en 1293.
Zie ook: http://www.ourfamilyhistories.org/getperson.php?personID=I140852&tree=00
(Volrad kan ook een nazaat zijn van Wouter Crane, vermeld omstreeks 1200. Wouter is waarschijnlijk een broer van Hendrik de Crane van Kuinre. Volrad kan een verschrijving zijn van Wouter of Wolter.)
Moet zijn vader Hendrik na diens overlijden tussen 1265 en 1275 zijn opgevolgd als heer van Kuinre.
Vermeld in 1275 waarin hij medezegelaar is van een akte van de bisschop van Utrecht waarin Genemuiden stadsrechten krijgt conform de steden Deventer, Zwolle en andere steden in het Salland.
Oorkondenboek Sticht Utrecht. nr. 1907. Hasselt 1276 op 8 juli is ridder Volradi van Kuinre getuige van een verleende vergunning door elect Jan aan de schepenen en burgers van Zwolle om een weg tussen Zwolle en Lenthe te maken en tol te heffen ter bestrijding van de aanlegkosten. Andere getuigen: ridder Hendrik heer van Borculo, ridder Arnold van Almelo, ridder Hako van Ruitenberg, Willem van Bukhorst, Rudolf van de Ese, Hendrik van Almelo. Volrad is in 1275/1276 ridder, dus minimaal 21 of 30 jaar oud en moet geboren zijn voor 1255.
Wolter trouwde met [waarschijnlijk]
Luthgard van NN.
Notitie bij Luthgard: iVan der Aa e.a., Biographisch Woordenboek der Nederlanden (Van der Aa)
LUTHGARD, was de echtgenoote van Volrad, ridder van Kuinre. Ten jare 1284 bezaten deze echtelingen twee zonen, Johan, de oudste, en Volrad. Zie v.d. Chijs, de Munten der Heeren en Steden van...
Kinderen van Wolter en Luthgard:
1.1.1.3.1.4.2.1.2.1 Johan Pipe Heer van Kuinre van Orch en Emelweert is geboren omstreeks 1270, zoon van Wolter (Volrad) van Kuinre (zie
1.1.1.3.1.4.2.1.2) en Luthgard van NN. Johan is overleden vóór 06-05-1337, ten hoogste 67 jaar oud.
Notitie bij Johan: Johan is (zeer waarschijnlijk) dezelfde persoon als Johan Pipe, vermeld in een oorkonde van 1327, goederenlijst van de bisschop van Utrecht, bij de verdeling van de opbrengsten van de Norgse leengoederen als gevolg van het overlijden van Hendrik van Norch, broer van Johanna.
In een oorkonde van 19 mei 1315 doen Herman van Voorst en Johan, zoon van Volrad, samen met anderen, uitspraak in een geschil tussen Johan van der Ese en Herman van Kuinre.
Oorkonde van 24 juli 1331. Wy, Willem, Grave enz.maken cond enz. dat wij Heren Janne van Kuynre, Ridder, verleen al zulc goed, alse Heynric (Heyne) van Kuynre, zijn neve, van ons te lene hield, dats te wetenen, al dat gheregt van Kuynre.
Item dat gheregte van Emlairden half; voerst dat overste recht tote Orc; item al ’t gheregte van Orc, drie weken voir Zente Michiels daghe, ende drie weken dairna; voirt in ’t dorp tot Espel, die zeevond, ende ’t verval van vechtelrie, ende van rove; item ’t gheregte te Vene; item ’t gheregte te Monike Kuynre, dat in Stellinghewerve ghelegen is, ende XVII hoeven lands in denzelve gheregte; item dat erve toit Oisterzee, dat men hiet Penningenhure; item die grute te Kuynre; item die berch, die leghet ten ? van den dorpe te Kuynre, ende hiet die Aldeberch. Van wilken goede voirszeit wij Heren Janne voirszeit zulke gratie ghedaen hebben, dat na ziene doid comen zal op Harmen ende Janne, zienen kinderen, ghezamenderhand, in manieren dat Harman van ons ontfaen (ontvangen) zal, ende hij zalre Jan uyt verzien bij vrienden, dat alse weseliken is, ende dat zal Jan van Harman houden. Ende al dat goid voirszeit zullen zij van ons houden ten rechten liene. In oorkonde enz. Ghegeven in den Haghe, des Woensdaghes za Zenten Margrieten dach, in ’t jaer ons Heren MCCCXXXI. (Perkament Register van de Charterkamer van Holland)
Vermeld als getuige in een oorkonde van 26 maart 1336 waarin Paaslo van de bisschop vergunning krijgt om een kerk te bouwen.
Blijkt uit een schriftelijk stuk van 6 mei 1337, waarin de "bestierders"van de landen van het klooster Hemelum en die van Kuinre en Veenhuizen de graaf van Holland om bescherming verzoeken tegen de graaf van Gelre, niet meer in leven te zijn en dat zijn zoon niet in staat is de macht in het graafschap Kuinre ter hand te nemen. Zoon Herman moet dan overleden zijn en zoon Johan (tijdelijk) verdreven?
Waarom Johan Pipe omstreeks 1295 zijn vader niet direct is opgevolgd is niet duidelijk. Johan trouwde omstreeks 1290 met zijn nicht Johanna, een zuster van neef Heyne. Misschien problemen omtrent het huwelijk?
Zijn neef Hendrik (Heyne), zoon van zijn vaders broer Hendrik, werd toen, in 1290, Heer van Kuinre. Deze neef Hendrik hield zich, evenals zijn broer Otto, voornamelijk bezig met de Norgse goederen. Bij diens dood in 1331 is Kuinre teruggegaan naar de nazaten van Volrad (Wouter) in casu Janne (Johan) van Kuinre.
Johan trouwde, ongeveer 20 jaar oud, omstreeks 1290 met
Johanna van Norch, ongeveer 18 jaar oud. Zie
1.1.1.3.1.4.2.1.1.5 voor persoonsgegevens van Johanna.
1.1.1.3.1.4.2.1.2.2 Herman Vleisch van Kuinre is geboren omstreeks 1275, zoon van Wolter (Volrad) van Kuinre (zie
1.1.1.3.1.4.2.1.2) en Luthgard van NN. Herman is overleden vóór 1335, ten hoogste 60 jaar oud.
Notitie bij Herman: Zie ook: http://www.ourfamilyhistories.org/getperson.php?personID=I140841&tree=00
Herman wordt ook vermeld als Herman Vleisch.
OGD0242 dd. 1 mei 1313; Johan van der Ese verklaart met Herman Vleisch overeengekomen te zijn om zijn zoon Herman, dochterskind van Engelbert van Peize te verloven met Lise, dochter van Herman Vleisch.
Herman Vleisch is schout van Vollenhove en krijgt van de bisschop van Utrecht in 1316 het kasteleinschap van Vollenhove. Herman krijgt direct naast het slot een stuk grond voor hem en zijn nageslacht als borgleen. De vorige heer van Vollenhove, Herman van Vollenhoven was in 1310 gestorven als een arme man daar hij al zijn goed en geld had verloren in de strijd tegen de aanvallende Stellingwervers. De bisschop Guy van Avernes heeft hem geldelijk in de steek gelaten. Opvolgers waren moeilijk te vinden.
Zie over Vollenhove ook: http://www.henkvanheerde.nl/vollenhove/Oldehuis/oldehuis.htm
In een oorkonde van 19 mei 1315 doen Herman van Voorst en Johan, zoon van Volrad, samen met anderen, uitspraak in een geschil tussen Johan van der Ese en Herman van Kuinre.
Herman trouwde, ongeveer 17 jaar oud, omstreeks 1292 [
bron: Ourfamilyhistories I 140841] met
NN van NN.
Kinderen van Herman en NN:
1 Jan (Johan) van Kuinre [
1.1.1.3.1.4.2.1.2.2.1], geboren omstreeks 1295.
Notitie bij Jan: Broer van Coenraad van de Ghore.
1.1.1.3.1.4.2.1.2.2.2 Lise (Elisabeth) van Kuinre is geboren omstreeks 1305, dochter van Herman Vleisch van Kuinre (zie
1.1.1.3.1.4.2.1.2.2) en NN van NN.
Notitie bij Lise: OGD0242 dd. 1 mei 1313; Johan van der Ese verklaart met Herman Vleisch overeengekomen te zijn om zijn zoon Herman, dochterskind van Engelbert van Peize te verloven met Lise, dochter van Herman Vleisch.
Lise trouwde met
Herman van der Ese. Zie
1.1.1.4.2.1.2.1.2.2 voor persoonsgegevens van Herman.
1.1.1.3.1.4.3 Menso (ter A) van Kuinre van Roden is geboren omstreeks 1195, zoon van Hendrik I (de Crane) van Kuinre en NN van Sepperothe (zie
1.1.1.3.1.4). Menso is overleden na 1242, minstens 47 jaar oud.
Notitie bij Menso: Mogelijk dezelfde persoon als Menso van Roden, vermeld in een oorkonde van 1225.
In 1242 zoeken Roelof en Egbert van Groenenberg (Groningen) hun toevlucht bij hun neven Rudolf van Norch en diens broer Menso ter A.
(Menso aan de stroom) (mr. A.N. de Vos van Steenwijk, ’Genealogie van Kuinre’, NL 1967).
Zie ook: Jaarboek van en voor Groningen deel 1 pag 300.
Kinderen van Menso uit onbekende relatie:
1 Jacob ter A van Roden [
1.1.1.3.1.4.3.1].
2 Gerard van Roden [
1.1.1.3.1.4.3.2].
3 Herman van Roden [
1.1.1.3.1.4.3.3].
1.1.1.3.1.5 Christina? van Sepperothe is geboren omstreeks 1172, dochter van Godschalk van Sepperothe en NN van Groningen van Wierum (zie
1.1.1.3.1).
Notitie bij Christina?: Krijgt na de dood van haar grootvader het landgoed Lemferding bij Eelde als leengoed van de Bisschop van Utrecht.
Zie verder de vermelding bij haar zuster.
Christina? trouwde met [waarschijnlijk]
Barthold, schulte van Eelde. Zie
1.1.1.4.1.1 voor persoonsgegevens van Barthold,.
Kinderen van Christina? en Barthold,:
1.1.1.3.1.5.1 Rutger van Eelde is geboren omstreeks 1200, zoon van Barthold, schulte van Eelde (zie
1.1.1.4.1.1) en Christina? van Sepperothe (zie
1.1.1.3.1.5). Rutger is overleden in 1263, ongeveer 63 jaar oud.
Notitie bij Rutger: Schulte van Eelde 1240-1263.
Zie Jaarboek van en voor Groningen deel 1 pag 300.
"De schulte Rotger en zijne broeders waren hun voornaamste helpers"; d.w.z. de helpers van Lambert van Peize en zijn neven van Norch en Eelde, die de toewijzing van de prefectuur van Groningen bestreden, omdat Lambert meende daar recht op te hebben, maar die was toegewezen aan Rudolf, Egbert en Godschalk van Sepperothe of Seppenrade, kleinkinderen van Lamberts broer Ludolf, de overleden prefect van Groningen.
Kind van Rutger uit onbekende relatie:
1.1.1.3.1.5.1.1 Rutger van Eelde is geboren omstreeks 1240, zoon van Rutger van Eelde (zie
1.1.1.3.1.5.1). Rutger is overleden in 1290, ongeveer 50 jaar oud.
Notitie bij Rutger: Schulte van 1263 tot 1290 volgens de vermelding in de Kronijk van M D Teenstra.
Kind van Rutger uit onbekende relatie:
1.1.1.3.1.5.1.1.1 NN van Eelde is geboren omstreeks 1260, zoon van Rutger van Eelde (zie
1.1.1.3.1.5.1.1). NN is overleden in 1303, ongeveer 43 jaar oud.
Notitie bij NN: Schulte van 1290-1303.
Kind van NN uit onbekende relatie:
1.1.1.3.1.5.1.1.1.1 Rutger II van Eelde is geboren omstreeks 1280, zoon van NN van Eelde (zie
1.1.1.3.1.5.1.1.1). Rutger is overleden in 1325, ongeveer 45 jaar oud.
Notitie bij Rutger: Schulte van 1303-1325
Kind van Rutger uit onbekende relatie:
1 Hendrik van Eelde [
1.1.1.3.1.5.1.1.1.1.1], geboren omstreeks 1300. Hendrik is overleden in 1340, ongeveer 40 jaar oud.
Notitie bij Hendrik: Schulte van 1325-1340.
1.1.1.3.1.5.2 Thezo van Eelde is geboren omstreeks 1205, zoon van Barthold, schulte van Eelde (zie
1.1.1.4.1.1) en Christina? van Sepperothe (zie
1.1.1.3.1.5). Thezo is overleden in 1250, ongeveer 45 jaar oud.
Notitie bij Thezo: Genoemd in oorkonde van 1225; ogd0083. Lijst van opbrengsten van de bisschop van Utrecht. (Thezo de zoon van Johannes) Ridder (van Eelde?)
Kronieken abdij Bloemhof; 1241; Thizo en Rudolf, zoon van Christina, doden Roelof of Rudolf, oudste zoon van prefect Egbert van Groningen tijdens de onlusten in de stad tussen Gelkingers en de prefect en aanhangers.
M D Teenstra vermeld in zijn breedvoerig tijdrekenkundige tafel omtrent het jaar 1240/1241, dat de ridders van Eelde, van Peize en van Norch zich aangesloten hadden bij de Gelkingers. Aanhangers van de burggraaf van Groningen vernielen in 1241 het slot van de Gelkingers en verbranden het dorp Eelde. De Gelkingers vernielden daarop het oude slot Groenenburg aan de Hunze, de burchten van Thezo, ridder te Eelde, van Rudolf van Norch en van zijn broer Adolf van Peize.
Van het jaar 1250 vermeld Teenstra over de twisten tussen Hunsegoers en Fivelgoers dat ridder Rudolf de ridder Thizo van Eelde te Groningen had doodgeslagen en met hulp van Koenraad van Groningen had hij vele Fivelgoers gevangen genomen, roofde de beste paarden die door de Ommelanders op de markt waren gebracht, bij welke roof hij vele moorden pleegde, zodat hij de schrik van de twistende landlieden was.
Thezo trouwde met
NN van NN.
Kinderen van Thezo en NN:
1 Johannes (van Haerlo?) van Eelde [
1.1.1.3.1.5.2.3], geboren vóór 1225.
Notitie bij Johannes: Vermeld in een oorkonde van 1225 ogd0083 als leenman van de bisschop van Utrecht.
3 Hermannus van Eelde [
1.1.1.3.1.5.2.2], geboren vóór 1250. Hermannus is overleden na 1276, minstens 26 jaar oud.
Notitie bij Hermannus: Vermeld in oorkonde 1276; ogd0153
1.1.1.3.1.5.2.1 Thezo van Eelde is geboren vóór 1250, zoon van Thezo van Eelde (zie
1.1.1.3.1.5.2) en NN van NN. Thezo is overleden na 1276, minstens 26 jaar oud.
Notitie bij Thezo: Vermeld in oorkonde 1276; ogd0153. Egbert, prefect van Groningen en Hendrik, schulte van Eelde, doen samen met de oldermannen van de stad Groningen uitspraak in een geschil over de tienden te Glimmen tussen Johan, Herman en Thezo, de zoons van de overleden ridder Thezo, en het klooster Essen.
ogd0192 de dato 5 mei 1294. De geestelijken van Drenthe verzoeken de bisschop van Utrecht een rechter aan te stellen in de twist tussen de familie (Thiszo en broer Hermannus, zoons van Thiszo senior en hun handlangers) van ridder Thiszo en het klooster te Essen.
Kind van Thezo uit onbekende relatie:
1.1.1.3.1.5.2.1.1 Hendrikus van Eelde is geboren vóór 1250, zoon van [waarschijnlijk] Thezo van Eelde (zie
1.1.1.3.1.5.2.1). Hendrikus is overleden vóór 1301.
Notitie bij Hendrikus: Vermeld 1276-19-november als schulte van Eelde.
Vermeld o.a. in een oorkonde van 17 april 1284, samen met Heino (Hendrik) van Borculo (ridder), Egbert van Groningen en 4 burgemeesters van Groningen.
Hendrik van Eelde was schulte van Drenthe, dienstman van de bisschop van Utrecht.
ogd0174 van 4 januari 1287 Hendrik, ridder van Eelde, schulte van Drenthe en zijn zonen Rutger en Thizo verklaren aan het klooster te Assen een schenking van tienden te hebben gedaan.
ogd0214 de dato 31 juli 1301. Bevestiging van de op de seend te Vries gedane uitspraak in een geschil tussen ridder Rotger van Eelde en het klooster te Assen over tienden te Benneveld. Vermelde namen: ridder Hendrik van Eelde, Rotger van Eelde en broer Thezo van Eelde, Wicher, pastoor te Vries,
Kinderen van Hendrikus uit onbekende relatie:
1 Margareta van Eelde [
1.1.1.3.1.5.2.1.1.1].
1.1.1.3.1.5.2.1.1.2 Rutger van Eelde is geboren vóór 1263, zoon van Hendrikus van Eelde (zie
1.1.1.3.1.5.2.1.1). Rutger is overleden na 1304, minstens 41 jaar oud.
Notitie bij Rutger: ogd0217 de dato 29 maart 1304 Uitspraak in een geschil over tienden tussen het klooster van Assen en Rotger van Eelde, schulte van Drenthe. Aanwezigen: Pelgrim van Vollenhove, dekaan van Drenthe, Wiecher (van Norch) decaan van Steenwijk.
MD Teenstra: 1263, Rotger van Eelde brengt Adolf van Peize om. Gerard Clencke verwoest daarop het kasteel van Rutger van Eelde, schulte van Drenthe.
Kind van Rutger uit onbekende relatie:
1.1.1.3.1.5.2.1.1.2.1 Bertold Knas van Eelde is geboren omstreeks 1300, zoon van [waarschijnlijk] Rutger van Eelde (zie
1.1.1.3.1.5.2.1.1.2). Bertold is overleden na 1340, minstens 40 jaar oud.
Notitie bij Bertold: Woonde in 1340 in Eelde.
Oorkonde van 10 oktober 1340 waarin Bertold Knas van Eelde met Conrad van den Ghore, Bertold van Ansen, Otto Haertinge van Haren, Otto Dusewold van Dilligte en Alf Mensing, verklaren van de stad Groningen het vredegeld te hebben ontvangen wegens een doodslag (1000 mark vanwege de doodslag van upper Borch door de Friezen)
Bertold trouwde met
NN van NN.
1.1.1.3.1.5.2.1.1.2.1.1 Roelof Bertolds Knasse van Eelde is geboren omstreeks 1330, zoon van Bertold Knas van Eelde (zie
1.1.1.3.1.5.2.1.1.2.1) en NN van NN. Roelof is overleden omstreeks 1400, ongeveer 70 jaar oud.
Notitie bij Roelof: Vermeld in een oorkonde van de bisschop van Utrecht uit 1395, waarin hij vermeld wordt als een vijand van de bisschop.
Oorkonde 1385: Groningen: Roelof Knasse verkoopt aan Baye Goden Jacobs drie grazen land en een half gras land met halve stal. Burgemeesters waren Herman Kater, Ghert Lewe, Wicbolt Maurissinghe, Wicbolt Everdeszoon, Ghert Paesdach en Ecbert Vorhouwens.
Roelof trouwde met
NN van NN.
Kinderen van Roelof en NN:
1.1.1.3.1.5.2.1.1.2.1.1.1 Bertold Roelofs Knasse is geboren omstreeks 1360 in
Een/Veenhuizen, zoon van Roelof Bertolds Knasse van Eelde (zie
1.1.1.3.1.5.2.1.1.2.1.1) en NN van NN. Bertold is overleden omstreeks 1419, ongeveer 59 jaar oud.
Notitie bij Bertold: Ook genaamd Knasse ter Venne en Knas ter Veen. Komt voor in een lijst van Drenten van 1395 die de bisschop van Utrecht gehuldigd hebben en die bisschop dus steunen.
Oorkonde van 1398 waarin Bertolt Knasse grond verkoopt in Lieuwerwolde.
Vermelde namen: Zweder van Winde als één van de burgemeesters van Groningen en Beneken van Wildeshuzen was de koper.
Regest 63 Heilige Geest Gasthuis 5 mei 1415: Bertold Knasse, anders geheten van der Venne, schenkt al zijn land in Lywerdewolde, ongeveer 21 grazen, aan de heer Johan Namine, provisor van den Heiligen Geeste toe der armen, opdat men voor hem en zijn vrouw Yde zal bidden.
Bertold trouwde met
Yde van NN.
1.1.1.3.1.5.2.1.1.2.1.1.1.1 Roelof Knasse is geboren omstreeks 1400 in
Veenhuizen/Een, zoon van Bertold Roelofs Knasse (zie
1.1.1.3.1.5.2.1.1.2.1.1.1) en Yde van NN.
Notitie bij de geboorte van Roelof: geboortedatum ook vermeld als ± 1390
Roelof is overleden vóór 1477, ten hoogste 77 jaar oud.
Notitie bij Roelof: Ook genoemd Roelof Knasse ter Venne.
Genoemd in een oorkonde van 1440 als buur??
Omstreeks 1450 vermeld in het belastingregister van de bisschop van Utrecht als Roelof Kysemer of Coseman??.
Roelof trouwde met
NN (1) van Steenwijk. Zie
1.1.1.2.2.3.1.1.1.1.2.2 voor persoonsgegevens van NN.
1.1.1.3.1.5.2.1.1.2.1.1.2 Johan Knasse (Cnasse) is geboren vóór 1390, zoon van [waarschijnlijk] Roelof Bertolds Knasse van Eelde (zie
1.1.1.3.1.5.2.1.1.2.1.1) en NN van NN. Johan is overleden na 1409, minstens 19 jaar oud.
Notitie bij Johan: Request 10 januari 1409 archief Dickninghe.
Johan Cnasse en Ghebbe, echtelieden, nemen in erfpacht van de abdij te Dickninghen Hunynghegoed c.a. in de marke en het kerspel te Diever. naast ruim 4 mudden land van henzelf, die zij verbinden voor de betaling der pacht, behalve de ongemeten hofstede tot Huningheerf behorende, tegen 35 stede mudden rogge en "alle kercheren to Diever" 5 Groninger schat rogge des jaars. Met bepalingen omtrent de betaling, omtrent herbouw na brand enz. Met bezegeling door de deken van Drenthe.
Johan trouwde met
Ghebbe NN.
1.1.1.3.1.5.2.1.1.3 Thizo van Eelde is geboren omstreeks 1275, zoon van Hendrikus van Eelde (zie
1.1.1.3.1.5.2.1.1). Thizo is overleden vóór 1301, ten hoogste 26 jaar oud.
Kind van Thizo uit onbekende relatie:
1.1.1.3.1.5.2.1.1.3.1 NN van Eelde is geboren omstreeks 1300, zoon van Thizo van Eelde (zie
1.1.1.3.1.5.2.1.1.3).
Kind van NN uit onbekende relatie:
1.1.1.3.1.5.2.1.1.3.1.1 NN van Eelde is geboren omstreeks 1325, zoon van NN van Eelde (zie
1.1.1.3.1.5.2.1.1.3.1).
Kind van NN uit onbekende relatie:
1.1.1.3.1.5.2.1.1.3.1.1.1 Thezo van Eelde is geboren omstreeks 1350, zoon van NN van Eelde (zie
1.1.1.3.1.5.2.1.1.3.1.1). Thezo trouwde met
Ghese van NN.
Notitie bij Ghese: 1396 Ghese en haar zonen Jonge Tesens van Eelde, Egbert Tesens en Herman Strale verkopen tienden aan Ludeken, de hofmeester van Essen.
Kinderen van Thezo en Ghese:
1 Egbert van Eelde [
1.1.1.3.1.5.2.1.1.3.1.1.1.1].
2 Herman Strale van Eelde [
1.1.1.3.1.5.2.1.1.3.1.1.1.2].
3 Thezo de jonge van Eelde [
1.1.1.3.1.5.2.1.1.3.1.1.1.3], geboren omstreeks 1375.
1.1.1.3.1.5.3 Ludolf (Rudolf?) van Eelde is geboren omstreeks 1220, zoon van [waarschijnlijk] Barthold, schulte van Eelde (zie
1.1.1.4.1.1) en Christina? van Sepperothe (zie
1.1.1.3.1.5). Ludolf is overleden vóór 1294, ten hoogste 74 jaar oud.
Ludolf trouwde met
NN van NN.
Kinderen van Ludolf en NN:
1 Rodolfus (genaamd Weiger) van Eelde [
1.1.1.3.1.5.3.1], geboren vóór 1264. Rodolfus is overleden na 1294, minstens 30 jaar oud.
Notitie bij Rodolfus: Vermeld in oorkonde ogd0193 de dato 19 augustus 1294 waarin hij verklaart, samen met zijn broer Reinerus, ridders, evenals Jacobus en Adolfus, zoons van heer Ludolf van Eelde, enige goederen te hebben verkocht, gelegen te Witten, aan het klooster te Assen.
2 Reinerus van Eelde [
1.1.1.3.1.5.3.2], geboren vóór 1264. Reinerus is overleden na 1294, minstens 30 jaar oud.
3 Jacobus van Eelde [
1.1.1.3.1.5.3.3]. Jacobus is overleden na 1294.
Notitie bij Jacobus: Vermeld 1294
4 Adolfus van Eelde [
1.1.1.3.1.5.3.4]. Adolfus is overleden na 1294.
Notitie bij Adolfus: Vermeld 1294
1.1.1.4 Lambert van Wierum van Peize is geboren omstreeks 1125, zoon van Rudolf van Werl van Wierum (zie
1.1.1) en [misschien] Sigardis? van NN. Lambert is overleden na 1181, minstens 56 jaar oud.
Notitie bij Lambert: Wordt in de Quedam Narracio vermeld ten tijde van de bisschop Godfried van Renen (1156-1178) met zijn zoons Rudolf en Menso. Verkreeg van zijn broer Herbert, bisschop van Utrecht het leengoed Peize en bouwde daar een borg.
OSU 486;na 9 maart 1176; Wordt als getuige vermeld in een oorkonde samen met zijn oudere broer Leffert van Groningen, schulte Johannes, Walter Radinc (Vollenhove) en Arnold Wilde.
Komt voor in een oorkonde van 1177/1178 samen met zijn oudere broer Leffert van Groningen. Streed met zijn neven om de prefectuur van Groningen na het overlijden van Leffart van Groningen in 1177.
In een oorkonde van 1181 komt hij als eerste voor onder een aantal ministerialen van de bisschop van Utrecht met Rudolf van Groningen, Otto van Ruinen en Herman de Polle. Overleden na 1181.
Lambert trouwde met
NN Mensodr. van NN.
Kinderen van Lambert en NN:
4 Sweder van Peize [
1.1.1.4.4], geboren omstreeks 1165. Sweder is overleden op 05-01-1228, ongeveer 63 jaar oud.
Notitie bij Sweder: Woonde op de burcht te Peize.
Vermeld in de Quedam narracio in hoofdstuk 27 als broer van Menzo van Grasdorf; (Menzo van Grasdorf of Gravestorp was een zoon van Lambert van Peize.)
Zweder wordt door de Twenthen gevangen genomen en geradbraakt, na een rooftocht in het gebied Huda dicht bij Uelsen. Daarna is de bisschop met een leger naar Groningen getrokken om prefect Egbert te ontzetten. Bij Peize hebben ze de daar opgeworpen verschansingen vernietigd en de zoons van schout Bertold met een aantal aanzienlijke Gelkingers gevangen hebben genomen en enkele van hen hebben gedood.
MD Teenstra: Vermeld in 1227 dat het slot van Zweder van Peize door de bisschop van Utrecht wordt veroverd en vernield waarbij vele aanzienlijke Drentenaren werden vermoord. Rudolf van Coevorden en zijn broers Frederik en Godfried hadden met hulp van de schultes van Peize de prefect Egbert van Groningen aangevallen die zich had verschanst in de versterkte St Walburgskerk, daar de stad Groningen geen verdedigingsmuren had.
De bisschop kwam Egbert te hulp met enige Stichtse ridders.
Daarna volgde de slag bij Ane.
1.1.1.4.1 NN van Peize is geboren omstreeks 1150, dochter van Lambert van Wierum van Peize (zie
1.1.1.4) en NN Mensodr. van NN. NN trouwde met
Johannes, schulte van Eelde. Johannes, is geboren vóór 1150. Johannes, is overleden vóór 1206.
Notitie bij Johannes,: Vermeld als Johannes Schulte en ook schulte van Drenthe.
Vermeld in oorkonde van 1177/1178 als getuige samen met Leffert van Groningen, Lambert van Peize, Walter Radinck en Arnold Wilde.
Kind van NN en Johannes,:
1.1.1.4.1.1 Barthold, schulte van Eelde is geboren omstreeks 1170, zoon van Johannes, schulte van Eelde en NN van Peize (zie
1.1.1.4.1). Barthold, is overleden in 1240, ongeveer 70 jaar oud.
Notitie bij Barthold,: De bisschop van Utrecht stelt in 1206 het Schultambt voor Drenthe in en belast de heren van Eelde erfelijk met deze functie.
De eerste die wordt aangesteld is ridder Bartold in 1206 en die heeft deze functie uitgeoefend tot zijn dood in 1240.
Volgens J W Schaap de stamvader van de schulten van Eelde.
MD Teenstra: In 1206 wordt het schultambt in Drenthe ingesteld en de heren van Peize worden hier erfelijk mee beschonken. Zijnde Bertold van Eelde ridder, 1206-1240; Rutger van Eelde 1263-1290; Rutger II van Eelde 1303-1325; Hendrik van Eelde 1325-1340. Dat betekent dus dat Bertold van Eelde volgens Teenstra,een afstammeling is van een van Peize. (In 1177 is echter reeds sprake van een Johannes als schulte.)
Vermeld in de Quedan narracio in hoofdstuk 27. Hier wordt vermeld dat zijn zoons bij Peize gevangen genomen worden door krijgslieden van de bisschop en worden opgesloten in de Sint Walburgskerk te Groningen.Namen van die zoons worden niet vermeld.
Zie oorkondenboek Groningen-Drenthe volgnrs.
43 (1206) Vermelde namen o.a. Johan van Vollenhove, Herman van Steenwijck, Wolter van Coevorden, de broers Rudolf en Menso van Peize, Arnold van Ruinen, Otto van de Pol, Hugo Sturm, Gerard Lewe, Hugo Donker, de broers Egbert en Menso van Groningen, Wicher Lapinch, Hendrik van Norg, Walter Radinc, Schulte Bartold, Gelmer van Ide, Werenzone van Bonne, Egbert ten Hove, Otto van Ruinen en Jacob ter A.
53 (1212) Volker van Coevorden, ridder, Egbert van Groningen, Rudolf van Peize, Johan van Ruinen, Schulte Bertold, Engelbert van Steenwijck.
64 (1 januari 1219) Namen: Rudolf van Coevorden, Egbert van Groningen, Rudolf van Norch, Frederik Redinc; voogden van Ida, vrouwe van de Ese: Gijsbert, Hugo Donker, Herman Clencke, Rudolf Rocke.
67 (10 januari 1224) Namen: de broers Rudolf en Frederik van Coevorden, Johan van Ruinen, Bernard van de Ese, de broers Rudolf en Menso van Peize, Egbert van Groningen, Bertold van Steenwijck, Schulte Bertold van Drenthe, Frederik Rading met zijn broer Walter, Coenraad, schulte van Vollenhove, ridders.
83 (omstreeks 1225, lijst van opbrengsten aan het kapittel van de dom te Utrecht) Namen in Drenthe: Egbert van Groningen, Rudolfs zoon Albert, Leffarts zoon Menso, Thezo’s zoon Johannes, Johan van Ruinen, Johan van Haarlo, Steven van Tuten, Lubbert van Dalen, Philip uit Ide, Otto van Zeegse, Menso van Roden, Rudolf van Langelo, Albert van Uffelte, Rudolf van Norch, Herman van Voorst, Theodorus van Buckhorst, Rudolf van Peize, Zijn broer Menso van Peize, Rudolf Rogge, Rudolf van Coevorden, Schulte Bartold (van Eelde), Bernard te Rothe ?, Resindis, dochter van Hendrik Papinck, Ludolf van Kuinre, Lubbert van Bunne.
Barthold, trouwde met [waarschijnlijk]
Christina? van Sepperothe. Zie
1.1.1.3.1.5 voor persoonsgegevens van Christina?.
1.1.1.4.2 Rudolf I van Peize is geboren omstreeks 1160, zoon van Lambert van Wierum van Peize (zie
1.1.1.4) en NN Mensodr. van NN. Rudolf is overleden na 1232, minstens 72 jaar oud.
Notitie bij Rudolf: Genoemd samen met zijn vader Lambert en broer Menso in een oorkonde die is opgemaakt tussen 11 april en 25 december 1176.
Vermeld in een oorkonde van 1195, waarin Otto, graaf van Gelre, de Drentenaren bijstaat in de oorlog tegen bisschop Boudewijn van Utrecht, die de Veluwe verwoest. Door tussenkomst van de hertog van Brabant wordt een wapenstilstand gesloten.(Sloet nr 384)
ogd0043 datum 1206 of 1207. Genoemd wordt o.a. Heinrico de Nurch.
Enkele anderen: Johanne de Volnho, Hermanno de Stenwic, sacerdotibus;
Woltero de Covorde, Rodulfo, Menzone, fratribus de Peisge, Arnoldo de Rune, Ottone de Pollo, Hugo(ne) Sturm, Gerardo Leone, Hugone Dunker, Egberto, Menzone, fratribus de Gruningen, Wichero Lapinch, Randulfo, Waltero Radiac, Bartoldo sculteto, Gelmaro de Ide, Werenzone de Bonne, Egberto de Hove, Ottone de Rune, Jacobo de A et aliis quam pluribus.
(Theodoricus, bisschop van Utrecht, verklaart van Fredericus, abt van Ruinen, de kerken van Steenwijk en Borne verkregen te hebben alsmede de kapel van Westerbork benevens enige tienden voor enige tienden in ruil tegen de kerk van Beilen)
Komt in 1212 en 1217 in oorkonden voor samen met Egbert van Groningen en in 1223 en 1225 samen met zijn broer Menso.
Waarschijnlijk overleden vòòr 1241.
MD Teenstra: In 1206 wordt het schultambt in Drenthe ingesteld en de heren van Peize worden hier erfelijk mee beschonken. Zijnde Bertold van Eelde ridder, 1206-1240; Rutger van Eelde 1263-1290; Rutger II van Eelde 1303-1325; Hendrik van Eelde 1325-1340. Dat betekent dus dat Bertold van Eelde een afstammeling is van een van Peize. (In 1177 is echter reeds sprake van een Johannes als schulte.)
Heer van Peize in het begin der dertiende eeuw was Menso en daarna zijn zoon Hendrik van Gravestorp of Grasdorf.
Rudolf trouwde met
NN van NN.
1.1.1.4.2.1 Egbert? van Peize is geboren omstreeks 1180, zoon van Rudolf I van Peize (zie
1.1.1.4.2) en NN van NN. Egbert? trouwde, ongeveer 20 jaar oud, omstreeks 1200 met
Christina? van NN.
Kinderen van Egbert? en Christina?:
1 [waarschijnlijk]
Adolf van Peize [
1.1.1.4.2.1.1], geboren vóór 1220. Adolf is overleden in 1263, minstens 43 jaar oud.
Notitie bij Adolf: Genoemd in oorkonde uit 1247; ogd0108, samen met zijn broer Rudolf, Gijsbert van Buchorst, Pelgrim van Putten, Wolter Radincg en R. schulte van Drenthe, ridders.
ogd0109 maart 1247, samen met zijn broer Rudolf, Rudolf van Norch, en Wolter Rading, Pelgrim van Putten, R. schulte van Drenthe, en Gijsbert van Buchorst, allen ridders.
Genoemd in oorkonde van 1249; ogd0112, Atholfus, Rodolfus en Folkerus, ridders te Pedese.
1253 Adolf en Rudolf van Peize worden met Koenraad van Groningen door de Fivelgoers gevangen genomen en naar Appingedam gebracht.
MD Teenstra: 1263, Adolf van Peize omgebracht door Rutger van Eelde.
Hetzelfde vermeld Magnin.
1.1.1.4.2.1.2 Rudolf II van Peize is geboren vóór 1220, zoon van [waarschijnlijk] Egbert? van Peize (zie
1.1.1.4.2.1) en Christina? van NN. Rudolf is overleden na 1253, minstens 33 jaar oud.
Notitie bij Rudolf: Genoemd op pagina 46 van Magnin Geschiedkundig schoolboek van Drenthe.
Genoemd in oorkonde uit 1247; ogd0108, samen met zijn broer Rudolf, Gijsbert van Buchorst, Pelgrim van Putten, Wolter Radincg en R. schulte van Drenthe, ridders.
ogd0109 maart 1247, samen met zijn broer Rudolf, Rudolf van Norch, en Wolter Rading, Pelgrim van Putten, R. schulte van Drenthe, en Gijsbert van Buchorst, allen ridders.
Genoemd in oorkonde van 1249; ogd0112, Atholfus, Rodolfus en Folkerus, ridders te Pedese.
1253 Adolf en Rudolf van Peize worden met Koenraad van Groningen door de Fivelgoers gevangen genomen en naar Appingedam gebracht.
Rudolf trouwde met
NN van Almelo.
Notitie bij het huwelijk van Rudolf en NN:
Moet getrouwd zijn tussen 1249 en 1254 en heeft zich toen gevestigd in Almelo. Komt na 1249 niet meer voor als getuige in oorkonden samen met zijn broers Rudolf en Folkert.
NN is geboren omstreeks 1260, dochter van
Hendrik van Almelo en
Aleidis van Woudenberg.
1.1.1.4.2.1.2.1 Eg(gel)bertus van Peize van Almelo is geboren omstreeks 1250, zoon van Rudolf II van Peize (zie
1.1.1.4.2.1.2) en NN van Almelo. Eg(gel)bertus is overleden in 1313, ongeveer 63 jaar oud.
Notitie bij Eg(gel)bertus: Engelbertus van Peize staat in enkele geschriften vermeld heer van Almelo, als nazaat van Hendrik I van Almelo. Dit is echter niet juist. Zijn vader Rudolph of Roelof was getrouwd met een dochter van Hendrik van Almelo die was gehuwd met Aleidis van Woudenberg. Rudolph was borgheer op een van de leengoederen van het huis Almelo en zijn nakomelingen zijn dat gebleven.
Wordt genoemd in een oorkonde van 1313 als ridder van Peize, wiens dochter getrouwd is met Johan van der Ese en waarin zijn kleinzoon Herman zal trouwen met de dochter Lise van Herman Vleisch.
Eg(gel)bertus trouwde, ongeveer 20 jaar oud, omstreeks 1270 met
NN van NN. NN is overleden omstreeks 1295.
Kinderen van Eg(gel)bertus en NN:
1.1.1.4.2.1.2.1.1 Rudolf van Peize van Almelo is geboren omstreeks 1275, zoon van Eg(gel)bertus van Peize van Almelo (zie
1.1.1.4.2.1.2.1) en NN van NN. Rudolf is overleden na 1335, minstens 60 jaar oud.
Notitie bij Rudolf: Vermeld tussen 1308 en 1335.
ogd0245 de dato 23 oktober 1313. Rodolphus van Peize verklaart de helft zijner tienden te Benneveld aan de buren aldaar te hebben verkocht
ogd0279 de dato 4 juli 1323. Johannes van Almelo verklaart met zijn broeder Egbertus de hun toekomende nalatenschap te hebben gescheiden volgens de uitspraak van Johan, graaf van Bentheim, en anderen. Vermeld staat Rodolf van Peize.
ogd0296 de dato 25 januari 1326. Roelof van Peize, Egbert van Groenenberg en enige anderen verklaren borg te blijven voor een schuld van de bisschop van Utrecht aan de heer van Keppel.
Ogd0339 van 3 november 1334. Rudolf van Peize verkoopt met zijn 4 zoons hun goederen te Halen aan het convent van Assen, voor de helft en de andere helft aan zijn familie te Eelde. (Rodulphus, zoon van Eggelbertus, ridder van Peize, en zijn zoons Eggelbertus, Rodolphus, Bernardus en Hermannus. Eggelbertus de oudste broer is meerderjarig en is medezegelaar van de oorkonde. Getuigen Hermannus, genaamd Schulte (te Eelde).)
Komt voor in een oorkonde van 1335 waarin hij aan de abt van Dikninge vraagt om geen geld te geven aan Otto van Norch vanwege de overdracht van goederen te halen, omdat hij daar rechten op heeft en hij deze verkocht heeft aan het convent van Assen.
Vermoedelijk is in 1334 of iets eerder zijn vrouw, een zuster van Otto van Norch, overleden die (mede)aanspraak had op rechten in Halen.
Rudolf trouwde met
NN van Norch. Zie
1.1.1.3.1.4.2.1.1.7 voor persoonsgegevens van NN.
1.1.1.4.2.1.2.1.2 NN van Peize is geboren omstreeks 1280, dochter van Eg(gel)bertus van Peize van Almelo (zie
1.1.1.4.2.1.2.1) en NN van NN. NN is overleden vóór 1375, ten hoogste 95 jaar oud.
Notitie bij NN: In oorkonde van 1313 vermeld als dochter van ridder Engelbert van Peize en gehuwd met Johan van der Ese, knape.
NN trouwde, ongeveer 20 jaar oud, omstreeks 1300 met
Johan van der Ese, ongeveer 20 jaar oud. Johan is geboren omstreeks 1280.
Notitie bij Johan: Vermeld in oorkonde van 1 mei 1313 Ogd0242. (CRM14) (Corpus van Reenen-Mulder), een overeenkomst van Johan van de Ese met Herman Vleisch. Hij belooft dat zijn zoon Herman zal trouwen met Lise, de dochter van Herman Vleisch. Zijn zwager Roelof van Peize is medezegelaar.
Johan van der Ese is getrouwd met een dochter van Engelbertus van Peize, ridder.
Kinderen van NN en Johan:
1 Hendrik van der Ese [
1.1.1.4.2.1.2.1.2.1], geboren omstreeks 1300.
Notitie bij Hendrik: Vermeld in de oorkonde ogd0286 de dato 18 januari 1325 waarin Otto van Norch en anderen verklaren de verpande goederen van Pelgrim van Putten binnen zekere tijd te zullen lossen.
Mogelijk ook vermeld als leenman van de bisschop van Utrecht in 1379 van grond in het kerspel Vollenhove en het kerspel van Steenwijk. Tevens van tienden in Dwingelo, die Roelof van Steenwijk van hem "voert holt".
1.1.1.4.2.1.2.1.2.2 Herman van der Ese is geboren omstreeks 1305, zoon van Johan van der Ese en NN van Peize (zie
1.1.1.4.2.1.2.1.2). Herman is overleden na 1370, minstens 65 jaar oud.
Notitie bij Herman: In oorkonde van 1313 vermeld als dochterkint van ridder Engelbert van Peize.
Zijn vader doet dan een huwelijksbelofte dat zijn zoon Herman zal trouwen met de dochter van Herman Vleisch, zodra de tijd daar is.
Komt voor in een oorkonde van 1370; zie bij Johan III van Ruinen.
Herman trouwde met
Lise (Elisabeth) van Kuinre. Zie
1.1.1.3.1.4.2.1.2.2.2 voor persoonsgegevens van Lise.
1.1.1.4.2.1.2.1.3 NN van Peize is geboren omstreeks 1300, dochter van Eg(gel)bertus van Peize van Almelo (zie
1.1.1.4.2.1.2.1) en NN van NN.
Notitie bij NN: Overgenomen van: http://www.pdejong.com/genealogie/parenteel/vanruinen/d1.htm
NN trouwde in
Peize met
Steven (Stephanus) van Zuidvelde van Ruinen. Steven is geboren omstreeks 1292, zoon van Johan (II) van Ruinen en Ermengarde van NN. Steven is overleden na 1328, minstens 36 jaar oud.
Notitie bij Steven: In een oorkonde van 24 november1325, waarin de bisschop van Utrecht het over de Drenten gevelde vonnis laat voorlezen, komen in de tekst veel namen voor waaronder een Stephanus van Zuidvelde vermeld. Deze moet dezelfde persoon zijn als Stephanus van Ruinen. De in de tekst voorkomende namen zijn: Arend, zoon van Heer Heyne van Norch, Menso van Echten, Arend Volcker Egbertszn, Arend Lansinck van Ruinen, Jan Calf, Jan van Echten, Volker zijn broer, Roelof Polmans zoon. Dan nog: Gerardus Clencke, Otto van (N)Orch, H van Eelde, Bertold Knas (van Eelde), Egbert van Peize, Coenraad in de Gore (van Steenwijk), Gerard Mensinc, Juvenis Tiedse, Herman Polman, Egbert van Echten, Roelof van Angelslo, H van (N)Orch, Hendrik van Ansen, Ose zijn zoon, Ludekin Boelenszn zijn broer, Herman Dous (Deurse?), Frederik van Rolde, Stephanus van Zuidvelde, Bertold Hiddinck, Hugo van Deurse, Roelof Meijerinck, Otto Stroems (aan de stroom), Alf Drens, Coep Helmersinc.
Stephanus moet dan leenman zijn van Zuidvelde.
Bij brief van 8 december 1325 doet Steven afstand van een boterpacht, die door Arnold Lansinge wordt geschonken aan het convent van Dikninge. Otto van Norch en Johannes Clencke, zijn zwagers, gaan hiermee accoord, namens zijn zusters.
In 1328 was hij knape en getuige bij de beslechting van een twist tussen bisschop Johan en de Drenten over de precarien.
8 december 1325. Arnoldus Lansinghe zoon van Mewekinus, den broeder van wijlen Johannes van Ruinen, schenkt, met zijne moeder, -na de toekenning ener kloosterprebende door de abdij aan zijne beide zusters Agnesa en Lysa, - aan die abdij ene rente van 4 emmers boter uit: ene hoeve bij het huis van Coenradus van Meppel, halve hoeven van Rycolue Heynghe, Folpardus gezegd Mannes, Thethardus Folpardus’-zoon en Wieke Bebinghe en viertelen van Nanno gezegd Vrese en Syfriedus Deduen. Met verklaring van Stephanus domicellus, zoon van wijlen Johannus van Ruinen, dat hij zijne rechten op genoemde rente afstaat; -en van Henricus, schulte van Eelde, Otto van Norch en Johannes Clencke, zwagers van genoemde Stephanus, dat zij deze schenking goedkeuren en bekrachtigen, dat zij beloven dat Stephanus en Arnoldus de acte zullen bezegelen, zodra zij zelf zegels zullen bezitten, dat ook zonder die zegels deze acte van kracht zal zijn en dat hunne zegels aan de acte zijn bevestigd.
ogd0314 van 26 mei 1328; De overheden van Drenthe doen mededeling dat zij de uitspraak van scheidslieden in de geschillen tussen hen en de bisschop van Utrecht hebben bekrachtigd. Vermeld worden Steven van Ruinen, Godfried van Borculo, Reynald prefect in Coevorden, Bertold prefect in Groningen, Johannes van Bronchorst, Thomas van Diest, Johannes Redinck, Hendrik van Vianen, Johannes Geusinge, Alfred van de Schure;
Kinderen van NN en Steven:
1.1.1.4.2.1.2.1.3.1 Johan (III) van Ruinen is geboren omstreeks 1325, zoon van Steven (Stephanus) van Zuidvelde van Ruinen en NN van Peize (zie
1.1.1.4.2.1.2.1.3). Johan is overleden in 1378, ongeveer 53 jaar oud.
Notitie bij Johan: Johan van Ruinen wordt in 1346 genoemd in een acte.
In 1352 wordt hij genoemd als strijdende met Egbert van Peize en zijn kinderen en de kerspelen Peize ,Roden en Roderwolde tegen Groningen.
Op 21 maart 1352 wordt de soen gesloten.
Burgemeesters en raad van Groningen verklaren met Johan van Ruinen, Egbert van Peize en de inwoners van Peize, Roden en Roderwolde en met het land van Drenthe een verdrag te hebben gesloten.
Naar een afschrift van de hand van Ludolphus Pollinge uit de 16e eeuw, in het huisarchief Mensinge te Roden (niet geïnventariseerd): foto’s op het Rijksarchief Drenthe aanwezig. No. 419 van het Oorkondenboek bevat een andere versie van deze overeenkomst, beoorkond door Reinold van Coevorden en het land Drenthe.
Wy. borghemesteren und raedt van Groenynchen, doet kundych al1 denghenen, de dussen openen breeff sollen seen off horen lesen, dat van alden saken, de gewesen hebben tusschen Johanne van Ruynen, Egbert van Pedze van synen kinde (kinderen), van de van Pedze, van de van Roeden ende van Roderwolde ende alle hoeren vrenden (vrienden) bynnen lants off buyten lants an de ene sydt ende unse stadt van Groenyngen an de ander sydt ende van allen olden sak[en] de wesen hebben tusschen de lan[de] van Drenthe ende unse stadt vors., soe ys gedaen ende gemaket ene alynge soene ende ene vaste ende stede soene ewelyck toe holden in dusse maneren, dat enych man yn den lande van Drenthe de toe clagenne heefft up enen burger van Groenyngen. de sall bruyken alsoedane recht als toe Groenygen een stadtrecht ys off wyset ende hevet oeck een borger yn Groenyngen toe clagenne up enen lantman yn Drenthe. sall bruyken alsoedane rechts als een lantrecht ys yn de lande van Drenthe ende des een sall niemant den andere weygheren: voertmeer weer enich man van buyten den lande van Drenthe, de yn dat lant off doer dat lant rede off queme ende onse borgher van Groenynghen yn roeff off brande off yn vangenscup scaden dede. solde heer Reynolt van Covorden ende van Borckeloe ende dat lant van Drenthe keren mit allen hoeren macht ende van ghenerhande saken sall dat lant van Drenthe ende de stadt [van] Groenyngen malck den anderen roe[ff] offte brant off vangenscup doen, mer elck man sall bruyken alsoedanes rechts als hyr vors. staedt; van desen punten sall wesen uutgesproeken alle argelyst ende nye vonde. In oerkonde ende vestycheit van desen soene, de stede ende vest to blivene, so hebbe wy dessen breeff mit unse stedeszegel gezegelt. Ghegeven int yaeronses Heren dusent drehondert ende twe ende vyfftych des woensdages nae den sondach als men synget Letare Jherusalem.
Op 31 oktober 1353 beleend hij Johan van Welvelde met het hof te Welvelde en andere goederen.
In 1355 was hij getuige van Frederik van Echten Volkertszn.
In 1360 wordt hij ridder genoemd.
31 oktober 1363. Johannis, heer van Runen, ridder, staat, met toestemming van zijn vrouw Zweseris en zijne dochter Bertradis, voor ’t zieleheil van zijner voorouders en nakomelingen, af zijne rechten op de personen en de goederen van de abt en de kloosterlingen van ’t Sint Maris klooster in Dikninge, zodat de abt volgens de regel van St. Benedictus vrijelijk mag beschikken over ’s kloosters goederen zonder zijne inmenging; behoudens zijne tienden van ’s kloosters goederen; -ontheft bepaaldelijk de kloosterlingen van zijne rechtspraak; -en doet afstand van al zijne rechten met betrekking tot ’s kloosters 2 molens in Rune en in Bleydensteden. Met bezegeling door Johannis bisschop van Trajectum, Reinaldus heer van Koevorden, Johannis van Claustro ridder, Egbertus cureit in Westerhesselen, Johannes Vos van Steenwijck en het gemene land van Drenthe.
29 september 1364. Johan, heer van Ruinen, ridder, zijn vrouw Sweder en hunne dochter Berte verklaren te hebben ontvangen van de abdij van Dikninge 400 Brugse schilden, volgens de schuldbrief ten laste van Reynold van de Clooster, Johan Vos van Steenwijck en Rolof van Echten.
1368 Geschil tussen hem en het convent van Dikninge over de opbouw van de kerk.
1370 Genoemd in oorkonde samen met Herman, heer van Kuinre en zijn vrouw Mechteld en Herman van der Eze, mombaer van Mechteld.Verkoop aan Peter van Blijdenstein.
1372 zegelt hij een brief van Cyse Lansinghe over verkoop Nijsinghegoed aan het klooster Dikninge.
26 september 1372 was hij getuige bij een lening van Otto Polman met Nijdinge in Selwerd.
In 1373 vermaakt hij zijn vrouw Swedera op de Oldenhof al zijn levende en roerende have. (Dochter toen reeds overleden??)
1375, in de winter, stichten hij en zijn vrouw Swedera het altaar van st. Catharina in de kerk van Ruinen en begiftigen dat met 48 mudden winterrogge en 24 mudden haver uit Luggeringhe, Wulverdingh, Westebringe, Oldelansinghe, Haldeboldinghe en Nijenhave. (Waarschijnlijk was hij toen al ziek)
1375 Vermaakt hij zijn vrouw Zweder al het goud en zilverwerk, gereedschap en huisraad dat aanwezig is in de Oldenhave. Getuigen zijn Roelof van Steenwijk, ambtman van Drenthe, Johan de Vos van Steenwijk, Gert goedesing en Volker de schulte van Ruinen.
30 april 1376 verkoopt hij aan Johan de Vos van Steenwijk en Arend Huijs 42,5 mudden rogge van erven in Emmen en Exlo, door hem geerfd van Egbert van Peize, heer Egbertszoon.
In 1377 draagt hij al zijn gronden in Eelde, die hem waren aangeerfd van Egbert van Peize, zijn neef, over aan Johan Mensing van Haren.
Op 3 juni 1379 laat Swedera een vidimus maken van de brief uit 1375. Johan zal dus voor 1379 zijn overleden.
Met zijn dood is de oudste tak van Ruinen uitgestorven. Blijft over de tak van Welvelde, oorspronkelijk een van Ruinen.
De erfenis van Johan is op de woensdag na sint martinus (de eerste woensdag in november) 1380 gedeeld door zijn erfgenamen Arend Huijs en Roelof Polman.
Arend Huijs verkreeg het dagelijks gericht te Ruinen enz. en Oldenhave en Roelof Polman kreeg Nijenhave, Ludderinge en Hadeblinge.
Notitie bij publiceren van Johan: J
Johan trouwde, ongeveer 35 jaar oud, omstreeks 1360 met
Zwederis (Swedera) van Rechteren, ongeveer 15 jaar oud. Swedera is geboren omstreeks 1345 in
Goor, dochter van
Frederik genaamd van Rechteren en
Lutgardis van Voorst. Swedera is overleden op 22-02-1407 in
Diepenveen, Deventer, ongeveer 62 jaar oud.
Notitie bij Swedera: Zwedera is het oudste kind van Frederik en Lutgardis.
In 1391 geeft zij samen met Clementia van Amerongen, Sweder van Rechteren en Wijnolt van Arnhem, welke beide in dat stuk hare gerechte erven worden geneomd, aan de fraters te Deventer het huis door haar en Clementia bewoond, in ruil voor het kleinere huis door de fraters bewoond.
Zij zelf liet het klooster van Diepenveen bouwen, waar zij introk.
Internet auteur Dimphena Groffen:
RECHTEREN, Zwedera van, ook bekend als Swedertje van Heeckeren genaamd van Rechteren en Zwedera van Ru(i)nen(geb. Goor ca. 1346 – gest. Diepenveen 21-2-1407), stichteres van het klooster Diepenveen. Dochter van Frederik van Heeckeren van der Eze genaamd van Rechteren (gest. 1386) en Lutgard van Voorst, erfdochter van Rechteren (gest. tussen 1380-1386). Zwedera van Rechteren trouwde vóór 1360 met Jan III, heer van Ruinen (ca. 1315-1378). Uit dit huwelijk is ten minste 1 dochter, en mogelijk ook 1 zoon geboren; beiden overleden jong.
Zwedera van Rechteren was het oudste kind van Frederik en Lutgard; na haar werden nog vier meisjes en vier jongens geboren. Zij trouwde al jong met Jan van Ruinen en leidde een werelds leven. Volgens haar ‘vita’ in het zusterboek van het klooster Diepenveen had Zwedera een zoon, maar hier is geen bewijs voor gevonden. Wel zeker is het bestaan van een dochter Bertrade: na haar dood schonken Zwedera en Jan geld voor het altaar van Catharina, in de Mariakerk in Ruinen. In 1375 maakte Jan zijn testament op, waarin hij zijn vrouw al zijn bezittingen naliet.
Zwedera betrok een woning in de buurt van het zusterhuis van de beweging van de Moderne Devoten in Deventer; later voegden Jutte van Ahaus en Elsebe van Delden zich bij haar. Rond 1400 maakte Johannes Brinckerinck bekend dat hij een klooster wilde stichten waar, in tegenstelling tot het zusterhuis, ook vrome rijke vrouwen en weduwen welkom zouden zijn (zie ook Salome Sticken). Zwedera schonk hem in 1402 haar jaargeld van driehonderd gulden voor de bouw van een klooster in Diepenveen. In datzelfde jaar gaf de bisschop van Utrecht haar en enkele andere zusters toestemming om het Diepenveense klooster in te richten als een regularissenklooster, volgens de regel van Augustinus. In 1412 zou het als zelfstandig klooster worden aangesloten bij het Kapittel van Windesheim.
In haar ‘vita’ is te lezen hoe Zwedera werd berispt omdat zij – uit eerbied voor de Heilige Schrift – witte handschoenen droeg bij het lezen. In haar zoektocht naar nederigheid werd zij gehinderd door het respect dat de andere zusters voor haar hadden. Op haar sterfbed noemde Zwedera de belangrijkste deugden bij wijze van geestelijk testament: ootmoed, gehoorzaamheid, geduld, reinheid, armoede en liefdadigheid. Zij stierf op 21 februari 1407.
Kind van Johan en Swedera:
1 Bertradis (Berte) van Ruinen [
1.1.1.4.2.1.2.1.3.1.1], geboren vóór 1363. Berte is overleden op 28-04-1374, minstens 11 jaar oud.
1.1.1.4.2.1.2.1.3.2 NN van Ruinen, dochter van Steven (Stephanus) van Zuidvelde van Ruinen en NN van Peize (zie
1.1.1.4.2.1.2.1.3). NN trouwde met
Rodolphus (Roelof) van Peize van Almelo. Zie
1.1.1.3.1.4.2.1.1.7.2 voor persoonsgegevens van Rodolphus.
1.1.1.4.2.1.2.1.4 Egbert van Peize is geboren omstreeks 1285, zoon van Eg(gel)bertus van Peize van Almelo (zie
1.1.1.4.2.1.2.1) en NN van NN.
Notitie bij Egbert: Vermeld als Heer van Peize.
Vermoedelijk dezelfde als Egbertus van Peize vermeld in de oorkonde van 28 april 1313 waarin het klooster van Aduard een overeenkomst aangaat met de zijlvesten van Liewerderwolde, van Peize, van Roderwolde en Foxwolde over het aanbrengen van een sluis.
Egbert trouwde met
NN van NN.
Kind van Egbert en NN:
1 Egbert van Peize [
1.1.1.4.2.1.2.1.4.1], geboren vóór 1330. Egbert is overleden omstreeks 1375, minstens 45 jaar oud.
Notitie bij Egbert: Vermeld in een oorkonde van 1361: Ridder Egbert van Peize verklaart mudden te hebben geruild die hem toegevallen zijn op het riddergoed te Bunne, genaamd Hommemangoed, tegen mudden van Oldebonekingegoed dat is gelegen in Witten.
Vermeld in een oorkonde van 30 april 1376 waarin Johan van Ruinen goederen verkoopt welke in zijn bezit zijn gekomen als erfenis van Egbert van Peize, heer Egberts zoon. (waaruit blijkt dat hij toen al was overleden)
Vermeld in een oorkonde van 1377, daar zijn neef Johan heer van Ruinen, zijn goederen in Eelde, hem aangeerfd van zijn neef Egbert van Peize, Heer Egbertszoon, overdraagt aan Johan Mensing van Haren.
Egbert bleef kinderloos.
1.1.1.4.2.1.3 Folkert van Peize is geboren vóór 1220, zoon van [waarschijnlijk] Egbert? van Peize (zie
1.1.1.4.2.1) en Christina? van NN. Folkert is overleden na 1254, minstens 34 jaar oud.
Notitie bij Folkert: Genoemd in oorkonde van 1249; ogd0112.
Adolfus, Rodolfus en Folkerus, ridders van Pedese, getuigen.
Twee Egberts, prefecten van Groningen geven een verklaring in een geschil tussen de abdis van het convent Jesse en ingezetenen van Kropswolde.
Genoemd in oorkonde uit 1254; ogd0120
Frederikus, abt te Rottum, verklaart uitspraak te hebben gedaan in een geschil tussen Hermanus van Noordlaren en zijn zonen en het convent te Ruinen over enige tienden in Anderen.
Getuigen Rodolf van Norch, Rodolf van Langelo, Adolf en Folkert, ridders te Peize.
Folkert trouwde met
NN van NN.
1.1.1.4.3 Menso van Grasdorf van Peize is geboren omstreeks 1160, zoon van Lambert van Wierum van Peize (zie
1.1.1.4) en NN Mensodr. van NN. Menso is overleden op 25-07-1231 in
Coevorden, ongeveer 71 jaar oud.
Notitie bij Menso: Genoemd samen met zijn vader Lambert en broer Rudolf in een oorkonde die is opgemaakt tussen 11 april en 25 december 1176. Waren toen dus mondig en zullen geboren zijn voor of omstreeks 1160.
Komt in 1208 voor in een oorkonde samen met Egbert van Groningen en in 1223 en 1225 samen met zijn broer Rudolf.
ogd0043 datum 1206 of 1207. Genoemd wordt o.a. Heinrico de Nurch.
Enkele anderen: Johanne de Volnho, Hermanno de Stenwic, sacerdotibus;
Woltero de Covorde, Rodulfo, Menzone, fratribus de Peisge, Arnoldo de Rune, Ottone de Pollo, Hugo(ne) Sturm, Gerardo Leone, Hugone Dunker, Egberto, Menzone, fratribus de Gruningen, Wichero Lapinch, Randulfo, Waltero Radiac, Bartoldo sculteto, Gelmaro de Ide, Werenzone de Bonne, Egberto de Hove, Ottone de Rune, Jacobo de A et aliis quam pluribus.
(Theodoricus, bisschop van Utrecht, verklaart van Fredericus, abt van Ruinen, de kerken van Steenwijk en Borne verkregen te hebben alsmede de kapel van Westerbork benevens enige tienden voor enige tienden in ruil tegen de kerk van Beilen)
Zie Quedam narracio ....vanaf hoofdstuk 23.
Als Menzo van Grasdorf vermeld.
Menso van Gravestorp komt samen voor met zijn zoon Hendrik in een oorkonde uit 1225, opgenomen in het oorkondenboek van Gelre en Zutphen (Sloet) onder nummer 478. Otto II van Utrecht geeft aan het klooster Bethlehem de grove en Smalle tienden te Gaanderen, die Everhart van Wilp van hem in leen had, en herhaalt die gift, toen deze met zijn vrouw Cunegunde van zijn recht afstand had gedaan.
Omgebracht in Coevorden en daarna geradbraakt te Hardenberg met zijn zoon Hendrik van Gravestorp, die daar gevangen is genomen, en Rudolf van Coevorden.
(o.a. vermeld door M D Teenstra in zijn breedvoerig tijdrekenkundige tafel uitgave 1859. Bij het jaartal 1230 vermeldt Teenstra dat Menso heer van Peize is en wordt opgevolgd door zijn zoon Hendrik van Gravestorp; Bij het jaar 1231 vermeldt hij dat de geradbraakte Menso en zoon Hendrik te Peize op het rad zijn tentoongesteld;)
Menso trouwde met
NN van Grasdorf.
1.1.1.4.3.1 Hendrik van Grasdorf is geboren omstreeks 1185, zoon van Menso van Grasdorf van Peize (zie
1.1.1.4.3) en NN van Grasdorf. Hendrik is overleden op 25-07-1231 in
Hardenberg, Nijenstede, ongeveer 46 jaar oud.
Notitie bij Hendrik: Zie Quedam narracio ....vanaf hoofdstuk 23.
Hendrik is samen met Rudolf van Coevorden vermoord/geradbraakt in het kasteel Hardenberg.
Hendrik trouwde met
NN van Gravestorp.
Kinderen van Hendrik en NN:
2 Ludolphus van Gravestorp [
1.1.1.4.3.1.2], geboren omstreeks 1210. Ludolphus is overleden na 1241, minstens 31 jaar oud.
Notitie bij Ludolphus: Vermeld in 1241 als getuige na zijn broer Levoldus (Leffert), van de bisschop van Münster.
3 Alardus van Gravestorp [
1.1.1.4.3.1.3], geboren omstreeks 1215. Alardus is overleden na 1247, minstens 32 jaar oud.
Notitie bij Alardus: Vermeld in een oorkonde van 1247 als dienstman van en getuige voor bisschop Otto van Utrecht.
1.1.1.4.3.1.1 Levoldus (Leffert) van Gravestorp is geboren omstreeks 1205, zoon van Hendrik van Grasdorf (zie
1.1.1.4.3.1) en NN van Gravestorp. Leffert is overleden na 1260, minstens 55 jaar oud.
Notitie bij Leffert: Ridder, vermeld in 1241 samen met zijn broer Ludolf als getuige van de bisschop van Münster.
Is in 1260 getuige van de abdis van Freckenhorst.
Kinderen van Leffert uit onbekende relatie:
1 Gerungus van Gravestorp [
1.1.1.4.3.1.1.1].
2 Arnoldus van Gravestorp [
1.1.1.4.3.1.1.2]. Arnoldus is overleden na 1296.
Notitie bij Arnoldus: Vermeld op 12 december 1296 als ridder en getuige voor de abdis van Freckenhorst, samen met Johannes de Grassdorpe.
3 Johannes van Gravestorp [
1.1.1.4.3.1.1.3]. Johannes is overleden omstreeks 1306.
Notitie bij Johannes: Vermeld op 14 oktober 1281 als getuige voor de abdis van Ueberwasser te Münster;
op 21 februari 1282 als getuige voor de bisschop van Münster;
17 maart 1282 als getuige voor de abdis van Freckenhorst;
Voor dezelfde abdis als getuige op 22 oktober 1288; op 11 april 1293; op 12 december 1296; op 10 oktober 1300; op 5 februari 1305.
Op 29 oktober 1306 wordt hij als overledene genoemd.
Gegenereerd met Aldfaer-versie 7.2 op 12-10-2019 11:23:40 door A. Post